Binnenlandsch Nieuws. Buiteniandsch Nieuws. dien men door watdoor niets en door iets verbloetnds te zeg gen, verguist en onteert. Maar waarop grondt zich dan 's Ministers ongunstig oordeel over den toestand van het Herbarium bij het overlijden van Prof. Blume? Wat gaf hem aanleiding en recht, om iets te zeggen maar toch nog te veeldat aan een onteerend vonnis over den overleden directeur en over den eervol ontslagen conservator doet denken? In de maand Mei, toen de Minister een beslissing nam, bezat hij niets, waarmede hij zich nu verantwoorden kan en wat tot zijn verantwoording strekken moetis alleen vervat in een gedrukt prospectuswaarvan in allerijl exemplaren werden rondgedeeld aan de leden der Tweede Kamer, toen de beraadslagingen over de Afdeeling Kunsten en Wetenschappen van de begrooting voor Binnenlandsche Zaken zouden aanvangen. Een vreemde en verdachte manoeu vre, want 't zal toch minder te doen zijn geweest, om die leden te bewegen tot de inteekening op een werk, dat f 30 ieder deel kost, dan wel, om hun langs dien weg te vertellen dat er «omstreeks zes honderd paketten met nog niet gede termineerde en dubbele voorwerpen en een ander ook zeer aanzienlijk deel iuserenda voorhanden zijn." Wij zijn geen botanici, maar toch zonder eenige voorlich ting wagen wij ons aan een beoordeeling van die bijzonder heid waardig om aan de Staten-Generaal en aan binnen- en buitenlandsche kruidkundigen te worden medegedeeld. Die pa ketten zijn ordelijk gerangschikte portefeuilles, waarin de krui den zorgvuldig zijn bewaarddie de houten rekken in de twee localen vullen, als doubletten zijn aangeduid, maar die, wat wo reeds opmerktenin bewerking waren bij Dr. van Hall met Prof. Blume en waaruit «dat zeer aanzienlijk deel inserenda" is voortgekomen, die in de verzameling kunnen worden opge nomen. Is dat nu een chaoswat de stof uitmaken moet voor den arbeid van den nieuwen directeur, «die de hulp van bin nen- en buitenlandsche botanici inroeptomdat hij die niet alleen kan volbrengen Z. M. heeft benoemd tot ridder der orde van den Ne- derlandschen Leeuw E. Romberg, directeur-generaal bij het departement van Binnenlandsche Zaken in het Koningrijk Belgie. Naar men verneemt, heeft het Z. K. H. den Prins van Oranje behaagd het eere-voorzitterschap aantenemen over de Nationale Tentoonstelling van voorwerpen vervaardigd van metaal, in Julij 1863 in de residentie te houden, dat den Prins door het bestuur werd aangeboden. De Staat der Nederlanden is tusschen beide gekomen in het geschil omtrent de Ommelander kas, tusschen de voor malige gemeente der Ommelanden en den Commissaris des Konings in de provincie Groningen aanhangig. Men zegt dat de heeren Beijerinckhoofd-ingeuieur van dfen waterstaat, en Fijnje, ingenieur in algemeene dienst bij de staatsspoorwegengecommitteerd zijn om een onderzoek intestellen omtrent de overeenkomstgesloten tusschen de Hoi- landsche en de Nederl. Rijnspoorweg-maatschappijenvoor de aansluiting en den aanleg van nieuwe lijnen. De Minister van Justitie heeft tot rijksveldwachter 2de klasse met den rang van brigadier op een jaarwedde van f 450 benoemd J. Kelder, standplaats Woubrugge, vroeger rijksveld wachter 3de klasse met den rang van brigadier titulair aldaar. Ook in deze week zullen de meeste Ministers geen audientiën verleenen ten gevolge van de voortdurende zittingen der Tweede Kamer. In den Gemeenteraad van Rotterdam is door Burge meester en Wethouders een schets ingediend van de plannen tot vereeniging van Fijenoord met Rotterdam. Door waterbouw kundigen zal nog worden onderzocht, welken invloed dit plan zou kunnen uitoefenen op de rivier. Het ijs, dat jaarlijks verscheidene slagtoffers maakt, heeft *n Friesland reeds weer aan iemand het leven gekost. Twee i schippersin het Langerak bezig met turf ladenwaagden zich, om den weg te bekorten, op het brooze ijs en zakten er door; men raogt slechts een van de twee redden. Men meldt uit Soerakarta van den 21 sten September het volgende: Des voormiddags te 11 uur is er brand ontstaan in den kra ton van daar sloeg die over in de gebouwen van den kadi- patanvan welke een gedeelte een prooi der vlammen werd. Vervolgens strekte zich de brand naar het oosten en zuiden uit, zoodat 64 huizen geheel verteerd werden. De woning van pangeran Pringolojo werd ook aangetast; een gedeelte zijner bijgebouwen brandde geheel af, doch het hoofdgebouw werd behouden. De toren in den kraton vatte een oogenblik vuur, doch dit werd spoedig uitgedoofd. Terwijl duizende inlanders nieuwsgierig naar de plaats des onheils stroomden zonder een hand aan het werk te slaan, maakten de vereenigde pogingen van Europesche ingezetenen, schutters, soldaten en Chinezen, die allen als om strijd hun best deden dat de brand tegen 2 uur gestuit was. Zonder deze hulp zou de gansche kraton gevaar geloopen hebben een prooi der woedende vlammen te worden want tot in en nabij het fort Vastenburg vielen stuk ken vuur. Men heeft bij dit onheil twee menschenlevens te betreuren. Een man die niet goed meer zagheeft zich niet uit de voeten kunnen maken en is na den brand teruggevon den met tot aan de knie geheel afgebrande beenen terwijl een hoog zwangere vrouw, die nog eenig goed wilde redden, bij het terugkeeren uit haar woning de deur in vlam zag staan en, zonder hulp verkeerende, den dood in de vlammen vond. Nog een man verbrandde zijn armdoch ontkwam het gevaar in tijds en wordt verpleegd in het hospitaal. Er is door den brand een geheel plein ontstaan. De schade kan nog niet op gegeven worden. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Maan dag des namiddags te 5 uur 35°, des avonds te 8 uur 33°, te 10 uur 31°. Dingsdag morgen te 5 uur 30°te 8 uur 30°, te 12 uur 37°, 's namiddags te 4 uur 34°. Men verzekert, dat Frankrijk gelijktijdig twee nota's zal zenden aan de kabinetten van Petersburg en Londen om te vragen aan het eerste, dat het de candidatuur van den her tog van Leuchtenberg niet verder ondersteune en aan het an dere, om die van Prins Alfred openlijk aftekeuren. Dit berigt vindt veel geloof, en men voegt er bijdat de mogendheden zich waarschijnlijk, thans stipt zullen houden aan het protocol van 1830. Men herinnert zich dat dezer dagen een tooneelspeler voor het Hof van assises te Parijs terecht stond wegens een aanslag op het leven van een anderen acteur, op wiens vrouw hij verliefd wasen dat de zaak uitgesteld werd om te onder zoeken of de man aan krankzinnigheid leed de geneesheeren hebben zich daaromtrent in ontkentienden zin verklaard, en de beschuldigde zal dientengevolge den 15den December te recht staan. Den 23 dezer werd de postkoets van Chiasso, nabij het kerkhof van Balerna, op Zwitsersch grondgebied, door 18 zwaar gewapende roovers aangevallen. De graaf en de gravin Melzi en de heer Barbo allen uit Milaan bevonden zich in dat rijtuig, en de roovers, waarschijnlijk veroordeelde misdadigers uit de provincie Comobraken de brievenmaal open en beroofden daarna de reizigers. De gravin Melzieen zeer moedige vrouw, vond gelegenheid om een som van 2000 fr. en haar kostbaar heden te verbergen. Zij hield een klein meisje, haar dochtertje, in den arm. De roovers bevalen haar alles wat zij van waarde had aftegeven, maar haar antwoord luidde«ik heb niets kost baars bij mij behalve dit meisje, en dat sta ik voor den prijs van mijn leven niet af." De aanvallers hadden den moed niet de handen aan die kloekmoedige dame te slaan, wier vastbe- eodenheid zelfs zij bewonderden. De vergadering der stedelijke Afgevaardigden heeft den heer Bachemraadsheer bij het Koninklijke hof van appèl te Keulentot burgemeester gekozen en tot tweeden burgemees ter herkozen den heer Paul Franck. Niettegenstaande de verdubbelde waakzaamheid der po-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1862 | | pagina 2