Buitenlandsch Nieuws. Een jong meisje, 21 jaren oud, kwam Zondag avond te halt elf met een beminde en nog meer gezelschap over de Lombardburg te Rotterdam. Het meisje was zeer verdrietig omdat een vroeger beminde haar in de Schermzaal (een dans huis) had beleedigd en gescholden voor iets waartoe zij te eerlijk schijnt te zijn. Hierover peinzende geeft zij op eens haar goud, hoed en doek aan een ander meisje, onder voor geven haar kleed te moeten verschuivenloopt de Turfmarkt op en springt in het water om zich van het leven te beroo- ven. Gelukkig was het juist aldaar niet zeer diep. Haar be minde springt haar achterna, grijpt haar, en beide komen met behulp van anderen, die op de kade stonden behouden aan wal. Zondag namiddag spoelden op het grondgebied van Scheveningen aan twee reeds deerlijk misvormde lijkeneen van een volwassen manspersoon en een van een jongetje. Spoe dig bleek, dat ze beiden hebben behoord tot de bemanning van de brik de Stad Vlissingendie Zondag voor 8 dagen onder de gemeente Loosduineu was gezonken. Maandag morgen kwam de stuurman de eenige persoondievastgeklemd aan een stuk wrak den wal had mogen bereikenvergezeld van de huisvrouw van den kapitein, te Scheveningen aan. Ofschoon haar zulks werd ontradenmogt niets haar besluit verande ren, om de lijken te aanschouwen. Bij deze gebragt, zag men een tooneel dat zich gemakkelijker laat denken dan be schrijven. Aanvankelijk meende de echtgenoot haar man en kind te zien en te herkennen, doch later bleek, dat het vol wassen lijk niet was dat van haren man maar van den kok Willem Sampiondie eenige gelijkenis met den kapitein Scbaafsma had. De jongen was, zoo als men dachtde zeven jarige zoon van de diepbedroefde weduwe. Heden worden de lijken ter aarde besteld. Gisteren had alhier plaats het jaarlijksch examen aan de School voor Zeevaart. Daartoe door het bestuur uitgenoodigdbevonden zich te gen 2 uur aan het lokaal, de hoofd- en verdere officieren van het garnizoen, terwijl ook de schutterij in haar chef en eenige officieren vertegenwoordigd werd. Door het bestuur op allerminzaamste wijze ontvangen zijnde, werden de genoodigden daarna in de zaal van de oefeningen geleidalwaar de jeugdige matrozen en leerlingen hoofdzake lijk bewijzen gaven van hunne bedrevenheid in het rekenen en de aardrijkskunde, maar vooral de algemeene bewondering wegdroegen wegens hunne kennis der verschillende touwen van het schip. - Vervolgens had de exercitie met het geweer en 'het geschut aan boord plaatsalsmede het op- en inhalen der zeilen op seinen met de seinvlaggen, waarbij niet alleen hun bedrevenheid maar vooral ook hunne vlugheid in het mast- klimmen werd bewonderd. Dit alles werd besloten met een roeitogt naar de zwemschool, waarbij de jeugdige zeelieden zich in drie sloepen verdeelden, terwijl bestuurders en genoodigden insgelijks daarin plaats na men. Nadat men hier eenige oogenblikken had vertoefd roeide de kleine flottille terug en zette midden in de stadaan de Waag, de HH. officieren aan den wal. Wij zijn overtuigd de tolk van het gevoelen van allen te zijnindien wij directeuren en bestuurders lof toekennen we gens het doel en de strekking dezer inrigting, alwaar jonge lieden in plaats van tot last der Maatschappij te komen, in tegendeel tot nuttige en bekwame leden kunnen worden aan gekweekt te meer van belangnaarmate de behoefte aan matrozen zich meer laat gevoelen. Wij kunnen hier nog bijvoegen dat sedert het kort be staan dezer inrigting reeds 4 dezer jongelingen voor dezelve tot sieraad verstrekkendaar het Ridderkruis der Militaire Willemsorde voor Moed, Beleid en Trouw hunne borst versiert. Ingezonden Een gedeelte van het 3de reg. dragonders is heden mor gen onze stad gepasseerdkomende van 's Hage en gaande naar het kamp bij Milligenzij hebben heden nachtkwartier te Alphen. De Thermometer van Fahrenheit teekende alhier Maandag 's avonds te 5 uur 70°, te 8 uur 63°, te 10 uur 62°. Heden Dingsdag 's morgens te 6 uur 60°, te 8 uur 64°, 's namiddags te 12 uur 63°, te 2 uur 69° en te 4 uur 67°. De regering van Koning Victor Emanuel is voornemens het bedrag der nieuwe leening (500 millioen) voornamelijk te bezigen tot aanleg van openbare werken, en ten behoeve van de nationale wapening. Het tekort voor 1861 is niet minder dan 314 millioen. Het nadeelig slot der gewone dienst is ech ter slechts 122 millioen, bij welk bedrag niet uit het oog moet worden verloren, dat in verscheiden provinciënen voor namelijk in Napels en op Sicilië, belastingen van 50 millioen afgeschaft zijn waaronder in de eerste plaats die op de mout behoort, welke in de hoogste mate inpopulair was. Ten einde nu evenwigt te brengen tusschen de ontvangsten en uitgaven, is de Minister van Financiën voornemens het zegel- en regis tratierecht tot den geheelen staat uittebreiden. Hierdoor hoopt hij het deficit met 50 millioen te verminderen. Voorts wil hij een weinig drukkende belasting op het meubilair, alsmede op de deuren en vensters invoeren. Door deze nieuwe inkomsten gevoegd bij eenige andere, hoopt hij het tekort te kunnen be strijden en ook voor het vervolg door de gewone inkomsten in de gewone uitgaven te kunnen voorzien. Door den Oostenrijkschen Minister van finantiën, von Plener, worden met Nederlandsche kapitalisten levendige on derhandelingen gevoerd betrekkelijk de overneming der nog in de bank liggende loten van 1860. De negotiatie vindt plaats onder voorbehoud der goedkeuring van den rijksraad. Een aanbod van den heer Pereire is van de hand gewezen. Volgens te Weenen in omloop zijnde geruchten, zoude Keizer, wanneer de regering er in slagen mogt eenmaal de belangen der verschillende onderdeden van het rijk definitief te regelen, voornemens zijn naast Weenen, ook Praag en Pesth tot zijn residentiën te verheffen. In dat geval zou de aartshertog Reinier, thans Minister-president tot Keizerlijk Stedehouder te Weenen en de aartshertog Ernst tot opperbe velhebber in Beneden-Oostenrijk benoemd worden. Dezelfde berigtgever meldt nog, dat onze gezant bij het Oostenrijksche hof, baron van Heeckerentot herstel van gezondheid naar Baden-Baden is vertrokken. Over de houdingdoor de Europesche diplomatie ten opzigte van het Hongaarsch adres aangenomenverneemt men van goederhand, hoe het onder de groote mogendheden En geland geweest is, hetwelk door zijn ambassadeur, lord Bloom- field, zich tegen de aanneming daarvan verklaard heeft. Noch de markies de Moustier noch de heer Balabine hebben zich met dezen stap van hun ambtgenoot vereenigdmaar nog- tans schijnt het zeker dat Keizer Napoleon Vorst Metternich heeft toegevoegd dat Keizer Frans Joseph het adres der Hon garen niet kon aannemen, en bovendien heeft de Oostenrijk sche gezant te Parijs nog gemeld', dat de Keizer zich zeer scherp over de Hongaarsche beweging uitgelaten en haar rig- ting een revolutionaire genoemd heeft. De Zwitsersche Staatsraad heeft een crediet van 50,000 toegestaan voor het zenden van een buitengewone missie naar Japan tot het sluiten van een handelstractaat. De commissie uit de Zwitsersche bondsvergadering heeft den bondsraad ernstig aanbevolenden weg te banen voor goede handelsbetrekkingen met Nederland krachtige ver- toogen te doen bij de Belgische regering wegens haar ongast vrije bejegening van den Zwitserschen handel en evenzoo bij het Duitsche Zollverein, wegens de differentieële rechten enz. Het werk van Keizer Napoleon over Julius Caesar, dat volgens sommige bladen reeds spoedig zou verschijnenis nog verre van gereed. Het zal welligt nog een of twee jaren duren, alvorens het ter perse kan wordeu gelegd. De bekende koorddanser Blondin heeft Dingsdag 11. te Liverpool een voorstelling gegeven bij welke gelegenheid hij niet zijn dochter, gelijk te Londen, maar een leeuw van 18 maan den uit den dierentuin aldaar, in een kruiwagen op het koord voortschoof. Tot bewijs der algemeene deelneming in de wereldten toonstelling, die in het volgend jaar te Londen gehouden wordt kan strekken dat voortdurend auit verschillende landen van Europa klagten ontvangen worden over de betrekkelijk be-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1861 | | pagina 2