Binnenlandsch Nieuws. staat in verband met tucht en orde, met de opvoeding die alleen het recht der ouders uitmaaktmaar waarover geen school-commissieof schoolopzienerof Gemeenteraad mag heerschen. En juist tot handhaving van dat recht bestaat de vrijheid van onderwijs en tot die vrijheid behoort het bij zonder onderwijs niet te krenken. Als ik mijn zoon niet op zijn 12de jaar naar de hoogere burgerschool wil zenden, moet ik gelegenheid zoeken, en dan heb ik belang, dat de bijzondere scholen van de heeren Eichmanvan Leeuwen Gerritsen en Seulijn ook kunnen bestaandan moet ik waar borg hebben tegen een soort van liberalismedat zich ont wikkelt tot despotisme. Die vond ik in art. 17 der wet van 185 7 en het hooger beroep bij Gedeputeerde Staten en bij den Koning is voor ouders het middel en wapen tegen de heer schappij van een beginseldat op elk gebied de vrijheid doodt. Wel zeker//het non bis in idem is ook hier toepasse lijk en daarom was er bij ons geen bezwaar tegen de op heffing der school, omdat de school der 2de klasse met de bestaande bijzondere scholen een ruimte van keus overlaat. De wijze waarop gesproken is over hetgeen een klein ge deelte der burgerij eischtedeze alleen is hetdie ons te genstond. En zoo is het ook met de meisjesschool van de lste klasse. Wie heeft er onderzoek gedaan naar de klachten die door enkele ouders zijn gedaan over benauwdheid, door anderen over te groote luchtigheid en tocht in het locaal? In de jaarlijksche verslagen der plaatselijke schoolcommissie blijkt daarvan niets en art. 4 der schoolwet van 1857 schijnt niet van toepassing te zijn gemaakt. Intusschen ook daaruit blijkt weder, dat het oordeel van enkelen voor dat van allen of van de meesten geldt, want zoo is het ook met de be zwaren ten aanzien van de verdeeling der school in klassen. Wat daaromtrent wordt aangevoerd in het rapport van de schoolcommissie van 27 Februari 186 6 heeft ons niet over tuigd van de noodzakelijkheid der uitbreidingwel van de aanvulling van het personeel der onderwijzeressen. Kan en moet de verdeeling der school in. klassen zoo zijndat er jaarlijks overgang plaats hebbendan is het te vreezendat het onderwijs, waar het op aan komt, wordt beheerscht door den vorm en het klassikaal onderwijs geen acht slaat op de verscheidenheid van aanleg en gaven van het schoolgaand personeel. Zal de theorie niet in de practijk falendat de meisjes van haar 6de tot haar 16de jaar geregeld de tien klassen doorgaan, en waarop rust die theorie? Nu reeds blijkt, wanneer men het onderzoekt, dat meisjes van 11 tot 14 ja rigen leeftijd in dezelfde klasse zittenzoodat de verdeeling in klassen naar de vakken van onderwijs meer dan met het oog op den leeftijd en binnen een bepaald tijdvak de voor keur verdient. En heeft nu de ervaring geleerd, //dat de leerlingen van de hoogste klasse geene genoegzame vorde ringen meer konden maken en dat zij op den duur met her haling van het reeds geleerde werden bezig gehouden:" waaraan is dit anders toe te schrijven dan aan den rooster, die volgens de verordeningen jaarlijks door den hoofdonder wijzer opgemaakt en, na de plaatselijke school-commssie ge hoord te hebben, door Burgemeester en Wethouders vastge steld in afschrift aan de school-commissie en in de school opgehangen wordt. Met de beslissing van den Gemeenteraad over de wijze van uitbreiding kunnen wy ons meer vereenigen dan met het voorstel der splitsing in twee afzonderlijke scholen. Wij wenschen dit nader te ontwikkelen. Z. M. heeft benoemd tot notarissen te Amsterdam Ge rard Leef kens, P. A. Smits en A. E. Rouffaer, allen cand.- not. te dier stede; bij het pers. van den gen. dienst der landmacht tot offic. van gez. 3de kl. de kweek, bij 's-rijks kweeksch. voor mil. gen. L. T. van Kleef, H. H. van der Vegt, C. G. Luyt, T. A. Quanjer J. Clarisse, J. P. F. A. Lens en W. Smith; bij het pers. van den gen. dienst in O.-I. tot offic. van gez. 3de kl. de kweek, bij 's-rijks kweek- school voor mil. gen. J. P. Kloos. J. H. D. L. Sanger, H. C. F. L. Aalbersberg, P. A. Giesbers, G. B. Lowe en J. A. Coster. Uit Delft wordt bericht: De bekend geworden uit. slag van het examen B voor Indische ambtenaren is voor de Delftsche instelling voor onderwijs in de taal-, land- en volkenkunde van Nederl.-Indië, vergeleken met de Leidsche, weer alleszins gunstig te noemen. Van de dertien Delftsche studentendie het examen aflegdenslaagden er tienter wijl van de drie-en-twintig Leidsche studenten slechts twaalf een voldoend examen aflegden. De gelukkige Delvenaars zijn de volgendeW. H. Senn van BaselJ. de CraneMr. P. G. J. van Ghert, G. A. C. 0. Kraft, J. A. Muller, E. L. Muller, Th. Pino, Mr. A. J. Redeker, F. J. Potter en H. van Steeden. In de zitting van den Gemeenteraad van 's-Hage van Dinsdag 11. is ingekomen het volgend schrijven van de heeren Swaan en van HeyningenIn antwoord op CEd. Achtb. schrijven geven wij ons de eer UE.A. het volgende mede te deelen betreffende de ons ten vorigen jare verleende concessie voor de haven te Scheveningen en daaraan verbon den spoorwegen. Een solide maatschappij is gevormd. De leden van het bestuurzoowel in Engeland als hier te lande, strekken daarvoor tot waarborg. Bij onderhandsche deelne ming is reeds voor het grootste gedeelte van het maatschap pelijk kapitaal ingeschreven. Zoodra de tijdsomstandigheden het veroorloven zal de publieke inschrijving geopend worden en daarna de eerste storting worden opgevraagdten einde de werkzaamheden met kracht te kunnen aanvangen. De plannen zijn allen gereed en voorloopig door de regeering goedgekeurdterwijl die der haven ten gevolge van nader onderzoek bij medewerking van Nederlandsche, Engelsche en Duitsche ingenieurs, steeds meer tot volkomenheid zijn ge bracht en zij een meerdere diepte zal verkrijgen dan aan vankelijk bij de concessie was bepaald. Zoodra dus de over macht door den finantiëelen en politieken toestand sinds vele maanden in het leven geroepenzal zijn gewekenzijn wij overtuigd dat de onderneming, waaraan reed3 zooveel is ten koste gelegd, zeer spoedig haar volledig beslag zal erlangen, Dinsdag avond te 8 uren heeft de bepaalde bidstond voor ons vaderland en werelddeel bij de Hervormde en Evan gelisch Luthersche gemeenten te 's-Hage plaats gehad. De op komst in de verschillende kerkgebouwen was zoo aanzienlijk, dat velen geen toegang konden verkrijgen. In de Groote kerk werd deze bidstond bijgewoond door H. M. de Koningin, onder het gehoor van den WelEerw. heer Ds. van Koets veld die tot tekst gekozen had uit den Zendbrief van Paulus aan de Philipensen het IVde hoofdstuk vs. 6, 7. In de Nieuwe kerk trad als voorganger op Ds. Lamers, die tot tekst ge kozen had 1 Koningen XVIII vs. 41. In de Bethlehems kerk Ds. Molldie tot tekst had gekozen Psalm LXXIX vs. 9en in de Luthersche kerk Ds. Schuurmandie tot tekst had Jesaja V en uit de Openb. Joh. Ill vs. 14. Men heeft opgemerkt dat vele winkeliers hunne woningen gesloten hadden, Sedert eenigen tijd wordt iederen morgen te 8i uren in de Hoogduitsche kerk te 's-Hage een biduur gehouden. Aanvankelijk was de opkomst niet zeer talrijk. Thans is zulks tot houderden geklommen uit alle standen van de maat schappij. Als voorgangers treden gewoonlijk op de WelEerw, heeren Ds. Gunning en Schuurman en ür. Capadose. De Inspecteur van het geneeskundig staatstoezicht in Gelderland en Utrecht heeft in de Arnhemsche Courant ge waarschuwd tegen het gebruik van het middel van Dr. P- Bleeker. De geneeskundige kring te Arnhem heeft openlijk verklaarddat zij zich met de beschouwingen van den In specteur niet kan vereenigen en het middel in het eerste begin blijft aanraden onder aanbeveling inmiddels genees kundige hulp in te roepen. Mocht Brielle tot 28 Juni bevrijd blijven van het bezoek der alom gevreesde ziektevan dien dag af heerscht zij aldaar met dubbele woede; tot Zondag werden 31 per sonen aangetast, waarvan 17 zijn overleden. Te Utrecht zijn Maandag 22 en Dinsdag 31 perso nen overleden aan de cholera. Aan het bureau van den burgerlijken stand te Rot*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1866 | | pagina 2