Uit een hier ter stede ontvangen brief van een officier van gezondheid, deelen wij het volgende mede, van een wel willende zijde daartoe in staat gesteld Buitenlandsch Nieuws. De Berlijnsche hoogleeraar Kiepert is geschrapt ge' inrichting, bediening en ligging betreft ook uitlokt. Van de besloten baden voor dames onder het bijzonder toezicht eener vrouwelijke bediende wordt evenzeer een ijverig gebruik ge- gemaakt. 't Zal genoeg zijn dit mede te deelen en aan het bestaan dezer voor de gezondheid des lichaam9 zoo uitne mend dienstige instelling te herinneren om te hopen dat het aantal baden aanzienlijk toeneemt. Vrijdag en Zaterdag werd op de openbare lagere scho len voor meer uitgebreid lager onderwijs de jaarlijksche prijsuitdeeling gehouden voorafgegaan door een openbare les, toegankelijk voor de ouders der leerlingen, en in te genwoordigheid van HH. Burgemeester en Wethouders, van leden van den Gemeenteraad en van de plaatselijke school commissie alsmede van den districtsschoolopziener. Op elke school werden de prijzen uitgereikt door den Burgemeester Br. W. C. van den Brandeler, die daarna een woord tot de leerlingen en het personeel der onderwijzers richtte. - De prijzen werden toegekend aan de navolgende leerlingen als op de school van Mej. Renssen lste klasse. J. G. Albarda, J. H. M. Schermer en M. E. van der Kaay. 2de klasse. A. E. T. Driessen W. E. Coninck Liefsting, I). AndreaeW. Meijeraan A. M. T. Barkey, M. B. Noot hoven van Goor, E. C. Boursse Wils, M. E. Pijnappel, S. H. van Heukelom en G. P. Simon Thomas. 3de klasse. R. G. de Leeuw, A. J. Daniels, H. F. Krantz C. van Raalte, B. A. Greeve en S. J. Zaalberg. 4de klasse. C. J. A. Bierens de Haan, E. H.Liefrinck, M. T. W. V. V. van Heemstra, J. J. M. Montagne, A. A. Beets, G. M. T. van Maarsseveen C. L. H. van Honstede J. P. Sijthoff, E. J. Perrin en M. F. de Neve. 5de klasse. J. M. Rombach G. M. Vermeulen, A. M. G. Pijnappel, J. E. Knockers van Oosterzee, A. M. P. Sijthoff, S. A. Le Roux, C. Stokhuyzen G. J. H. van Maarsseveen, G. M. F. de Geus, A. J. I. TengbergenA. S. Seheltema en M. de Neve. 6de klasse. M. A. P. Montagne, J. H. M. Schmier, M. B. S. Quant, H. J. Kluit, N. P. de Gaay Fortman, J. E. Hamaker, M. J. H. LiefrinckH. G. Goudsmit, H. L. C. van Honstede en C. M. T. Schermer. 7de klasse. A. M. C. Montague, M. H. Leemans, M. J. E. Maclaiue Pont, A. C. de Gaay FortmanH. F. van Ros sum du Chattel, S. C. EkamaA. J. Wijnstroom, C. H. Cockuyt, C. van Hamel, E. D. Rutgers van der Loeff en J. S. van der Does de Bije. 8ste klasse. A. H. van OuterenJ. A. Simon Thomas, E. M. van Heukelom, Q. S. G. ten CateP. S. A. Hu- brecht en E. S. J. de Geus. Op de school van Jufvr. Jesse: lste klasse. J. Rosier, A. Homulle, A. PlanjerC. Mulié J. Horree, W. Bartelsman, W. van StraatenM. Dee, S. van Ewijk en A. Vink. 2de klasse. F. Smit, M. Boucher, O. KuyckJ. Borger- ding A. G. van Nifterik J.Duyverman L. Hopman, M. ter Laag, M. la Feber, M. SchretlenJ. van Geer, W. van Hartrop en C. Weijers. 3de klasse. A. van Driesten, H. Horree, C. Schretlen, M. van Wijk, E. Hopman, M. Mulié C. van Zonnenberg, G. van der Meer, W. WijnnobelJ. Choufour en C. la Feber. 4de klasse. M. Buffart, A. Rodbard, E. Levingston E. Borgerding, J. van DrielJ. CouvéeM. Vogelezang, C. Privé M. van Ewijk, J. Engels, M. de Baas en C. Vink. 5de klasse. M. ReutherA. Beyl, J. Bos, M. van Hoo- genstratenM. Meerburg, M. Knotter, M. van der Does en J. van der Upwich. 6de klasse. L. Reuther, E. Somerwil, H. de Baas, G. Vo gelezang, A. Privé, A. Eggink W. van Zonnenberg, C. Wei jers en T. Tethof. 7de klasse. A. Levingston, E. Kelder, C. van de Maa- renM. Kop, J. Niemeijer, B. Homulle, C. Boucher, N. Couvee, W. Spruit, C. Lammers, C. de Bolster, J. Hen driks, W. Vink en J. de Baas. 8ste klasse. M. Kelder, E. Privé, M. Boon, G. Japikse C.Broekhoff, M. van Geer, S. Oleff, B. Leeuw, C. van der Upwich en M. van Broekhoff. 9de klasse. H. Vogelezang, A. Boon, H. Cockuyt, T. Beyl, C. Tullinck G. ToorensH. Niemeijer, C. Hak bijl en A. Bonte. Voor Gradlitz 2 Juli 1866 te 5 uren a/m. Het is zoo bitter koud, dat ik op den natten grond niet meer slapen kanBij Nachodwaar wij door een bergpas naar Bo- hemen kwamen begon 's morgens te 6i uur een hevig vuur van de voorposten en te 7£ uur vuurden de kanonnen. Ons Lazareth moest voor Nachod halt maken daar blijven en de troepen voorbij laten. Te 8£ uur kwam het bevel in de ambulance van het Lazareth: «op het slagveld." Zoo hard de paarden maar konden loopen ijlden wij door Nachod. Daar gepasseerd waren wij getuige van een vreeselijk schouwspel. Het regiment dragonders kwam in vliegenden draf door de straten. De helft der paarden zonder ruiters het andere gedeelte veelal gewond, sommigen nog vallende. Zij hadden de Oostenrijksche kurassiers geattaqueerd en waren door een verborgen batterij met ka nonnen begroet. Dat is een mooi begin, dachten wij. Wij gingen da delijk aan het werk en middelerwijl er talrijke granaatsplinters om ons heen vielen opereerden wij en legden verbanden. Doch spoedig week het gevecht van ons. Den bedaarden aanval van onze infanterie met hare Zündnadelgeweren konden de Oostenrijkers niet weerstaan. Een verwonde Oostenrijksche overste zeide mij met tranen in zijne verwilderde oogen: «Ik heb bij Magenta, Solferino en alle gevechten in Italië medegevochten maar voor zulk een verbazend vuur heb ik nooit gestaan. Nauwelijks had ik dezen morgen mijn bataljon gemons terd of het lag ter neder." En de man had gelijkik zag de vree- selijke plaats; bij vieren en vijven lagen de lijken kruiseling over elk ander. De brave Görlitzer jagers hadden daar gemanoeuvreerd. Eén ba taljon van het 37ste regiment hield lang 2 defensieve Oostenrijksche regimenten tegen totdat ons 58ste regiment te hulp kwam. Het Oostenrijksche Keizerlijke regiment der jagers komt uit een bosch te voorschijn en voor hun vuur wijkte het 58ste regiment, maar het 37ste regiment marcheert op en in weinige minuten valt de helft van het Oostenrijksche Keizerlijke-jager-regimentde overigen vluch ten in allerijl. Maar in onze rijen hadden de Oostenrijksche granaten vreeselijk gewoed. Ons 37ste Westphaalsche regiment zegt: de Oos tenrijksche infanterie en cavalerie hebben niets te beteekenen als zij maar niet die vermaledijde granaten hadden. Maar bij Nachod stonden ook slechts 2 van onze batterijen tegen 40 Oostenrijksche monden. Bij Nachod werden 7 stukken veroverd en 1500 gevangenen gemaakt. De vijand ging circa 1 mijl terug. Nu komt het verschrikkelijke der zaak het lot der tallooze gewonden. Wij hebben gewerkt van 's mor gens te 8£ uur tot 3 uren 's nachts. (NB. alleen ik en nog 2 anderen hielden het zoo lang uit). Wij begonnen toen weer om 6 uren en werk ten tot des middags te 3 uren. Toen moesten wij weder op het slag veld en zeker nog 100 man lagen daar. Het is afgrijselijk en onmoge lijk te beschrijven maar de schuld dragen hoofdzakelijk de onverstan dige inwoners. Want alleszoowel steden als dorpen is verlaten. Zij hebben alles medegenomen en naar het binnenste van het land vervoerd, zoodat men geene paarden en wagens krijgen kan. Wij re- quireerden in Nachod en omstreken 200 wagens voor het transport der gewonden van het slagveld, en kregen er 2. Wat kan men daar mede doen?... 's Middags ijlden wij weder zoo spoedig mogelijk naar het slagveld van Skalitz. En was er nu daags te voren slechts een hevig gevecht geweest, bij Skalitz was het een waar slagveld. Doch de Oostenrijkers werden overal teruggedreven, zelfs konden zij niet weer staan den aanval met de bajonet. Het 6de regiment beproefde 3 maal achter elkaar een aanval met de bajonet, en iederen keer vlucht ten de Oostenrijkers. De granaten der Oostenrijkers deden ons echter veel schade. Een bataljon van het 7de regiment verloor de helft van zijne manschappen; het 7de regiment verloor in die 2 dagen 22 officieren. Een jong 2de luitenant voerde het bevel over eene bat terij (den 3den dag bij Schweinschadel), omdat alle officieren gevallen wa ren. Wij werkten weder bij Skalitz om er van om te vallen, totdat wij den volgenden dag weer zoodra mogelijk naar Schweinschadel moesten, waar weer honderden in 't gevecht gevallen waren. Eene kompagnie van het 47ste regiment verloor door ééne granaat 14 man. Doch ook daar hield de vijand geen stand. Terwijl wij daar aan het verbinden waren, vielen uit een tegenover ons gelegen bosch veelvuldige scho ten, zoodat wij slechts binnenshuis onzen arbeid konden voortzetten, nadat buiten alle lichten waren uitgedoofd. Den volgenden morgen vroeg kwam een adjudant met het bevel om ons zoodra mogelijk te verwijderen omdat wij gevaar liepen ge vangen genomen te worden. Wij gingen dus direct weg van Skalitz over het slagveld hierheen in het bivouak. Denzelfden dag heeft de garde bij Trautenau vreeselijke verwoestin gen aangericht tegen de Oostenrijkers. Hier hebben wij eindelijk de zoo noodige rust gevondenWir stehen mitten in schrecklicher macht hier. Of ons nog eene hoofdveldslag te wachten staat? Wie de zege zal behalen is niet te betwijfelendaar mij zelf een Oostenrijksch hoofdofficier zeide «onze infanterie wil niet meer tegen de uwe in 't vuur." Onze lieden hebben overal bewon derenswaardig gevochten In deze streek is niet9 meer te eten en te drinken, wij hebben niets dan ons rantsoen. In het cholera-hospitaal alhier zijn van den aanvang der ziekte af tot heden 14 Juli ingekomen 156 lijders, waar van overleden 94, onder behandeling 2 en ontslagen 60. Heden Zaterdag zijn 5. personen aangegeven als door de cholera aangetast en 1 als overleden. In het geheel dus aangetast 1 232 en overleden 824 personen. - De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Vrij dag des namiddags te 6 uren 8 5°, des avonds le 8 uren 73 te 10 uren 69°. Zaterdag morgen te 5 uren 67', te 8 ureu 6 8°, '9 middags te 12 uren 74c, 's namiddags te 4 uren 72°.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2