Buitenlandsch Nieuws.
Hoofdstuk III. Buitenl. Zakenmeent de regering dat de
bezoldigingen der hoofden onzer gezantschappen over het al
gemeen verhooging behoeven; maar is tevens van oordeel.dat
de middelen daarvoor moeten gezocht worden in een vereen
voudiging van onze vertegenwoordiging in die rijken, met
welke onze staatkundige aangelegenheden van geen overwegend
belang kunnen geacht worden, zonder dat daartoe voor de
goede verstandhouding of handelsbelangen nadeel te vreezen
is. Het voornemen bestaat dan ook om, even als vroeger
plaats hadde missie in Zweden en Noorwegen te vereeuigen
met die van Denemarkenen de missie in Portugal met die
in SpaDje. Daardoor is een besparing verkregen van f 19,50 0
zoodat er gelegenheid bestaat tot verhooging der tractemen-
ten van de gezanten in Belgie, Frankrijk, Turkije en Grie
kenland en in Pruissen. De kosten der betrekkingen van
Nederland met China en Japan kunnen thans niet meer be
schouwd worden uitsluitend Ned. Indië te betreffenmaar van
algemeen belang voor Nederland te zijn, zoodat de behandeling
der daartoe behoorende zaken van het departement van Ko
loniën bij dat van Buitenlandsche Zaken is overgebragt.
Nopens Hoofdstuk III B. wordt stil gestaan bij de over
wegingen die geleid hebben tot de opheffing van het afzon
derlijk Dep. voor de R. K. Eeredienst; het eindcijfer voor
die Afdeeling is thans f 5,246 minder dan vroeger.
Wat Hoofdstuk IV A, Justitiebetreft, spruit de verhooging
o. a. voort uit de hoogere raming voor het onderhoud der gevan
genen een gevolg van hoogere aannemingsprjjzen en toene
ming van de bevolking der gevangenissen. Te Rotterdam zal
een zuiver cellulaire gevangenis worden opgerigt van 250 a
300 cellen. Een ruiling* van het Paleis van Justitie te Am
sterdam tegen een Rijksgebouw heeft dit jaar haar beslag ge
kregen eenige daarmede in verband staande punten zullen nu
geregeld moeten worden.
Bij Hoofdstuk IV B, wordt mede gewezen op de oprigting
van de afzonderlijke Afdeeling voor de Hervormde en andere
Eerediensten, waaromtrent, zoo wordt gezegd, alzoo een be
langrijke schrede voorwaarts gedaan wordt op den weg, dooi
de Vertegenwoordiging sedert vele jaren aangewezen en in
zonderheid door den laatst afgetreden Minister van Hervormde
Ëeredienst ingeslagen.
Een regeling van de rijkstoelagen voor de kosten van be-
stuur der Evang.-Lutherscbe en Hersteld-Evang.-Luthersche
kerkgenootschappen waarbij een jaarlijksche vaste som voor
dat onderwerp zal worden uitgekeerd, was reeds vóór het in
werking treden van het Kon. besluit van 21 April jl. in
werking gekomen. De Minister stelt zich voor, in den loop
van -het dienstjaar te onderzoeken in hoe verre gelijke rege
ling voor de Herv. kerk, en, zoo veel noodig, ook voor
andere kerkgenootschappen lot stand te brengen zal zijn. De
zamenroeping van een constituerende vergadering, belast met
het zamenstellen van een algemeen reglement voor de beide
in Nederland bestaande Israëlitische kerkgenootschappenreeds
vroeger voorbereid, heeft mede ten doel, de genootschappen
los te maken van onnoodige banden.
De post van predikantstraktementen is verhoogd tengevolge
vooral van de toeneming der bevolking en de daardoor nood
zakelijk geworden vermeerdering van predikants-plaatsen. De
verhoogde bijdragen strekken zich uit over 135 gemeenten der
Hervormden 3 der Evangelisch-Luthersche en 2 Doopsgezinden.
Vrijdag 11. werd in het Groot Keizershof te 's Graven-
hage de jaarlijksche algemeene vergadering gehouden van de
verschillende afdeelingen der Hollandsche Maatschappij van
fraaije kunsten en wetenschappen onder voorzitterschap van
den heer Mr. D. Levysohn Normanpresident der voorzit
tende afdeeling voor dit jaar. Na de opgekomen leden een
hartelijke welkomst te hebben gebragt, opende de voorzitter
de werkzaamheden met een toespraak die ten onderwerp had:
'De overdrijving op wetenschappelijk gebied." Met aanhaling
van onderscheidenemeestal zeer opmerkelijke voorbeelden
wees de geachte spreker die overdrijving achtereenvolgens aan
o. a. op het gebied der lofredenenop dat der critiek der
dichtkunst, der geschiedkunde en van het taalgebruik, het
laatste meer bepaaldelijk met het oog op de taal der wet en
der rechtspleging. Deze toespraak rijk aan menige wetens
waardige bijzonderheid en geestige satire, werd levendig toe
gejuicht en zal, op voorstel van een der leden aangedrongen
door de geheele vergadering, in de werken der maatschappij
worden opgenomen.
Vervolgens bragt de algemeene secretaris voor dit jaar, de
heer Mr. H. J. A. Raedt van Ordenbarneveldverslag uit
omtrent de handelingen en de geschiedenis der maatschappij
sedert de jongste algemeene vergadering. Daaruit bleek o. a.,
dat de verschillende afdeelingen der maatschappij te zamen
tellen 590 leden. Van de werkzaamheden in die afdeelingen
in het afgeloopen jaar werd een overzigt gegeven van de in
gekomen boekwerken en geschenken gewag gemaakt, herin
nerd aan de uitgave door de maatschappij van de door haar
bekroonde geschiedenis der staatkunde van Johan de Witt
en ten slotte herdacht aan de in het afgeloopen jaar gestor
ven leden, meer bepaaldelijk aan Dr. van Maanen lid van
de afdeeling 's Gravenhage en Ds. P. J. van Groningente
Ridderkerk, lid van de afdeeling Dordrecht.
Blijkens het rapport van de permanente commissie om aan
den schrijver van een uitgekomen geschrift, hetwelk een on
derscheiding waardig gekeurd wordt, als eereblijk de som van
f 150 aantebieden, was haar in het afgeloopen jaar geen zoo
danig geschrift voorgekomen.
Voorts werd bepaald, dat door de volgende algemeene ver
gadering een prijsvraag zal worden uitgeschreven in het vak
der geschiedenis. Uit de door het bestuur voorgedragen prijs
stoffen, wordt door deze vergadering als prijsvraag uit het
vak der schooue kunsten voor het volgende jaar gekozen:
"Hebben de kunsten recht op den steun der Regering? Heb
ben zij daaraan behoefte?" (Te beantwoorden voor 1 Ja
nuari) 1864).
Daarna werd uit de afdeeling Dordrechtals voorzittende
afdeeling voor het volgende jaar tot algemeen voorzitter ge
kozen de heer J. P. Brediusen van wege die afdeeling aan
de vergadering kennis gegeven, dat tot algemeenen secretaris
der maatschappij is benoemd de heer M. A. Perk.
De algemeene secretaris deelde vervolgens mededat op de
in 1860 uitgeschreven prijsvraag: «Een geschiedenis van de
wetenschappelijke beoefening der Nederlandsche taalgeen
antwoord is ingezonden.
Nadat herinnerd was aan de uitgeschreven prijsvragenwelker
beantwoording voor 1 Januarij 1863 moet zijn ingezonden
als: 1°. een beoordeeling van Kinker als wijsgeer; 2°. een
geschiedenis van het Koningrijk Holland onder Lodewijk Na
poleon en 3°. een geschiedenis van den Nederlandschen ro
man in de tweede helft der vorige eeuw, deed het bestuur
vervolgens nog eenige mededeelingen van verschillenden aard
o. a. dat door het algemeen bestuur tot honorair lid der maat
schappij is benoemd de dichter Jan van Beersvan Antwerpen.
Nadat door een van de leden dank was gebragt aan den
voorzitter, voor de leiding der vergadering, werd deze ge
sloten, waarna de leden zich aan een vriendscliappeUjken maal
tijd hebben vereenigd;
Zaturdag avond omstreeks half negen uur ontstond er
brand in een pakhuis op het Levendaal tusschen de Pak- en
Rijnstraten, waarin hooi en stroo geborgen waren, hoogst
waarschijnlijk door broeijing van het hooi veroorzaakt. De
brandspuiten snelden al zeer spoedig tot brandblussing aan
de politie en de schutterij zorgde trouw voor de ordezoodat
binnen een half uur verder gevaar geweken was.
Heden morgen omstreeks 12 uur viel in het water van
de Binnenvestgracht langs het plantsoen aan de Hoogewoerds-
poort een meisje, Johanna Kolpa genaamd. De agent van
politie Loekenbach zulks bemerkende, liep er heen en redde
het kind van een wissen dood.
De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Zatur
dag des namiddags te 5 uur 64°, des avonds te 8 uur 60°,
te 10 uur 56°. Zondag morgen te 5 uur 54°, te 8 uur
58°, te 12 uur 65°, 's namiddags te 4 uur 64°, te 5 uur 62°(
te 8 uur 59°, te 10 uur 55°. Maandag morgen te 5 uur 53°, te
8 uur 55°, te 12 uur 60°, 's namiddags te 4 uur 60°.
Men verzekert, dat de beroemde geneesheer Troupeau
naar Varignano is vertrokken, om Garibaldi te verplegen;
