Dr. E. P. van Eeghen en Dr. Jameson. Zoo men ziet, heb
ben verscheidene leeraars zich met de hoofdleiding willen
belasten. Ook te 's Hage is men bezig een comité te vesti
gen en de heer Leigh begeeft zich met hetzelfde doel naar
Rotterdam en elders in ons vaderlandten einde het oog
merk zijner zending te bevorderen.
Woensdag 11. zijn door de provinciale commissie van
onderwijs te Haarlem, 11 candidaten voor den rang van
hoofdonderwijzer geexamineerddie alien zijn afgewezen.
Tot hoofdonderwijzer te Soeterwoude is benoemd de
heer Th. de Van, hulponderwijzer te Schiedam.
Men verneemt, dat de provinciale staten van Gelder
land tegen Woensdag, den llden October eerstkomende,
zijn opgeroepentot behandeling van voorzieningen in zake
de veepest en benoeming van een griffier.
Uit de rijtuigfabriek van den heer Beijnes te Haar
lem, worden thans waggons aan de Holi. spoorweg-maat
schappij afgeleverd welke zullen worden gebruikt op het
smalle spoordat nu op den Holl. spoorweg wordt ge
maakt, zelfs de waggons bestemd voor reizigers 3de klasse
munten door sierlijkheid uit en zijn even als de nog be
staande bestemd voor 40 personenmet dat onderscheid
echter, dat in plaats van 5 slechts 4 personen naast elk
ander op een bank zullen zitten.
De gewezen R. C. geestelijke Takken heeft aan het hoofd
der geestelijke orde schuld erkend en zich ten aanzien van het
klooster St. Agatha te Cuyck bereid verklaard tot een algeheel
en schitterend herstel van eer.
Het provinciaal kerkbestuur van Noord-Holland heeft
na afgelegd examen als kandidaat tot de H. Dienst toegelaten
den kandidaat C. W. Schoorel van de Leidsche hoogescliool.
Aangenomen door Ds. P. van der Sluys te Vlissingen
het beroep naar de Christelijke Afgescheidene Gereformeerde
gemeente te Amsterdam.
- Wij hebben meer dan eens uier en elders beweerd
dat de Gemeentebesturen de bevoegdheid missen om door
plaatselijke strafvorderingen den doorvoer en den uitvoer
naar en invoer uit andere gemeenten te belemmereneene
bevoegdheid die zelf aan de provinciale besturen ten aan
zien der provincièu niet toekomt. Wel het zieke niet het
gezonde vee kan in het belang der openbare gezondheid
worden geweerd. Reeds is gebleken, dat ook in de practijk
zulke plaatselijke maatregelen falen en zulk een zaak van
algemeen belang behoort, tot de zorg der Hooge Regering.
Uit dit oogpunt beschouwdkrijgt veel waarde wat in de
Zitting der Tweede Kamer van Donderdag is gezegd door
den beer van Foreest. - Hij zou op het voorbeeld van den
heer Godefroi, niet onderzoeken of de runderpest door een
verzuim van den Minister van Binnenlandsche Zaken tot
ons is gekomen hij erkent dat er in ieder geval zeer ver
zachtende omstandigheden zyndoordien er hier te lande
in 't algemeen weinig op de ziekte gelet is. Maar is hij al
geneigd om hetgeen voor en bij de openbaring der ziekte
verzuimd is, met den mantel der liefde te bedekken, des
te strenger is zijn oordeel over de houding in de laatste
weken en voor de toekomst aangenomen. Ieder kent nu den
omvang en den aard der ziekteen de landbouw ziet ver
geefs naar krachtige maatregelen uit. De Minister wachtte
maatregelen van de maatschappijen van landbouw die ech
ter geene raagt tot handelen hebben. Wijders is de zaak op
de lange baan geschoven. Zij is commissoriaal gemaakt; de
Regering heeft eene afwachtende houding aangenomen en
dat alles om te weten te komen wat ieder wistdat de
runderpest was uitgebroken. Het eerste ontwerp van finan-
cieelen aard strekte niet tot wering der ziektealleen tot
goedmaking van kosten. En het tegenwoordig ontwerp geeft
aan de Regering, ja de bevoegdheid tot bandelenmaar
uit de memorie van toelichting blijkt dat de Regering geen
plan heeft, er gebruik van te maken. Intusschen kruipt de
ziekte voort en zijn de landbouwersvan welke staatkundige
rigting ook ontevreden de conservatieven beginnen te mor
ren en de liberalen zien zich in hunne verwachtingen te
leurgesteld. Het wacht op onze daden begint zijne kracht
te verliezen, en Spr. gelooft, dat, als men nog langer laat
wachten de landbouwers in massa op handelen zullen aan
dringen. Waar de veestapel bedreigd wordt, worden alle
veehouders coneervatiefzoo zelfs dat zij die zelfs nopens
de koloniale qua^stie de Regering zouden laten begaan, daar,
waar het den veestapel geldt van een ander gevoelen worden.
Spr. gelooft dat het geheele Nederlandsche volk de oogeu
op zijn vertegenwoordigers gevestigd heeft en van hen ver
wacht of liever verlangt dat zij zich niet in al die discus-
siën over verordeningen en decreten verdiepen maar dat z\j
den Minister te kennen geven dat hij de zaak niet langer
aan de plaatselijke besturen moet overlaten, en zich niet al
te zeer door zijn voorliefde voor de autonomie der gemeen
ten moet laten weerhouden om krachtig op de treden en
algemeene maatregelen te nemen. Vraagt men welke die al-
gemeene maatregelen zijndan vindt men ze opgesomd in
het rapport van 31 Augustus, ais: verbod van invoercor
don rondom de besmette streekstreng waken tegen het
vervoer van vee; onteigening en afmaking van ziek vee, en
crediet van b. v. 1 millioen. Spr. wenscht dat de Regering
alsnog krachtige maatregelen zal nemen. Hij weet wel, maat
regelen kunnen niet alles verhoedenwant het ligt soms in
de plannen der Voorzienigheid volken te straffen door ram
pen en beproevingenmaar dat ontslaat ons niet van den
pligt om alle mogelijke maatregelen te nemen die de we
tenschap aan de hand geeft. Doet de Regering dat nietdan
vreest hij dat de vergelijking van de spade op den schou
der nog eens te pas zou komen. Eenmaal om voor Amster
dam een waterweg te graven en den anderen keer om van
ons de maatregelen te vragen om den put te dempen ter
wijl het kalf verdronken is.
Het volgende wordt ons medegedeeld ten aanzien van
het plan tot oprichting eener Internationale Stoomvaart
maatschappij ten doel hebbende om de havens van Londen
Huil, Amsterdam en Dordrecht op betere wijze met den Rijn
en Zwitserland te verbinden. Dit plan vindt veel bijval in
alle daarbij betrokken landen. In Baden moet elke finantieële
vcrbindtenis door den Gemeenteraad aangegaan door een
grooter ligchaam uit de kiezers, grosse Bürgeraufschus ge-
Daamdgoedgekeurd worden. De raad van Carlsruhe had
aan de ljjn Dordrecht-Maxau een subsidie van f 20,000 toe
gezegd. De groote burgerraad heeft, volgens een Woensdag
te 's Hage ontvangen telegram, met algemeene stemmen de
toekenning van het subsidie aan de maatschappij bekrachtigd.
Op het Raadhuis te Carlsruhe ligt een inschryvingslijstdie
door den Oberburgemeister is geopend. Alle kassiers aldaar
werken gratis tot de inschrijving van Zuid-Duitschland en
Zwitserland mede. In Nederland is in de weinige dagen
dat de inschrijving geopend is, zoo te Dordrecht, Amster
dam, 's Gravenhage als elders voor een belangrijk bedrag
ingeschreven. Men mag zich dus van het tot stand komen
van deze voor handel, nijverheid en scheepvaart nuttige on
derneming waarvan Dordrecht het centrum zal zijn, bijna
verzekerd houden.
Bij het examen voor de provinciale commissie van on
derwijs in Zuid-Holland, heeft o.a. mej. M. Snellen een acte
van toelating verkregen als hoofdonderwijzeres en mej. C. Visser
als onderwijzeres in de Engelsche taal, beide hulponderwijze
ressen aan de openbare school voor meer uitgebreid lager on
derwijs voor meisjes, 1ste klasse alhier.
De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Donder
dag des namiddags te 5 uur 5 6°, des avonds te 8 uur 4 8°,
te 10 uur 4 6°. Vrijdag morgen te 5 uur 39te 8 uur
4 2°, 's middags te I 2 uur 5 8°, 's namiddags te 4 uur oö3.
Buiteniandsch Nieuws.
Te Antwerpen is dezer dagen uit Buenos-Ayres eene
treurige tijding ontvangen. De heeren Snijers, gezagvoerder
van de Belgische brik Eugenie, en Dehert, kapitein van
den Belgischen schoener Anna, zich te Buenos-Ayres be
vindende, hebben den 16 Augustus 11., bij het doen van
een watertogtje op de Uruguay, jammerlijk het leven ver
loren. De boot sloeg om, en zij werden door den stroom
medegevoerd zonder dat het mogelijk was hun hulp te ver-
leenen. Beide officiereu wareu algemeen geacht en hun dood
wordt levendig betreurd. Van de drie stuurlieden, die in
de boot waren, zijn er twee verdronken. Alleen de heer
Tielemansvan Antwerpenis behouden geblevendoordien
hij zwemmende een klein eiland heeft weten te bereiken,
waar hij zich aan een boom had vastgeklampt. Het water
kwam hem tot aan de schouders, overal waar hij ging, en