Binnenlandsch Nieuws.
zwakke grond en een onbetamelijke eischwaarmede men den
heer van Amerongen veeleer beleedigt dan versiert. Neenmet
onpartijdigheid moeten de beide kandidaten tegenover elkan
der worden gesteld en hunne aanspraken gewogen. Met naauw-
gezetheid en met een ernstige zucht, om alleen bet goede
optesporenwaardoor zich de heer van Amerongen op par
lementair zich onderscheidde, herinnerden wij ons zijn parle
mentaire loopbaan. Met den heer Gevers van Endegeest
uit het Leidsch kiesdistrict in 1850 verkozen, heeft hij ge
stemd vóór de Gemeenteweten het Ministerie Thorbecke tot
in 1852 gesteund, maar dreef langzamerhand af tot een anti-
thorbeckiaansche rigting, zoodat de Aprilbeweging tot wering
der bisschoppen hem evenzeer medesleepte en hijvroeger
liberaal en Thorbeckiaan geacht wordt te behooren "tot een
piëlistische-reactionaire partij", ofschoon we gaarne gelooven
dat indien de heer Taets van Amerongen een staatkundige
belijdenis gaf, die trouwens nergens is te vinden of te ont
dekken, hij noch aan piëteit (vroomheid) noch aan reactie (ach
teruitgang) zich schuldig zou willen kennen. Dit oordeel wordt
door zijne trouwe vrienden en ijverige aanhangers gaaf toe
gestemd het orgaan der antiministerieele partij erkent den heer
van Amerongen met den heer Groen als tot. die partij te
behooren.
En nu kan er alleen verschil zijn van talentmoed en
kracht. Zou de heer Groen van Prinsterer niet in die opzigten
de voorkeur verdienen? Die zich in oppositie stelt, moet dat
niet bloot openbaren door de stemming van ja of neen; daar
voor vaardigt men geen leden naar de zaal der volksvertegen
woordigers. Die tot een minderheid behoort of in verzet komt
tegen het Bewindmoet zich laten hooren en dat kan niet
zonder te spreken goed en grondig, met talent en waardig
heid. Iedereen zegt, dat de heer Groen van Prinsterer behoort
in de Kamer, wanneer de heer Thorbecke aan het bewind is.
De constitutionelen zelfs verlangen niets minder dan bestrij
ding op talentvolle en eervolle wijze naar beginselen. De Ka
tholieken zien in den heer Groen van Prinsterer nog altijd
een man die de rechten van hunne kerk in de zaak van het
onderwijs en godsdienstige belijdenis hielp bevorderen. Het
bondgenootschap van liberalenorthodoxen en catholieken had
een beginsel, dat nog niet is verloren gegaan, zoolang er
nog sporen zijn van een krachtigen traditionelen geest van
uitsluiting, die er heerscht. ten aanzien van thorbeckianen
roomschen of orthodoxen.
Door dat bondgenootschap is de heer Thorbecke in 1849
lid der Tweede Kamer uit het district Leiden geworden in
weerwil van de pogingen eener reactie, die later voor de be
noeming van den heer Taets van Amerongen ijverde. Van een
strijd van beginselen tusschen den heer Thorbecke en den heer
Groen van Prinsterer zal de Nederlandsche Natie steeds voor
deel trekken en die strijd wordt door de constitutionele partij
niet gevreesd. Die strijd van beginselen heeft gelijktijdig plaats
in het kiesdistrict Zwolle en de heer Groen vindt daar een
bekwaam en aanbevelenswaardig bestrijder in den heer de
Meester, wiens zegepraal verzekerd schijnt. Ook uit dit oog
punt verdient de verkiezing van den heer Groen van Prinsterer
in het Leidsch kiesdistrict aanbeveling, omdat toch de uitslag
der verkiezingen merkwaardig en veelbeteekenend zal wezen
wanneer de openvallende plaatsen in de districten Zwolle en
Leiden zullen worden ingenomen door de heeren Mr. G. A. de
Meester in eerstgenoemd district en in het laatst bedoelde
door den vrijmoedig aan de kiezers aanbevolen kandidaat
Mr. G. Groen van Prinsterer.
Z. M. heeft benoemd tot ijker van het vaatwerk te Rot
terdam A. Ingenool Az. aldaar.
Naar men verneemt heeft Mr. A. Hoynck van Papen -
drecht verzocht, om met I Julij aanstaande eervol te worden
ontslagen als rechter in de arrond.-rechtbank te Rotterdam.
Ten gevolge van zijn benoeming op nieuw tot lid van de
Tweede Kamer der Staten Generaal, moet die heer, naar men
verzekert zwarigheid zien in de voortdurende vervulling dei-
beide betrekkingen.
De graaf van Lijnden, eerste adjudant van Z. M. den
Koning en president van de commissie voor het Japansche
gezantschap, is thans van het Loo in de residentie terug
gekeerd.
Tegen aanstaanden Maandag zijn de Japannezen door
den Minister van Buitenlandsche Zaken ten diner genoodigd
op het gemeentebadhuis te Scheveningen.
Men verneemt, dat het Japansche gezantschap eerstdaags
ook bij den Minister van Marine, baron Huijssen van Kat-
tendijke, plegtig zal worden onthaald. Reeds worden daartoe
vele toebereidselen it) de woning en in den tuin van den Mi
nister gemaakt. Onder anderen is er een prachtige tempel in
den tuin opgerigt, terwijl zich daar ook een muziekcorps zal
doen hooren.
Het Japansche gezantschap zal ook Utrecht bezoeken
om voornamelijk 's rijks munt en de werkzaamheden aldaar te
bezigtigenbij welke gelegenheid een bronzen penning met
Japansche karakters zal worden geslagen.
Donderdag avond is aan het Ministerie van Buitenland
sche Zaken de conferentie tusschen de Japansche ambassadeurs
en den Minister voortgezet. Die conferentie heeft van 7 tot
half 11 ure geduurd.
Heden Vrijdag morgen is een gedeelte van het Japansch
gezantschap, bestaande uit 15 personen, uit de residentie naar
Rotterdam vertrokkenom aldaar alle merkwaardigheden te
bezigtigen. Het wordt heden avond aldaar terugverwacht.
Zaturdag zullen de Japansche gezanten de vergaderzalen
van de beide Kamers der Staten-Generaal komen bezigtigen.
Men schrijft ons uit Rotterdam dd. 20 Junij het volgende
Heden morgen te 10 uur arriveerde alhier per gewone
spoortrein van 's Hage bet Japansche gezantschap ten einde
onze stad te bezoeken. Aan het station opgewacht door Bur
gemeester en Wethouders, werd de togt onmiddelijk in opene
rijtuigen aangevangen en wel eerst naar het plein aan het
Oude Hoofd, alwaar de stoomboot Joinville gereed lag het
gezelschap inteschepen en overtebrengen naar het Fijenoord.
De boot was voor deze gelegenheid opgetuigd met een massa vlag
gen en wimpels, hetgeen mede het geval was met de aanlegplaats.
Te 12| uur van daar teruggekeerd was de route naar het
oostelijk stoomgemaal, van daar naar het doofstommen-instituut
om vervolgens het stedelijk Ziekenhuis te bezoekenwaarmede
men bij afzending dezes bezig was. Later zal het Bataafsch
genootschap bezocht en daarna aan het Yachtclub-gebouw
eenige ververschingen gebruikt worden; schiet er dan nog tijd
over dan zal de Diergaarde bezocht worden en te 6 uur de
togt naar de residentie worden aangenomen. Allerwege waar
het gezelschap passeert wemelt het van nieuwsgierigen en is
het voor de rijtuigen schier onmogelijk een doortogt te vin
den. Tot dusver loopt alles in de beste orde af.
Bij de Tweede Kamer is ingekomen een adres van het
hoofdbestuur der Vereeniging tot bevordering van Fabriek- en
Handwerksnijverheid in Nederland, waarbij het zich verklaart
voor het tarief, doch de invoering daarvan wil uitgesteld zien
tot dat de lasten op de nijverheid drukkende, zoowel wat de
belastingen als het patent betreftzullen opgeheven worden. Een
adres van die strekking, zonder dat men zich vóór of tegen
het tarief verklaarde, was door de Leidsche afdeeling van die
Vereeniging in het vorig jaar ontworpen en ingediend, gelijk
het in zijn geheel werd opgenomen in het Leidsch Dagblad
van 14 December 1860, maar vond tegenstand bij het Hoofd
bestuur, waaruit hoofdzakelijk de ontbinding der Leidsche
afdeeling en vestiging eener zelfstandige Leidsche Nijverheids-
Vereeniging is voortgesproten.
Men verneemt dat in den nacht van 17 op 18 dezer te
Scheveningen door middel van óverklimming en het openschuiven
van een raam van een achterhuis, waarop geen pennen waren, een
gouden horologie is gestolen dat op een tafel bij een der ramen
lag en dat van buiten kon bereikt wordenzoodat de dieven