Woensdag 23 April
Binnenlandsch Nieuws.
Prijs der Advertentiën: 1-6 regels 0.75.
Iedere regel meer 12ip Cts. Geboorte-, hu
welijks- en doodberigten van 1-4 regels/0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts.
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden ƒ1.95, en franco per post ƒ2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Num
mers Vijf Cents.
Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 u. 6 m.; 12 u. 58 m.; 6 u. 9 m.; 9 u. 9 m. Naar Haar
lem en Amsterdam te 8 u. 51 m.; 1 u. 3 m.; 4 u. 53 m.; 9 u. 14 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 3 u., de overige dagen uitgezonderd de Zondag 5 u.; r
Amsterdam (Beerebijt) naar Leiden dagelijks 's middags 2^ u., de overige dagen uitgezonderd de Zondag 3 u.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat'smorgens te 8 u., 's middags te 12 u., 'snamiddags te 3 u.45
'savonds te 8 u. 10 m. Oost-Indiscbe Landpost. Over Southampton, 1 en 17; over Triest, 7 en 23over Marseille 9 en 25 van elke maand.
RijUs-Telegraaf. Werkdagen van 912 en van 27 uur. Zondag van 89 en van 2—5 uur. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van
m. 89 u. 30 m. av.
Zittingen van bet.Gemeentebestuur. Gemeenteraad, op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur.
Commissie van FabricageDingsdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks te 10 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104
uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. De Gemeente-Architect is te spreken te zijnen huize op den Ouden Singel,'smorgens van 9 10 uur.
Kantoor der Plaatselijke Accijnsen, dagelijks van 8 1 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Reobten en Accijnsen
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92
uur. van Zegel, Registratie dagelijks van 84, van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.
Z. M. heeft aan den O. I. ambtenaar P. J. van Breda,
aatstelijk secr. der residentie Tagal, op zijn verzoek eervol
lontslag verleend.
Men verneemt dat Z. M. de Koning, gedurende zijn
bezoek in Twente, op het kasteel Twickel te Delden met zijn
gevolg en vergezeld van HD. Commissaris in Overijssel zal
komen logeren.
Men beweert thans weder, dat het bezoek van H. "M.
de Koningin der Nederlanden te Parijs in verband staat met
een huwelijks-ontwerp van den Prins van Oranje met Prinses
Anna Murat.
Z. D. H. de hertog van Saxen Weimar neemt langza
merhand in beterschap toe.
Uit 's Hage wordt gemeld, dat het wetsontwerp rege
lende het middelbaar onderwijs gereed is, om aan den Raad
van Staten tot onderzoek te worden ingediend. Men voegt
er bij, dat het onderwijs in de oude talen of de gymnasien
gerekend worden niet tot het middelbaarmaar tot het hooger
onderwijs te behooren.
Op Dingsdag den 8 Julij aanstaande zal te Deventer
worden gehouden de 85ste algemeene vergadering der Ned.
Maatschappij ter bevordering van Nijverheid. Den 9den zal
er een vereeniging plaats hebben van de leden der maatschappij
tot het houden van een congres van Nijverheid en den lOden
een tweede zitting der algemeene vergadering. Directeuren zul
len o. a. aan de algemeene vergadering voorstellen hen te
magtigen om bij voortduring pogingen aantewenden tot af
schaffing of wijziging van de wet op de patenten. Op het
Congres zullen worden behandeld negen punten, waartoe o. a.
behoort: De tegenwoordige wet, waarbij de accijns op de sui
ker wordt geregeld, werkt als beschermend recht voor de sui-
ker-raffineerderijen. Slechts een gedeelte van hetgeen de accijns
opbrengt komt in de schatkist. In een belasting-systema als
liet onze, dat alle bescherming uitsluit, is een tegenstrijdig
heid, een enkele fabrieks-nijverheid door belasting-wetten te
beschermen. Is het in het belang van het algemeen niet wen-
sehelijk dat deze toestand ophoude
Aan het hulppostkantoor Gemert werdomtrent het
midden van de maand Maart, een brief ontvangen, gerigt
aan den brigadier der maréchaussee aldaar. Die brief was in
het Fransch geschreven en niet onderteekend; de brigadier,
deze taal niet magtig zijnde, liet zich het anoniem schrijven
vertalen fdoor den heer ontvanger der gemeente, van welk
schrijven de inhoud hierop nederkwam: dat de Superior van
het klooster der Kapucijnen te Handel, gemeente Gemert,
aan een broeder gezegd had, dat een der orde-broeders een
poging tot vergiftiging had aangewend. De brigadier gaf ken
nis van dien brief aan den officier van justitie te Eindhoven
en deze laatste bragt daarop, vergezeld van den luitenant der
maréchaussee, een bezoek aan den WelEerw. Pater directeur
van het huis Padua, dat op honderd passen afstand van bo
vengenoemd klooster, maar op het terrein van de gemeente
Boekeigelegen is. Beide heeren werden op de meest heusche
en minzame wijze ontvangen, maar maakten niet weinig de
verwondering van den Eerw. Pater gaande, toen de officier
van justitie hem van een poging tot. vergiftiging in het nabij
gelegen klooster begon te spreken; geen schijn daarvan was
in het huis Padua bekend en niemand was in staat de minste
inlichting te geven. Vervolgens begaven gemelde heeren zich
naar Handel in het klooster zelf om ook daar onderzoek te
doen. Op hunne vraag, verklaarde de Superior niemand van
een poging -tot vergiftiging te hebben gesproken, noch er
iets van te wetennoch er iemand een enkel woord van te
hebben hooren zeggen. Al de broeders werden vervolgens on
dervraagd en hun papier, pen en inkt voorgelegd om eenige
regels te schrijventen einde te zien of hun geschrift geene
gelijkenis had met de hand van den anoniemen brief; niets
eichter gaf eeuigen schijn tot het vermoeden dat de beweerde
misdaad in het klooster zou hebben plaats gehad en de heer officier
van justitie en de luitenant der maréchaussée keerden huiswaarts.
Een volgenden dag begaf de heer burgemeester van Gemert
zich, op hoogeren last, naar het klooster te Handel, en ver
zocht van den Superior den naamlijst van al de broeders,
alsmede de copie van een bidprentje door elk hunner eigen
handig geschreven en onderteekend. De Eerw. Overste gaf den
heer burgemeester met bereidvaardigheid de namen van al de
kloosterlingen op, maar meende volstrekt geen reden te zien
om de broeders het een of ander te laten afschrijven te meer
daar reeds welwillend door elk hunner aan den officier van
justitie een handschrift verstrekt was geworden.