N°. 555.
Zaturdag 14 December.
A0. I8ff1j
Binnenlandsch Nieuws.
Z. M. heeft de heeren W. en Mr. J. B. van Andringa
de Kempenaer brieven van adeldom verleend met den titel
van Jonkheer; voorts benoemd tot griffier van het kantonge
recht te 's Hertogenboseh Mr. C. R. E. van Ryckevorsel
advocaat aldaar; tot notaris te Rosmalen W. A. Hamelberg,
cand.notaris te Cuijk; tot kap.-luit ter zee 1ste kl. P. van
der Velden Erdbrinktot luit. ter zee 1ste klasse, die van
de 2de kl. H. L. Jolly en W. E. de Bruijn Kops en tot
scheepsklerken bij de Ned. zeemagt P. D. G. Piccardt, E. C.
E. van IngenN. W. Lasonder, E. W. Sprenger, F. D.
ClarksonF. H. A. PoolA. M. Montijn en N. Bresser.
Door Z. M. is benoemd tot referendaris bij het Depar
tement van finantien den heer H. J. W. Visser, thans hoofd
commies.
Bij Zr. M. besluit dd. 1 December 1861, no. 76, is
benoemd tot Bidder Grootkruis van den Nederlandschen
Leeuw Baron von Boningeneraal der infanterie in Pruisische
dienst.
Uit 's Hage wordt berigtdat Z. M. een commissie
heeft benoemd onder het voorzitterschap van het lid van den
Raad van State, den heer Borret, belast met het onderzoek
der zaak van de Delftsche academie. Men meent, dat die
commissie zeer geschikt is, om een hoogst wenschelijke ver
andering te maken in de bestemming der Academie, zoodat
z;j wordt een vrije instelling door het Rijk onderhoudenter
wijl de ambtenaren der 1ste klasse met Prof. Roorda bij de
Leidsche Academie en de ambtenaren der 2de klasse naar de
Militaire Academie te Breda werden overgeplaatst.
Nadere berigten behelzendat tot die commissie zijn be
noemd de heeren baron Schimmelpenninck van der Oije
oud-minister van Binnenl. Zakengeneraal-majoor Delprat en
Mr. Gevers Deynoot, leden der Tweede Kamer en Mr. J. D.
Junius van Hemert, O. I. ambtenaar, met verlof hier te
lande.
Eenige dagen geleden is bij de Tweede Kamer der Sta-
ten-Generaal ingekomen het verslag, gerigt aan Z. K. H.
Prins Hendrik beschermheer der Delftsche academie door den
Senaat van het studentencorps. In dit verslagopgesteld met
de meeste bedaardheid en met dien ernst, dien het onderwerp
medebrengt, wordt een getrouw relaas gegeven van hetgeen
in de laatste jaren en voornamelijk in den laatsten tijdonder
de directie van den heer Keurenaer omtrent de Delftsche aca
demie is voorgevallen. De Senaat drukt den wensch uit dat
door Z. K. H. een andere verklaring aan de Delftsche aca
demie-aangelegenheden zal worden gegeven dan misschien Zijne
Hoogheid, welligt niet met volkomene juistheid ingelicht, tot
dusverre heeft opgevat. De Senaat verklaart, dat de heer Keuï
renaer zal moeten erkennen, dat de ernst en bezadigdheid,1
waarmede èn senaat èn studentencorps gedurende de gebeur
tenissen van Januarij 1861 handelden, de academie toen reeds
bewaard hebben voor een botsing, welke de gevaarlijkste ge
volgen voor haar had kunnen medebrengen. De hoofdgedachte
van allen en voornamelijk van den meer in alles ingewijden
Senaat was ook nu wederom: //eene reorganisatie niet in ge
vaar te brengendie onze academie dringend behoefde en
waarvan men nog immer zoo schoone verwachtingen had.'*
Wat meer bepaaldelijk betreft het zoogenaamd verzet der
kweekelingenwaarop de sluiting der academie was gegrond
wordt in het verslag gemeld, dat op de corpsvergadering,
waarop het antwoord van Z. M. op het request der stu
denten bekend werd gemaaktde studenten besloten een
parig met de onderteekening van het besluit voorloopig te
wachten. De reden hiervan was geenszins lust tot verzetwant
wat zou dit ook gebaat hebbenvragen zijdaar een konink
lijk besluit toch voorzeker door niet-onderteekening van stu
denten niet van onwaarde zal worden? maar zij lag zeer een
voudig in de volgende redenering
Was de onderteekening een onderwerping aan den moge
lijk lateren toestand, waaraan men door de onderschrijving
reeds bij voorbaat zich onderwierp, zoo was zij eerstens als
eenigzins voorbarig aantemerken, zoo lang die toestand nog
niet in wezenlijkheid daar wasdoch zulks ware des te minder
van de jongelieden te vergendaar zij door die onderteeke
ning bij een verlaten der academie, liever dan zich te onder
werpen aan den toekomstigen toestand, alle aanspraak verlo
ren op de terugvordering der 200 collegiegeldwaarop men
anders alle recht had, daar toch de betaling geschied was op
kwitantie, ingevolge art. 9 van het reglement van 1842. Het
corps hoopte, dat Zijne Hoogheid zoude billijken, dat men,
alvorens tot het uiterste, namelijk tot het verlaten der aca
demie, met opoffering eener geheele carrière en jaren werkep
LEIDSCH DAGBLAD.
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden ƒ1.95, en franco per post ƒ2.80
in de drie maanden. Afzonderlijke Nom-
mers Vijf Cents.
Prijs der Advertentiën1-6 regels 0.75.
Iedere regel meer 12J Cts. Geboorte-, hu
welijks- eu doodberigten van 1-4 regels 0.90.
Iedere regel meer 15 Cts. Bekendmakingen van
genootschappen 5 Cts. Zegelrecht 35 Cts.
Spoortreinen van Leiden naar *9 Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam ta 10 u. 6 m.; 12 u. 58 m.; 6 u. 9 m.; 9 u. 9 m. Naar Haar
lem en Amsterdam te 8 u. 51 m.; 1 u. 3 m.; 4 u. 53 m.; 9 u. 14 m.
Stoomboot van Leiden (Ligplaats Haven) naar Amsterdam, Maandag ochtends 4 u., de overige werkdagen 5 u.; van Amsterdam (Beerebijt)
naar Leiden dagelijks 's middags 2 u. uitgezonderd de Zondagen.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat: 'smorgens te 8 u., 'smiddags te 12 u., 'snamiddags te 3 u.45 m..
'savonds te 8 u. 10 m. Oost-Indische Landpost. Over Southampton, l en 17over Triest, 7 en 23over Marseille9 en 25 van elke maand.
Rijks-Telegraaf. Werkdagen van 912 en van 27 uur. Zondag van 27 uur. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van sm. 8 u.9 u. 30 m. av.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur.
Commissie van Fabricage, Dingsdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks te 10 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104
uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. Be Gemeente-Architect is te spreken te zijnen huize op den Ouden Singel, 'smorgens van 910 uur.
Kantoor der Plaatselijke Accijnsen, dagelijks ^van 81 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Rechten en Acoijnsen
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maandag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92
uur; van Zegel, Registratie dagelijks van 84, van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.