Buitenlandsch iNieuws. ïnet een beroep op het oordeel der toekomstdat veei beter en juister dan 't levend geslacht over de waarde van iederen Evange lie-arbeid zou kunnen uitspraak doen. Vervolgens de aange duide waarheid dienstbaar makende aan de behoefte van het oogenblik, deed spreker ons zien, dat zij ook nog in onze dagen en in onze dagen vooralvolkomen van toepassing blijft met het oog op de verschillende rigtingen op kerkelijk gebied, waartusschen leeraar en gemeente zich bewegen. Met loffelijke openhartigheid wees spreker het standpunt aandat hij in dit opzigt wenscht intenemen zoodat allenook zij die zich met zijn kerkelijke rigting niet kunnen vereenigen, gelegen heid hadden de eerlijkheid van zijn karakter te waardeeren en tevens er zich over te verheugen, hoe ook de Evangelie prediker zich vasthoudt aan den historischen Christus en voor genomen heeft niets te verkondigen, dan Jezus Christus en dien gekruist en verheerlijkt. Ten slotte wees spreker aan dat de waarheid van den tekst hem tot aanmoediging strekte en tot naauwgezetheid drong, maar ook de gemeente in haar verhouding tot hem moest leidenwaarbij hij bij vernieuwing zich in hare liefde aanbevalterwijl hij van de zijne haar verzekering gaf. Ds. J. W. Felix te Nieuwe Tonge heeft het beroep naar Katwijk aan den Rijn angenomen. Donderdag avond heeft er te 's Hage een soort van volksoploop plaats gehad. De oorzaak daarvan was, dat zekere vrouw H. haar 17-jarige dochter aan een publiek huis zou afleveren. Naauwelijks werd dit bekend of eenige konderde personen vereenigden zich voor de woning der moeder om de beide vrouwen te vergezellen; zij werden weldra het voorwerp van bespotting en mishandeling, totdat de policie verscheen die moeder en dochter in bewaring namten einde verdere schandalen te voorkomen. Uit het openbaar gemaakt verslag, betrekkelijk de ver blijfplaats voor jeugdige ontslagenen te Leiden, over het jaar 1861 1862 blijkt, dat het plaatsen van knapen op ambach ten buiten het gesticht, zoodat zij daar alleen huisvesting en voeding vindenvolstrekt niet beantwoorden kan aan de verwachting die men daarvan aanvankelijk koesterde. De jon gens verraden al spoedig gebrek aan zedelijke vastheid en eindigen met reden van ontevredenheid te geven aan hunne meesters, of wel het verlaten hunner betrekking, 't zij hei melijk, 't zij in het openbaar. Gedurende het afgeloopen jaar werden gedurende korteren of langeren tijd 28 knapen in de verblijfplaats verpleegd. Slechts twee hunner werden in den loop van dit jaar opgenomen. Het verdient opmerking, hoe onder veranderde omstandigheden de aanvoer van knapen tot de verblijfplaats verminderd is. In 1867 kwamen er binnen zeer korten tijd 3, in 1858 14, in 1859 23, in 1860 slechts 9 en in het afgeloopen jaar 1861 2. Het getal der aanwezige bedraagt 11 knapen: over hun gedrag valt niet te klagen. Ook hun gezondheidstoestand mag voldoende genoemd worden. Jammer maar, dat sommigen hunner, hoewel reeds gedurende zeer geruimen tijd hier verblijvende, geen uitzigt hoegenaamd hebben, om eenmaal behoorlijk geplaatst te worden. Hunne uiterst kleine ligchaamsgestalte maakt hen tot weinig geschikt, zelfs onbruikbaar voor het smidswerk. Van de 11 jongens zijn er 4 die zichde een met meer de ander met minder lust, in de smederij oefenen, welke sedert eenigen tijd, onder de leiding van een geschikt en ijverig meesterknecht, in volle werking is. Zij toonen nog al ijver in den zwaren doch voor hen nog nieuwen en daarom aiudokkenden arbeid, en men kan reeds met zeker welgevallen het oog vestigen op de waar lijk wel bewerkte schroeven, plooi- en strijkijzers, sleutels en kolenschoppendoor hen vervaardigd. De verdienstelijke Di recteur en zijn wakkere huisvrouw geven voortdurend reden tot de volstrekste tevredenheid. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Donder dag des namiddags te 5 uur 63°, des avonds te 8 uur 56° te 10 uur 56°. Vrijdag morgen te 5 uur 57°, te 8 uur 60°, te 12 uur 67°, 's namiddags te 4 uur 65°. Men verzekert, dat de grootvorst Konstantljn aan kei zer Alexander heeft verzocht om Warschau te mogen verla ten. De weinige sympathiedie men voor hem bij zijn ont vangst heeft aan den dag gelegd en de vijandige demonstration tegen het Russische gouvernement maken, dat hij er aan wanhoopt, om tot een voor de beide landen gunstige oplossing te geraken. In de rijtuigfabriek van den heer Dich en Kirschteu te Offenbach word vervaardigd een stoommachine van zoo kleinen omvang, dat zij niet meerder ruimte inneemt dan de plaats van een koetsier op den bok. Reeds is met het beste gevolg een proefneming met de machine geschiedom een zwaar rij tuig in beweging te brengen. Overigens is zij zoo ligt dat zij zeer gemakkelijk vervoerd en overal waar stoomkracht wordt vereischt aangewend kan worden. Zondag namiddag was de heer de Mauphart, schoonzoon van den heer de Macar, gouverneur der provincie Luikbezig met zwemmen in open zee, aan den westelijken zeedijk te Ostende. Hij waagde zich te ver, werd met den stroom mede gevoerd, en hoewel bij anders een goed zwemmer is, begaf hem zijn tegenwoordigheid van geest en riep hij om hulp. Dadelijk sprong een jong soldaat te water, maar deze zou welligt ook het slagtoffer zijner menschlievendheid zijn ge worden, wanneer de heer Eugène Landay, hoofdredacteur van het Journal de Gandbeiden niet waren nagesprongen. Inmid dels kwam de reddingsboot aan om de drie schier uitgeputte mannen optenemen. De soldaat, zekere Jooris, van Brussel, is gehuwd en als plaatsvervanger in dienst. De heer de Mau phart noodigde hem bij zich aan tafel en vereerde hem dade lijk 400 francs, onder belofte hem vrij te koopen van de dienst. Dadelijk stelde Jooris 390 francs aan zijn kapitein ter hand om die voor hem te bewaren; hij behield er tien, om met zijn kameraden een vrolijken avond te hebben. Uit een statistiek, door den afgevaardigde Belmontet opgemaaktzou blijken dat het Wetgevend Ligchaam in Frank rijk bestaat uit 28 industrieelen122 grondeigenaars, 21 ad vocaten en notarissen, 21 generaals en kolonels, 14 voorma lige rechtspersonen en prefecten, 12 dichters, auteurs en jour nalisten, 6 geneeskundigen, 7 bankiers, 11 hofbeambten en 28 renteniers en particulieren. Naar de godsdienstige gevoe lens is de kamer verdeeld in 85 ultramontanen130 voltai- rianen55 twijfelaars, 8 protestanten en 2 israëliten. Naar de staatkundige gevoelens vindt men 1 ultra-Napoleonist51 volbloed- en 17 gematigd liberale Napoleonisten84 afge vaardigden van de regeringspartij22 aie dan eens tot de rechter- dan eens tot de linkerpartij behooren, 8 onbepaald, 20 orleanisten en legitimisten en 11 die tot de oppositie be hooren. De berigten uit Brazilië luiden gunstig. De kamer van afgevaardigden had de begrooting van verscheidene departe menten aangenomen. Te Rio Janeiro is een inrigting voor den landbouw opgerigt zonder subsidie van den staat. De keizer heeft echter uit eigen middelen daartoe een bijdrage van f 150,000 beschikbaar gesteld. Het neger-echtpaar, van welks huwelijks-inzegening te Brighton onlangs melding is gemaakt, is het slagtoffer ge worden van een droevig onheil. De jeugdige echtgenooten hadden te Londen kamers gehuurd in een huis in Burton Cressent; jl. Zaturdag avond nu ontstond aldaar brand, ten gevolge waarvan bijna al hetgeen zij bezaten, waaronder de fraaije geschenken der Koninklijke familie, een prooi der vlammen of door het water beschadigd werd. De heer Davis; de jonggehuwde man, had het niet noodig geacht zijn inboe del te verzekeren, daar zijn verblijf aldaar slechts tijdelijk zou zijn. Te Brighton is dezer dagen een zaak ontdektdie hoogst waarschijnlijk eenig licht verspreiden zal over den diefstal van blanco-bankpapier, waarvan onlangs melding is gemaakt. Een zekere John Lee, die reeds eenige dagen we gens dronkenschap en onordelijk gedrag gevangen had geze tenzal, zoodra zijn straf om is, op nieuw worden gevat, daar de heer White, inspecteur der policie in die plaats, overtuigend bewijs heeft, dat door dezen man drie valsche banknoten van 5 pond in omloop zijn gebragt. Er bevinden zich verscheidene handteekeningen op deze banknoten maar bij naauwkeurig onderzoek bemerkte men dnidelijk dat al deze

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1862 | | pagina 2