N°. 2209. Woensdag A0. 1867. 24 April. BINNENLAND. Prijs dezer Courant. Deze Courant wordt dagelijksmet uit zondering van Zon- en Feestdagen, uitgegeven. Prijs der Advertentiën. De maatregelen tegen de veeziekte. De wettenwaarbij der regeering uitgestrekte macht en ruime middelen verleend wordenom met alle kracht op het gunstig oogenblik de veeziekte te bestrijden, zijn nu door de beide Kamers der Staten-G-eneraal aangenomen, door den koning afgekondigd en zullen thans in werking ge bracht worden. Gaarne brengen wij bij deze gelegenheid hulde aan den minister van binnenlandsche zaken, die bij de voordracht en verdediging van deze ontwerpen getoond heeft, te we ten wat hij wil en krachtig te willen wat hij in 't alge meen belang nuttig oordeelt. Het zal nu op de uitvoering aankomen. Van de zijde der regeering zal die, naar wij vertx-ouwen, met oordeel, beleid en voortvarendheid geschieden. Maar wij achten het niet overbodig den wensch uit te sprekendat deze daarin bij de lagere autoriteitenbij de gemeente-besturen en ook bij het volk ijverige en welmeenende medewerking vinde. Die wensch is niet overbodig. "Wij weten, er zijn er velen onder de veehouders in ons land, ook in onze buurt, die tegen dergelijk krachtig in grijpen gemoedsbezwaren hebben. Ofschoon wij die bezwa ren volstrekt niet deelen, kunnen wij ze tot op zekere hoogte, als uit een beginsel van godsdienstig gevoel ont sproten eerbiedigenen wij willen niemand daarover hard vallen. Maar wij willen hen, die er mede vervuld zijn, dringend er op wijzen, dat, nu de wet spreekt, gehoor zaamheid aan de wet de eerste plicht van den burger is. Hunne bezwaren mochten en moesten in aanmerking komen zoolang er over de te nemen maatregelen beraad slaagd werd. En dit is ook geschied. Maar nu het hoogste gezag in den staat beslist heeft, is geene openbare of be dekte tegenstreving tegen die beslissing meer geoorloofd. Dit zal ieder inzien. Anderen zijn van oordeel, dat de voorgenomen maatre gelen niet baten zullen tot bereiking van het groote doel uitroeiing van de veeziekte. Wij zeiven moeten erkennen, dat wij nog niet overtuigd zijn, dat zij ongelijk hebben. De smetstof is zóó wijd en zijd verbreid en schuilt zóó diepdat wij vreezen moetendat de ziekte nog dikwijls over korteren of langeren tijd op nieuw zal uitbreken op plaatsen, waar men meende haar uitgeroeid te hebben. Maar ook dit mag onzes oordeels thans niemand verhinde ren om ijverig mede te werken tot het welslagen der proef neming, waartoe besloten is. Niemand zal toch, met het oogmerk om in zulk eene droevige zaak gelijk te hebben, de te nemen maatregelen met voordacht willen tegenwer ken! Wij mogen nog een stap verder gaan. Wij zeiven zou den indien wij mede te beslissen gehad haddenook on danks onze overtuigingder regeering de door haar gevraagde middelen hebben toegestaan. Zij verzekert goede hoop te hebbendat zij door krachtig ingrijpen het kwaad zal kun nen stuiten en vernietigen. Nu is het niet meer dan billijk, dat men haar ruimschoots en te goeder trouw ge legenheid geve om te beproevenof deze verwachting vervuld kan worden. Wanneer de kapitein van een zin kend schip hoop geeft, het vaartuig te kunnen behouden door een deel der lading ovei'boord te werpen, dan ware het dwaas en ongerijmd hem te verhinderen om van dat middel gebruik te maken, omdat men vreest dat het wellicht niet baten zal. Zoo ook hier. Het is eene groote proefneming, die men gaat doen. Wij moeten nu alles aanwenden wat in ons vermogen is, om de proef te doen slagen. Gelukt zij nietwelnudan zijn wij nog even ver en dan zal het stelsel van doox'zieken gevolgd moeten worden. Wordt zij echter met goeden uit slag bekroond, dan zullen we dankbaar erkennen, dat wij gedwaald hebben. Doch in geen geval hebben wij recht of belang er bijons tegen de proefneming te verzetten of haar te verijdelen. Dat van nu af aan allen, elk in zijnen kring, ijverig, flink en eerlijk medewerkenomzoo mogelijkhet goede doel te bereikendat ons duidelijk voor oogen staat. Daar toe zal bij de autoriteiten, vooral bij de plattelands-bestu ren, veel geestkracht en wakkerheid noodig zijn. Hieraan zal het, hopen wij, nergens ontbreken. Voor de veehou- dei'S zullen de te nemen maatregelen met niet geringe bezwaren gepaard gaan. Maar laat hen bedenken, dat de kans bestaat, dat zij voor een korten, vooi-bijgaanden last groote winst zullen verwerven. En zoo er hier of daar lieden zijndie de toepassing der wet door openlijk verzet of geheime ontduiking willen tegenwerkendat de algemeene verachting hen als slechte burgers brandmerke. Eerlijke, trouwe uitvoering der wet zij dan nu de leus. En ware het ook dat haar oogmerk niet bereikt wierd dat ten minste niemand het zich te verwijten hebbe, dat dit door zijne schuld of verzuim gekomen is. De N. Goessche Courantdie de maatregelen in het be lang der algemeene gezondheid eene waanwetenschap ge lieft te noemen, trekt in een onzinnig artikel te velde tegen elke poging om besmetting bij menschen of dieren af te weren. //Wat brengen" zegt zij //die lieve vrijheidsbroeders eene gezegende vrijheid in het land! Zij vermoorden onze beesten en beletten om varkens vet te maken, onder voorwendsel dat het zorg voor de volksge zondheid is, maar het is om het volk wat spoediger arm te krijgenZoo kan zelfs een orgaan van de anti-revolu- tionnairen er toe komen om revolutie te prediken. LEIDEN, 23 April. Ouder de wijzigingen, die in de laatste zitting fwan den gemeenteraad gebracht zijn in de vroeger door ons mede gedeelde concept-verordening omtrent de bewai'ing en den vei'koop van petroleum, behoort o. a. dat de hoeveelheid, die men in bewaarplaatsen of winkels voorhanden mag heb- LEIBSCH BAGBLA Voor Leiden, per 3 maanden1.95. Franco per post2.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meer 0.12<\ Geboorte-, huwelijks- en doodberichten ran 1-4 regels f 0.90; iedere regel meer f 0.15. Bij kon. besluit is tot burgem. der gemeente Arnemuiden benoemd Jhr. Mr. J. W. M. Schorer, tevens burgem. der gem. Nieuw-en Sint-Joosland; tot schoolopz. in het 2de schooldistrict van Overijsel benoemd de heer Mr. A. van Naamen van Eemnes, te Zwolle; aan C. van Kemenade, op verzoek eervol ontslag verleend als notaris te Beek en Donk; voorts zijn benoemd tot notarissen binnen het arrond. Eindhoven: in de gem. Gemert M. G. van Kemenade, cand.-not. te Beek en Donk, en in de gem. Hel mond A. DijkhofF, cand.-not. te Helvoirt; tot plaatsverv. kantour. te Tilburg S. J. Hosang, ontv. der reg. en dom. aldaar. Z. M. heeft den luit. ter zee 1ste kl. G. W. C. Westenberg, op zijn verzoek eervol uit deu zeedienst ontslagen, met vergunning tot het blijven dragen der uniform. Met ingang van 1 Mei a. s. zijn de luits. ter zee 2de kl. Jhr. C. H. O. van Heemskerck van Beest en J. F. van Kervel bevorderd tot luit. zee 1ste klasse.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1