N°. 1615.
Dingsdag 23 Mei.
De JLeidsclie Studentenfeesten.
-
LEI BSC II
Deze Courant verschijnt eiken dagbe
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden 1.95, en franco per post ƒ2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Adverteutiën1-6 regels/0.76.
Iedere regel meer 12} Ct9. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels/0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts.
Spoortreioeo van Leiden naar 's Graven hage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 8 u. 38 m.; 10 u. 15 m.; I u. 14 m.; 3 n. 42 m.;
6 u. 6 m.; 9 u. 5 m. naar Haarlem en Amsterdam te 8 u. 34 m.; 10 u. 12 m.; 11 u. 54 m.; 2 u. 51 ra.; 4 u. 44 m.; 9 u.; en op
Zon- en Feestdagen rijdt ook een trein van 's Hage naar Leiden des avonds te 10 u. 50 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 3 u., de overige da^en, uitgezonderd des Zondags, 5 u.; van
Amsterdam (Beerebijt) naar Leiden, Maandags ten 2} u. 's nam. de overige dagen 's namiddags ten 3 ure, des Zondags buiten dienst.
Postbusligtingeu aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 's morgens te7u,45m. en te 11 u.;'s namiddags te 8 u. 35 m.
'savonds te 7 u. 55 m. en op de Zondagen alleen ten 11 u. en 3 u. 35 m. 'snamiddags. Ooit-Indisohe Landpoit. Over Southampton
1 en 17over Triëst, 7 en 23; over Marseille, 9, 16 en 26 van elke maand.West-Indisohe den 14 en voorlaatsten van elke maand.
RijUs-Telegraaf. Dagelijks geopend van 7 uur 's m. tot 9 uur 's av. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 7 u. 's m. tot 10 u. 30 m.av.
Zittingen van bet Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur,
dummisste van Fabricage, Woensdag te 12 uur. •Burgemeesterdagelijks 110 uur. - President der Commissie pan Fabricage des Zaturdags van
111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104 uur. - Thesauriedagelijks van 10 —2 uur. - Be Gemeente- Architect
is te spreken op het Raadhuis, eiken werkdag van 'smorgens 12 1 uur.
Kantoor der Plaatselijke Aooijusen, dagelijks van 82 uur en van 47 uur; der In- en Uitgaande Reobten eu Aooijnsea
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van '«Rijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdagen Donderdag van 9-—2
uur. van ZegelRegistratie dagelijks van 84; van de Hypotheken en bet Kadaster, van 94 uur.
ui.
De keuze der geschiedkundige voorstelling is voor Leideu
niet zonder bijzondere beteekeuisGraaf Willem van Ooster-
vant, later Willem III, bijgenaamd de Goede, bestemde de
gevangen wevers in 1301 naar Leiden, zoo udat men ter
stond genoodsaakt wierdt de stad uyt te leggen, met de
Hooy-, middel- en uitterste graftensooveele vremdelin-
gen sig hier quameu nedersetten om te drappieren." In dien
tijd werd ook de Lakenhal gesticht en stond met de ver-
grooting der stad tevens iii verband het maken van een brug
over den Rijn, strekkende uit het Noordeinde: tot den Ma-
rendijk, thans de Borstelburg, waartoe de Graaf vrijheid
verleende den 9den October 13 24.//Het is kennelijk dat Lei
den tot den jare 1300 nooit uitgelegt wesendeeen seer
kleine stad was." Aan de uitbreiding en bloei der Lakenne-
ring of draperie is de vergrootiug der stad en de aanleg
van ruime grachtenwaarmede de nieuwe voorsteden door
sneden werden, toeleschrijven zooals van de Rijnsburger tot
aan de Zijlepoort. /vSulks de Regeerders ziende dat de voor
steden booven ende beneeden aan den Rijn door veele Drap-
piers dies nietjegenstaande zeer toenaamen sig lieten voor
staan die onbeboudheid der vergrootingen veroorzaakt te werden,
niet door de gemelde dwangmaar alleen door het gebreck
van graften, gelyk sy aan die andere zijde meenden, dat
die groote voorsteden ontstonden niet door de vrijheid, die
de Drappiers aldaar genooten maar door het gerief van 't water
dat zij aldaar gebruikten. Sulcks de Regeerders te raade wier
den hare onbeboude stad uitteleggen in den jare 13 89 met
veele graften tusschen de Haagsche- en Hoogewoerds-poort."
De overwinning van Graaf Willem van Oostervant in Zee
land behaaldwas een oorzaak van de bloei der Lakenfa
brieken binnen Leidenwier voortbrengselen van wege kleur
en stof en bewerking eeuwen lang Leiden wereldberoemd
maakte. Is het toevallig of veelbeteekenend dat bij den aan-
staandeu gecostumeerden optogt, Graaf Willem van Ooster
vant wordt voorgesteld door een lid van een Leidsch ge
slacht dat steeds met de lakennering in een onafscheidelijk
verband stond en door een uitstekende wollen ver werij tot hare
wereldberoemdheid meer dan een eeuw veel heeft bijgedra
gen waarvan het oudste lid thans nog aan het hoofd staat
van de Leidsche manufactuurhal en die nog onder de over
geblevene Leidsche patriciërs een waardige plaats vervult!
Graaf Willem van Oostervant aanvaardde reeds in 1304
de Grafelyke regering en in die betrekking bevestigde hij
de stads privilegiën van zijn voorouders, bij charter van 26
October 1304. Hij vernieuwde en bevestigde alle vorige voor
rechten en nam die van Leiden in zijn bescherming, ten
overstaan van vele edelen, bij brieven van 5 Januarij 1315
en had, 't is zeer opmerkelijk, zooveel op met de groote
school te Leidenthans het Gymnasiumdat hij de rector
dier instelling benoemde tot secretaris zijner dochter en Ni-
colaas Marre tot rector aanstelde.
//Als oorlogsman was hij niet hoog te stellen, maar eyn
hart was uitmuntend, zijn verstand en doorzicht helderzijn
arbeidzaamheid onvermoeibaar, zijn moed niet neer te druk
kenzijn bedaardheid van geest altijd aan zich zelve gelijk
en zijn eerzucht blakende; ook ontbrak hem geene persoon
lijke dapperheid. Bij zijne groote hoedanigheden wordt ook
een onkreukbare handhaving van 't recht gemeld,"
Tijdgenoot en nageslacht hebben hem den naam van //de
goede" toegekend. Wanneer een volk aan zijn vorst dezen naam
geeft, is het niet de beteekenis van deze of gene hoedanig
heid of karaktertrek in den Vorst, maar het resultaat van
verteederingvan kinderlijke gemoedelijkheid, die de Vorst
en zijne gedachtenis bij hen verwekt; en daar die verteede
ring algemeen isis het woord van goed of de goede niet
twijfelachtig of dubbelzinnig; maar het is de hoogste de
eenige waarachtige lofspraak. Met dat alles was Willem III
bij de geestelijken in 't geheel niet gezien. Hij stichtte wel
kerken waar het pas gaf en behandelde priesters en mun-
niken naar behooren maar hij verbood de vervreemding van
vaste goederen in de doode hand.