Buiteniandsch Nieuws. - Bij de opening der stembriefjes voor de gewone ver kiezing van acht leden van den Gemeenteraadom aftetre- deu in 1871, is gebleken, dat van de 730 ingekomen bil- letten 10 van onwaarde waren en van de geldig uitgebragte stemmen zijn verkregen door de HH. Mr. C. W. Hubrecht 603 Mr. H. C. J. Hoog 564 H. C. Hartevelt 558 Mr. P. du Rieu 542, P. J. de Fremery54l, J. B. de Moen49l, Dr. C. W. H. van Kaathoven 394 P. L. Tickler 3 55 YV. C. Baert 264 N. H. de Graaf 180, J. J. van YYensen 137 en H. Zaalberg 61 stemmen. De zeven eerstgenoemde, aftredende leden zijn op nieuw verkozen, terwijl eene herstemming moet plaats vinden over de heeren P. L. Tichler en W. C. Baert. Voor de buitengewone verkiezing in plaats van Mr. H. Cock, die in 1867 moest aftreden, zijn van de 731 inge komen stembriefjes 11 van onwaarde verklaard en hebben de uitgebragte geldige stemmen zich aldus verdeeldals op de HH. J. J. van YVensen 3 90 en Mr. M. H. A. Lisman 279 stemmen, zoodat eerstgenoemde verkozen is. De Thermometer van Fahrenheit teekendc alhier Diugs- dag des namiddags te 5 uur 70°, des avonds te 8 uur 6 5°, te 10 uur 63°. Woensdag morgen te 5 uur 6 2°, te 8 uur QS°, 's middags te 12 uur 79°, 's namiddags te 4 uur 69°. Een stokoude bedelaarster zat jaren lang aan den in gang der kerk St. André te Antwerpeneen aalmoes vra- gende aan ieder die voorbijging of ter kerke kwam. Onder hen, die haar een penningske toereikten, behoorde ook de jeugdige Marie Bdie zelve niet vermogendtoch nimmer daar passeerde, zonder een kleinigheid aan de oude vrouw te geven. Maar ziet, op een goeden morgen ging zij haars weegs zonder de bedelaarster hare gewone gift te over handigen. Deze, daarover verwonderd, kon, toen zij Marie, na het eindigen der dienstmet natbekreten oogen den tem pel verlaten zag, zich niet weerhouden aan een paar vrou wen die zij over Marie hoorde sprekennaar de reden harer droefheid te vragen waarop zij vernamdat Marie's broederde eenige steun eener bejaarde moeder en van een nog zeer jong broeder, een dienstpligtig nommer getrokken had en nu eerstdaags moest opkomenwaardoor de familie in de diepste ellende werd gedompeld. //Hoeveel zou een remplaQant wel kosten? vraagde de bedelares aan de vrouwen, die haar antwoordden: //O! zeer veel geld, wel 7 00 francs!" en daarop verder gingen. //700 Jraucs: 700 francs!" mompelde het oudje herhaalde malen en strompelde naar huis. De avond vóór het vertrek van Marie's broeder was daar. In sprakelooze- droefheid verzonken, zat het gezin bijeen. Daar wordt aan de deur geklopt, de besteller reikt een brief over. Met bevende hand breekt Marie den omslag los, en een bankbiljet van 700 francs valt op de tafel, met een strookje papier, waarop deze woorden: Wie den armen geeft, leent den Heere Des anderen daags reikte Marie als naar gewoonte haar penningske aan de arme vrouw, die het glimlagchend aan nam. Wat zal er in het hart der ledelares zijn omgegaan? Dezer dagen is zij overleden en bij testament is Marie B. tot haar erfgenaam benoemd; zij laat haar een som van 1000 francs na. Te Antwerpen zou de oppasser de apen in den die rentuin naar hunne hokken drijven. Allen gingen, door de zweep gedreven. Een was weerspannig en bleef achternog maals met de zweep geraakt, wierp hij zich op den oppas ser de tucht was toen verbrokenen alle apengroot en klein, vielen den oppasser te lijf, die weldra, met 23 won den bedekt, op den grond lag, en op zijn hulpgeschrei door de verdere oppassers werd gered. - In de Praterstrasse te Weenen is een tentoonstelling geopend van vlooijenen wel van gedresseerde vlooijen. Men ziet daar vlooijen, in- en voor rijtuigen, vlooijen voor- en achter ploegen, vlooijen in allerlei kostumenvlooijen te paard (te vlooi) als huzaren en lansiers gekleedvlooijen die als artilleristen gekleed zijn en een kanon bedienen vlooijen die duelleren vlooijen die in een vierduim langen spoortrein rijden, vlooijen die draaiorgels bespelen, vlooijen die in groot toilet dansen op de muziek van een vlooijen- orkesteen vlooi als boerin gekleed, die water uit een put schept, enz. De vlooijen-dresseur is een 60jarig man, die niet alleen zijn troep afrigt, maar ook zelf alle mikroskopi- sche rijtuigjes, instrumenten en toiletjes voor hen maakt, en wel met het bloote oogterwijl de toeschouwers een mi- kroskoop noodig hebben om ze te zien. Zijn élèves nuttigen niets dan menschenbloed en leven gemeenlijk twee jaren. Hij voedt ze zelf uit zijn arm twee malen per dag; zij zijn 6 5 in getal men kan dus begrijpen hoe die arm er uitziet. Omtrent het spoorwegongeluk tusschen Lyon en Mar seille verneemt men nog de volgende bijzonderhedenEen ooggetuige verklaart, dat het een en ander vreeselijk was en verwondert zichdat niet alles te gronde is gegaan. Het aantal dooden bedroeg 11 a 12, dat der gekwetsten 74. Sommigen moeten jammerlijk verminkt zijn. Een vrouw in gevorderden staat van zwangerschap zijn de beide beenen gebroken. De plaatswaar het ongeluk gebeurd isgeleek een slagveldwaar het aantal gekwetsten hulpeloos nederlag. Anderhalf uur bleven de ongeiukkigeu hulpeloos. Het was bij dat alles echter opmerkelijkdat men geen jammertoonen of klagten vernam. Geduldig leed menen de minder ge kwetste 3tond den verminkten broeder met de meeste liefde en bereidvaardigheid bij. De draaijers en stoelenmakers van Lyon hebben den arbeid gestaakt. De kappersbedienden van Parijs zouden Maan dag avond een bijeenkomst houdenten einde over hunne belangen te beraadslagen. Het meest zonderlinge feit van dien aard is echter een vergadering van 120 huishoudsters, die dezer dagen met hetzelfde doel te Porren truy op de Fransch- Zwitsersche grenzen plaats had. Uit Schaffhausen schrijft men van den 12den dat de geestdrift voor het schuttersfeest buitengemeen groot was. Het aantal schutters nam steeds toe en het aantal schijven bedroeg 15 0. Het feest zou dien dag eindigen met de uit- deeling der prijzen. Een der belangwekkendste episoden van het feest was de bekrooning van mevrouw Meijereen jonge vrouwschoon als een madonna van Raphaël. Zij werd in een optogt met muziek naar het paviljoen gebragt waar de geschenken voor de overwinnaars zich bevondenen ontving daar, behalve de door haar gewonnen kelk, een lauwer krans, waarna zij in triomf naar de groote zaal gebragt werdwaar de raad van haar kanton haar met een toespraak ontving. Drie honderd personen te Dublin hebben een akte onderteekend, die gedeponeerd is bij de directie van het anatomisch museum aldaar, eu waarbij zij verklaren, dat zij na hunnen dood niet willen begraven worden, maar in tegendeel bevelen, dat hunne lijken zullen worden overge- bragt naar de ontleedkamer. De beweegreden van hun be sluit is om, zooveel zij vermogen, bevorderlijk te zijn aan deze zoo belangrijke wetenschap, zonder welke een grondige beoefening der geneeskunst onmogelijk is. Gelijktijdig wil len zij ook hiermede het vooroordeel doen verdwijnen dat in Groot-Brittanje nog heerscht tegen het ontleden der lijken. Aangaande de ongeregeldhedenbij gelegenheid dei- verkiezingen in Engeland gepleegd meldt men deze koddige bijzonderhedendat in Carlisle de candidaat Lawson door zijne tegenstanders met roet werd besmeerd, totdat hij er als een neger uitzag. In Wiltshire wierp men elkander met doode konijnenminder gevaarlijk voor het leven der strij denden dan voor hun reukzenuwen. In Kings Lynn ging het ernstiger toe: de conservatieve candidaat, majoor Wal- polewerd met een knuppel tegen den grond geslagen. In Chettenham werd een jong ambachtsmandie op de gezond heid dronk van den conservatieven kolonel Berkeley, door een ander met een pistoolschot gedood. Gepasseerden Zondag veranderde het kerkgebouw te Terwispel op eens in een huis van opsluiting. Toen de ge meente na het eindigen der godsdienstoefening de kerk zoude verlaten vond zij tot niet geringe verbazing de deuren zoo danig gesloten, dat alle aangewende pogingen om haar open te krijgen, vruchteloos bleven. Een der kerkgangers nl., die voor het eindigen der preek de kerk had verlatenmoet de deur zoo sterk hebben toegehaalddat zij van binnen met kon worden opengedaan. Na vele aangewende middelen besloten de gevangenen de klokwaar zij bij konden ko men te luiden. Dit middeldat eerst schrik in de ge-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1865 | | pagina 2