N°. 1133. Donderdag 29 October. An. 1863. De gemeente-financiën. IV. De vooretelling van den gunstigen toestand der plaatse lijke geldmiddelen ie derhalve zeer betrekkelijk. Blijft het voor de gemeente-besturen, zonder herziening der gemeente wet op het stuk der belastingen, onmogelijk de plaatselijke accijnsen afteschaffendan zal er geen andere keus overblij ven dan verhooging van een hoofdelijken omslag, wiens grond slagen niet overeentebrengen zijn met art. 243 laatste ge deelte der gemeentewet. Zoodra er onvermijdelijkheid bestaat, om overtegaan tot herstellingen of vernieuwingen van ge meentewerken die geen uitstel lijden, zal vermeerdering van lasten daarvan het gevolg zijn. Wij treden niet in een be schouwing van de uitgaven der plaatselijke begrooting en begeven ons niet in een onderzoek, of daarop bezuiniging mogelijk is. Een vergelijking der begrootingen van 1848 en van 1864 zou daartoe naar een vlugtig overzigt ons voorkomen wel ruime stof te geven en levert een verhoo ging van het totaal cyfer op, die meer dan één vierde, die ongeveer 90,000 bedraagt. Die verhooging bezit een veel beteekenend karakterwanneer men in bijzonderheden treedt en is niet hoofdzakelijk aan de werking der gemeentewet en aan de invoering der nieuwe wet op het lager onderwijs te wijten. Alleen dit, omdat het in het beheer van de plaat selijke geldmiddelen een beginsel geldt, vereischt vermelding, dat, nadat alle hoofdstukken behalve die voor kosten van armwezen en die voor de schuld en de pensioenen, verhoo ging hebben ondergaannog voor onvoorziene uitgaven in 1848 slechts ƒ2000, in 1864 ƒ11800 is gesteld. Die som is volgens de memorie van toelichting voor 1864 noodig, want, //behalve toch de onvoorziene uitgavendie jaarlijks voorval len en het gevolg hebbendat deze en gene volgnommers door af- en overschrijving moeten worden verhoogd, door dien de sommen, op de begrooting daarvoor uitgetrokken, gebleken zijn niet genoegzaam te zijn, zal in den loop dezes jaars het middelbaar onderwijs gedeeltelijk moeten worden geregeld en uitgaven vorderenwaarvan men thans nog geen de minste berekening kan maken." Juist dat is het, wat ons voorkomt aan bedenking onderhevig te zijn. Die aan vulling van de vastgestelde sommen uit de post voor onvoor ziene uitgaven ontzenuwt de kracht van het wettelijk: voor schrift der overschrijding van de posten der begrooting. Men begint met als doel tot bezuiniging of inkrimping der uitga ven op elke post die er voor vatbaar schijnt, een grooter of kleiner bedrag te beknibbelenom al die afgedongen sommen te vereenigen op de post van onvoorziene uitgaven en later, gelijk blijkt, die som naar de oorspronkelijke be stemming te laten terugkeeren. De rekeningen van de af gesloten dienstjaren strekken ten bewijze, welk een menigte af- en overschrijvingen plaats hebbenzeker over het twee derde deel der postendie daarvoor vatbaar zijnzonder dat onvoorziene omstandigheden daartoe hebben geleid en zonder dat er ooit omtrent de daartoe betrekkelijke beslui ten beraadslagingen plaats hadden. Het wordt beschouwd als een zaak van vorm, wat bij de vaststelling der begroo ting van groot gewigt scheen. Een groote som voor onvoor ziene uitgaven beschikbaar geeft aanleiding tot uitgaven waartoe men niet zou gekomen zijn, als de middelen niet voor de hand lagen in den regel schiet er ook weinig van over. Vroeger bedroeg die som slechts 1500 ter beschik king van het plaatselijk bestuur, benevens 5 00 ter be schikking der provinciale autoriteit; thans is die som in 1863 op ƒ16000 en voor 1864 op ƒ11800 gesteld. Behalve bezuiniging op de som voor onvoorziene uitgaven is ook die op de kosten van invordering en toezigt der plaatselijke belastingen wenschelijk en mogelijkingeval de plaatselijke tolliniën worden opgeheven. Als het Rijk aan Lei den laat de heffing der personele belasting uitsluitend ten behoeve der gemeentekas, verliest het ongeveer ƒ110,000, die ruim kunnen vergoed worden door voor zich toeteeige- LEIDSCH DAGBLAD De*e Couraut verschijnt eiken dag, be halve Zon- en Feestdagen, en kost voor Leiden ƒ1.95, en franco per post 2.80 in de drie maanden Afzonderlijke Nora- mers Vyf Cents. Prijs der Advertentiëu 1-6 regel» 0.75. Iedere regel meer 12} Cts. Geboorte-, hu welijks- en doodberigten van 1-4 regels /"0.90. Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts. Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Botterdam te 10 u. 4 m.; 12 u. 54 m.; 8 u. 59 m.; 6 u. 9 m.; u. 8 m.; naar tlaariem eu Amsterdam te 8 u. 46 m.; 11 u. 43 m.; 3 u. 5 ra.; 4 u. 52 m.; 9 u. 3 m. Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 4 u., de overige dagen uitgezonderd de Zondag 5 u.; vau Amsterdam (Beerebijt) naar Leiden, dagelijks uitgezonderd de Zondag 3 u. Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de NieuW3traat's morgens te 8 uen te 11 u., 's namiddags te 3 u. 45 m. 'aavonds te 8 u. en op de Zondagen alleen ten 11 u. en 3 u. 45 m. 's namiddags. Oost-Indisohe Laudpost. Over Southampton, 1 en 17; over Triest, 7 en 23; over Marseille, 9, 16 en 25 van elke maand. Rijlts-Tele^raaf. Dagelijks geopend van 8 uur 's m. tot 9 uur 's av. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 8 uur 's ra. tot 10 u. 30 ra. av. Zittingen van bet Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. 'Burgemeester en Wethouders, Maandagen Donderdag te 11 uur. Commissie van Fabricage, Woensdag te 12 uur. 'Burgemeester, dagelijks te 10 uur.- President der Commissie van Fabricage des Zaturdags van 111 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104 uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. - De Gemeente-Architect i» tn spreken op het Raadhuis, elkeu 'werkdag van 'smorgens 12—1 uur. Kantoor der Plaatselijke Aeoijusen, dagelijks van 81 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnsen iageljjks van 91 uur en van 86 uur; van 'aRijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92 aur. van Zegel, Registratie dagelijks van 84; van de Hypotheken en het Kadaater van 94 uur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1863 | | pagina 1