Vër te taaientoen een tweede persoon bij hem kwam en hem hielp, omdat de molen zoo stroef en zwaar ging. Naar de oorzaak daarvan zoekende, werd ook de kap of bak van den molen opgeligt, en nu vond men een wit papieren zakje on der den kap, waarop geschreven stond: rattenkruid, zwaar vergift, en waarin ook vergif bleek te zijn. Hoe echter dat zakje daar ter plaatse gekomen isis nog in het duister ver borgen. Vrijdag namiddag arriveerde te Maastricht een vreem deling, zoo men vermoedt van Luik, en nam zijn intrek in een logement naast de O. Lieve Vrouwepoort. Des avonds begaf hij zich in een herberg, even buiten die poort aan het Luikerkanaal gelegennam daar een paar glazen bier en be gaf zich toen naar buiten, zeggende dat hij ging zien of de Luiker boot aankwam met welke hij een vriend verwachtte. Kort daarna hoorde men een plomp in het water; men begaf zich wel met een licht naar buitenom te zien of er welligt een ongeluk was gebeurdmaar door het ruwe weder woei het licht uit; verder hoorde men niets. Evenwel vreesde men met grond dat de vreemdeling, door de duisternis misleid, in het kanaal was geraakt. Zaturdag werd ter plaatse vruchteloos naar hem gezocht; eerst Zondag morgen werd zijn lijk ge vonden waarop geen aanwijzing te vinden iswie hij was noch waar hij te huis behoorde. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Donder dag des namiddags te 5 uur 52°, des avonds te 8 uur 50°, te 10 uur 50". Vrijdag morgen te 5 uur 50°, te 8 uur 53°, te 12 uur 51°, 's namiddags te 4 uur 48°. Buitenlandsch Nieuws. De ontvlugting van Mgr. Cenatiempo maakt te Napels het onderwerp uit van alle gesprekken. De prelaat werdzoo als men zich zal berinneren in het vorig jaar beschuldigd van een zamenzwering tegen het gouvernement te hebben georganiseerd. Het Hof van Napels veroordeelde hem, even als graaf Christen en den ridder Caracciolo, tot 15 jaren gevangenisstraf. Mgr. Cenatiempo was met hen naar Santa- Maria-Apparente de gevangenis voor politieke veroordeelden, overgebragt. De gevangenen hadden onderling besloten om den 4den October, den verjaardag van Frans II, een groot diner te geven. Om echter aan den directeur der gevangenis geen aanstoot te geven; werd dit feest tot den 14den uitge steld. Dingsdag zetten de gevangenen zich alzoo aan tafel. Het feest was schitterend, er waren verscheidene soorten van de fijnste wijnen besteld en een der sterkste sjouwers van Napels bragt een enorme mand met het benoodigde voor 10 personen binnen. Op het einde van het feest, toen verschei dene cipiers half dronken warenvond Mgr. Cenatiempo ge legenheid om van kleederen te verwisselen en in den grooten mand te kruipen, die daarop met servetten enz. werd toege dekt. De sjouwer nam daarop den mand op zijn schouders en droeg hem de gevangenis uit, zonder den minsten arg waan optewekkenhij stak zelfs bij den concierge nog een pijp op. Zoo ten minste luidt het verhaal van de ontvlug ting van Mgr. Cenatiempo; alle pogingen van de politie om hem terug te vinden zijn tot nog toe vruchteloos geweest, en men verzekert, dat alle maatregelen met buitengewoon veel zorg waren genomen en dat een sloep met acht matro zen den prelaat aan het strand bij Puzzuoli wachtte. Men veronderstelt, dat de vlugteling den pauselijken staat heeft weten te bereiken. Madame Rosa de Vries is als prima donna voor den tijd van het vasten en het carnaval aan den Schouwburg te Mi laan geëngageerd, waaraan zij vijf jaren geleden ook ver bonden was. Een deputatie uit de handwerkers-vereeniging te Genua is naar Varignano gegaan, om Garibaldi 600 lires, de op brengst eener ten zijnen behoeve gedane inschrijving, overte- brengen. De generaal gaf aan ieder lid der deputatie de hand; op de aanmerking, dat zijn genezing datgene was waaraan Italië de grootste behoefte had, gaf hij ten antwoord: //Ik hoop er doortekomenen eenige oogenblikken later: //Bij den Hemel! ik ben nog niet dood!" Garibaldi was zeer bleek maar zijn oog schitterde levendig. Het volgende feit wordt door een der buitenlandsche bladen medegedeeldofschoon waarschijnlijk reeds van lange dagteekeningis het toch zóó pikant, dat het hier wel een plaats mag vinden. Het huis Anselme Rothschild, te Frankfort had een wissel van een zeer aanzienlijk bedrag op het huis Nathan Roth schild te Londen getrokken. De Engelsche bank, aan welke de traite werd gepresenteerdweigerde haar met de aanmer king, dat zij geen biljetten van particulieren uitbetaalde. ^Particulieren riep de heer Rothschild toen men hem dit mededeelde//ik zal die heeren toon en wat particulieren wij zijn! Gedurende drie weken trachtte de baron zooveel bank noten van 5 machtig te wordenals hij met mogelijkheid maar kon krijgen. Dadelijk na de opening van de bureaux der bank, vertoont hij zich aldaar op zekeren ochtend, haalt een biljet van 5 uit zijn portefeuille en biedt het ter wis seling aan. Men geeft hem natuurlijk 5 sovereigns, terwijl men ten hoogste verwonderd is, dat de baron zelf om zulk een nietigheid is gekomen. De heer Rothschild onderzoekt de vijf goudstukken een voor een op zijn gemak en steekt ze daarna in een zakje, dat hij tot dit einde heeft medege- bragt. Daarna haalt hij een tweede, een derde, een tiende, een honderdste enz. biljet van 5 te voorschijn, en steekt gedurig de vijf sovereigns eerst in den zak, na ze langzaam een voor een te hebben onderzocht. Eindelijk is de eerste portefeuille ledig en de eerste zak gevuld waarop een liverei- bediende den baron een tweede ledige zak ter hand stelt, en dezelfde manoeuvre wordt zoo lang herhaald tot de bureaux gesloten worden. De heer Rothschild heeft op deze wijze 7 uren doorgebragt om 13,000 te incasseren, doch daar 9 zijner geëmployeerden van des morgens af de negen andere bureaux op dezelfde wijze hadden bezig gehoudenzoo volgt daaruit, dat het huis Rothschild alleen op dien dag 130,000 goud uit de bank had gehaald en dat niemand anders een enkel stuk op dien dag heeft kunnen erlangen. Al wat den stempel van excentriciteit draagt, kan zeker zijn van in Engeland te behagen. Den eersten dag werd er dus veel gelagchen over dien trek van mijnheer den baron doch men begon reeds wat minder te lagchentoen men hem den volgenden ochtend, alweder vergezeld door negen be dienden zag terugkeeren en eindelijk lachte men in het ge heel niet meer, toen men den baron met de grootste een voudigheid hoorde zeggen»Die heeren willen mijne biljetten niet betalengoedmaar zeg hun dat ik nog genoeg heb om twee maanden op die wijze voorttegaan." De bank werd bevreesd, en niet zonder grond. In de avondbladen van dien dag las men dan ook, dat de bank in het vervolg de bil jetten van het huis Rothschild als haar eigene zou beschou wen en uitbetalen. Ten gevolge van het ongunstige weder was Koningin Victoria genoodzaakt op het vasteland te blijven en de terug reis naar Londen uittestellen. Sedert twee dagen woedt de storm langs de Britsche kusten voort. Aan het bureau der Llods zijn sedert Zondag meer dan honderd berichten van zeerampen ingekomenmen weet reeds dat onderscheidene van de grootste en voornaamste schepen z^n verongelukt. Ook de parks hebben veel geleden een aantal schoorsteenen in de stad zijn omgewaaid en tengevolge daarvan zeer veel personenwaaronder sommige zeer gevaarlijkgewond ge raakt, terwijl Woolwich, Peckham en Camberwell door het hoog opgestuwde water grootendeels overstroomd zijn. Al de lage landen langs den oostelijken spoorweg boven Stratford zijn ondergeloopentengevolge waarvan geheele kudden vee in de nabijheid van Tottenham zijn omgekomen. Bij Green wich ligt zelfs de geheele spoorweg onder water, terwijl bij Sydenham o. a. een huis is weggespoeld. Uit Portsmouth, SouthamphtonYarmouth, Leeds, Bradford, Sunderland en Liverpool luiden de berichten nog veel ongunstiger. Te Edinburgh hebben jl. Vrijdag grove ongeregeldheden plaats gehadtengevolge van wraakneming door een aantal soldaten gepleegd op de politiedie eenige dagen vroeger een soldaat had gearresteerd en tot gevangenisstraf doen veroor- deelen. De rust is ten slotte hersteld, ofschoon aan de militaire autoriteiten wordt verweten dat zij de burgerlijke magt zoo slecht en zoo traag te hulp is gekomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1862 | | pagina 2