N°. 2185. Dinsdag A". 1867. 26 Maart. Prijs dezer Courant. Deze Courant wordt dagelijksmet uit zondering van Zon- en Feestdagen uitgegeven. Prijs der Advertentiën. Hoe men in Zwitserland de veepest heeft bestreden en tot nog toe bedwongen I. Een officieel verslag, mij dezer dagen door een mijner Zwitsersche vrienden toegezondenkwam mij met het oog op de maatregelen, die in ons vaderland tegen de heer- schende veepest genomen en niet genomenaanbevolen en afgekeurd worden, belangrijk genoeg voor, om den inhoud in den omtrek van Leiden, en wel door 't Leids che Dag blad, ter kennis te brengen van belanghebbenden en be langstellenden. Wellicht willen andere dagbladen medewer ken, en wij zouden er hun dankbaar voor zijn, om, door het artikel geheel of gedeeltelijk over te nemen, den in houd in wij deren kring aan de aandacht hunner lezers aan te bevelen. Men zal er uit zien hoe tijdige waakzaamheid doelmatige voorzorg, onverwijld krachtig handelen van de bonds-, de kantonnale en de plaatselijke besturenen de al- gemeene medewerking van de inwoners, in het laatste na jaar Zwitserland, bij het zoo dreigende gevaar, behoed hebben tegen den rampwaardoor thans ten onzent zoovele millioenen zijn verloren gegaan en eene der hoofdbronnen van ons bestaan nog voortdurend zoo droevig wordt be dreigd. In Aug. 1866 werd te Weenen op de markt een koppel van 32 stuks rundvee aangekochten per spoor over Salz burg, Munchen, Augsburg naar Yoralberg overgevoerd. In Beieren en Yoralberg was door enkele dier beesten de vee pest overgebracht; daar ook eenige uit de kudde in Zwit serland waren ingevoerdwerden van de zijde van het be stuur onmiddellijk de noodige voorschriften en bevelen gegeven om het kwaad te bestrijden; aan den hoogleeraar Zangger te Zurichals bijzonder gemachtigde der regeering werd de zorg opgedragen, om voor de behoorlijke uitvoe ring te waken. Zoodra het bleek, dat ziek en verdacht vee per spoor werkelijk was vervoerd geworden, werden alle veewagens op de lijnen van de vereenigde Zwitsersche spoorwegen en van de noordoostelijke baan ontsmet. De doorvoer werd bewaakt door twee veeartsen in Zurich en St.-Gallen, en waar de pest uitgebroken was werden de volgende begin selen toegepast 1°. Slachting en vernietiging van alle aan de pest lijdende beestenzoowel als van zulkewaarbij de mogelijkheid van besmetting ook slechts kon vermoed worden. 2°. Vernietiging of ontsmetting van alles wat bij eenige mogelijkheid smetstof had kunnen opnemen. 3°. Sluiting van alle lokalen waarin smetstofhoudende vooi'werpen zich bevonden hadden, en afzondering buiten alle openlijk verkeerzoowel van menschen die met de besmet ting of besmette plaatsen in aanraking waren gekomen, als van voorwerpen waardoor de smetstof overgebracht kon worden. Deze beginselen werden op de volgende wijze toegepast In Chur. Het brandpunt der besmetting bevond zich midden in de stad, en wel in drie nabij elkander gelegen stallen, in welke op 23 tot 25 Sept. eenige beesten krank en geslacht werden. Zoodra men zich omtrent den aard der ziekte ver gewist hadwerd nog des nachts op last van den gezond heidsraad eene waarschuwing gedrukt, en op den 26sten des ochtends vroeg aan alle huizen rondgebracht; aan de naburige kantonsden bondsraad en de aangrenzende bui- tenlandsche regeeringen werd per telegram van het uitbre ken der ziekte bericht gegeven. Het geheele blok huizen in de stad werd van alle ver keer afgeslotende bewakers van het vee mochteneven min als het veebuiten de stallen komen. Levensmiddelen voor hun onderhoud en water voor het vee werden door de politie-dienarendie het blok huizen bewaakten, aan gevoerd. De gemeenschap over de langs de stallen voerende stegen werd bewaakt, en op de bewoners tot de aangren zende huizen beperkt. Allen die met het vee in aanraking wa ren gekomen, werden in hunne woningen opgesloten, totdat hunne kleedingstukken volkomen ontsmet waren. De ste gen die langs de stallen liepen en de mesthoopen in de open lucht werden met eene oplossing van ijzervitriool be goten. Met en rondom een vierden stalwaarin een os uit een der besmette stallen was gebracht, handelde men op gelijke wijze. De stal van een anderen eigenaar, die een zijner ossen met een kranken os den vorigen dag had aangespan nen en de stal van iemand die met zijn os een gestorven Oostenrijkschen os had vervoerd, werden nog op denzelf den avond door agenten van de politie afgezet en bewaakt. Den omliggenden gemeenten werd aangeschreven om de grenzen van Chur onverwijld met wachten af te zetten en te verhinderen dat rundvee, schapen, geiten, versche honden, ongesmolten talkvleeschhorens klauwenbloed hooi, stroo of mest uit de stad uitgevoerd werden. Yerder werd onmiddellijk een onderzoek naar al het in de gemeente aanwezige vee verordendde strengste opslui ting in de stallen gebodenhonden moesten vastgelegd en gevogelte opgesloten worden. Dienzelfden dag nog werd in den op een uur van de stad gelegen stal de os van den mandie een gestorven os den vorigen dag vervoerd had, onderzocht, zeer ziek be vonden, geslacht en begraven. Op den 27sten Sept. werden van de 18 beesten uit de vijf besmette stallen, op eene plek, ongeveer uurs van de stad tusschen de rivier en een bosch, acht zieke bees ten geslacht, en met huid en haar begraven, tien nog ge zonde in Chur geslachtvan deze laatste de huiden onmid dellijk in kalkkuilen geworpen, de talk gesmolten, de in gewanden en verdere afval begraven; het vleesch binnen de stad verkocht en gegeten. Om bij het vervoer naar de zooeven genoemde plek de verspreiding der smetstof te verhoeden, werd de weg der waarts vooraf en nog een uur later voor alle verkeer ge sloten; de uitwerpselen werden onmiddellijk opgenomen, mede begraven, en de grond, waar die verontreinigd was geworden, afgeschuimd of met water schoongemaakt; de bewakers moesten hunne kleederen met kokende loog zuiveren. De daaropvolgende ontsmetting van de stallen cuz^vgr- derde een geruimen tijd. De mest uit de kuilen enjsfallen en eene, 1 tot 2 voet dikke laag aarde van dqA bodem, werden, nadat zij herhaalde malen met eene opfossing van ijzervitriool begoten waren, langs denzelfden wfg naar "de bovengenoemde plek overgebracht, onder gelijkêj. wöï'zórg als het vee. LEIBSCH DAGBLA Voor Leiden, per 3 maanden1.95. Franco per post2.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels f 0.75iedere regel meer 0.125. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels 0.90; iedere regel meer 0.15. Ingezonden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1