Binnenlandsch Nieuws.
besproken eerlijkheid en voorbeeldige bekwaamheid, als aaa
baar werd toevertrouwd het beheer der kerkelijke fondsen
van de Nederduitsche Hervormde gemeente.
Z. M- heeft op het daartoe door hem gedaan verzoek
eervol ontslag rerleend aan Mr. G. Dumbar als burge
meester der gemeente Deventer, en tot schoolopziener in het
eerste schooldistrict der provincie Gelderland benoemd den
heer Dr. S. H. Rinkes, te Arnhem; voorts aan den officier
van gezondheid der 2de kl. Dr. J. E. de Voogt, op het
hiertoe door hem gedaan verzoek een eervol ontslag uit de
militaire dienst verleend.
Z. M. heeft benoemd tot- on-v. der dir. bel., in- en
uitg. rechten en acc. te Swalmen F. W. H. Züsang, thans
sum. der dir. bel. enz. in Limburg; alsmede aan G. C. ba
ron Sloet van Warmelo, op zijn verzoek, eervol ontslag ver
leend uit zijn betrekking van ontvanger der in- en uitg.
rechten en acc. en entreposeur te Zwolle behoudens aanspraak
op pensioen.
Z. M. heeft HD. kamerjonker Mr. J. A. baron Taets
van Amerongen adsistent-resident van Sarapang op Madura,
benoemd tot kamerheer in buitengewone dienst.
Naar men verneemt heeft Z. M. de Koning, den Rus-
sischen Generaal Budberg, benoemd tot ridder Grootkruis
der orde van de Eikenkroon (gemelde Generaal was reeds
kommandenr der orde van de Nederl. Leeuw) en den heer
Matthijsoud kamerdienaar van wijlen Willem II, tot ridder
van de orde der Eikenkroon.
HH. MM. de Koning en de Koningin HH. KK. HH.
de Groot-Hertogiu van Saxen-Weimar-Eisenach Prins en
Prinses Hendrik, de Prins van Oranje, Prins Alexander en
Prins Frederik hebben Zondag morgen in de Kloosterkerk
onder het gehoor van den WelEcrwaarden heer Hofprediker
Ds. Ruitenschild, de godsdienstoefening bijgewoond.
In de meer dan gewoonlijk nog belangwekkende rede des
leeraars, wees ZWEerw. op het gewigt van 't gedurig aan
denken aan de thans ontslapen Vorstinne wijlen H. M. de
Koningin-weduwe. Hij had tot tekst gekozen Matth. 26 vs. lOè.
"Zij heeft een goed werk aan My gewrocht."
Na aanwijzing van de meest sprekende trekken in het
beeld der Koningin, hare godsvrucht en liefdadigheiddeed
de leeraar uitkomen, dat de ontslapene de lofspraak, door
Jezus aan een zijner getrouwen gegeven verdient. De hoofd
trekken van de, Vorstinne waren buitengewone geestbescha
ving, liefde, waardigheid. Daarna werd door den leeraar in
het licht gesteld, hoe vreeze Gods en het geloof in Jezus
Christus haar tot die hoogte hebben opgeleid en men van
de Koningin-weduwe kan zeggendat zij van Christus was
en goed werk voor den Heer heeft gewrocht.
Het was dau ook naar die aanleiding en grondendat
eindelijk de gemeente werd opgewekt tot welbestuurd aan
denken en navolging van dat voortreffelijk voorbeeld. Toe
spraken in naam der gemeente kwamen ten slotte; ZWEerw.
rigtte de bede tot den Almagtigedat Deze zou steunen
en sterken de rouwenden om Haar, die zoo algemeen in den
lande werd geliefd en aller eerbied had opgewekt.
De leden der Koninklijke familie waren in zwaren rouw,
omgeven door hendie tot de hofhouding behooren in de
loge voor het Koninklijke gezin bestemd. Een aanzienlijke
schare had zich in het kerkgebouw vereenigd. De godsdienst
oefening ving aan met gezang 182 vs. 1. Bij het verlaten
van het kerkgebouw bragt de menigte, daarbuiten verzameld,
eerbiedige groete aan Z. M. en de overige leden van het
Koninklijke Huis, en zij volgde den Koning, benevens de
beide Prinsen zijn zonen die zich te voet naar HD. paleis
begaven. De Vorstelijke personen waren zigtbaar getroffen
over de vernieuwde blijken der algemeene deelneming in het
geleden verlies, en de Koning bleef nog aan den ingang
van het paleis vertoeven, om daarop welwillend te ant-
woodren.
1 Naar men verneemt, is een groot deel van de Hof
houding, behoord hebbende tot wijlen H. M. de Koningin-
Moeder, bij H; K. H. de Groot-Hertogin van Saxen-Weimar
Eisenach, bij voortduring in HD. dienst overgegaan.
Heden Dingsdag heeft de advocaat-generaal Romer
bij den Hooge Raad conclusie genomen in de zaak van den
officier van justitie te Leiden requirant tegen vonnissen dei-
rechtbank aldaar van 13 Jan. jl. waarbij v. d. L. te Nieuw-
veen is ontslagen van rechtsvervolging wegens tolweigering.
Adv.-gen. was van meening dat de grondwettigheid van re
geling der tolheffing bij besluit reeds door den Hoogen Raad
was gehandhaafd; dat het hier niet gold aansprakelijkheid
voor de overtreding van een derde maar dat de voerman
het tolgeld moest voldoen voor iederen passagier, en dus
hij zelf tol heeft geweigerd. Adv.-gen. hield overigens het
bepaalde bij den H. R. van 6 Mei 1850 S. N°. 23 voor
enuntiatief en niet limitatief en beweerde dat het bevatte
tollen op alle wegen geen groote wegen zijnde, onverschil
lig door wie zij waren, aangelegd al stond ook in het be
sluit: //aangelegd ten koste van provinciën, gemeenten of
bijzondere personen," zoodat Z. E. H. A. meende dat sedert
1850 tolheffing op waterschaps- en heemraadschapswegen voor
goed was gevestigd.
Op grond van een en ander concludeerde hij tot vernie
tiging der vonnissen van de rechtbank te Leiden alsook van
die in eersten aanleg gewezen door den kantonrechter te
Woubrugge, en veroordeeling van den gerequireerdewegens
tolweigering op een weg geen groote weg zijnde, tot twee
boeten ieder van 10.
De Hooge Raad zal 4 April a. s. uitspraak doen.
Dr. J. M. van Stipriaan Luïscius te Delft viert heden
Dingsdag den 50sten verjaardag van zijn promotie tot doc
tor in de geneeskunde.
Bedankt voor het beroep naar de Ned. Hervormde
gemeente te Arnhem door Ds. J. Knappert, predikant te
Harlingen.
De officier van justitie te Leiden Mr. C. Maclaine
Pont heeft heden Dingsdag uitspraak gedaan in de zaak van
de stad Leiden tegen de gemeente Soeterwoude. De vordering
der stad Leiden strekte tot terugbekoming van achterstallige
intressen van zeker kapitaalin der tijd volgens den eischer
door de stad voorgeschoten ten behoeve van Soeterwoude en
Stompwijk tot afkoop van lastengenaamd de bottingen en
riemtalen, of tot terugbekoming van gezegd kapitaal.
De officier van justitie vermeende, dat de overeenkomst
waarop de beide vorderingen waren gegrond door de over
gelegde bescheiden niet was bewezen en evenmin voortvloeide
uit de wet of den rechtstoestand van die dagen. ZEA. con
cludeerde alzoo, dat aan de stad Leiden beide vorderingen
zouden worden ontzegd, maar daarentegen de reconventionele
vordering van de gemeente Soeterwoude, strekkende tot te
rugbekoming van het onverschuldigd betaalde, voor zooverre
daartegen de verjaring niet in den weg staat, toegewezen.
Betreffende den 14jarigen de Graan, die op Vrijdag
31 dezer alhier een concert zal geven, lazen wij in een
geacht muzikaal tijdschrift: //Het heeft nooit aan die zoo
genaamde wonderkinderenook in de muzikale wereldont
broken. Allen kenmerkten zich echter door een zekere be
paalde rigting, zoo niet afrigtingalles was er op aange
legd om door eenige technische moeijelijkheden het publiek
te verbazen. Met 2 of 3 daartoe bestudeerde nummers,
werd van plaats tot plaats gereisd, altijd en altijd hetzelfde
gespeeld, en daardoor een gemakkelijkheid en zekerheid in
het vertoouen van die tours de force verkregenwelke in
derdaad verwonderlijk warendoch uit een muziekaal oog
punt weinig beteekenden.
De Graan daarentegen is een geheel eenig verschijnsel
bij hem niets van die dressuur, van dat gedwongenezieke
lijke, dat al zijn voorgangers eigen was. Zijn spel is vol
gloed; in zijn bravourpassages weet hij ieder mede te sle
pen, in zijn adagio's de fijnste snaren van het gevoel te
doen trillen. Elke school wordt in zijn uitgebreid repertoire
vertegenwoordigd; dan eens geeft hij Viottidan weder Pa-
ganini, Ernst, Vieuxtemps of Beethoven, Spohr en Men
delssohn, in al hunne eigendoinmelijkheid te hoorcnmoei
jelijkheden kent hij niet. Dit alles gaat bij hem gepaard met
een allergunstigst bescheiden uiterlijk, dat elkeeD inneemt
en hoogachting inboezemt voor dat kleine, maar kolossale
talent."
De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Maan
dag des namiddags te 5 uur 30°, des avonds te 8 uur 25°,
te 10 uur 23°. Dingsdag morgen te 5 uur 18°, te 8 uur
22°, 's middags te 12 uur 31°, 's namiddags te 4 uur 33°,