Gr©'®!© rede van Goe Red. Buitenland: Mr. H. Geiae. Leiden; Red. Stad en Sport i M. Zonderop. Leiden; Red. Omgeving: L. Roozen. Leiden; Red. Letteren en Kunst r Pr. Schneiders. Leidenverantwoordelijk voor de advertentiënC de Heiden. Leiden. Zon onder 5.25 u. Maand.av. Zon op 8.21 u. Dinsd.ocht. Tusschen deze tijden moet wor den verduisterd. MAANSTANDEN. Mnd. 1.2: 4.52 op, 13.44 u. onder, Dinsd. 2.2: 5.59 op, 14.39 onder. Dond. 4.2.: 7.50 op, 17.03 onder. (N. M.) Wnsd. 3.2: 7 op, 15.47 onder. Vrijd. 5.2: 8.30 op, 18.25 onder. al in de democratische landen niets evenwaardigs daarnaast ge plaatst kan worden. Alleen het fascistische Italië heeft door zijn Duce in zijn inwendigen op- bouwarbeid vergelijkbare da den volbracht. Dit alles echter kon slechts ge lukken door een concentratie van alle krachten der natie en door haar eensgezinde oriëntee ring op de als noodzakelijk er kende doelstellingen. Zoo zijn in enkele jaren tallooze verschijnse len van ons innerlijk verval op geheven. In plaats van het in con fessies, partijen en klassen ver scheurde en derhalve in onmacht vegeteerende Rijk van Weimar, was het Duitschland van de con centratie der nationale kracht getreden. In plaats van de alge- meene partij-wantoestanden was één enkele volksverbonden bewe ging gekomen. De parlementen der landen werden vervangen door een gemeenschappelijke vertegenwoordiging van het Duitsche volk in den Rijksdag, werknemers- en werkgeversor ganisaties werden samengevat in het Duitsche Arbeidsfront pers, film en radio hielden op elementen der ontbinding van ons volkslichaam te zijn en wer den in plaats daarvan in dienst gesteld van de nationale éénwor ding. Een geweldig werk van wetgeving schiep de grondslagen voor een nieuw Duitsch Rijk, zooals dit in dezen vorm in de geschiedenis tot dusver nog niet heeft bestaan. BUITENLANDSCHE TAKEN. Uit de daarmede verworven in nerlijke kracht van ons volk vloeide pas de mogelijkheid van de oplossing der buitenlandsche taken voort. Ik heb in deze lange jaren de wereld steeds weer prac- tische aanbiedingen gedaan voor een verstandige begrenzing der bewapeningen, voor een loyale samenwerking. Latere geschied- vorschers zullen eens constatee- ren, dat echter nog nooit de vreedzame voorstellen van een man met meer haat ontvangen werden als de mijne. De belang- hebbers der kapitalistische en bolsjewistische volkerenplunde- dering begonnen het nieuwe Duitschland evenzeer te haten als het aanving een voorbeeld te worden voor de vreedzame op lossing van aanwezige tegenstel lingen, sociale problemen of eco nomische moeilijkheden. Vooral het internationale Jodendom deed zijn opruiing tegen het nieuwe Duitschland toenemen, dat noch bereid was zich te buigen voor de internationale beursbelang- hebbers, noch zich te laten inti- mideeren door bolsjewistische bedreigingen. Ondanks deze vijandschap gelukte het telken- jare steeds grootere vorderingen te bereiken, ook op den weg van de vreedzame herziening van het dictaat van Versailles en het her stel der Duitsche levensrechten. Eerst na de afwijzing van al mijn voorstellen voor een gemeen schappelijke bewapeningsbeper king heb ik bevel gegeven tot den opbouw van de nieuwe Duit sche weermacht, en die ten uit voer gelegd. INDIEN HET ANDERS WAS GELOOPEN. Thans op den tienden verjaar dag na het overnemen van de macht zien wij eerst geheel, wat van Duitschland en Europa zou zijn geworden, wanneer op 30 Januari 1933 de Voorzienigheid door den Rijkspresident, gene- raal-veldmaarschalk von Hin denburg, niet de macht zou hebben overgedragen aan het nationaal-socialisme. Want het Duitschland van den systeem- tijd zou niet zijn gebleven, zoo als het was, maar zijn politieke en economische verzinking in el lende en militaire hulpeloosheid zouden noodzakelijkerwijze ge leid hebben tot een steeds groo tere onmacht tegenover de om ringende wereld. In ditzelfde tijdsbestek heeft echter reeds vanaf tien jaren te voren het bolsjewisme voor den overval op Europa een syste matische bewapening van waar lijk reusachtigen omvang nage streefd. Wat zou van het Duit sche volk en van Europa gewor den zijn, wanneer op 22 Juni 1S41 niet op het laatste oogen- blik de nieuwe Duitsche weer macht haar schild voor het vas te land had gehouden. Wie wil gelooven, dat de belachtelijke garanties of even onbelangrijke papierenverklaringen van An gelsaksische staatslieden de we reld zouden hebben gered van een overval door een macht, die, naar thans Amerikaancche cor respondenten rustig uitspreken, sedert 20 jaren slechts één deel kad, om, zooals eens ten tijde v an de volksverhuizing of van de Mongolenstormen, Europa te overvallen, zl n cultuur te ver nietigen, vooral echter zijn men- schen uit te roeien om slaven arbeiders voor de Siberische toendra's te luijgen, welke staat behalve Duitschland zou dit ge vaar hebben kunnen tegemoet- treden? TWEE ALTERNATIEVEN. Wanneer sedert 1941 het groot ste deel van Europa zich om Duitschland schaart in den strijd tegen de gevaren van het Oos ten, kan dit slechts geschieden, omdat dit Duitschland in 1933 de politieke rnoreele en mate- rieele voorwaarden heeft gekre gen voor de leiding in een strijd, die thans over het lit van de we reld beslist. Evenals toen in het binnen land slechts twee mogelijkheden bestonden; de overwinning der nationaal-socialistische revolutie en daarmede een systematische sociale nieuwe opbouw van Duitschland, ofwel de bolsjewis tische omwenteling en daarme de de verwoesting en knechting van allen, zoo zijn er ook thans slechts deze beide alterantieven: ofwel Duitschland, de Duitsche weermacht en de met ons ver bonden landen en dus Europa ze gevieren of er breekt uit het Oosten de Binnen-Aziatiseh-bols- jewistische golf los over het oud ste cultuurcontingent, even ver woestend en vernietigend als dit in Rusland zelf reeds het geval was. Alleen van de wereld afge keerde fantasten kunnen ernstig geloof hechten aan de Joodsche pocherij, dat een of andere Brit- sche of A.'eerikaansche papieren verklaring een dergelijke volke- rencatastrophe tot staan zou ver mogen te brengen. Toen in 1939 Frankrijk en En geland zonder eenige reden Duitschland den oorlog ver klaarden en daarmede den twee den wereldoorlog deden uitbre ken, hqbben zij onbewust slechts dit eene goede tot stand ge bracht, n.l.: het grootste conflict der geschiedenis te doen uitbre ken juist op het oogenblik, waar op de hoogste kracht van Duitschlai d was bereikt, een strijd, waartoe, zooals wij thans weten, door de machthebbers van het Kremlin al lang was be sloten en die elk jaar nog slechts zwaarder zou hebben moeten worden. Voor de grootte dezer reusach tige worsteling verbleeken alle andere gebeurtenissen, want wanneer de nieuwe bestorming van Binnen-Azië naar Europa succes zou hebben, zou de tegen woordige wereld precies zoo stukbreken als eens de oude uit eengebroken is door de bestor ming der Hunnen. Een mensche- lijke arbeid van meer dan dui zend jaren zou daarmede weer vergeefsch zijn geweest, over de continenten der aarde zou de chaos komen, in plaats van de cultuur ondenkbaar barbarisme. Wat derhalve sedert 1933 ge presteerd werd, op economisch cultureel of op politiek gebied, treedt ondanks alle grootheid op den achtergrond tegenover de taak, die ons thans gesteld is. Wanneer het national-socialisme niets tot stand zou hebben ge bracht dan datgene, wat achter ons ligt, zou het reeds een der ge weldigste verschijnselen der we reldgeschiedenis zijn, maar Euro pa zou desondanks verloren zijn. Neen, de wonderbaarlijke weg onzer beweging van de enkele mannen uit den eersten tijd tot op den dag der overneming van de macht en van toen tot heden is slechts denkbaar en begrijpelij als een uitdrukking van den wil der Voorzienigheid om net Duit sche volk en bovendien geheel Europa de mogelijkheid te ge ven met succes het hoofd te kun nen bieden aan de grootste be dreiging van alle tijden. Het zal derhalve slechts aan ons liggen den zin van dezen oorlog te be grijpen, den ons opgedrongen strijd zoo vastbesloten en zoo lang te voeren, tot dit vasste land kan worden beschouwd als defi nitief gered. Wat ons daarbij in het bijzonder aan noodlotslagen moge treffen, is niets vergeleken met wat allen zouden lijden, wanneer de horden der barbaren van het Oosten over ons wereld deel zouden vermogen te rollen. Eens trokken Duitsche ridders naar wijde verten om te strijden voor het ideaal van hun geloof, thans strijden onze soldaten in de eindeloosheid van het Oos ten om Europa te behoeden voor de vernietiging. Ieder afzonder lijk ménschenleven, dat in de zen strijdt valt, zal aan genera ties der toekomst het leven ver zekeren. Ik heb zoolang ik het op eenigerlei wijze mogelijk achtte, de overige wereld steeds weer de hand toegestoken tot verzoe ning. In Juli 1940, na de verwer ping van mijn laatste vredesaan bod, werd het echter duidelijk, dat iedere herhaling slechts als zwakheid zou worden uitgelegd, aangezien de verantwoordelijke opruiers voor dezen oorlog -on der geen beding den vrede wen- schen. De samenzwering van interna tionaal kapitalisme en bolsje wisme is daarbij geenszins een krankzinnig verschijnsel, maar een natuurlijk feit, aangezien de drijvende kracht in beiden dat volk is, dat door zijn haat sedert duizenden jaren de menschheid =neëds weer opnieuw verscheurd, innerlijk tot ontbinding ge bracht, economisch geplunderd en politiek vernieitgd heeft. Het internationale Jodendom is het „ferment der ontbinding der vor ken en staten", thans nog pre cies zoo als in den ouden tijd en zal het zoo lang blijven als nier de volken de kracht vinden om zich te ontdoen van dezen ziek teverwekker. DE OVERWINNING WORDT NIET CADEAU GEGEVEN. In dezen geweidigsten strijd aller tijden mogen wij niet ver wachten, dat de Voorzienigheid de overwinning cadeau geeft, Ieder individu en ieder voik wordt gewogen en wat te licht bevonden wordt, moet vallen. Ik heb derhalve reeds op 1 Septem ber 1939 verklaart, dat, volko men onverschillig wat er ook moge komen, tijd noch wapen geweld de Duitsche natie zullen bedwingen. De achter ons liggende tien jaren zijn derhalve niet slechts vol geweldige prestaties op alle gebieden van vreedzamen ar beid, van cultureelen vooruit gang en sociale saneering, maar ook van militaire daden en unie ke grootheid. Naast de overwin ningen, die de Duitsche weer macht en haar bondgenooten jn dezen oorlog hebben bevochten, staat tot dusverre historiscn niets evenwaardigs. Met het oog op het inzicht, dat er in dezen oorlog geen over winnaars en overwonnenen, maar alleen overlevenden en vernietigden kunnen zijn. zal derhalve de nationaal-socialisti- sche staat den strijd voortzetten met dat fanatisme, dat de bewe ging van het eerste oogenblik af bezat, toen zij begon de macht in Duitschland te veroveren. Ik héb derhalve reeds op 30 Januari '42 uitgesproken, dat ieder zvi ak- keling overwinningen vermag te dragen, terwijl het lot met zijn slagen eerst den sterke be proeft. Reeds in den afgeloopen winter juichten in de plutocra tieën de Joodsche leiders over de in hun oogen onvermijdelijke in eenstorting van de Duitsche weermacht. Het is anders uitge komen. Zij mogen in dezen win ter weer hetzelfde hopen. Zij zullen weer beleven dat de kracht van de nationaal-socialis- tische idee sterker is dan hun verlangen. Zij zal dit volk, hoe langer de oorlog duurt, des te meer samenvatten, met haar ge loof vervullen en daardoor zijn prestaties opvoeren. Zij zal ieder manen tot vervulling van zijn piicht en zij zal ieder vernieti gen, die tracht zich aa.i zijn plichten te onttrekken. Zij zal dezen strijd zoo lang voeren tot als duidelijk resultaat een nieu we dertigste Januari komt n.l.: de ondubbelzinnige overwin ning. DANK AAN MEDE STRIJDERS. Wanneer ik op den dag van heden, terugblikkende, de resul taten der prestaties van den vre de in de achter ons liggende tien jaren overdenk, bévangt mij het gevoel van diepste dankbaar heid jegens al degenen, die als medestrijders en medevormers aan dit werk een zoo rijk en be slissend aandeel hebben. Niet minder echter ook moet ik dank zeggen aan de milliöenen Duit sche mannen en vrouwen, die in de fabrieken en kantoren, op de boerenhofsteden, aan al de on telbare instellingen van ons par ticuliere en staatsleven hun vlijt en hun bekwaamheid ter be schikking nebben gesteld. Se dert den eersten September 1939 komt deze dank echter in de eer ste plaats toe aan onze soldaten, den maarschalken, admiraals, generaa's en officieren, in 't bij zonder echter aan de honderd duizenden en milliöenen onbe kende lagere leiders en soldaten. Wat ons leger, onze marine en ons luchtwapen aan trocsche da den van roem hebben volbracht, zal door de lauweren van het onvergankelijke omkranst de ge schiedenis ingaan. Wat de onbe kende grenadier heeft moeten dragen, kunnen heden en toe komst wel nauwelijks afmeten. Te beginnen bij het hooge Noor den tot aan de Afrikaansche woestijn, van den Atlantisch en Oceaan tot in de verten "van het Oosten, van de Egeïsche Zee tot Stalingrad weerklinkt een hel denlied, dat duizenden jaren zal overleven. Dat het vaderland even waardig blijft aan deze unieke en juist in de huidige da gen zoo moeilijke daden, is een gebpd van zijn eer. Wanneer het tot dusverre in stad en land zijn geweldige bijdrage leverde ter uitvoering van dezen strijd, moet de totale arbeid der natie nu nog opgevoerd worden. De heldenstrijd van onze sol daten aan de Wolga moet voor ieder een vermaning zijn om het uiterste te doen voor den strijd om de vrijheid van Duitschland en de toekomst van ons volk en De ferete zaï dert k Duitschen soidaat weer, in den aanval zien EEN APPéL AAN ALLE KAMERADEN DER WEERMACHT. k Rijksmaarschalk Goering heel Zaterdag in zijn redevocrinj verklaard, dat deze rede een ap r péi wil zijn, dat gericht word tot alle kameraden der weer e macht, waar die op diit oogenbli] c ook "staan, om den dag indachtij te zijn, waarop het lot het Duit sche Rij.k van den grond af heef i gewijzigd. Milliöenen onder ui zoo verklaarde de Rijksmaar schalk, hadden toentertijd al d< e ellende te dragen, die op hei I Duiisohe volk drukte en in d(i eerste plaats op de werkende la- s gen van ons volk. Het was eer tijd, toen de Duitsoher zijn hoo-fi moest laten zinken van schaamt over hetgeen in de laatste twin, tig jaar na den wereldoorlog zio! had afgespeeld. Ook de kleine Rijksweer wa: toen slechts een soort parlemen taire politiewacht. Geen mensd dacht er aan naar buiten o[ eenigerlei wijze eens de moge. lij.kh.eid te bezitten op te tredei tegen vijandelijke aanvallen. De ze Rijksweer is hervormd tot eei geweldig volksleger. Dit koi slechts worden opgebouwd op den breeden grondslag van d< nieuwe volksgemeenschap. Zooals bij de vorming van de ze volksgemeenschap moest wor. den gebroken met oude opvattin gen, was dit ook noodzakelijk voor de strijders der nieuw; weermacht. Men heeft vroegs: gezegd, dat de weermacht zioi moest vrijhouden van iedere po litiek. maar alleen hij kan strij den, die met hartstochtelijke zie deelneemt aan de totale wording van ons volk en dat is in laatst* instantie de groote politiek, en vooral aan de wereldopvattini op grond waarvan de groote po litiek vorm krijgt. Wanneer het ooit in eenigerlei gemeenschap van ons volk nood zakelijk is hard en kristalheldei een wereldopvatting in zich op t« nemen en te vertegenwoordigen, moet dat het geval zijn irn het ge wapende deel van het volk, in zijn volksleger, in zijn weer macht. Alleen wie hier tot klaar heid komt, wie de gedachten- schat van deze wereldopvatting van onzen Fuehrer in zich heeft opgenomen, zal ook daaruit die laatste kracht ontvangen, die zij daarmede in verdere beteekenis voor het behoud van ons gc'neele continent. De nationaal-sociails- tische partij echter hepft de plicht om, evenals haar leden in alle wapëndeelen onzer weer macht in voorbeeldige dapper heid onderling te wedijveren, ook de leidster van het vaderland te zien. DE GEEST BLIJFT ONGEBROKEN. Het was de wil van onze vijan den cm vreedzame steden en dor pen met de middelen der wreede vernietiging te bedreigen. Het is echter reeds thans bewezen, dat zij slechts huizen of menschen vernietigen, maar den geest niet| breken, doch slechts vermogen te sterken. Wat bij den aanvang van de zen oorlog a-m velé Duitsche mannen en vrouwen nog onbe kend was, is hun thans duidelijk geworden: de strijd, dien ons de zelfde vijanden als eens in 1914 opgedrongen hebben, beslist over het zijn of de vernietiging van ons volk. De Almachtige zal de rechtvaardige rechter zijn. Onze taak echter is het onzen plicht zóó te doen, dat wij voor hem als voor den Schepper aller werelden naar de door hem gegeven wet den strijd om het leven vermogen te bestaan, dat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1943 | | pagina 2