Buitenlandsch Nieuws. Hidajat stak werkelijk met zijn vrouwen en kinderen in twee prauwen van wal, maar keerde spoedig naar den oever terug om met de zijnen tusschen een talrijke en zwaar gewapende volksmassa te verdwijnen. De adsistent-residentdie met het distrikshoofd en een dek- kings-detachement in een ijzeren laadschouw was gezeten, ging daarop mede aan wal en vroeg, wat die terugkeer van pangeran Hidajat te beteekenen had. Hem werd geantwoord, dat men in geen geval het vertrek van den pangeran naar Java zoiide toelaten. Vermits geweld waarschijnlijk niet zoude baten, keerde de adsistent resident met zijn manschappen naar det fort terug. Pangeran Hidajat begaf zich naar Demang Lehman, die in de nabijheid van Martapoera vertoefde, en aan den resident werd eerlang een request aangeboden, onderteekend door de voornaamste priesters van Martapoera; houdende verzoek om pangeran Hidajat niet van Borneo te verwijderen. De kolonne de Bode is onverrigter zake met 60 zieken van Koetei teruggekeerd. De verhouding met Koetei is echter vriendschappelijk gebleven. Meermalen zelfs reeds in het begin van de vorige eeuw, zijn op Java proeven genomen met het invoeren van de zijde wormenteelt en met de vervaardiging van zijde, welke proeven echter alle om verschillende redenen mislukt zijn. De wen- schelijkheid evenwel van het in kuituur brengen van verschil lende soorten van zijdewormen op Java en de goede resultaten welke de inlanders in de Lampongsche districten en in Ben- koelen zelfs zonder aansporing of toezigt van wege het be stuur, van die kuituur verkrijgenhebben de regering doen besluiten om nogmaals, voorloopig in 's lands plantentuin te Buitenzorg, onder toezigt en leiding van den inspecteur-hono rair der kultures, J. E. Teyssrnann, proeven te nemen met de teelt van wilde en tamme zijdewormen. Zij heeft daartoe ont boden versche cocons van allerlei soorten van zijdewormen uit China, Calcutta of CeilonJapan, Amboina en de Lam pongsche districten, welke derwaarts verzonden zullen worden hangende in kisten, voorzien van bladrijke planten of boomp jes, en wel die, welke ieder soort van zijdeworm voor zijn onderhoud behoeft. j Overigens zullen in den plantentuin zelf alle mogelijke voorzorgen genomen worden om deze proef te doen gelukkenwelke vermoedelijk veel zal bijdragen tot eene juistere kennis van de voorwaardenwaaronder de zijde worm op Java kan leven en tieren. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Dings- dag des namiddags te 5 uur 52°, des avonds te 8 uur 50°. te 10 uur 49°. Woensdag morgen te 5 uur 46°, te 8 uur 50°, te 12 uur 61°, 's namiddags te 2 uur 65° en te 4 uur 62°. Garibaldi heeft 11. Dingsdag te Milaan een bezoek ge- bragt aan den beroemden dichter Manzonidien hij nooit ge zien had. Ondanks zijn hoogen leeftijd heeft de dichter Ga ribaldi boven aan den trap opgewacht. Hij gaf Manzoni een ruiker viooltjes, die hij in de hand had. -/Heb dank," sprak de dichter, //dat zal een kostbaar aandenken zijn gedurende de weinige dagen die mij nog resten." In de kleine gemeente Hagnaul, welke slechts 468 in woners telt, heeft de gemeenteraad het besluit genomen tot oprigting eener volks-bibliotheek. Door vrijwillige bijdragen zijn 200 frs. bijeengebragtterwijl op de gemeente-begrooting daarvoor 50 frs zijn uitgetrokken. Zondag 11. heeft men ontdekt, dat de Wombwell Main, steenkolenmijn in South-Yorkshire, in brand was geraakt; vermits aan geen blusschen te denken was, zocht ieder een goed heenkomenook de paarden werden op twee na gered men heeft thans alle toegangen tot de mijn |zoo goed mogelijk gesloten, om te trachten het vuur op deze wijze uittedooven. Door dit ongeval zijn meer dan 400 arbeiders gedurende een geruimen tijd van hun bestaan beroofd. Onlangs kwam een vreemdeling te Maagdenburg aan, bekwam een verblijfkaart en hield zich verscheidene dagen in de stad op, doch bemerkte dat hem op al zijn schreden een man in een blaauwen overrok volgde. Stond hij 's mor- gen§ op} dan wandelde de onbekende onder zijn venster op en neer, keerde hij *savonds naar huis terug, dan bemerkte hij bij den laatsten oogopslageer hij de huisdeur slootde donkere gestalte waakzaam tegen een lantaarnpaal geleund. In den Schouwburg zat de blaauwe rok achter hem, aan een Table d'Hote at hij aan dezelfde tafel. In de eerste dagen lette de vreemdeling weinig op dit zon derlinge gedrag, den derden morgen was het hem onaange naam en werd hem ten laatste zoo pijnlijk, dat hij het niet langer verdragen kon. De gestalte achtervolgde hem in den slaap, in benaauwde droomen wendde hij zich op zijn leger stede om; de man met den blaauwen overrok zag hem met kouden blik en doodsbleeke wangen strak in het gezigt. Luid schreeuwend ontwaakte hijliep naar het venster en rukte het open, opdat de koele nachtlucht hem sterken mogt. De maan scheen vriendelijk in de leege naauwe straaten daar tegen het overliggende huis leunde de donkere gestalte en zag zwij gend naar 'het opene venster. //Dat moet anders worden," riep de vreemdeling knarsentandendwierp het venster digt en vlugtte weer in bedden volgenden morgentoen de nacht nog met den dag worstelde, sprong hij op, kleedde zich in wilde haast aan en ijlde naar beneden. Toen hij de deur opendeontmoetten zijn blikken die van den onbekende in den blaauwen rok. -/Mijnheer!" riep de gepijnigde uit, fwilt gij mij waanzin nig maken? Waarom vervolgt gij mij - wie zijt gij - wat wilt ge van mij?" *Ik ben door de politie belast u niet uit het oog te ver liezen was het bedaarde antwoord. -/En wat drommel heeft de politie met mij te maken cchreeuwde in de grootste opgewondenheid de vreemdeling, -/mijn pas is in orde, hier is mijn verblijfkaart; ik ben een gezeten burger uit Berlijnwaarom vervolgt gij mij -/In uwen pas," zeide de onbekende, //staat, dat gij het oog merk hebt u hier voor uw genoegen optehoudendat heeft u verdacht gemaakt, want het is voor het eerst, dat iemand zich in Maagdenburg voor zijn genoegen ophoudt." Sedert eenige dagen bevindt zich te Berlijn een Ame- rikaansch tooneelgezelschap voor opera comique en ballet. De vertooners zijn als negers gemaskerd en geven muziekuitvoe ringen, gelijk de gewoonte is bij de negerslaven in Amerika, parodien op Europesche muzikale compositien. Vooral slagen zij met hetgeen in eerstgemelden geest is opgevoerd. Uit Parijs wordt berigt, dat de Fransche regering po gingen doet, om Lamartine de waardigheid van senaatslid en de daaraan verbonden dotatie te doen aannemen. Engelsche dagbladen maken melding van een nieuw bloedstelpend middel, dat, zoo hetgeen men er van berigt waar is, al de reeds bekende zeer overtreft. Het zijn de ve zels eener plant, die in Java te huis behoort, en onlangs in Engeland is aangevoerd. Het is de Pengawar Jamba (Palea Tibotti), uit het geslacht der varens. De vezels dezer plant zijn zoo ligt en fijn, dat zij in de lucht drijven. Zes grein van deze stof is voldoende om het bloeder eener arterie van T'T duim (Eng.) diameter te stelpen. Men schrijft de werk zaamheid dezer zelfstandigheid toe aan de verbazende snelheid waarmede de tallooze haarbuisjes die er zich in bevinden, de waterachtige bestanddeelen van het bloed opslorpenen dus het stollen bevorderen. Vooral bij carninomateuse ulcers en dergelijke gevallen is zij met het beste gevolg in toepassing gebragt. Onbegrijpelijk vindingrijk is men in Engeland ook op het gebied tot bevordering der zedelijkheid. Een nieuwe maat regel, waarvan men aanvankelijk veel goeds verwacht, wordt nu binnen Londen in werking gebragt, om de kinderen, die men toch den gcheelen dag niet op de school kan houden en die dus anders op de straten rondslenteren en veel gevaar loopen een dievenopvoeding te ontvangendaar eenigzins on der leiding te houden. Als zij toch op de straat moeten leven, trachten wij dan ten minste hen daar eerlijk te doen bezig zijn: zoo redeneert men. Aan de verwezenlijking van dit denk beeld heeft men de instelling der schoenpoetsersbrigade te dan ken; de jongens worden met de noodige gereedschappen toe gerust en vormen een corpsop welks lidmaatschap de kinde ren trotsch zijn en dat zij zich door vlijt en goed gedrag trachten waardig te maken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1862 | | pagina 2