A0. 1861.
Binnenlandsch Nieuws.
LEIDSCH DAGBLAD.
Deze Courant verschijnt eiken dag, be
halve Zon- en Feestdagen, en kost voor
Leiden 1.95 en franco per post 2.80
in de drie maanden.
De prijs der Advertentiën is voor eiken
regel Zes Cents, behalve 35 Cents zegel
recht, voor elke plaatsing. Afzonderlijke
Nommers Vijf Cents.
Spoortreinen van Leiden naar 's Gravenhage, Delft, Schiedam en Rotterdam te 10 u. 6 m.; 12 u. 58 m.; 6 n. 3 m.; 9 n. 13 m. Naar Haarlem
en Amsterdam te 8 u. 47 m.; 1 u. 3 m.; 4 n. 47 m.; 7 u. 57 m.
Postbusligtingen aan de Lakenhal, Katoenfabriek en op de Nieuwstraat:'s morgens te7 u. 55 m.,'smiddags te 12 u.,'snamiddags te3u.45m.,
'savonds te 8 u. 10 m. Oost-Indische Landpost. Over Southampton, 1 en 17; over Triest, 6 en 22; over Marseille9 en 25 van elke maand.
Rijks-Telegraaf. Werkdagen van 912 en van 27 uur. Zondag van 27 uur. Spoorweg-Telegraaf dagelijks van 89J uur.
Zittingen van het Gemeentebestuur. Gemeenteraad op onbepaalde tijden. - Burgemeester en Wethouders, Maandag en Donderdag te 11 uur.-
Commissie van Fabricage. Dingsdag te 12 uur. - Burgemeesterdagelijks te 10 uur. - Bureau der Plaatselijke Secretarie is open dagelijks van 104
uur. - Thesaurie, dagelijks van 102 uur. —Be Gemeente-Architect is te spreken te zijnen huize op den Ouden Singel, 'smorgensvan 910 uur.
Kantoor der Plaatselijke Accijnsen, dagelijks van 81 uur en van 36 uur; der In- en Uitgaande Rechten en Accijncen
dagelijks van 91 uur en van 36 uur; van 'sRijks Directe Belastingen, Maaudag, Dingsdag, Woensdag en Donderdag van 92
uur; van Zegel, Registratie dagelijks van 84, van de Hypotheken en het Kadaster, van 94 uur.
Z. M. heeft tot officier der orde van de Eikenkroon be
noemd den heer J. J. Maritz bij 's Rijks geschutgieterij.
Z. M. heeft benoemd bij de artillerie, bij den staf tot
Generaal-Majoor en directeur in de 2e artillerie-directie den
Kolonel 0. A. G. Steuerwald, air. der art., stapel- en con
structiemagazijnen en in diens plaats den luit.-kol. J. W. Blan
ken, komm. van het 2e reg. vestingartillerie; - tot Luit.-kol.
insp. der draagbare wapenenden Majoor L. E.' Werner van
het reg. veldartillerie; - tot Majoor en Magazijnmeester dei-
art. le klasse te Vlissingen den kap. J. Ubbens van de 2e klasse; -
te Dordrecht den kap. C. S. N. van Gennep van het 3e reg.
vestingartillerie; tot Kap. en Magazijnmeester der art. 2e kl. te
Nijmegen den kap. C. J. Inde Betou van het le reg. vesting
artillerie, - en te Gorinchem den len luit. G. Zweers, Maga
zijnmeester te Brielle; tot Kap. den le luit. N. van der Horst-
bij het le reg. vesting-artillerie tot Kap. de le luits. H. W. de
Guartel en J. Staduitski, - bij het 2e reg. tot komm. den
luit.-kol. J. A. le Clercq, tot Majoor den kap. W. F. P. H.
van Wassenaar St. Pancras; - bij het 3® reg. tot Kap. de
1® luit. W. O. van Haaften.
Z. M. de Koning en Z. K. H. Prins Hendrik zullen
morgen of overmorgen uit de residentie naar Gorinchem ver
trekken ten einde daar en elders de noodlijdenden door den
watersnood te bezoeken en zich naar de plaatsen te begeven
welke door dien zwaren ramp zijn getroffenterwijl zij dan te
vens bij het onverhoopt ontstaan van nieuwe rampen, spoedi
ger ter plaatse, waar nieuwe onheilen mogten voorvallen, te
genwoordig kunnen zijn.
- Naar wij vernemen heeft de Commissie, te 's Hage ge
vestigd, tot de oprigting van eene Weldadigheidsloterij op
uitgebreide schaal, ten behoeve der noodlijdenden ten gevolge
van den watersnood, reeds de goedkeuring der Regering. Men
verzekert dat Z. M. de Koning het beschermheerschap over
die loterij op groote schaal heeft aanvaard. Er zouden voor-
oopig 25000 tegen 1.00 worden uitgegeven. Binnen weinige
agen ziet men de openbaarmaking der berigten als ander
zins nopens deze loterij te gemoet. Men wil weten dat Z. M.
e Koning reeds voor duizend billetten in deze loterij heeft
ingeschieven, zonder dat zijn nummers in de uit te komen
prijzen zullen behoeven te deelen.
Tevens verneemt mendat Z. M. de Koning de Gothische
zaal ter beschikking van de Commissie gesteld heeftten einde
daar de tentoonstelling en loterij te houden.
Men schrijft aan de Middelburg sche Courant uit 's Gra
venhage, 15 dezer:
"Weinige dagen geleden deelde ik u mededat de aftreding
van den heer van Zuylen van Nyevelt, als Minister van Bui-
tenlaudsche Zakenvermoedelijk door meerdere wijziging van
het ministerie zou worden gevolgd. Dit vermoeden heeft zich
bevestigd, want ook de heer van Heemstra heeft zijn verzoek
om ontslag ingediend. Ben ik wel ingelicht, dan heeft deze
stap van den Minister vau Binnenlandsche Zaken zijn oor
sprong in oneenighedenwelke zich tusschen hem en den heer
van Hall hebben opgedaan.
"Als reden der aftreding van den heer van Zuylen geven
sommigen op, dat hij niet langer met zijn overtuiging kon
overeenbrengen in het tegenwoordige ministerie zitting te heb
ben. Anderen verzekeren, dat hij in den ministerraad betoogd
heeft, dat het gansche ministerie zijn ontslag moest vragen,
nu de heer Rochussen afgetreden is, doch dat voorstel niet
den minsten bijval vond bij het meerendeel zijner collega's.
In elk geval moest volgens het gevoelen van den heer van
Zuylende heer van Halldie den minister Rochussen zoo
zeer heeft gestijfd in de reactionaire gezindheid, welke deze
vooral in den laatsten tijd aan den dag legde, diens lot deelen.
Niet onwaarschijnlijk is het, dat de beide redenen gegolden
hebben. Ik voor mij hecht vooral waarde aan de laatstge
noemde.
-Naar men uit 's Hage berigtzou er vooralsnog geen
sprake zijn van het aanbieden van ontslag door den Minister
van Biunenlandsche Zaken, gelijk zulks aan d Middelburg sche
Courant geschreven wordt.
Heden Dingsdag nacht is te 's Hage in deu ouderdom
van ruim 81 jaren overleden de heer Mr. A. Brocx, ridder-
der orde van den Nederlandscben Leeuw, laatstelijk griffier
bij den hoogen Raad der Nederlanden, uit welke betrekking
hij, op zijn verzoek, bij besluit van 4 December 1855, eer
vol ontslag verkreeg. De overledene was van af 1797 tot
1855 in verschillende betrekkingen voor den lande werkzaam.
Jhr. W. L. de Sturler deelt in de 's Gravenhaagsche
Nieuwsbode eenige opmerkingen mede ten aanzien van het
Iudische cultuurstelselin verband met de beginselen van vrijen
arbeiddie niet overeen te brengen zijn met de begrippen van den
Javaandat de Souverein het recht heeft over den arbeid zij
ner onderdanen te beschikken. Geheel eigenwillig arbpèfTn'de
plaats gesteld van het bestaande stelsel van cultuur zoiK4e
handhaving van het gezag in gevaar brengen. AfkeëSjg^v^
allen dwang in den eigenlijken zin des woords, uit de'gt^^b
Cï