S)e Ccicbchc6oii4cmt
Alleen vaktechnici
Voor een fijn stukje kaas
Laten wij ons onze eereschuld bewust blijven
Wij zijn in 1946 vooruitgegaan!
DONDERDAG 2 JAN. 1947
Bureaux: Papengracht 32 Leiden
Giro 103008
Telefoon: Admin., Adv. en
Abonn. 20826.
Redactie: 20015.
Dir. en drukkerij 20935.
Abonnementsprijs 0.26 per
week, 1.10 p mnd. f 3.25 p.
kwartaal Franco p. post f 4.00.
waarin opgenomen „DE BURCHT"
KATHOLIEK DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
37e JAARGANG No. 10976
Hoofdredacteur: TH. WILMER.
Directeur:
C. M. v. HAMERSVELD
Uitgave van N.V. .,De Leidsche
Courant" en Stichting „De
Burcht".
Advertenties 15 cent per m.m.
Bij contract belangrijke korting.
Lichting 1924 opgeroepen
Oorlogsvrijwilligers 1945 worden nog dit
jaar gedemobiliseerd.
Naar de „Nieuwe Leidsche Crt." verneemt
zijn in verschillende plaatsen, o.a. te Lei
den, oproepingen voor de keuring voor mi
litairen dienst aan personen, die behooren
tot de lichting 1924, verzonden. Van bevoeg
de zijde deelde men ons desgevraagd mede,
dat niet deze geheele lichting onder de wa
penen komt, doch slechts zij, die vaktech
nisch onderlegd zijn, o.a. medische studen
ten. Deze geschoolde krachten beloopen
ongeveer 10.000 man.
Het ligt in het voornemen van den min.
van Oorlog om de oorlogsvrijwilligers, die
in 1945 dienst namen en naar Indië werden
gezonden, van Sept. 1947 af geleidelijk te
demobiliseer en, zoodat eind 1947 deze de
mobilisatie voltoooid zal zijn.
In Februari 3 kolenbonnen
De drastische verlaging van onze gas- en
electriciteitsrantsoenen en de vermindering
van de kolentoewijzingen aan bepaalde in
dustrieën hebben velen zich bezorgd doen
afvragen, of aan de brandstoffenvoorziening
van particulieren niet eveneens getornd zal
worden.
Van bevoegde zijde verneemt „Parool"
echter, dat er geen reden tot pessimisme
bestaat. Wèl hebben de stakingen in Ame
rika en de vorstperiode onze kolenpositie
zorgelijker gemaakt, maar desondanks zal
het mogelijk zijn de bonnen voor de drie
eenheden brandstof, die wij nog te goed
hebben, te honoreeren. Vermoedelijk zul
len de bonnen in den loop van de maand
Februari kunnen worden aangewezen, on
voorziene omstandigheden voorbehouden.
GEEN EXTRA VLEESCH MEER.
Met ingang van 5 Januari 1947 zal. zoo
als reeds is aangekondigd,de extra ver
strekking van 100 gram vleesch boven het
rantsoen van 400 gram per persoon per
veertien dagen voorloopig worden stopge
zet.
OFFïC. BONNENLIJST
BONKAARTEN KA, KB, KC 701
(Strook No. 2).
551 brood
552 brood
551 boter
55..2 bote£
553 boter
551 melk
55—2, 55—3 melk
551 vleesch
552 vleesch
551 algemeen
552 algemeen
553 algemeen
100 gram vleesch
800 gram brood
400 gram brood
125 gram boter
125 gram margarine of
100 graan vet
250 gram margarine of
200 gram vet.
4 liter melk
3 liter melk
100 gram vleesch
300 gram vleesch
200 gram kaas
1 ei
500 gram suiker, boter
hamstrooisel, enz. of
1000 gram jam, stroop,
551B reserve 1600 gram brood
55IC reserve 800 gram brood
BONKAARTEN KD, KE 701
(Strook No. 2).
561 brood 800 gram brood
561 boter 250 gram boter
562 boter 125 gram ipargarine of
100 gram vet
561 melk12 liter melk
56—1. 56—2
vleesch
561 algemeen 100 gram kaas
562 algemeen 1 ei
563. 564 alg. 250 gram suiker, boter
hamstrooisel, enz. of 500
gram jam, stroop enz.
56—1D reserve 300- gram brood
56IE reserve 600 gram bloem of kin
dermeel (niet uit rijst
bereid)
TABAKSKAARTN, ENZ.
T 652 rantsoenen tabaks
artikelen.
V 66 200 gr. chocolade en/of
suikerwerken.
X 652 rantsoenen tabaks
artikelen
X 66 100 gr. chocolade en/of-
suikerwerken
BONKAARTEN MA, MB, MC, MD 701
(Strook No. 2).
554 brood 800 gram brood
554 boter 250 gram boter
554 margarine 250 gram margarine of
200 gram vet
554 melk 5 liter melk
554 vleesch 300 gram vleesch
555 vleesch 100 gram vleesch
555 kaas200 gram kaas
554 suiker250 gram suiker, boter
hamstrooisel, enz. of 500
gram jam, stroop, enz.
Voor de week van 12 t.m. 18 Januari zul
len nog bonnen worden aangewezen voor
bloem, koffie, thee, cacao en tabak.
De bonnen van dj strooken No. 1 der
toeslagkaarten voor bijzonderen arbeid en
voor a.s. en jonge moeders MA, MB, MC
en MD 701 zijn na 5 Januari niet meer
geldig. De bonnen dezer toeslagkaarten
hebben, zooals bekend, een geldigheids
duur, welke gelijk is aan dien van de
overige genummerde bonnen.
De niet aangewezen bonnen van strook
No. 1 kunnen worden vernietigd.
3082
'T KAASBOERTJE
Haarlemmerstraat! 148
31 Dec. 1946: De Landsmoeder spreekt tot Haar volk
Denkt U in in het leed en het gemis van Uw naaste
H. M. de Koningin heeft Dinsdagavond
de volgende radiorede gehouden:
„Landgenooten,
Het is niet mijn bedoeling, vanavond een
Oude jaarsrede te houden, om de rekening
op te maken, van de gebeurtenissen van
het afgeloopen jaar.
Nu gij voor de laatste maal in 1946, om
den huiselijken haardi zijt geschaard of
misschien ver hier vandaan in eenzaam
heid naar mij luistert wil ik op deze
wijze bij u binnentredend een enkel woord
tot u spreken van gemoed tot gemoed.
Allereerst dan mijn hartelijke wen-
schen voor het nieuwe jaar. Moge het u
veel brengen, waaarvoor gij nu of later
dankbaar kunt zijn.
Mijn wenschen strekken zich uit van de
vervulling van de meest eenvoudige be
hoeften des levens tot de goederen van de
meest geestelijke waarde. Het zijn wen
schen voor uw huiselijk geluk en een hech
te familieband, voor een groeiende saam-
hoorigheid als volk, voor levensblijheid en
arbeidsvreugde, wenschen vooral voor be
schaving van geest en gemoed.
Onze rijksgenooten in het Westelijk
halfrond wensch ik toe de spoedige vervul
ling, eerst van het binnen de huidige
grondwet bereikbare en daarna van wat
pas na grondwetswijziging kan worden tot
stand gebracht, opdat dit zelfstandigheid u
deel worde, waarnaar velen uwer zoo vu
rig verlangen en welke voor allen een ge
lukkige toekomst moge openen.
Mijn gedachten gaan uit naar Indonesië,
waar velen nog zoo zwaar worden be
proefd. Moge het nieuwe jaar de nieuwe
rechtsorde naderbij brengen, waarvoor van
verschillende zijden alle krachten wonien
ingespannen en welke allen ten goede mo
ge komen, ieder zijn rechtmatig aandeel
brengende in de geestelijke en stoffelijke
welvaart.
Thans wend ik mij tot allen in het moe
derland.
Wij leven in de overgangsjaren naar den
vrede.
Vanzelfsprekend' is ons denken en han
delen. gericht op een zoo spoedig moge
lijk ontkomen aan de ellende, waarin de
oorlogsjaren ons hebben gedompeld, op
een voor de toekomst veiligstellen van
onszelf en de onzen.
Hoe prijzenswaardig dê inspanning is,
waarmede, wij dit trachten te verwezenlij
ken, zij brengt groote gevaren met zich.
Velen vergeten te spoedig, wait zij door
maakten, zijn zoo vervuld van eigen be
lang, en leven zoo in zich zeiven gekeerd,
dat oog, oor noch hart meer openstaat
dat oog, oor noch hart meer openstaat voor
het leed van anderen voor de groote nood,
stoffelijk maar vooral geestelijk, waarin
soms de naaste buren verkeeren. Vraagt
gij u ooit weieens af, waar het meisje is
gebleven, dat iedere veertien dagen trouw,
onopvallend ep ongekend, de bonkaarten
thuis bracht voor uw zoon, die onderge
doken was? Wat is er van den jongeman
geworden, die met verachting van gevaar
voor eigen leven u, ongezien, geregeld de
illegale bladen thuisbezorgde, uit welker
inhoud gij weer nieuwe moed putte en
1-oop op de uiteindelijke bevrijding? Zijt
gij niet al te spoedig vergeten de schand
daden uit de concentratiekampen die de
edelsten en besten uit ons volk ondergin
gen en die gruwelijker waren dan wat de
geschiedenis ooit heeft gekend?
Geeft gij u er rekenschap van, dat de
verbittering van vele jongeren voortkomt
uit miskenning en achterstelling, welke een
gevolg zijn van het niet willen of kunnen
begrijpen van hun moeilijkheden en ge
rechtvaardigde verlangens? Schijnt het
soms niet of velen de oogen sluiten voor
het leed van de oorlogsweduwe en haar
jonge kinderen, die dag in dag uit herin
nerd wordt aan het gemis van man en
vader, voor den nood van hun vrienden
uit Indië, of van hen, die in dit land zelf
moesten cvacueeren en enkel het veege lijf
nog konden redden?
Hebt gij verleerd u in te denken en. te
verplaatsen in het leed en het gemis van
aJ deze broeders en zusters?
En ook gij, oud-illegale werkers, herin
nert gij u voldoende uw goede voorne-
meri in tijden van grooten nood, toen gij
uw kameraden beloofidet, dat, modht hun
iets overkomen voor hun vrouwen en kin
deren gezorgd en goed gezorgd zou wor
den, niet alleen materieel maar vooral ook
geestelijk?
Landgenooten, is vrees, dat er een scheids
muur wordt opgetrokken tusschen velen
uwer en hen, die de doorstane schokken
nog steeds niet te boven zijn gekomen, zoo
dit al ooit gebeuren zal. Ik vergeet hierbij
niet de goede en verblijdende uitzonderin
gen vaYi hen, die geheel opens'aan voor
al dit leed' en voor wie geen moeite te
groot is om troost en verzachting te bren
gen. Met waardeering gedenk ik in dit
verband de arbeid der Stichting 19401945.
Vrienden echter, noch een organisatie als
de Stichting, kunnen het gevoel van ver
latenheid, van in een hoek staan, wegne
men. Dat kunnen wij slechts als volk in
zijn geheel door tezamen de verantwoor
delijkheid er voor op ons te nemen. Laten
wij ons onze eereschuld bewust blijven!
Ik doe allereerst een dringend beroep op
hen, die verantwoordelijkheid dragen en
op posten staan, waar geholpen kan wor
den. Mij tot alle landgenooten wendeend,
vraag ik voor verdriet en gemis, voor
geestelijke en stoffelijke nood de deuren
van har' en huis en eigen kring open te
zetten. Tracht hen, die in en door den
oorlog geleden hebben, in den diepsten
zin des woords te begrijpen en mede te
voelen wat er in hen leeft. Laat hen be
seffen, dat zij een vaste plaats, een vrien
denplaats hebben, in het midden van onze
volksgemeenschap.
Thans wend ik mij tot de oud-strijders in
het binnen landsch verzet. Laat u niet ont
moedigen en wanhoopt niet, wanneer gij
het doel waarvoor gij hebt gestreden nog
veraf ziet. Het komt er thans op aan, dat
datgene, waarvoor gij in het verzet pal
hebt gestaan in en door het geheele Ne-
derlandsche volk wordt verwezenlijkt en
het is daarom noodzakelijk, dat gij ook nu
nog, ieder op zijn plaats, de idealen ge
koesterd in uw strijd, blijft uitdragen.
Groote idealen worden niet in één jaar
bereikt.
Laat u niet tot daden verleiden en prik
kelen, die uzelf slechts schade kunnen
brengen en die een geest ademen, waar
tegen juist uw gevallen makkers gestreden
hebben, toen zij hun leven gaven voor
recht en wet. Slechts zóó blijft gij trouw
aan den geest van het verzet.
En ten slotte wend ik mij tot u die na
den oorlog vereenzaamd in het leven zijt
achtergebleven en door de traagheid des
harten, ook van wie u omringen, vaak zoo
radeloos gestemd, wanhoop in u voelt op
stijgen.
Uit vele brieven die ik in den loop van
dit jaar heb ontvangen, weet ik hoe moei
lijk uw leven is door verdriet en liefde
loosheid.
Gij zijt echter niet verlaten.
Goddank, kloppen er in ons volk nog
liefhebbende harten voor u. In deze tijden
van onrust en onzekerheid, die zoowel in
als bui'ten ons vaderland hun invloed doen
gevoelen, gaat wat u drukt ook aan mij
niet voorbij.
Ook in heb mijn sombere oogenblik-
ken, wanneer ik zooveel liefdeloosheid, leed
en verwarring om mijij heen zie.
Maar neen, wij komen van het Kerst
feest en nemen daarvan mede, geloof, hoop
en liefde, maar de liefde het meest. Die
liefde, die nimmer wanhoont en steeds
klaar staat om vertrouwen te schenken.
Laat ons elkander in' het nieuwe jaar een
kans geven en vertrouwen schenken en
ook in dit opzicht het voorbeeld volgen,
en verwarring om mij heen zie.
Voorwaar, dan zal veel mogelijk zijn, dat
thans onmogelijk schijnt."
H.M. de Koningin woonde de traditioneele opvoering van de „Gijsbrecht" in den
Stadsschouwburg"te Amsterdam bij. De vorstin, omringd door leden van de hof
houding, in Haar loge.
TRUMAN PROCLAMEERT:
Einde der periode van
vijandelijkheden
De president der V.S., Truman, heeft op
den laatsten dag van het oudejaar onver
wachts de „beëindiging van de periode van
vijandelijkheden van wereldoorlog II" ge
proclameerd, met ingang van Dinsdag 18
uur.
Daarmede heeft hij zijn regeering vrij
willig van groote bevoegdheden ontheven,
welke uit dezen toestand voortvloeien.
Hiermede is echter geen einde gekomen aan
den z.g. „oorlogstoestand" of- „noodtoe
stand". Deze zullen later door het Con
gres moeten worden opgeheven.
De voornaamste wet, die door de procla
matie van president Truman ter zijde wordt
gesteld, is de zoogenaamde wet van Smith
en Connally, die den president de bevoegd
heid verleent om beslag te leggen op indus
trieën, waar gestaakt wordt. Deze bevoegd
heid, die nu wordt aangewend in verband
met de geschillen in de steenkoolindustrie,
zal over zes maanden beëindigd zijn.
Truman zelf heeft de proclamatie een
poging genoemd om met het door de repu
blikeinen overheerschte Congres samen te
werken.
Het beëindigen van de „periode van
vijandelijkheden" beteekent tevens de op
heffing van verschillende overeenkomsten.
Zoo zullen alle Amerikaansche schepen, die
aan de andere geallieerden in bruikleen
waren afgestaan, thans formeel gekocht
moeten worden ofwel vóór Juli 1947 aan de
Ver. Staten teruggegeven moeten worden.
Vervolgens moeten Groot-Brittannië, Voor-
Indië en alle andere ontvangers van zilver
volgens de leen- en pacht-bepalingen dit
vóór het einde van 1951 teruggeven. Waar
schijnlijk het belangrijkste van alles is, dat
het program voor steun aan prijzen van land-
bouwartikelen door de Amerikaansche re
geering slechts van toepassing zal zijn op
de oogsten van 1947 en 1948, doch niet van
1949. De proclamatie van den president zal
vervolgens automatisch een scherpe verja
ging van accijnzen op vele consumptie-ar
tikelen, zooals dranken, juweelen en bont,
alsmede van telefoon-, telegraaf- en radio
bericht-tarieven ten gevolge hebben.
Samenzwering in Boedapest?
240 Journalisten gearresteerd
De door de communisten beheerschte
Hongaarsche politieke politie heeft op
Oudejaarsavond Jdeno Szatmari, correspon
dent voor Zwitsersche en Zweedsche bla
den, gearresteerd. Szatmari is tevens voor
zitter van de buitenlandsche persvereeni-
ging in Hongarije.
Aanvankelijk meende men, dat deze ar
restatie verband hield met edn onder com
munistische leiding uitgevoerde zuivering
van pro-Westersche Hongaren. (Doch later
werd bekend, dat er een contra-revolutio
nair complot ontdekt zou zijn. Er werden
niet minder dan 240 journalisten gearres
teerd en voorts zouden er zes verborgen
vliegtuigen ontdekt zyn plus documenten,
die gedetailleerde plannen zouden bevatten
voor een „revolutie" en de vorming van
een regeering in ballingschap.
Een der leiders zou de oud-generaal La-
jos Dalcori Veres zijn, die tot het leger vaiL
admiraal Horthy behoorde en in contact
zou staan met aanhangers van Horthy in
het buitenland.
Miri.-Pres. Beel over het afgeloopen jaar:
Geestelijke heropbouw eischt alle krachten op
Koningin bij de „Gijsbrecht"
H.M. de Koningin heeft gisteravond den
Gijsbrecht van Aemstel in den Stads
schouwburg te, Amsterdam bijgewoond. Te
gen halfnegen na het einde van het eerste
bedrijf kwam H.M. in den schouwburg op
het Leidscheplein aan in gezelschap van
mevr. De Beaufort geb. Baronesse van Har-
denbroek, dame du palais, den heer Kohn-
stam, haar secretaris, kapitein Buhrmann,
haar adjudant, en jhr. Van Lennep, kamer
heer b.d. Bij het betreden van den schouw
burg werd H.M. ontvangen door den bur
gemeester, mr. d'Ailly. Zij woonde ook na
de pauze de voorstelling van de Bruiloft
van „Kloris en Roosje" bij.
Van Dalsum bracht opnieuw een buiten
gewoon goede Gysbrecht, de Willebrord
van Louis van Gasteren en de Vosmeer-rol
van Ben Groenier zijn eveneens uitstekend
vertolkt.
De Haarlemsche Orkest Vereeniging on
der Maurice van IJzer vertolkte de muziek
van Jo Juda stijlvol. De decors gaven een
passende achtergrond.
AFBETALING CONSUMENTENCREDIET.
In verband met het feit, dat niet alle
waardebonnen van het consumentencrediet
op 1 Januari 1947 uitgereikt zullen zijn, is
het wenschelijk gebleken de verplichting
tot afbetaling te doen aanvangen op een
lateren datum. Bij beschikking van de mi
nisters van Financiën en van Sociale Za
ken van 30 December 1946 is deze vastge
steld op 1 Februari 1947, welke datum door
den districtsraad op het voorschotboekje
wordt vermeld.
Ter gelegenheid van de jaarwisseling
heeft de Minister-President, dr. L. J. M.
Beel, een radiorede gehouden, waaraan het
volgende is ontleend:
1945 was een dankbaar jaar voor het
maken van vergelijkingen. Aan het begin
van dat jaar s.ond voor de eene helft van
onze bevolking de dagelijksche verschrik
king van de frontlijn, voor de andere de
dagelijksche zorg van den hongerwinter.
Tegen dien achtergrond kan men de toe
stand aan het einde van dat jaar in lichte
kleuren schilderen. 1946 zette gelukkig
anders in. Een jaar geleden vielen de eer
ste teekenen van herstel reeds te onder
kennen en in den loop van 1946 hebben
die teekenen zich bevestigd, versterkt en
vermeerderd. Wij zijn in 1946 vooruit ge
gaan. jOnze rantsoenen en onze winkels,
ons schoeisel en onze kleeding, onze indus
trie, onze landbouw, ons verkeer, onze uit
voer en de inzet van onze arbeidskracht
getuigen er van, zij het dan ook, dat veel
te wenschen is overgebleven. Weliswaar
moeten wij ons op het oogeniblik ten be
hoeve van het behoud onzer oude en van
de winning van nieuwe afzetgebieden nog
veel ontzeggen. Deze ontzegging is ech
ter winst, omdat zij gericht is op het open
houden van de arbeids- en levensmogelijk
heid van ons volk in de toekomst.
Ten allen tijde en alom ter wereld we
gen de dingen des geestes zwaarder dan
stoffelijken rijkdom. Ook wij hebben dat
ondervonden. Wij hebben tijden gekend,
waarin wij rijker waren dan nu, doch min
der gelukkig, omdat wij ons niet zeker in
ons bestaan en ons in geestelijk opzicht
beknot wisten. Ook op deze beide punten
heeft het jaar 1946 vooruitgang gebracht.
Schrede na schrede zet "de regeering ver
der op den weg, dien zij in haar program
heeft uitgestippeld, den weg naar sociale
zekerheid en rechtvardigheid. Daartoe is
het noodig, dat de overheid zich niet te
snel terugtrekt van har bemoeienis op ve
lerlei terrein. Dit beteekent geen willekeur,
want in den democratischen staat leeft de
overheid onder de controle van de verte
genwoordiging des volks. Juist op dit punt
hebben wij in 1946 een zeer belangrijke
stap voorwaarts gezet.
Bij den aanvang van dit jaar hadden wij
nog geen gekozen parlement en geen re
geering gevormd naar een uitspraak van
het volk. Dit jaar heeft ons volk tot drie
maal toe naa rde stembus gevoerd.
Onze samenleving, aldus de minister,
wordt doortrokken van de atmosfeer der
democratie, dat is die atmosfeer waarin
ieder,ook de eenvoudigste man, ademt als
een vi;y burger.
Een bijzonder hoofdstuk in de geschiede
nis van oorlogsliquidatie en welvaarts
herstel biedt de ontwikkeling van onze
verhoudingen tot onze overzeesche ge-
biedsdeelen Gij kent. het doel waarnaar de
regeering streeft. Hare Majesteit de Ko
ningin heeft het genoemd: in beide volken
den wil en het vermogen te herstellen tot
eensgezind en vrijwillig samengaan. Stel
lig: er is geen sprake van dat wij dit doel
reeds 'hebben bereikt, ook het thans aan
gebroken jaar zal de voortdurende inspan
ning en de uiterste voorzichtgheid vergen
van al degenen, die er zich aan wijden.
Doch het valt niet te ontkennen, dat 1946
ons vooruit heeft gebracht in zooverre, dat
het de mogelijkheid heeft verruimd om
in wederzijds vertrouwen gezamenlijk con
structief werk te verrichten.
Nederland heeft zijn goede wil bewe
zen. Daardoor staat het sterker dan verle
den jaar ook in den.kring der volken.
Al met al zie ik derhalve in verschillen
de opzichten een langzame maar zekere
opgang in 1946 naar het doel, dat de re
geering zich heeft gesteld, en ik voel mij
gedrongen al degenen, die daartoe mee
werkten, den hartgrondigen dank der re
geering te betuigen.
Laten wij ons niet -verhflen, dat de
moeilijkheden in 1947 niet geringer zullen
zijn dan in het voorbijgegane jaar. De ar
beid zal ons ecl ter gemakkelijker val
len, omidat het leven dragelijker is gewor
den. Wjj moe'.en nu den blik hooger ge-
richten, wij moeten het oog weer openen
voor de dingen des geestes. Wij moeten
ernst maken met de bestrijding van den
geestelijken nood, waarin ons volk ver
keert. Met name de idealen van de jonge-
1 ren moeten aan bod komen. Die idealen,
welke vender reiken dan de materieele
welvaart. Meer nog tullen wij de hulp der
Kerken, der maatschappelijke organisa
ties, met name der jeugd-organica'ties, be
hoeven, om, met inzet van alle krachten,
ons volk in 1947 op ^en hooger geestelijk
en zedelijk levensniveau te brengen. Dat
is tot een inniger waardeering van het
huisgezin, als de grondslag en de kern van
iedere gezonden samenleving, ook van de
onze. Dat is ook tot een grooter besef van
eenheid en tot een sterker streven naar
een goed staatsbestel.
Wat we in het afgeloopen jaar 'tot stand
brachten in onze betrekking tot België
houdt goede beloften in voor de toekomst.
Wij zullen op dien weg voortgaan, aldus
het onze bijdragend tot de verbetering
der internationale betrekkingen, die ik
constateer het onet innige vreugde zich
in het jaar 1946 hebben ontwikkeld in een
richting, die zekere optimistische ver
wachtingen 'voor de toekomst van het
groote goed van den wereldvrede wettigt.
Onze strijd' om welvaart en sociale ge
rechtigheid, om de verwezenlijking onzer
geestelijke idealen gaat voort het nieu
we jaar 1947 in. Een gulden jaar moge dit
worden voor ons land. voor ons Vorsten
huis, voor ons volk. Een jaar, waarin wij
dichter bij onze idealen komen, dat is ten
slotte dichter bij Hem, die alle ware idea
len zijn leven ingiet en die het jaar 1947
tot een zegenrijk nieuwjaar voor u allen
moge maken.
Mr. J.Th. Bonnerman
Secretaris-generaal van Landbouw
Het ingang van 1 Januari *1947 is in de
plaats van dr. H. M. Hirschfeld benoemd tot
i secretaris-generaal van het ministerie van
Landbouw, Visscherij en Voedselvoorzie-
I ning in vasten dienst mr, J. Th. Bonnerman,
1 tot dien datum ambtenaar in tijdelijken
dienst bij genoemd ministerie, belast met
de waarneming van de functie van secre
taris-generaal.
WEERSVERWACHTING 00000
TIJDELIJKE OPKLARINGEN.
Zwaar bewolkt met enkele tijdelijke
o opklaringen, plaatselijk eenige neer- g
o slag, aanvankelijk afnemende, later
o weer toenemende wind, voornamelijk o
o tusschen Zuid-West en Zuid-Oost. Tem- o
peratuur om het vrièspunt.
OOOOOOOOoOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO