Buitenlandsch Nieuws. bepaalde verbetering en vergrooting van die academische in- rigtingwaarvan de gebreken in de volgende zinsneden worden aangeduid Wij moeten ons afvragen of de inrigting van het Noso- comium beantwoordt aan de er-chen der tegenwoordige ge neeskunde. En deze vraag, zo wordt niet slechts door de jongeluimaar door alle Professoren onzer faculteit ontken nend beaDt woord, Om Van meer moderne zaken, bv. ventilatietoesteilenin strumenten, enz. niet eens te spreken, wil ik voorshands slechts wijzen op het gemis van badkamersvan afzonder lijke zaleu voor besmettelijke ziekten, van eene geschikte operatie- en sectie-zaal en dergelijke. Van baden is bij oüs bijna geen spraak. Eene op wiel tjes beweegbare badkuip en een toestel voor douches is alles. "Wil meu een' patient een bad geven, dan moet dat geschie den op de algemeene zaaizoodat de overigen van de uit waseming mede kunnen profiteren. Er is ééne kamer met één bed voor pokkenlijders. Wan neer nu eens twee patiënten van verschillende sexe te gelij kertijd de pokken hebbenmoet óf hij óf zij op een alge meene zaal geplaatst worden, hetgeen natuurlijk de andere zieken op Je meest onveianlwoordelijke wijze aan besmet ting bloot stelt. Wat Boerhave in dergelijke gevallen gewoon was te doen zal het reeds genoemde Raadslid ons welligt weten te zeggen. Vau syphilis zien wij ongeveer niets. De vrouwen, die het meest daaraan zijn blootgesteld, wil men niet opnemen, daar men hare tegenwoordigheid voor de overige vrouwelijke patiënten minder aangenaam rekent, en geene afzonderlijke zaal voor syphilis bezit. Jaarlijks wordt er voor het geheele Nosocomium (onder houd voor het gebouw, salaris der suppoostenverpleging der zieken, enz.) f 10,000 uitgegeven. Daarvan betaalt bet rijk f 8000, de gemeente f 2000. Wanneer, zooals meer malen gebeurd is, dit geld vóór het eind van den cursus is verbruikt, sluiten de Professoren hunne kliniek (waarin zij trouwens groot gelijk hebben) en blijven de studenten van onderwijs verstoken. Aan internesen dergelijke objets de luxe kan bij dezen stand van zaken natuurlijk niet gedacht worden, en zoo de toestand van dezen of genen patient gedurende den nacht eensklaps bedenkelijk wordt, moet men met kunst en vlieg werk een' der jongelui of der Professoren laten roepen." Door de ontvangst van een nader telegrafisch berigt vaü uarö 31 October, kan nog het volgende worden ge meld, omtrent de gepleegde gewelddadigheden te Tagal. //Op den 30 October mogt de Resident nog een zevental kwaadwilligen in handen krijgen, en werd eene nachtelijke bijeenkomst van een 80tal personen op de grenzen aan Doe* koewringin en Krangdan uiteengejaagd. Een groot aantal kwaadwilligen schijnt er in geslaagd te zijn des nachts door de bosschen te ontkomen en naar de dessa's terug te keeren. De resident keerde ter hoofdplaats terug, teu einde den komrnandant der van Samarang verwacht wordende troepen te ontmoeten en aldaar den stand van zaken op te nemen. Aan den regent, ondersteund door de pradjoerits, werd opgedrageo om, gedurende de afwezigheid van den resident, de rust in de binnenlanden te handhaven. Intu9schen hadden geen nadere ongeregeldheden plaats. Door de verklaringen der in het gebergte gevatte perso nen kon de resident ter hoofdplaats nog een 8tal onrust stokers meester wordeD. Onder hen bevond zich ook bet tweede hoofd der benden, een ontslagen mantri koekoepaten. Het hoofd der bende, Kadhen Hadji, is zekere Singo Troeno, een inlander van geringe afkomst, en van beroep suiker-koker en handelaar in djimats; hij laat zich ook wel mas Tjilik noemen, en heeft den naam van Radhen Hadji aangenomen naar zekeren zich aldus noemenden persoon, zoon van zekeren pangeran Smedo, wiens graf in de bos schen van Maribaija ligt en als heilig wordt beschouwd. Ook genoemde Radhen Hadji zou daar begraven liggen en zou volgens de inlanderseen zeventigtal jaren geleden wegens poging tot opstand verbannen zijn geworden. Singo Troeno had de hevolking beloofd rijk te zullen maken en haar geen suikerriet meer te doen aanplanten j hij wendde voor bij magte te zijn alle Europeanen en de hun getrouw geblevene inlandsche hoofden te vermoorden. Sint# jaren was Ds. van Sehaick bekend als een be kwaam novellenschrijverdie altijd een hoog ernstige strek king haddenal was de vorm doorgaans luchtig en los. Men vond ze yoor eenige jaren in tijdschriften en jaar boekjes; maar zien thans, voor een deel in een afzonderlijk bundeltje verzameld, het licht op een keurige en smaakvolle wijze, verrijkt met het portret en facsimile van den eerwaar den schrijver, die uit de West-lndië naar Nederland terug gekeerd, eeu welverdiende rust geniet. Wij wenschen dat bundeltje in veler handen en zijn verzekerd, dat de ernstig- 1 denkende er evenveel nut uit trekken zal als den luchthar- tigen beschouwer van de voorvallen des levens. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Donder dag des namiddags te 5 uur 28°, des avonds te 8 uur 27°, te 10 uur 26°. Vrijdag morgen te 5 uur 10°, te 8 uur 18°, 's middags te 12 uur 23°, 's namiddags te 4 uur 21°. Uit Coblenz wordt gemeld, dat Dingsdag morgen reeds vrij veel ijs in de Moezel dreef, zoodat de scheep vaart op die rivier thans geheel gestaakt is. De Rijn was Dog vrij van ijs: doch de waterstand weder zeer laag. Dien tengevolge geraakte een naar Keulen bevracht schip bij En- gers aan den grond vast en kwam zóó in het vaarwater te liggendat de passage geheel gestremd is. De pas9agier9boot van Coblenz naar Keulen.geen kans ziende er voorbij te komen, zag zich genoodzaakt naar Coblenz terug te keeren. Dingsdag is de kruidmolen te Au in de lucht ge sprongen. Twee personen hebben daarbij het leven ver loren. Maandag legde de Keizer den sleutelsteen aan de nieuw gebouwde ziekeninrigting Rudolfstieliting te Weenen. Tot viering der geboorte van zijnen eersten zoonop den 21 Augustus 1858 besloot Z. M. een ziekenhuis voor dui zend kranken te stichten; bestemde eene uitgestrekte opper vlakte van een zijner goederen in de Voorstad voor dat doel, eu^bepaalde dat de daarvoor benoodigde geldmiddelen uit het reeds ten jare 1564 door Keizer Ferdinand I en Keizerin Anna gevestigd en sedert door aanzienlijke dota tion rijkelijk vermeerderd hospitaalfonds zoudeu genomen worden. Het nu voltooide werk was in de maand Mei 1860 aaagevangen. - Bij de redactie van het Birmingham journal is uit St. Petersburg in Pensylvanie een ijzeren brief ontvangen, waarin de Engelsche fabriekanten worden uitgedaagd even dun ijzer te vervaardigen. Die brief heeft slechts de dub bele zwaarte van een vel papier van dezelfde grootte en de dikte van een duizendste gedeelte van een duim. Een blad van Belgisch ijzer, hetwelk men tot dusver als het dunste beschouwde, heeft de dikte van 1/666 gedeelte van een duim. Men vreest, dat gedurende de jongste stormen een Oostindievaarder Floating Light genaamd, van 1400 ton en een bemanning van 30 a 40 koppenin het Iersche Kanaal is verongelukt, althans onderscheiden aangespoelde voorwerpen doen het erg9te vermoeden. De lading had een waarde van 200,000 Het schip is te Londen Liverpoolen Glasgow tot een zeker bedrag geassureerddoch men wei gert verdere assurantie te geven. Volgens verschillende berigten zouden van het Itali- aansche leger reeds 100,000 man met groot verlof naar huis zijn gezonden. De France zegt dat dit geschied is op ver langen van Rothschild, die daarvan de leening van 124 mil- lioen francs, welke hij met Italië gesloten heeft, afhanke lijk heeft gemaakt. Alvorens Compiègne te verlaten, heeft de Keizerin, vergezeld van den Kroonprins, eene vergadering van het comité der Société du Prince Imperialbijgewoonden aan den penningmeester 1000 francs ter hand gesteld, be stemd tot het doen van voorschotten op gronden. De Prins van Oranje, na eene maand te Compiègne te hebben doorgebragt, is thans vertrokken. Prinses Anna Mu- rat en Prinses Ghika zijn met hem de eenigen die aldaar van het begin af aan zijn geweest en dus op alle vier de lijsten der genoodigden zijn voorgekomen. Z. K. H. de Prins van Oranje woonde Zaturdag de voorstelling bij in de Italiaansche opera te Parijs. Z. K« K. was in de Keizerlijke loge gezeten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1864 | | pagina 2