-—VRIJDAG 2 JULI 194?
1*8)
34STE JAARGANG N°-10595
MOMENTJE
iRK
40,
S)e Qzidbohz (Boivtcunï
'"bureaux: Papengracht 32 Giro 103003
Jjlelefoon: Redactie 20015. Admin. 20935
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
C. M. van Hamersveld, Directeur.
Th. Wilmer, Hoofdredacteur.
e strijd op zee gaat
'0nj gestadig voort
aan DUITSCH
WEERMAC HTS BERICHT.
04
Het Duitsche weermachtsbe-
rcrieht van Donderdagmiddag
^luidt.
.,Van het Oostelijke front wor
gden slechts uit de sectoren Lis-
iejsitsjansk en Kirof plaatselijke
■^gevechten gemeld. De lucht-
i^macht deed met goed gevolg
aanvallen op artilleriestellin-
y':gen, vliegvelden en aanvoerba-
2'ses van den vijand en plaatste
«bomtreffers in concentraties van
«booten ten Noord-Oosten van
'"•Temrjoek. Op de Zwarte Zee
R,heeft een Duitsche duikboot een
^-Sovjet-escorte vaartuig in den
'Ogrond geboord.
5J In de periode van 21 tot 30
11 Juni heboen Duitsche vlootstrijd-
Hkiachten, boord- en marineaf-
ijeweergeschut 46 vliegtuigen neer
geschoten.
if- In den strijd tegen de Brit-
engche en Noord-Amerikaansche
zeeverbindingen zijn in de maand
er Juni 31 vijandelijke koopvaar-
'l-diischeptn met éen gezamenlij-
lekén inhoud van 149.000 en 3
'ltrausportzeilschepen tot zinken
^gebracht waarvan 107.000 ton
door duikbooten. Voorts werden
51 schepen met een gezamenlij-
ken inhoud van 250.000 ton. voor
het grootste deel door bomtref-
["fers, zwaar beschadigd. Een deel
•nook van deze schepen kan ver
loren geacht worden. Voorts
"brachten marine en luchtmacht
:"sen kruiser, twee torpedojagers,
"een onderzeeboot en 16 landmgs-
vaartuigen totzinken. Drie krui-
"sers en 18 andere oorlogsvaar
tuigen alsmede verscheidene
landirgsbooten werden bescha-
r.iigd."
1
ITALIAAN SC H
WEERMACHTSBERICHT.
Het Italiaansche weermachts-
bericht van Donderdagmiddag
luidt als volgt:
„De vijandelijke luchtmacht
heeft steden en dorpen op Sici
lië cn Sardinië aangevallen. Aan
zienlijke schade en slachtoffers
te Palermo, waar talrijke civie
le gebouwen getroffen werden,
o.m. de koninklijke universiteit
en een ziekenhuis. Te Cagliari
meldt men ook instortingen en
branden in centrale wijken der
stad. De vijandelijke formaties,
die herhaalde malen door onze
jagers werden aangevallen, ver
loren in gevechten vier toestel
len. Een ander vliegtuig werd
verwoest door het luchtafweer
geschut van Trapani. Een onzer
vliegtuigen is niet van de opera
ties van den dag teruggekeerd."
GEVECHTEN OM RENDOVA.
Om het eiland Rendova, gele
gen in het centrum van de groep
der Salomonseilanden in de Stille
Zuidzee, wordt thans verwoed
gevochten. Uit de berichten valt
op te maken, dat de Amerika
nen daar geland zijn. Een des
betreffend communiqué van
het Japansche hoofdkwartier
luidt: Op 1 Juli hebben de Ja
pansche marine- en vliegereen
heden hun aanvallen op den
vijand in het gebied van het
eiland Rendova voortgezet. De
resultaten onzer operaties op 30
Juni en 1 Juli kunnen als volgt
worden samengevat; 1. vijande
lijke kruiser van de B-klasse
werd in den grond geboord, een
tweede kruiser van de B-klasse
werd zwaar beschadigd, 4 groo-
te torpedoboot jagers werden tot
zinken gebracht, een vijfde klei
nere torpedobootjager werd in
den grond geboord, nog een
transportschip is zwaar bescha
digd. Minstens 77 vijandelijke
vliegtuigen zijn neergeschoten;
31 eigen vliegtuigen zijn niet op
hun steunpunten teruggekeerd.
„DE VERNIELING VAN DEN
11 KEULSCHEN DOM.
1. De assistent van den domar-
'.thitect te Keulen, die in den
Liaaht van het bombardement
.vacht had. heeft medegedeeld,
lat ongeveer twintig groote bri-
antbommen in de omgeving van
.len dom neerkwamen. Een daar-
/an trof het Noordelijke dwars-
jchip van den dom aan den top
gevel, sloeg door het dak. ont
plofte toen en sloeg de balken,
.«zetten en steenmassa's over
a afstand van vijftig meter los,
■oodat de zware steenen met een
jnorm lawaai op het kruisge-
velf neerkwamen. De geheele
lom schudde als door een aard-
leving. Een rozet van eenige
[onderden kilogramen ligt onder
Ie puinhoopen.
„Wegens het gevaar van instor-
ing zullen er langen tijd geen
lodsdienstoefeningen gehouden
runnen worden.
De geestelijken zijn er in ge
laagd de beroemde „zwarte Ma-
lonna" kort na het begin van
den bomaanval op den dom te
redden. De „zwarte Madonna"
bevond zich in een nis in het ver
nielde dwarsschip en is thans in
den kelder opgeborgen. Het beeld
is afkomstig uit de vernielde
kerk „Maria in der Kupfergas-
se" en was een geliefde bede
vaartsplaats voor aanstaande
móéders.
Onder de geheel vernielde
Keulsche kerken behoort ook de
Minoriten-kerk, waarin Kolping,
de katholieke gezellenvader, be
graven ligt. Het naast de kerk
gelegen Walraf-Richartz Mu
seum is door een mijnbom van
de aarde weggevaagd. Dak en
muren van de Wallfahrtskirche
werden ingeslagen. Het graf van
Kolping ligt onder een 2 meter
dikke laag puin.
De dirigent van het domkoor,
dr. Moelders, die tezamen met
prof. Bachem het wereldberoem
de domkoor op vele reizen door
de wereld heeft vergezeld, is tij
dens den bomaanval om het le
ven gekomen.
Het vernielde „Dreikönlgsaltar" In den Dom te Keulen, die tengevolge
Ua den jongtten terteuraanval der Brltsche luchtmacht op woonwijken
du itad Keulen iwaar beschadigd werd
Tclefoto Hoffmann-Stapf-Pax m
BERLIJN OVER DE REDE
VAN CHURCHILL,
De militaire correspondent
van het D. N. B. schrijlt naar
aanleiding van ae Woensaag
door Cnurchui uitgesproken re
de, dat deze van muit. stanapunt
uit bezien practised niets nieuws
brengt. De rede «oevat d.ee.s
zelfs dezelfde zinnen, die Chur
chill sedert 1940 stereotiep her-
haait. in militaire kringen te
Berlijn heeft de rede daarom
slechts in zooverre de aanaacht
getrokken, dat uit de rede, wat
oetreft de beoordeeling van den
algeheelen oorlogstoestand door
de Angio-Amerikaansche lei
ding, een opmerkelijke onzeker
heid blijkt, die nauwelijks over
stemd wordt door enkele krach
tige woorden.
Men vestigt van Duitsche zijde
de aandacht op de volgende drie
punten: 1. Men is het te Berlijn
met Churchill eens, dat nog vóór
den herfst zware gevechten aan
meer dan één front zullen wor
den geleverd. Tot dit kapittel
behoort echter naar de meening
van Duitsche militairen niet zoo
zeer het onderwerp invasie met
hiermede gesynchroniseerde ac
ties der Sovjets of het onder
werp eenzijdige Anglo-Ameri-
kaansche bombardementen van
uit de lucht, doch veeleer zekere
andere operaties, waarover
Churchill geen zeggingsschap
heeft. Het is in dit verband mis
schien zeer leerrijk erop te wij
zen, dat Adolf Hitler voor den
veldtocht in het Westen in 1940
practisch negen maanden heeft
gewacht waaruit de vijand nood
lottige conclusies trok. De hui
dige fase ziet de Duitsche, Ita
liaansche en verbonden legers
paraat om onder de gunstigste
geografische omstandigheden, die
pas sedert 1940 zijn ontstaan,
een vijand, die in Europa niets te
zoeken heeft, met de krachtig
ste middelen den toegang tot
Europa te versperren. Bij derge.
lijke eventueele operaties in de
toekomst mag echter niet ver
geten worden, dat die legers,
die op eigen grond strijden, on-
dere gunstigere voorwaarden
strijden dan de vijandelijke.
Vele honderden divisies staan
op het continent voor den strijd
gereed om met de Engclschen
en Amerikanen af te rekenen.
Onder den afloop van een inva
siepoging in Europa is men te
Berlijn niet bezorgd. Overigens
wordt de uitlating van Chur
chill, dat zware gevechten in de
Mid'dellandsche Zee en elders
zullen worden geleverd voordat
de herfstbladeren vallen, be
schouwd als een verdere ver
schuiving van de totdusver door
de Engelschen opgegeven ter-
mijnsopgaven.
2. Hetgeen Churchill over den
duikbootoorlog zegt bewijst
meer dan al het andere de on
zekerheid in het vijandelijke
kamp, en bewijst ook, wanneer
men voorzichtige uitlatingen
van Duitsche marinedeskundi-
pen daartegenover stelt, dat de
berekeningen van den Britschen
premier zich in een richting be
wegen, die de Duitsche oorlogs
leiding niet onwelgevallig kun
nen zijn. Churchill heeft soort
gelijke uitlatingen over de ver
mindering van het duikbootge
vaar reeds op vroegere tijdstip
pen van den oorlog gedaan om
dan later te beleven, dat de toe
stand op den Atlantischen
Oceaan een toenemende doode-
lijke bedreiging voor de Brit-
sche aanvoerwegen werd. Juist
is ongetwijfeld, dat op het
oogenblik het Duitsche duikboot
wapen, dat maand na maand
ononderbroken tegen de vijand
in actie is geweest, thans een
positie-verandering uitvoert, niet
als gevolg van het tot zinken
brengen van geheele duikboot-
èenheden, zooals Churchill zoo
gaarne zou willen gelooven,
doch als gevolg van een zeer
bepaald plan, waartoe o.a. ook
de neutraliseering van de mo
derne en' omvattende afweerin-
stallatiea van den vijand be-
EEN AANTAL ARTSEN
IN EEN
CONCENTRATIEKAMP
Oppositie tegen de bezettende
macht
Van bevoegde zijde wordt me
degedeeld:
„Eenigen tijd geleden heeft
een aantal Nederlandsche artsen
een brief gericht tot den Rijks
commissaris, waarin zij op bui
tengewoon tactlooze wijze positie
kozen tegen bepaalde beschik
kingen van de bezettende macht.
In tegenstelling tot de meening
van een deel der bevolking, dat
het hierbij ging om een poging
dit schrijven het karakter te ge
ven van een groote spontane de
monstratie der Nederlandsche
artsen, is het een door enkele
aanstichters geleide actie geble
ven. Van de binnengekomen
brieven bleek het grootste deel
door middel van doorslagen ver
vaardigd te zijn, vaak anoniem
en voor een ander deel was de
onderteekening met geheel ver
draaide hand en onleesbaar ge
schreven. Bij dezen brief ging
het slechts om de organisatori
sche kwestie van de Artsenka
mer en vooral om de bepaling
van de bezettende macht, dat een
arts dus iemand die de volks
gezondheid moet helpen in stand
houden zijn beroep niet zon
der meer en zonder toestemming
van de Nederlandsche staatsauto-
riteiten mag opgeven en even
min patiënten en aanstaande
moeders in het land in den steek
kan laten. Er kan worden vast
gesteld, dat de eigenlijke aan
stichters van deze onwaardige
onderneming zelf zeer klaarblij
kelijk geen kleur hebben bekend,
dus op den achtergrond zijn ge
bleven.
Verder is het zeer kenmer
kend, dat de aanstichters hun
slachtoffers onder de artsen in
de waan hebben gebracht, dat
de bezettende macht het „niet
zou wagen" iets tegen dergelijke
methoden te ondernemen.
Evenwel, de bezettende macht
heeft ook ditmaal streng en
krachtig ingegrepen en tegen de
demonstranten, wier optreden
ernstig moet worden geacht,
heeft de Sicherheitspolizei maat
regelen genomen. Zij bevinden
zich in een concentratiekamp,
waar zij kunnen nadenken over
de tekortkoming van hun verlei
ders. Zij zien hun straf tegemoet
en bovendien een toepassing van
par. 1 van de verordening nr. 33
van 1940 betreffende het ver
beurd verklaren van vermogens.
Eenige van deze aldus demon-
streerende artsen hebben er de
voorkeur aan gegeven te ver
dwijnen. Hun spreekkamers zijn
door de Sicherheitspolizei verze
geld. Het schijnt ook hier de
herhaaldelijk zichtbare samen
werking te zijn laatstelijk nog
in het Amsterdamsche proces te
gen de daders van den spring
stofaanslag op het bevolkingsre
gister tusschen zekere intel-
lectueele kringen en oranje-
hoort. Blijkbaar kan de Anglo-
Amerikaansche oorlogsleiding dit
Duitsche plan niet vroeg genoeg
leeren kennen. Zij kan er ech
ter van verzekerd zijn, dat zij
dit plan zal leeren kennen.
3. Wanneer Churchill de in
voorbereiding zijnde Duitsche
represailles tegen de door hem
opnieuw geproclameerde „lucht-
terreur" „mysterieuze wraahbe-
loften" noemt, dan is hierin een
nerveuze ondertoon te hooren,
die men van Duitsche zijde niet
misplaatst acht.
In kringen der luchtvaartdes
kundigen liet men zioh in dier
voege uit, dat de Britsche pre
mier waarschijnlijk de door hem
gecreëerde barbaarsche metho
den van den oorlog nog wel eens
zal betreuren, doch dan zal het
waarschijnlijk te laat zint.
MUIZENPOES.
Ik schijn in vroeger dagen
eens een momentje over poe
sen te hebben geschreven. Ik
vind tenminste een brief van
een mijner trouwe lezers, die
schrijft, dat hij zoo juist mijn
poesenmomentje heeft gelezen
en hij vraagt mij zoon poes
voor hem te vangen, daar hij
„verrekt van de muizen". Nou
ja, parlementair is het niet,
maar wel duidelijk. Overigens
redeneert hij aldus: Wij krij
gen toch al zoo weinig en dat
kunnen wij wel zelf op, daar
hebben wij geen muizenhulp
bij noodig.
Maar hu meent zijn vrouw,
dat een poes ook niet altijd
een pretje is. Zij zegt: „als het
's avonds 10 uur is zijn ze
buiten en overdag zijn ze bin
nen en dan kan ik den heelen
dag wel met een dweil loopen
om de boel op te ruimen".
Ja, goede vriend, er loopt
bij mij in de buurt één poes,
een bruin en somber beest,
ik ben er een beetje bang van.
Ik heb wel eens gedacht, dat
er daarom geen andere poe
sen meer in de buurt zijn,
omdat zij bang zijn van dat
sluipende dier. Maar het kan
ook zijn, dat er menschen in
onze buurt zijn, die zeggen: ik
ruik poesenvleesch. Ook voor
poesen is het tegenwoordig
gevaarlijk, naar men zegt.
Ik kan u dus ook niet aan
een poes helpen. Of u zoudt
zelf moeten komen om die
bruine te vangen. En anders
zou ik zeggen: plaats eens
een advertentie!
DE STEM DER S.S.
Duistert op Zondag 4 Juli van
11.30 tot 11.45 uur over den zen
der Hilversum 1. op golflengte
415 meter, naar de stem der S.S.,
onderwerp: „Een schrede in de
toekomst".
bolsjewistische boodschappers.
Het zal echter de openbare
meening bijzonder interesseeren,
dat het bij deze actie en hier
op dient te worden gewezen
geenszins gaat om dien brief aan
den Rijkscommissaris, waarvan
de Engelsche omroep kort gele
den melding maakte, nog voor
deze den geadresseerde den
Rijkscommissaris had bereikt.
Veeleer kwamen enkele van der
gelijke brieven eerst verscheide
ne dagen later werkelijk binnen.
De opstellers van dezen brief
gaven daarmede te kennen, dat
zij óf naar den Engelschen zen
der hadden geluisterd, óf zich
hadden laten leiden door een
groep, die handelt naar de aan
wijzingen van de Londensche
emigrantenkliek. Om die reden
zal het niemand verbazen, dat
een dergelijke handelwijze zeer
onaangename gevolgen voor de
desbetreffende briefschrijvers zal
hebben.*»
De inhoud van dezen tweeden
brief kenmerkt de opstellers als
mannen van een in zichzelf te
genstrijdige denkwijze. Aan de
eene zijde spreken zij van den
catastrofalen gezondheidstoe
stand van het Nederlandsche
volk een bewering, die wordt
weerlegd door de beschikbare
jongste Nederlandsche officieele
statistische gegevens, volgens
welke de gezondheidstoestand
van het Nederlandsche volk op
merkelijk goed blijkt te zijn
aan de andere zijde weigeren zij
een deel van dit volk, dat in
Duitschland werkt, medisch bij
te staan. Indien op die wijze de
Nederlanders van hun geneeskun
dige verzorging worden beroofd,
dan ligt de schuld uitsluitend bij
die artsen, die, in plaats van zich
te beperken tot de vervulling van
hun plichten als arts, zich laten
verleiden tot demonstratieve
spelletjes tegen de bezettende
macht