2de reg. drag., A. E. Winkel van het éde en A. Veld- hoedt van het 3de reg. inf., in hunnen rang en ancienneteit overgeplaatst bij de militaire administratie van het leger in Oost-Indië. Z. M. heeft benoemd bij den staf van het wapen der artillerie, tot magazijnm. der artill. van de 1ste kl. den kapt. J. F. lliesz, magazijnm. der artill. van de 2de kl. te Doesburg; tot magazijnm. der artill. van de 2de kl. te Dor drecht den kapt. van de 1ste kl. E. C. L. Blaauw, van het 3de reg. vest.-art.; bij het 2de reg. vest.-art. tot lsten luit. (naar ouderdom van rang) den 2den luit. H. Nieuwen- huys, van het korps; bij het 3de reg. vest.-art. tot kapt. van de 3de kl. (naar ouderdom van rang) den lsten luit. C. L. Doormanvan het korps. Z. M. heeft den ritmeester L. A. Greve van het 2de reg. drag, op verzoek voor een jaar op non-activiteit ge bracht. Z. M. de Koning zal aanstaanden Zondag des mor gens te 5 urende residentie verlaten om zich naar het Loo te begeven. Het volgende adres is aan den Koning ingezonden De ondergeteekenden zijn diep getroffen door de aanne ming van de wet tot onteigening en afmaking van ziek en verdacht vee, door de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Zij hebben zich reeds, doch te vergeefs, tot die vergade ring gewendmet al de bezwaren die uit dien maatregel moeten voortvloeienwaarbij zij niet verzwegen hebben hoe de militaire macht reeds gebruikt geworden is, om weer- looze mannen en vrouwen, die hunne beesten wilden bevei ligen, tot afstand te dwingen. Zij kunnen hunne vrees niet verbergen dat thans het verzet op grootere schaal zal be proefd wordenen dat allesomdat het afmaken een maat regel is die indruischt, zoowel tegen het gevoel van ge hechtheid aan het vee, als tegen het gebod Gods, welks miskenning niets dan allerlei onheilen over het dierbaar vaderland brengen kan. Bij deze gelegenheid Sirewagen de ondergeteekenden het, Uwe Majesteit te wijzen op de onvermoeide zorgen die door Uwer Majesteits doorluchtig voorgeslacht aangewend zijn, om het Woord Gods te handhaven, in de overtuiging dat daaraan de bloei van het lieve vaderland verbonden was. Dat Woordthans bij eene wet van de openbare scholen ge weerdis voor de jeugd, sedert 1857 door de rampzalige materialistische begrippen geheel vreemd en de eerbiediging van Gods wettenmoet voor die van de voortbrengselen des ongeloofs plaats maken. Van daar dat men geen acht meer slaat op het eenig middel waarbij ons vee verzekerd is//Gezegend zult gij zijn in de vrucht uwer beesten en in de voortzetting uwer koeienin de vrucht des velds" zoo namelijk Gods inzettingen in eere gehouden worden, Sire, de ondergeteekenden ontveinzen het niet, dat onze tegenwoordige grondwet het beletsel is voor de strenge eer biediging van Gods geboden; maar daar God almachtig ge zegd heeft//Door mij regeeren de Koningen hebben zij de volle vrijheid Uwe Majesteit dringend te verzoeken Gods wet boven de grondwet te eerbiedigen, en daaruit Uw Ko ninklijk recht te ODtleenenom de grondwetzoowel als de onderhavige zoodanig te wijzigen dat de veehouders het dooden van hun vee, en de ouders het bederf hunner kin deren, niet langer behoeven te betreuren. De Triër-Zeitungmeldt//Bij de aankomst van Prins Hendrik te Luxemburg had ditmaal een demonstratie plaats. Gewoonlyk komt de Prins zonder eenig vertoon vóór den aanvang der kamerzittingen in de residentie aanter wijl hij ook ditmaal per telegraaf den wensch had uitge sproken dat men zich van een officiëele ontvangst onthouden mocht. Desniettemin had zich Dinsdag-avond 18 Sept. een talrijke schare aan het station vereenigd ten einde den Prins die met den laatsten trein zou aankomenplechtig op te wachten. Een optocht met fakkels, 25 in het wit gekleede jonge dames en 3 muziekkorpsen stonden daar ter plaatse gereed, om het vorstelijk echtpaar te begroeten. De Prins en Prinses verlieten het voor hen bijzonder ingerichte salon rijtuig en vertoefden een kwartier-uurs bij de feestschare om daarna hun tocht naar het slot Berg voort te zetten. Deze gansche feestelijke receptie duidt aan dat de bevolking van Luxemburg met liefde en vaste keuze aan het tegenwoordig politiek bestaan van het Groothertogdom vasthoudt. In de volgende maand zal de gewone kamerzitting geopend worden." Op de begrooting voor het Dept. van Binnenlandsche Zaken voor 1867 is voor de telegraphie ruim 45.000 min der uitgetrokken; maar voor het bouwen van een nieuwe kweekschool met aangrenzende directeurswoning voor het land- huishoudkundig onderwijs te Groningen ƒ4 0.000 voor dit jaar, om nog ƒ30.000 te brengen op het volgend jaar. Voorde uitgaven van een statistisch werk van voorhanden zijnde op gaven is ƒ2400 geraamd; Amsterdam is bestemd om van Eijkswege te bezitten een ziekeninrichting waar ruime gele genheid bestaat tot practische oefening voor allen die zich aan het Staats-examen moeten onderwerpen, waarvoor 12.000 wordt uitgetrokken. Te Utrecht zal Dr. Van der Lith direc teur en eerste geneesheer van het krankzinnigengesticht al daar zich belasten met het onderwijs in de psychiatriewaar toe het Eijk ter voorziening van meerder hulp in het ge sticht 10 00 'sjaars zal bijdragen. Te Groningen zal ter verbetering van het onderwijs in de kliniek een jong erva ren geneeskundige worden aangesteld, die zich met het ge durig toezicht over de patiënten zal kunnen belasten, waar voor 600 wordt uitgetrokken. Te Leiden zal in 1867 voor de Sterrewacht 4000 worden toegestaan. Te Leeuwar den zal een normaal-schietschool worden gevoegd bij de aldaar gevestigde lagere burgerschool voor meisjes. Overigens worden de jaarwedden van de ambtenaren der provinciale bureaux met 5 pCt. verhoogd, Het Prov. gerechtshof in Zuid-Holland heeft benoemd tot rechter-commissarissen voor de instructie der strafzaken bij de arr.-rechtbanken in die provincie, voor den tijd van twee jaren, ingaande 1 Oct. 1866: in het arrondissement 's-Gravenhage, Mr. G. B. Emants; Leiden, Mr. H. P. J. Tollens; Botterdam, Mr. L. G. Greeve en Mr. J. A. Vail- lant; Dordrecht, Mr. A. J. Duymaer van Twist; Gorkum, Mr. J. C. J. Arriëns; Brielle, Mr. A. Knappert de Groot. De Gemeenteraad van 's-Gravenhage heeft aan ieder gemeente-geneeskunstoefenaar te 's-Gravenhage en te Sche- veningen toegekend een zilveren medaille en een gratificatie van ƒ100, en aan den geneesheer-directeur van het gast huis een gouden medaille, ter zake van yverige plichtsbe trachting en belangrijke diensten, tijdens het heerschen der cholera. Het Haagsche genootschap ter verdediging van den Christelijken godsdienst tegen haar bestrijders heeft tot be stuurder verkozen Prof. A. Kuenen te Leiden in plaats van wijlen Dr. P. Jas. In den Gemeenteraad van Delft is goedgekeurd de toevoeging van een nieuw artikel aan de politie-verordening ter voorkoming van brand, waarbij bepaald wordtdat nie mand in de bebouwde kom der gemeente een grootere hoe veelheid petroleum mag bewaren dan hoogstens 200 kannen. Maandag is de Rijks hoogere burgerschool te Utrecht plechtig geopend met een inwijdingsrede van den hoogleeraar directeur Dr. Engelbregt, waarin hij uiteenzette, dat de hoo gere burgerschool daar ter stede eene schoone toekomst heeft, omdat zij een behoefte des tijds vervult. Spr. ontvouwde het belang en de hooge waarde uiteen van het middelbaar onderwijs, wederlegde eenige bezwaren daartegen ingebracht en sprak achtereenvolgens den Commissaris des Konings, het stedelijk bestuurden inspecteur van het middelbaar onder wijs, de leeraren en leerlingen toe, terwijl hij ook hulde bracht aan den stads-architectaan wien den bouw van de localen met zoo gunstig gevolg was toevertrouwd. De inspecteur Dr. Bosscha antwoordde op de toespraak en gaf o. a. te kennenvan welke beginselen de regeering was uitgegaanom de Eijks hoogere burgerscholen te ves tigen de Utrechtsche zou onder deze, - om de belangrijk heid der stad, de gronden door de Technische school reeds gelegd, de liggiDg in 't midden des lands, de uitbreiding die de nijverheid er erlangde en de inrichtingen die aldaar bestaandie van Utrecht als het ware ook een wetenschap pelijk centrum maken, - een eerste plaats innemen, en een model zijn voor de overigen, die in 't land zouden ver spreid worden. Na afloop dezer plechtige opening werden de localen door vele belangstellenden bezichtigd. Sire Uwer Majesteits getrouwe onderdanen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2