N°. 218: Zaterdag A0. 1807. 23 Maart. Prijs dezer Courant. Deze Courant wordt dagelijksmet uit en Feestdagen uitgegeven. zondering van Zon- Prijs der Advertentiën. Spoortreinen van Leiden naar 's-Gravenhage Delft, Schiedam en Rotterdam: te 7 u. 55 m.; 10 u. 1 m.; 12 u. 41 m.; 3 u. 37 m 6 u. 6 in.; 9 u. 5 m.; naar Haarlem en Amsterdam: te 8 u. 43 m.; 11 u. 43 m.; 2 u. 42 m.; 4 u. 45 ra.; 9 u. Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtend te 4 u., de overige dagen te 5 u.; van Amsterdam (Ligplaat» Binnen-Amstel) naar Leiden, Maandag nam. te 2y2 n., de overige dagen nam. te 3 u. Des Zondags buiten dienst. Postbuslichtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 's morg. te 7 u. 50 m. en te 10 u. 50 ra.; 's namidd. te 3 u. 35 m.; 's avonds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen te 10 u. 50 m. en 3 u. 35 m. 's namiddags. Oost-Indische Landpost. Over Southampton1 en 17; over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand. West-Indische den 14den en voorlaatsten van elke maand. Rijkstelegraaf. Dagelijks geopend van 8 uren 'sra. tot 9juren 'sav. Spoorwegtelegraaf dagelijks van 8 u. 'sm. tot 10 u. 30 (n. 'sav. Zittingen van het Gemeentebestuur. - Gemeenteraad op onbepaalde tijden. Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donder dag te 11 uren. Commissie van Fabricage, Woensdag te 12|uren. BurgemeesterDinsdag, Woensdag, Vrijdag en Zaterdag te 11 uren. President der Commissie van Fabricage des Zaterdags van 111 uren. Bureau der Plaatselijke Secretarie, open dagelijks van 10 4 uren. Thesaurie, alle werkdagen, behalve Zaterdag, van 9—2 uren; Zaterdag van 912 uren. Be Gemeente-architect is te spreken op het Raad huis, eiken werkdag 's morgens van 121 uren. Kantoor der In- en Uitgaande Rechten en Accijnzen dagelijks van 19—1 uren en van 46 uren; van 's Rijks Directe Belastingen, Maandag, Dinsdag, Woensdag en Donderdag van 9—2 uren; van Zegel en Registratie dagelijks van 84 men; ^van de Hypotheken en het Kadaster van 9—4 uren. d. G. LEIDSEH DAGBLAD Voor Leiden, per 3 maanden1.95. Franco per post2.80. Afzonderlijke Nommers0.05. Van 1-6 regels f 0.75; iedere regel meer 0.125. Geboorte-, huwelijks- en doodberichten van 1-4 regels 0.90; iedere regel meer f 0.15. Een examen op eene bewaarschool is eene ongerijmd heid. Deze mijne overtuiging werd gisteren morgen weder ver sterkt toen ik er een op de bewaarschool van de Garenmarkt bijwoonde. Niet omdat dit examen meer aanleiding gaf tot ongunstige gevolgtrekkingen dan andere. Integendeel, men zal beneden zien dat er meer dan eene reden tot te vredenheid over deze inrichting daartegenover staat. Maar waar het doel der bewaarschool goed begrepen wordt, is een klassikaal examen onmogelijk. Dit doel is immers het sluimerend verstand der kinderen geleidelijk te ontwik kelen, hunne vermogens te oefenen en door afwisseling van spelenlichaamsoefening en spelend leeren de gezond heid der kinderen naar lichaam en geest te bevorderen. Kan ons nu het examen doen beoordeelen of dit doel be reikt wordt? Eene klasse van ongeveer zestig kinderen spreekt als een eenig man getallen uit van twaalf tot achttien cijfers, geeft uit éénen mond steeds het juiste antwoord bij allerlei optellingen, aftrekkingen, ja zelfs bij vermenigvuldigingen; de vragen der onderwijzeres over verschillende voorwerpenhunne eigenschappen en hoedanig heden worden door zestig monden precies met dezelfde woor den beantwoord. En dat alles door kinderen van ongeveer zes jaar oud. Er stond ook op het programma lezen en spre ken over 't gelezene," maar dit deel werd om zekere re denen niet uitgevoerd. Het eenige dat wij uit het examen zelf kunnen besluiten, is 1° dat het geheugen der kinde ren op zware proef wordt gesteld en er veel tijd verbruikt wordt met werktuiglijk van buiten leeren, 2° dat de on derwijzeres art, 6 en 8 der wet op het lager onderwijs niet opmerkzaam genoeg heeft gelezen en zich blootstelt aan de straf in 't laatstgenoemde artikel bepaald voor hen die lager onderwijs geven zonder daartoe bevoegd te zijn. Dit verwijt drukt bijna al de bewaarschoolonderwij zeressen te dezer stedeen men telle het niet te licht. Men zou er uit kunnen besluiten dat zij het doel der be waarschool niet volkomen begrijpen en verlegen zijn om wettige middelen waarmede zij de kinderen kunnen bezig houden. Hij die meent dat het ergens goed voor is de kleinen zoo vroeg bepaald onderwijs te geven, spreke er eens over met den onderwijzer eener lagere school en hij zal tot zijne verbazing hooren dat deze vroegrijpen lang niet de beste leerlingen worden. Maar wij willen er ge noemde jufvrouwen niet te hard om vallen, wanteens Ingezonden. in 't jaar is 't examen; dan komen er heeren en dames, die 't alleraardigst vinden als de kindertjes zoo goed ant woorden en zoo vaardig cijferen en al zoo aardig lezen en die zouden denken dat de jufvrouw haar best niet deed, als er van dat alles niets te hooren was. Dus de kinderen moeten gedrild worden, zij moeten kunstjes leeren, zij moeten één dag in 't jaar zich anders kunnen vertoonen dan zij werkelijk zijn. Gelukkig heeft deze en hebben andere bewaarscholen bestuurdersdie dit zeiven beginnen in te zienen mogeu wij hopen dat wij eerlang van bewaarschoolexamens zullen verlost zijn. Hoogstens zou er een- of tweemaal 'sjaarseeu openbare les mogen plaats hebbenwaar dan ook volko men hetzelfde als op andere dagen moet behandeld worden niet zoo ingericht, dat ten behoeve van het examen der hoogste klasseal de andere kinderen in éénveel te klein locaalopeengehoopt wordenwaar zij wat stil moeten zijn om niet te hinderen. Maar genoeg over dit onderwerp. Het was niet het eenigste dat mij onder het examen bezig hield. Ik zag met genoegen hoe zindelijk en net de meeste kinderen er uit zagen, hoe groot het aantal belangstellende ouders en be trekkingen was en met hoeveel ingenomenheid zij alles volg den, hoe goed de toon der onderwijzeres jegens de kinderen was en hoe zij blijkbaar veel van hare leerlingen hield, hoe vol ijver en zorgende liefde de bestuurders en bestuurderessen bleken te zijn. "Voorzeker waar al deze elementen samen komen, mag men goede resultaten verwachten, en merkt men in zulk eene inrichting gebreken opdan mag men die veilig aanwijzen, in de overtuiging dat de aanmerking zal opgenomen worden zooals die bedoeld is, nl. als een blijk van belangstelling. Het Handelsblad, wijzende op de verklaringen, welke den 18den Maart door den Pruisischen minister You Bis- mai'ck zijn afgelegd, vraagt, waarom Nederland zulke me- dedeelingen het eerst van den buitenlandschen minister heeft moeten vernemenen begrijptdat in de Kamer de omstandigheid behoort te worden ter sprake gebrachtdat een onzer ministers niet eer heeft gesprokendan nadat men hem daartoe door herhaalde vragen had genoodzaakt terwijl hetgeen hij heeft gezegd op ver na zoo duidelijk niet is geweest, als thans blijkt, dat het had kunnen wezen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 1