N°. 2189. Zaterdag A°. 1867. 30 Maart. Prijs dezer Courant. Deze Courant wordt dagelijksmet uit zondering van Zon- en Feestdagen uitgegeven. Prijs der Advertentiën. Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtend te 4 u., de overige dagen te 5 u.; van Amsterdam (Ligplaats Binnen-Amstel) naar Leiden, Maandag nam. te 2% u., de overige dagen nam. te 3 u. Des Zondags buiten dienst. Postbuslichtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nienwstraat: 'smorg. te 7 u. 50 m. en te 10 u. 50 m.; 's namidd. te S u. 35 m.; 's avonds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen te 10 u. 50 m. en 3 u. 35 m. 's namiddags. Oost-Indische LandpOSt. Over Southampton, 1 en 17over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand. West-Indische den 14den en voorlaatsten van elke maand. Rijkstelegraaf. Dagelijks geopend van 8 uren 'sm. tot 9 uren 'sav. Spoorwegtelegraaf dagelijks van 8 u. 'sm. tot 10 u. 30 ra.'sav. Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. Burgemeester en WethoudersMaandag en Donder dag te 11 uren. Commissie van Fabricage, Woensdag te 12 uren. BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11 uren. President der Commissie van Fabricage des Zaterdags van 111 uren. Bureau der Plaatselijke Secretarie, open dagelijks van 104 uren. Thesaurie, alle werkdagen, behalve Zaterdag, van 9—2 uren; Zaterdag van 912 uren. Be Gemeente-architect is te spreken op het Raad huis, eiken werkdag 's morgens van 121 uren. Kantoor der In- en Uitgaande Rechten en Accijnzen dagelijks van 9—1 uren en van 46 uren; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag DinsdagWoensdag en Donderdag van 9—2 uren; van Zegelden Registratie dagelijks van 84 urenvan de Hypotheken en het Kadaster van 9—4 uren. Aan een schrijven uit 's-Hagedd. 27 Maartontleenen wij het volgende, om ook onze lezers in staat te stellen een kijkje in de Tweede Kamer te nemen: Gelukkig dat onder het langdurig geharrewar in de Tweede Kamer over een geconcentreerd of niet geconcentreerd de fensiestelselover het verdedigen van den IJsel of het dadelijk terugtrekken achter de Utrechtsche linie, over ramschepen en monitors gelukkig dat de discussie tusschenbeiden nog wat werd opgevroolijkt door de redevoeringen van het geachte lid uit 's-Hertogenbosch. Die heer spreekt met zooveel emphasezoo'n druk handgebaar en zulke zonderlinge uit vallen, dat hij steeds op de lachspieren zijner hoorders werkt. Toen hij bijv. eens de uitdrukking: le sublime frise le ridicule gebezigd had, liet hij er terstond, tot groote vreugde van de Kamer, op volgen //Ik zeg niet dat ik subliem ben." Ook stelde hij zich in zijne opgewon denheid voor, de argumenten van den heer Godefroi, die hij nog niet eens gehoord had, te zullen verbrijzelen. Ben ander afgevaardigde heeft het voorrecht omtelkens als hij begint te sprekenniet te hooren lachenmaar zijn medeleden de zaal te zien verlaten. Het is de jeugdige kantonrechter uit Roermonddie zichnaar 't oordeel zij ner collega's, aan eene herstemming had behooren te on derwerpen. Hij is nu zoo goed als dood verklaard en zal 't moeilijk kunnen uithouden. Als hij te veel zegt wordt hij, zooals onlangs door den heer Godefroi, eenvoudig te recht gewezen. De //oud-soldaat" toonde zich bij de jongste discussiën als altijd practisch, helder en kort. De jonge kapitein daar entegen heeft de gaaf niet om langwijligheid te vermijden terwijl zijn suffisante toon verveelt. De zeeheld uit de residentie is wel redenrijkdoch alles behalve een redenaarmaar toch vol sprakelooze bewonde ring voor het //heerlijke" volkslied van den onvergetelij- ken dichter Tollens," waarvan hij aan het slot eener speech over de marine een regel aanhaalde. De geachte afgevaardigde uit Steenwijk, die zijn advie zen nog altoos even rad uitbrengtis steeds de militaire deskundige" van de Tweede Kamer geblevenen zeker al tijd vrij wat deskundiger dan zeker iemand die een poosje luitenant bij de genie was en toch spreekt van zijn vijftienjarige studie." Hij bestrijdt natuurlijk de nieuwe deskundigen, den //oud-soldaat" en den //jongen kapitein." Of hij het echter op den duur tegen die twee zal kunnen uithouden, is de vraag. De minister van marine is kalm en spreekt, mits hij er te voren over gedacht heeft, duidelijk en goed. Hij is groot van gestalte en heeft een gunstig uiterlijk. De heer De Roo van Alderwerelt zinspeelde daarop, toen hij de houding vreemd noemde van sommige leden, die, zonder verder licht te vragen, dadelijk verklaarden zich volkomen met het stelsel van den minister te kunnen ver eenigen. Dat was een vertrouwen, niet gegrond op het geen verricht was, maar men zou bijna zeggen, op het uiterlijk, de kleeding en alle mogelijke bijzonderheden, den persoon betreffende. De nieuwe afgevaardigde uit Haarlemdie ook een goed uiterlijk heeft en er met zijn grijzen knevel en hooge gestalte uitziet als een Maltheezer-riddertrok zich het verwijt aan. Wien de schoen past, enz. Jammer dat de ridder zoo arm aan argumenten bleekzijn antwoord kwam toch alleen hierop neder, dat hij den minister van ma rine hield voor een door en door practisch en kundig man. De minister van marine doelde, zeide men, ook op iets uiterlijks, toen hij den heer Thorbecke antwoordde, dat, als men zich altijd aan één model hield, men nooit in de mode zou zijn. Een zekere grijze jasmet stijve revers en lange panden, zou hem daarbij in 't oog gevallen zijn. De minister van oorlog, een klein, grijs man, gebruikt bij 't spreken een lorgnet ten einde zijne aanteekeningen te kunnen lezen. Zijn toon heeft iets van een roffel, die begint als hij opstaat en eindigt al hij zich weer achter de groene tafel nederzet. Maar hij is een liberaal en zeer hu maan man, die zich parlementair weet te gedragen, en niet als zijn voorganger altoos hoogst verbolgen schijnt. De afgevaardigde uit Rotterdamdoor het Haagsche Dagblad le bouillant Achille bijgenaamd, heeft wer kelijk, telkens als hij in de laatste dagen 't woord voerde, de Kamer in rep en roer gebracht. Nauwlijks zweeg hij, of ministers en leden sprongen op om zich te beklagen over 't geen hij gezegd had. Ten slotte nog dit van drie onzer nieuwe ledende heer 's Jacob toonde zich een zeer net spreker, terwijl de heer Pijnappel steeds het air heeftin plaats van adviezen toasten uit te brengenen de oude heer uit Goesdie geen zeer gelukkige doopnaam] ontving, declameert over de Zeeuwsche helden, de voorloopers van Yan Speyk, de Evertsen's en De Ruiter, alsmede over de gpoffawet, alsof we nog in de eerste dagen na de herziening van '48 waren. LEIDSCH DAGBLAD Voor Leiden, per 3 maanden1.95. Franco per post2.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels 0.75; iedere regel meerf 0.12'. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels f 0.90; iedere regel meer f 0.15. Spoortreinen van Leiden naar 's-GravenhageDelft, Schiedam en Rotterdam: te 7 u. 55 m.; 10 u. 1 m.; 12 u. 41 m.; 3 u. 37 m.; 6 ii. 6 m.; 9 u. 5 m.; naar Haarlem en Amsterdam: te 8 u. 43 m.; 11 u. 43 m.; 2 u. 42 m.; 4 u. 45 ra.; 9 u.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1