BINNENLAND. LEIDEN, 16 Maart. De commissie voor de Volksvoorlezingenaan wier on- vermoeiden ijver men reeds zoo menig genoeglijken avond te danken heeft, zal ook dit jaar weder de reeks harer vergaderingen op waardige wijze besluiten. Bij de plan nen, die daartoe gevormd werden, deed zich de moeilijk heid op om een lokaal te vinden, dat de vereischte ruimte aanbood, daar het aantal bezoekers in den laatsten tijd aanmerkelijk is toegenomen. Is die moeilijkheid bij de ge wone bijeenkomsten reeds zeer hinderlijkhoeveel te meer zou dit het geval worden bij eene buitengewone gelegen heid, als wanneer men nog veel grooter toeloop zou te wachten hebben. Het is echter algemeen bekend dat, of schoon Leiden rijk moge zijn in vele goede zaken, er niet temin dringend behoefte is aan eene ruime zaal. Na over weging dat ook de Gehoorzaal niet aan het voorgestelde doel zou beantwoorden, vestigde de commissie hare aan dacht op den schouwburg. De onderhandelingen die om trent deze zaak met HH. bestuurderen van dat gebouw werden aangeknoopt, hadden den gewenschten uitslag, en wij kunnen thans aan onze lezers berichten, dat de be doelde buitengewone bijeenkomst in het laatst dezer maand zal plaats hebben. De daaraan verbonden kosten kunnen echter niet uit de kas der Volksvoorlezingen worden ge dekt, en daarom heeft de commissie besloten de loges open te stellen bij inteekening a één gulden per persoon. Wij hopen dat de lijst, die daartoe rondgezonden wordt, spoe dig zal volgeteekend zijn, daar anders het plan zou moe ten vervallen. Wij houden verdere aanbeveling voor over bodig en gelooven dat de uitvoering van goede muziek en de voordracht van schoone dichtstukken reeds op zich zeiven voldoende zullen zijn om menigeen naar den schouwburg te doen gaan. Z. M. heeft benoemd tot tweeden commissaris van politie alhier L. B. Wulffers, thans inspecteur van politie te Rotterdam; voorts bij den plaatselijkenstaf tot lsten luit. den 2den luit. G. Goedel, plaatse! adjud. 2de kl. te Dordrecht; bij het wapen der inf., bij het 1ste reg. tot kap. 3de kl. den lsten luit. Jhr. J. D. J. Storm van 's-Gra- vensande, van het reg. gren. en jag.; bij het 3de reg. tot lsten luit. den 2den W. B. J. Duycker, van het korps; bij het 5de reg. tot lsten luit. den 2den luit. W. G. Ge- linck, van het korps, allen naar ouderdom van rang. Z. M. heeft den kapit. C. J. Jensenvan het 1ste reg. inf., op zijne aanvrageop pensioen gestelden het bedrag daarvan bepaald op f 1050 'sjaars. Z. K. H. de prins van Oranje woonde ook gisteren in de hofloge de zitting van de Tweede Kamer der Sta- ten-Generaal bij. De audiëntie van den minister van koloniën zal op Woensdag 20 dezer niet plaats hebben. Het vaandel, door Z. M. den koning aan de Haag- sche scherpschutters uitgereikt, en waarvan de Haagsche correspondent van het Utrechtsch Dagblad de afkomst heeft medegedeeld, is gelijk aan de overige regiments standaarden behalve dat de anders vergulde leeuw op den stok hier verzilverd is. Wij vernemen dat door het Utrechtsche studenten korps op eene eergisteren gehouden vergadering besloten is de gewone officieele serenades op den dies der academie, den 26sten Maart, af te schaffen. Bij het Delftsche studenteukorps bestaat het voor nemen, om in den zomer van 1868 het 20jarig bestaan van dat lichaam te vieren, door het geven van buiten gewone feesten, het houden van een gecostumeerden op tocht, enz. De directie van de staatsspoorwegen heeft bij den warmen haard besloten de machinisten en stokers te ge lasten zich in zomer-tenue te kleeden. In Groningen is men druk aan het schaatsenrijden. Sedert eenige weken schijnt zich te Gouda eene nieuwe industrie te hebben gevestigdten doel hebbende om des avondsdoor binnensluipingin de woningen der ingezete nen te dringen en zich daarbinnen tot in den nacht te verschuilen, ten einde zich dan, wellicht zonder vragen, van eenige courante artikelen meester te maken. Binnen den tijd van twee wreken hebben zich reeds 3 a 4 derge lijke visites voorgedaangelukkig werden zij tot nog toe door de bewoners zeiven of door andere toevallige om standigheden verijdeld. Het schijnt der politie nog niet gelukt te zijnde vennooten dezer firma te leeren kennen. Uit Dokkum schrijft men, dat nabij Westergeest een veehandelaar door drie vermomde kerels, in een sloot ge legerd, tot //afleggen" werd gesommeerd. De aangesprokene heeft dezen brutalen eisch zoo wèl met stokslagen beant woord, dat de onverlaten het hazepad kozen. BUITENLAND. De Norddeutsche Allg. Zeit. spreekt ten stelligste tegen dat Pruisen van Nederland den afstand zou verlangen van eenig grondgebied, of dat het ooit de hand naar onze kusten zou willen uitstrekken. De Neder! Staats-courant heeft dit artikel overgenomen. Men zegt nu weer dat de heer Benedetti uit Berlijn naar Parijs is gekomen, omdat er onderhandeld wordt over den afstand van Luxemburg aan Erankrijktegen eene gel delijke schadeloosstelling. Hiermede wordt ook in verband gebracht de aanwezigheid te 's-Hage van den baron De Tornarominister-president van het groothertogdom. Ofschoon de Moniteur verkondigt, dat de toestand van den kroonprins veel verbetert, slaat men er te Parijs toch weinig geloof aan. Uit Londen wordt berichtdat aan het 89ste reg. van linie per telegram bevel is gezonden, om oogenblik- kelijk naar Ierland te vertrekken. Te Peking is in de oude binnenstad, nabij het kei zerlijk paleis, een domkerk in Gothischen stijl voorde openbare godsdienstoefeningen der Katholieke Christenen gebouwdop dezelfde plaats waar in een vroegere eeuw een kapel van de Jezuïeten had gestaan. Dit kex'kgebouw dat vooral door de hoogte zijner torens den naijver van vele Chineezen heeft gaande gemaakt, is den lsten Ja nuari jl. plechtig ingewijd door mgr. Mauly, den apostoli- schen vicaris van Peking. Het Chineesche gouvernement heeft besloten tot het stichten van eene wetenschappelijke inrichtingwaar door Europeesche geleerden onderwijs in de wis-, schei-, natuur,- sterre- en geneeskunde aan Chineesche jongelingen van beschaafde en letterkundige opvoeding zal gegeven wox'den. Het gebruik der postzegels neemt in Frankrijk van had men zeven maanden gewacht met de indiening van de wet op de schutterijen? Waarom niet reeds in het vorige jaar eene gewijzigde mili- tiewet aangeboden? Nu was alle9 nog even gebrekkig. Een maand langer uitstel kon noodlottig zijn. Als de min. zijne bezwaren, die hij tenslotte kort formuleerde, niet kon oplossen, zou hij tegen de begrooting stem men. De heer Van der Linden, afgev. uit Almelo, was het volkomen eens met den voorlaatsten spr., wiens voorstel hij nog nader adstrueerde. De min. wilde eer9t den heer Stieltjes beantwoorden. Deze had hem 1°. gedreigd met afstemming van de begrooting als hij eene verlangde belofte niet gaf. Hij vond dit ongepast. Ook had de spr. hem beschuldigd van na" latigheid. Hij verantwoordt zich met te herinneren aan de geschiedenis van het wetsontwerp op de schutterijen. Voorts hield hij 't nog altijd voor mogelijk dat, bij aanneming, de wet in Mei werd ingevoerd. Of er eerlang een ontwerp tot wijziging van de militiewet zou worden ingediend was vooralsnog niet te zeggen. Daarna beantwoordt de min. de sprs. uit Leeuwarden en Almelo. Hij is niet van hunne meeningdaar bij de militiewet, zooals zij thans luidt, zeer goed vindt. De eiscb om de legerorganisatie bij de wet te regelen, was nog een eisch in vago. Pruisen mocht uit het oogpunt van weerbaarheid een modelstaat zijn maar onze grondwet gedoogde niet, dat we in dit opzicht Prüisisch zouden wor den. De heer Stieltjes verwierp de opvatting des min., dat hij eene bedrijging had geuit. Toch zou hij tegenstemmen als het ministerie geen plan had spoedig eene wet op de militie aanhangig te maken. Nu deed de heer Van Nispen de vertroostende mededeeling dat het verslag van het ontwerp van wet op de schutterijen in het eind der week zou worden vastgesteld, en de heer De Roo van Alderwerelt betoogde dat hij evenmin van de schutters spreken kon zonder te weten wat er van de militie zou worden, als hij en de min. elkander konden verstaan, zoolang zij beiden iets anders lazen in artt. 182 en 185 van de grondwet. En na dat de heer Van der Linden nog slechts een enkel woord over de vrijstel lingen had gezegd en de min. nog twee opmerkingen had gemaakt, werd ook deze afd. zonder hoofdelijke stemming goedgekeurden gingen mi nisters en kamerleden uiteen. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Vrijdag des namiddags te 5 uren 40°, des avonds te 8 uren 35°, te 10 uren 33°. Zaterdag morgen te 5 uren 28°, te 8 uren 35°, 's middags te 12 uren 41°, 's namiddags te 4 uren 38°.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1867 | | pagina 2