SMIDSKNECHT,
Advertenliën.
vloeien, die, zich verspreidende, in aanraking kwam met
een machine-gebouw en vlam vatte aan het fornuis. Yan
hier verspreidde de brand zich verder met groote snelheid
nam vijf in werking zijnde bronnen in zijn loop op en rolde
vervolgens als een vurige stroom in de Oil-Creek-rivier. In
dien loop nam hij drie raffinaderijen, twintig of dertig
andere gebouwen en verscheidene bronnendie gebouwd
werden, mede, en vertoonde een verschrikkelijken berg van
zwarten rook en vlammen. Dit was ongetwijfelddie van de
Maple Shade uitgezonderdde grootste brand in Oildorado.
Twintig duizend vaten olie werdeD vernield terwijl de schade
op 150,000 dollars wordt begroot.
Te Napels hebben vrij ernstige ongeregeldheden onder de
studenten plaats gehad. De oorzaak daarvan was een besluit van
den Minister van openbaar onderwijs, die het aantal examens,
dat 26 in het jaar bedroeg aanmerkelijk had verminderd, maar
de overgeblevene veel zwaarder had gemaakt. Tegen het eerste
gedeelte van het besluit had men niets, maar wel tegen
het laatste; de jongelieden joegen den rector weg, beleedig-
den de professoren en tartten politie en nationale garde. De
ongeregeldheden zijn bedaard door de toezegging, dat de
zaak in het parlement ter sprake zou worden gebracht.
Naar gemeld wordt, behoort de Rus, die een aan
slag heeft gedaan op het leven van den czaar, tot den min
deren adel en is hij door de emancipatie der boeren finan
cieel te gronde gericht.
De nood der bevolking van Lapmarken, het onvrucht
baarste gedeelte van Zwedenis zoo hoog gestegendat zij
zich gedurende eenigen tijd met voeder van dieren heeft
moeten behelpen. De maatregelen, door de regeering tot
leniging daarvan genomenzijn niet voldoendezoodat tal-
looze gezinnen met hun kroost, in de meer zuidelijk gele
gen strekenal bedelende in hun onderhoud trachten te
voorzien.
Wordt gevraagd tegen goed loon en vast werkeen
voor het boerenwerk enz. bekwaam. Adresin persoon
of met franco brievenbij F. YAN DER KLUGT, j
Mr. Smidte Alphen a/d Rijn.
VANILLE
p j
prima qualiteit, gekristalliseerd, bij het masje van vijftig
stokjes, in een blikken busje, voor vier gulden.
Brieven franco bij M. CLEBAN, Huidenstraat, 278
te Amsterdam.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Zwammerdam;
Overwegende, dat, volgens de verklaring van den deskundige J. E.
REICHMAN, Rijks-veearts, door de besmettelijke veeziekte zijn aan
getast en daaraan gestorven: van JOHANNES VAN DAM, te Zwam
merdam, een blaauwbonte Pink, oud I jaar; een vaalbonte Koe, oud
4 jaren, en twee zwartbonte Koeijen, oud 5 jaren; van CORNELIS
VREESWIJK, te Zwammerdam, en zwarte Koe, oud 6 jareneen
zwartbonte Koe, oud 5 jaren, en een zwartbonte Vaars, oud 2 jaren;
van JAN VAN HOORN, te Zwammerdam, een zwartbonte en een
Waauwbonte Vaars, oud 2 jaren; een zwartbonte Koe, oud 5 jaren;
een zwartgremel Koe, oud 6 jaren; een vale blaar Koe, oud 5 ja-
zen; een zwartblaarde Koe, oud 7 jaren; een zwarte Koe, oud 3 ja
ren, en een blaauwe witkop Vaars, oud 2 jaren; van PAULUS VAN
OOSTEROM te Zwammerdam en zwartblaar Vaars, oud 2 jaren.
Overwegende, datvolgens die verklaring de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is, ten einde ze ter voorkoming van ver
dere uitbreiding dier ziekte, met de huid te kunnen begraven;
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten:
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen, en na inker
ving der huidmet bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid
ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen begraven, en
7". Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Zwammerdam, den 18 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
BRACK. H. SMEDA.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Warmond;
Overwegende, dat, volgens de verklaring van den deskundige WIL
LEM VAN SCHIEdoor de besmettelijke veeziekte zijn aangetast en
daaraan gestorven: van LEENDERT HEEMSKERK Lz., te Warmond,
een zwarte Koe, oud zes jaren; van ADRIANUS VAN DER VOOREN
te Warmond, een vale witkop Koe, oud vijf jaren, en van MAT-
THIJS NEDERSTIGT, te Warmond, een zwarte witkop Koe, oud
vier jaren.
Overwegende, dat, volgens die verklaring, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is, ten einde ze, ter voorkoming van
verdere uitbreiding dier ziektemet de huid te kunnen begraven
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenenen n& inkerving
der huid, met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid onge
bluschte kalkter behoorlijke diepte te doen begraven en
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Warmond, den 18 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
J. KOUWENHOVEN. A. NEDERBURGH.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Alphen;
Overwegende, dat, volgens de verklaring van den deskundige J. E.
REICHMANRijks-veearts, door de besmettelijke veeziekte zijn aangetast
en daaraan gestorven: van CORNELIS VAN 'T RIET te Alphen
een zwart witkop Koe, oud 4 jaar; van JAN DE BREEte Alpheu,
een zwartbont bles Stier, oud 1 jaar; van JAN ZWANENBEEK, te
Alphen, een zwart witkop Koe, oud 5 jaar; van CORNELIS VAN
RIJN, te Alphen, een witbonte Koe, oud 6 jaar, en een dito Kalf,
oud 1 maand; van FREDERIK WILLEM BAERVELDte Alphen,
een blaauwbonte Koe, oud 6 jaar; van ARIE BAAS, te Alphen,
een zwart witkop Koe, oud 6 jaar; een dito, oud 5 jaar; een dito
Pink, oud 2 jaar, en dito Kalf, oud 2 maanden van WILLEM LOM-
MERSE, te Alphen, een zwart witkop Koe, oud 6 jaar.
Overwegende, dat, volgens die verklaring, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is ten einde ze, ter voorkoming van ver
dere uitbreiding dier ziekte, met de huid te kunnen begraven;
Gelet op de Artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten:
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen, en na inker
ving der huid, met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid onge
bluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen begraven, en
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Alphenden 19 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
A. VAN BEIJEREN. L. W. VAROSSIEAU.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Bodegraven;
Overwegendedatvolgens de verklaring van den deskundige E.
OVERBOSCH, Rijks-veearts, door de besmettelijke veeziekte zijn aan
getast en daaraan gestorven: van de Wed. H. VERBOOM, te Bodegraven,
een zwart Rund, oud vier jaren; een roodbont Rund, oud zeven ja
ren; een dito, oud vier jaren; een witbont Rund, oud vier jarenvan
CORNELIS VEELENTURF Cz., te Bodegraven, een zwartbont Rund,
oud vijf jaren; een dito, oud een jaar; van WILLEM VAN BLOK
LAND, te Bodegraven, een zwartbont Rund, oud een jaar; een
zwartblaar Rund oud een jaar.
Overwegende, dat, volgens die verklaring, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk is, ten einde ze, ter voorkoming van
verdere uitbreiding dier ziektemet de huid te kunnen begraven
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten:
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenenen nh inker
ving der huid met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid
ongebluschte kalkter behoorlijke diepte te doen begraven, en
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Bodegraven, den 19 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Secretaris De Burgemeester,
L. GOLDBERG. J. VAN DAM Jz.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Valkenburg;
Overwegendedatvolgens de verklaring van den deskundige PIE-
TER DEN DAASwonende te Valkenburgdoor de besmettelijke
veeziekte zijn aangetast en daaraan gestorven: van KLAAS BINNEN
DIJKLandbouwer te Valkenburg, een hijs witkop Rund, oud twee
jaren, en een zwart witkop Rund, oud drie jaren.
Overwegende, dat, volgens die verklaring, de onteigening van ge
noemde runderen noodzakelijk isten einde zeter voorkoming van
verdere uitbreiding dier ziekte, met de huid te kunnen begraven;
Gelet op de artt. 69 tot en met 72 der Wet van den 28sten Au
gustus 1851 Staatsblad N°. 125).
Hebben besloten:
1°. Boven omschreven runderen dadelijk te onteigenen, en na inker
ving der huid, met bijvoeging van een genoegzame hoeveelheid
ongebluschte kalk, ter behoorlijke diepte te doen begraven, en
2°. Dit besluit onmiddelijk mede te deelen aan Heeren Gedeputeerde
Staten der Provincie Zuid-Hollandaf te kondigen binnen de Ge
meente en te plaatsen in het Leidsch Dagblad.
Valkenburgden 19 April 1866.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
H. VLASVELDWeth. I. J. MULLER.