DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Stalingrads verdedigers op klein
gebied samengedrongen
Aiomentje
DINSDAG 20 OCTOBER 1942
34ste Jaargang No. 10384
Sa CclcbeHcSoii^cmt
Bureaux: Papengracht 32 - Giro 103003
Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935
G. M. van Hamersveld, Directeur.
Th. Wilmer, Hoofdredacteur.
Het huispersoneel onder
de Ziektewet
Of het nu gekomen is omdat de Neder-
•landsche wetgever niet goed raad wist met
het dienstbodenvraagstuk, of hij het huis
personeel beschouwde als een groep, waar
bij het er minder op aankwam, danwel of
bü de bestaande regeling van ihet Burger
lijk Wetboek ruim voldoende achtte wij
zullen er niet over twisten wat de oorzaak
was, maar een feit is het, dat dienstboden,
niet werkzaam in een „onderneming" bui
ten de regeling van de Ziektewet vielen.
Thans is bij besluit van de waarn. secr.-
gen, van sociale zaken en van financiën
met ingang van 1 November a.s. de groep
huispersoneel in de Ziektewet opgenomen
en komt de regeling van het Burgerl. Wet
boek te vervallen. Tot nu toe werd er een
scheiding gemaakt tusschen inwonend per
soneel en in dagdienst zijnd personeel. Het
laatste had bij ziekte alleen recht op door
betaling van het loon „gedurende een be
trekkelijk korten tijd" (een term, die tot
veel onzekerheid aanleiding gaf) terwijl de
inwonende dienstboden bovendien recht
hadden op verpleging en doktershulp ge
durende ten hoogste zes weken.
Dit onderscheid heeft na 1 November
geen beteekenis meer; allen, die „in loon
dienst zijn van een privaat persoon voor
het verrichten in diens huishouding van
huiselijke of persoonlijke diensten, hetzij
zij bij den werkgever inwonen, hetzij zij in
dezelfde kalenderweek tenminste 5 dagen
in dienst van denzelfden werkgever werk
zaam plegen te zijn", zullen thans dezelfde
voordeelen deelachtig worden, welke ook
de andere werknemers, in dienst van een
onderneming, genieten.
Het loon wordt hun nu gedurende ma
ximaal 26 weken voor 80 pet. gegarandeerd
door de Ziektewet, terwijl het Ziekenfond-
senbesluit hun de noodige geneeskundige
hulp verzekert.
Zoowel de dienstbode als haar (of zijn)
mevrouw komen dus binnenkort binnen de
werkingsfeer van deze twee wettelijke
maatregelen en zij zullen de administra
tieve bepalingen in acht hebben te nemen,
welke deze vereischen. Het Ziekenfondsen-
besluit is weliswaar een vervolg op de
Ziektewet, doch brengt voor de betrokke
nen toch weer andere verplichtingen mee,
dan de Ziektewet, zoodat wij beide even
onder de loupe zullen nemen.
Nemen wij eerst de Ziektewet:
Zoolang de dienstbode niet ziek wordt,
behoeft zij zich geen zorgen te maken over
de Ziektewet; van haar wordt voorloopig
niets verlangd.
Mevrouw evenwelmoet ervoor zorgen,
dat de dienstbode wordt opgegeven, hetzij
bij een der bestaande maatschappijen naar
keuze, hetzij bij den Raad van Arbeid, Me
vrouw of misschien is dit een geschikter
werkje voor „meneer!" moet ook de
premie betalen, ofschoon zij gerechtigd is,
de helft daarvan op het loon van de dienst
bode in te houden. Zoodra de dienstbode
ziek komt te liggen, rust op de dienstbode
de verplichting om de maatschappij, bij
wie mevrouw Verzekerd is, of den Raad
van Arbeid, als mevrouw daar verzekerd
is. binnen 24 uur te waarschuwen. Betreft
het een inwonend meisje, dan zal mevrouw
wel zoo vriendelijk willen zijn om de bood
schap door te geven, want het is in haar
eigen belang, dat de verzekering de beta
ling van het loon (voor 80 pet.) zoo vlug
mogelijk overneemt.
Het Ziekenfondsenbesluit verlangt meer
Van de dienstbode dan een lijdelijk toezien.
Volgens dit besluit is zij verplicht er zelf
zorg voor te dragen, dat zij wordt inge
schreven in een of ander Ziekenfonds.
Die inschrijving is verplicht, niet alleen
omdat men anders geen medische hulp kan
krijgen, maar ook omdat men zonder die
inschrijving geen uitkeering krachtens de
Ziektewet ontvangt.
Voor de betaling van de contributie heeft
het Ziekenfondsenbesluit een regeling,
waarbij de werkgeefster weer aan het werk
wordt gezet. Mevrouw moet n.l. zorgen
voor coupon-boekjes welke zij koopen kan
bij den Raad van Arbeid. Ook aan de post
kantoren zijn ze Verkrijgbaar.
Met de coupons uit dat boekje moet de
dienstbode den bode van het Ziekenfonds
betalen. Zij ontvangt daartoe van haar me
vrouw bij elke loonbetaling een coupon
netje, waarbij mevrouw gerechtigd is, de
helft van de door de dienstbode verschul
digde contributie in te houden.
Men kan couponboekjes koopen voor dag-
week- en maandloonen. Daar de waarde
van de couponnetjes gelijk is, doch
contributie een percentage bedraagt van
het loon, dat uiteraard niet voor ieder ge
lijk is, wordt er tweemaal per jaar door
den Raad van Arbeid gelegenheid gegeven
om het teveel of te weinig betaalde te ver
rekenen. Men dient daartoe de omslagen
vSn de ledige couponboekjes in te leveren.
Op de aah de dienstbode te verstrekken
coupons moet de werkgeefster aan de voor
zijde invullen de periode, waarover de cou
pon gaat, en aan de achterzijde naam en
adres van de werkgeefster.
Het percentage van het loon, dat
mag worden ingehouden bedraagt 2.85 pet.
nl. de helft van 1.7 pet. van de Ziektewet
en de helft van 4 pet. voor het Zieken
fondsenbesluit.
Voor een ieder, die een onderneming
heeft met personeel, is het bovenstaande
reeds lang bekend; voor hem is het „gesne
den koek". Doch ook de anderen, die nog
slechts van uit de verte van de Ziektewet
en het Ziekenfondsenbesluit hebben hooren
verluiden, zullen thans voor hun dienst
meisje al is het maar een dakhitje
de bepalingen in acht moeten nemen, an
ders is Leiden in last als de „parel" ziek
komt te liggen.
Geen verbinding meer met
Oostelifke Wolga-oever
SLECHT WEER BELEMMERT DE
OPERATIES.
Naar het opperbevel der Duitsche weer
macht mededeelt is het weer slechter ge
worden, zoodat den 18en October de lucht
macht nabij Stalingrad nog slechts in min
dere mate kon optreden tot bestrijding van
de bolsjewistische artillerie op den Ooste
lijken oever van den Wolga. Met versterkte
kracht moest de Duitsche artillerie het vuur
op de vijandelijke stellingen in het laatste
bolwerk der fabriek „Roode October' en
het vernietigingsvuur op de bolsjewistische
batterijen voortzetten. Talrijke stukken
vijandelijk geschut werden door voltreffers
tot zwijgen gebracht.
De Berlijnsche correspondent van het
A.N.P. meldt: De nog overgebleven verde
digers van Stalingrad zijn op een klein ge
bied van ten hoogste eenige vierkante kilo
meters oppervlakte samengedrongen en
met de troepen op den Oostelijken oever
van de Wolga hebben zij geenerlei verbin
ding meer, doordat de Duitschers deze ri
vier op alle punten in het stadsgebied be
reikt hebben.
De herfstregens, die den grond overal
aan het front in een dikke modderbrij ver
anderen, waarmede de bolsjewisten altijd
nog beter overweg kunnen dan de Duit
schers en hun bondgenooten, zullen, naar
*ien in Duitsche militaire kringen ver
klaart, den definitieven val van Stalingrad
geen half uur kunnen vertragen.
De Wolga kunnen de bolsjewisten alleen
nog des nachts als scheepvaartweg gebrui
ken en ook dan nog is het een toeval, als
een schip de Duitsche bewakingsposten
weet te passeeren.
De troepenconcentraties achter het Sov
jet-Russische front in het gebied van Rzjef,
waarvan het weermachtsbericht sedert en
kele dagen meldt, dat zij door de lucht
macht gebombardeerd worden, wekken den
indruk, dat de bolsjewisten plannen koes
terden voor een groot offensief, daar het
hier om een vrij sterke troepenmacht gaat.
Van contact met Duitsche landstrijd
krachten is nog geen sprake en tot dusver
is alleen nog het woord geweest aan de
luchtmacht, die vaak honderden kilometers
het vijandelijke gebied moet binnendrin
gen. Zonder ophouden bombardeeren de
vliegers de stations, waar het materiaal
van den tegenstander, nog vóór het in den,
strijd kan worden geworpen, vernietigd
wordt.
Op deze wijze zijn geheele divisies gede
cimeerd, nog lang voor het bereiken van
het eigenlijke gevechtsterrein, dank zij de
waakzaamheid van de verkenningsvliegtui
gen, die tot ver achter de gevechtslinies de
vijandelijke bewegingen nauwlettend in
het oog houden.
VERDUN EN STALINGRAD.
Het D.N.B. verneemt van militaire zijde
met betrekking tot de zoogenaamde reus
achtige verliezen der Duitsche weermacht
tijdens de gevechten om Stalingrad:
Wederom worden de Duitsche verliezen
van Engelsche zijde reusachtig overdreven
en tot verhooging van de geloofwaardig
heid vergeleken met de Duitsche verliezen
voor Verdun tijdens den eersten wereld
oorlog. Een dergelijke vergelijking is on
juist. Bij Verdun was de Duitsche door
braakpoging na den val van de forten
Vaux en Douaumont overgegaan in een uit-
puttingsstrijd van grooten omvang en het
Duitsche leger vocht dertig weken eene on-
gelijken strijd van menschelijke kracht te
gen een overweldigende meerderheid van
ijzer, staal en machines. Tegen Stalingrad
kon de Duitsche weermacht in den aanval
van vijf weken, behalve haar superioriteit
in opleiding, een veelvoud van de modern
ste technische oorlogsmiddelen in den
strijd brengen en aldus haar verliezen tot
een minimum beperken.
Overigens worden de zoogenaamde reus
achtige Duitsche verliezén tegen gesproken
door de bewering van vijandelijke zijde,
dat de laatste dagen dertig Duitsche divi
sies versche troepen naar Stalingrad waren
overgebracht. Het gebruik van dergelijke
troepenmassa's was in geen enkel stadium
van den aanval op Stalingrad noodzakelijk
en ook niet mogelijk. Na het binnendringen
in de stad is de aanval overgegaan in hui
zengevechten van afzonderlijke stoottroe
pen. Het aantal van alle hierbij gebruikte
troepen is nog in de verste verte niet zoo
groot als de van vijandelijke zijde als Duit
sche verliescijfers gegeven getallen.
GEBREK AAN MUNITIE BIJ DE
BOLSJEWIEKEN.
Van militaire zijde verneemt het D.N.B.:
Nog slechts 12 granaten mogen door de
bolsjewistische batterijen per dag en per
kanon verschoten worden, aldus wordt ge
zegd in een dagorder no. 822 van 22 Sep>
tember 1942, die gevonden is bij een bols
jewistische stoottroepactie. De in dezen sec
tor in gevangenschap geraakte bolsjewis
tische artillerieluitenant Grigorij Moetsjin
heeft hierover verklaard: „Wij hebben reeds
granaten verschoten met het leverantie-
stempel „Augustus 1942". Over dit klaar
blijkelijke gebrek aan munitie hadden mijn
kanonniers hun gedachten. Het ontnam hun
de laatste hoop op een overwinning".
DE OPERATIES BIJ RSJEF.
Naar het D.N.B. van militaire zijde ver
neemt verhinderde in het gebied van Rsjef
het steeds slechter wordende weer ge
vechtshandelingen van grooteren omvang.
Voortdurende regenval, varieerend van
buien tot wolkbreuken, zetten de «tellingen
en kazematten onder water. De wegen zijn
zoo doorweekt, dat alle bewegingen slechts
met groote moeilijkheden kunnen worden
uitgevoerd. Desondanks namen volgens de
bij het opperbevel der Duitsche weermacht
binnengekomen berichten ook den 18en Oc
tober de gevechtshandelingen nog geen
einde. Acties van verkennings- en stoot
troepen leidden tot verbitterde gevechten.
De bolsjewisten poogden vooruitgeschoven
Duitsche stellingen door aanvallen met
verscheidene compagnieën te veroveren.
De bezettingen dezer steunpunten verde
digden zich echter hardnekkig en sloegen
in gevechten op korten afstand de vijande
lijke aanvallen af.
DE STRIJD IN HET NOORDWESTELIJKE
DEEL VAN DEN KAUKASUS.
Het opperbevel van de Duitsche weer
macht maakt bekend:
Bij het breken van het verzet in fel om
streden kazematten in het Noordweste
lijke deel van den Kaukasus hebben de
bolsjewieken door vlammenwerpers zware
verliezen geleden. Stuk voor stuk moesten
de Sovjets hun stellingen prijsgeven. Te
vergeefs maakten zij van elke denkbaar
mogelijke gevechtstactiek gebruik om de
Duitsche infanteristen en jagers tegen te
houden. Hun nieuwste tactiek is thans om
geheele wouden in brand te steken, ten
einde onder de bescherming van de rook
wolken tot tegenaanvallen te kunnen over
gaan. Na e.en bloedigen strijd werden de
vijandelijke stoottroepen verdreven.
KEURINGEN VOOR DE WAFFEN-SS
EN HET LEGIOEN.
Het SS-Ersatzkommando deelt ons me
de, dat vrijwilligers voor de Waffen-SS en
't Legioen op onderstaande data zich bij de
genoemde adressen kunnen vervoegen ten
einde gekeurd te worden.
Tevens wordt er de aandacht op geves
tigd en wel speciaal voor hen, die er be
zwaar tegen hebben him dienst buiten Ne
derland te vervullen, dat thans de moge
lijkheid bestaat om dienst te nemen in een
speciaal wachtbataillon. De opleiding
vindt in Nederland plaats, terwijl de inzet
van dit bataillon ook in Nederland blijven
zal.
Tijdens de keuringen voor de Waffen-SS
en het legioen kunnen zich ook diegenen
melden, die tot de Germaansche-SS Ne
derland (Nederlandsche SS) willen toe
treden.
21.10.42 10.00 uur Tilburg, Werklieden-
vereeniging, Tuinstr. 68.
21.10.42 17.00 uur Rotterdam, Deutsches
Haus.
22.10.42 10.00 uur Amsterdam, school
Iepenweg 13.
22.10.42 17.00 uur Utrecht Wehrmacht-
heim, Mariaplein.
23.10.42 10.00 uur Den Haag, Café Den
Hout, Bezuidenhoutscheweg.
24.10.42 11.00 uur Amersfoort, dienstge
bouw Kapel weg.
Bij onze vrijwilligers. Uitstekend kunnen onze mannen met de Lotta's opschieten.
Deze zorgen, dat het hun aan niets ontbreekt Sigaretten, tandpasta, scheermesjes,
alles Is aanwezig SS PK Altstadt-Ba H-P H m
HET BOEIEN VAN KRIJGS
GEVANGENEN
in.
In afdeeling 4 publiceert het opperbevel
vervolgens een ander grof vergrijp der
Britten tegen de fundamenteele regelen
van het oorlogsrecht. Het publiceert een
buitgemaakt stuk, waarin wordt gelast,
dat gevangenen gebruikt moeten worden
voor het opruimen van mijnen.
In afdeeling 5 wordt een geheele reeks
gevallen opgesomd, waarin is geschoten op
soldaten, die op zee in nood verkee.rden.
Dergelijke gevallen, aldus het communiqué,
zijn vooral bij de scheepvaart naar Kreta
zoo veelvuldig voorgekomen, dat de be
schietingen geen losse misgrepen van on
dergeschikte instanties kunnen zijn, maar
eveneens op bevel van hoogere Britsche
commando-instanties zijn geschied.
Onder de opgesomde gevallen wordt als
afschuwelijkste voorbeeld het tot zinken
brengen van het motorzeilschip „Osia
Pearaskevi" (36 ton) op 12 Mei 1941 op de
route van het eiland Lemnos naar Ca-
valla genoehid. Uit de beëedigde getuige
nissen van de overlevende leden van de
Grieksche bemanning kapitein en 5 man
blijkt het volgende:
Aan boord bevonden zich behalve de
Grieksche bemanning een Duitsch officier,
een onderofficier en twee man. Het scheep
je stopte terstond en de Grieksche kapi
tein zwaaide met een witte lap. De Duit
sche officier werd van den toren van de
langszij komende duikboot met een pistool
beschoten. Een officier van den onderzeeër
noodigde de Grieksche bemanning in het
Engelsch uit in de reddingsboot te gaan. De
Duitsche soldaten werden met een machi
negeweer bedreigd en gedwongen beneden-
deks te gaan. Daarop opende de duikboot
van 10 meter afstand kanonvuur op het
motorzeilbootje, dat terstond in brand ge
raakte en snel zonk. Ten deele met bran
dende uniformen sprongen nu de Duitsche
soldaten te water en werden onder het
zwemmen net zoo lang met machinegewe
ren beschoten, tot allen waren getroffen en
ondergegaan. De Grieksche bemanning was
op een afstand van 30 meter van het be
gin tot het einde getuige van deze gebeur
tenis.
In het communiqué wordt voorts gezegd:
Ten minste even schaamteloos en brutaal
als deze gebeurtenissen op zee waren ook
de methoden der Britten bij den strijd te
land op Kreta. Hierbij hebben de Britten
alleen en al daarom de zwaarste schuld
op zich geladen, dat zij lang voor het be
gin van een Duitschen aanval den juist op
dat tijdstop in vreeselijken vorm aan den
dag getreden, teugelloozen bendenoorlog
hebben voorbereid door ophitsing en wel
doordachte organisatie van de burgerbevol
king en vooral door rijkelijke uitdeeling
van wapens van allerlei slag. Het voor
naamste werk is hierbij gedaan door kapi
tein John. D. S. Pendlebury, die in Juni
1940 als Britsch vice-consul en vertegen
woordiger van de Intelligence Service naar
Heraklion was gestuurd. Pendlebury be
sefte ten volle, hoezeer zijn gedoe met het
Volkenrecht in strijd was. In zijn dagboek
staat te lezen: „Dat kan wellicht met het
oorlogsrecht in strijd izijn."
Van al deze voorvallen bezit de Duitsche
regeering de onomstootbare bewijzen in de
consulaire stuken, die op Kreta zijn aange
troffen. In den loop van slechts 10 dagen
van strijd op Kreta hebben evenwel niet
alleen de franctireurs gewoed, maar in ver-
eeniging met hen hebben ook Engelschen,
Australiërs en Nieuw-Zeelanders zich in
haast ongeooflijke mate steeds weer zon
der zich aan iets te storen over de fun
damenteele voorschriften van het oorlogs
recht heengezet en zich niet gedragen als
soldaten, maar als tuchthuisboeven.
De bijzondeiheden- waaromtrent door de
bank officieele beëedigde getuigenissen
aanwezig zijn, zijn ten deele zoo afschu
welijk en weerzinwekkend, dat zij tot dus
ver niet de gepubliceerd konden korden.
Deze gevallen zijn bovendien zoo talrijk,
dat de getuigenissen daaromtrent een dik
gedrukt boek vullen.
In afdeeling 6 behandelt het communiqué
de op 4 Juni j.L buitgemaakte „voortdu
rende bevelen" der vierde Engelsche tank
brigade, waarin omtrent de behandeling
van krijgsgevangenen o.a. wordt opge
merkt: Voedsel noch slaap noch drank noch
welke vriendelijkheid of welk confort mag
den gevangenen worden toegestaan. Ook
is elk gesprek verboden, alvorens het ver
hoor door de bevoegde instanties is ge
schied.
Overigens is ook hier de Britsche regee
ring, alvorens de tegenmaatregelen, waar
mee het opperbevel der weermacht 5 Juni
had gedreigd, van kracht werden, uiterlijk
ten spoedigste v<an dit bevel teruggeko
men.
Nadat in afdeeling 7 de uitrusting van een
parachute-agent, die eind December 1941
bij Kopenhagen verongelukt is en te Lon
den zyn opleiding had genoten, n.l. met
een gangster-pistool is beschreven, eindigt
het communiqué als volgt: Deze voorbeel
den uit den overvloed van het beschik
bare materiaal moeten bewijzen:
1. Dat de Britsche strijdmethoden uni
form op alle oorlogstooneelen in strijd zijn
met de volkenrechtelijke overeenkomsten
en algemeene regels van het oorlogsrecht.
2. Dat het Britsche ministerie van oor
log reeds tweemaal onder pressie van ver
geldingsmaatregelen, waarmee door Duitsch
land werd bedreigd, beloofde dergelijke be
velen in strijd met het Volkenrecht te wil
len intrekken, maar dat het zich daarbij
niet ontziet ter vermijding van de Duit
sche vergeldingsmaatreelen slechts te wer
ken met gelogen verklaringen en bij de
volgende gelegenheid de zelfde barbaar-
sche methoden bij de behandeling van de
Duitsche gevangenen toe te passen.
Dit alleen zijn de motieven, die het op
perbevel der weermacht er ditmaal toe
hebben gebracht tot vergeldingsmaatrege
len over te gaan, want het jegens het Duit
sche volk verplicht niet slechts de eer van
zijn soldaten te beschermen, maar vooral
te zorgen voor een menschelijke behande
ling van Duitsche gevangenen tegenover
een tegenstander, wien het volkomen ont
breekt aan gevoel voor iedere humane of
zelfs eervolle behandeling van gevange
nen.
Met het oog op deze Duitsche tegen-
DE SCHEPPING DER DIEREN
Ik heb gisteren een wonderlijke ont
dekking gedaan en ik vermoed, dat
Adam en Eva in het paradijs, op den
dag dat God de dieren schiep geen
mindere verbazing hebben gekend,
dan deze de mijne, toen zich na elkaar
de vreemdsoortigste en meest in vorm
uiteenloopende dieren aan hun blik
ken vertoonden. Waarom kies ik juist
Adam en Eva uit als het prototype van
mijn verbazing? Misschien omdat het
in een circus ook de dieren zijn, die
door bepaalde eigenschappen in onze
gedachten de bevreemding wekken om
het niet-verwachte in de tegenstelling
tusschen dierlijk en menschelijk le
venEn wat is de wereld anders
dan een circus. Ik fiets dan langs
groene weilanden met mijn gedachten
elders dan bij de vele grazende koeien,
die door hun hoeveelheid wel even
mijn attentie vermogen te trekken.
Ik denk bijvoorbeeld aan wol en vet,
overigens niet zulk een vreemde com
binatie als men in den aanvang zou
denken. Want ik zie schapen en koeien
en waarschijnlijk zijn ze het, die deze
gedachte hebben bevrucht. En ik be
denk, dat die schapen en koeien, in
dien zij menschen zijn, wellicht hun
heerlijkheden zouden ruilen. Wol voor
vet. Maar wat verderop zie ik vele
menschen verbaasd naar iets kijken,
dat alsnog voor mijn oogen is ver
borgen. Ik ontstijg mijn velocipède en
sluit mij op in deze grauwe massa-
Zijn wij minder bezield met de geest
der kudde dan de koeien, die ik zoo
even zag. Het entrée is gratis en als
ik mij wat naar voren heb gedrongen
zie ik het.
Een varken! Wat dat is? Een krul
staart. Een knorrend beest. Een zwijn.
Ik heb een echt varken gezien. Het
dier waar binnen zoovele heerlijk
heden moeten huizen. De massa is in
opperste verbazing. Ik ook.
Daarom dacht ik aan Adam en Eva
op den dag van de schepping der
dieren
maatregelen heeft de Engelsche radio 9 Oc
tober j.l. om 15.00 uur via den zender
Droitwich bekend gemaakt: Te Londen
wordt in overweging genomen, dat de En
gelsche regeering alle gevangenen der As-
mogendheden uit hetzelfde oogpunt zal be
schouwen en geen verschil zal maken tus
schen Italiaansche en Duitsche gevange
nen.
Met het oog op dit bericht, dat de En
gelsche regeering door de radio heeft laten
verspreiden, ziet de Duitsche regeering zich
genoopt de krijgsgevangenen, die aan alle
fronten op de verbonden vijanden zijn ge
maakt, eveneens als eenheid te beschouwen.
Met het Volkenrecht strijdige of onmen-
schelijke behandeling van Duitsche krijgs
gevangenen op eenigerlei oorlogstooneel,
bijvoorbeeld ook in Sovjet-Ruslandt zal
dus van nu af het totaal der door Duitsch-
land gemaakte gevangenen, zonder dat
met hun nationaliteit rekening wordt ge
houden hébben te ontgelden.
DE ENGELSCHE LUCHTAANVAL OP
LE CREUZOT.
Naar de Fransche staatszender meldt, is
het aantal dooden onder de Fransche be
volking, tengevolge van den Engelschen
luchtaanval op het gebied van Le Creuzot,
gestegen tot 57. Het aantal volkomen ver
woeste huizen bedraagt 60, dat der zwaan-
beschadigde huizen ruim 300. Vijftienhon
derd menschen zijn dakloos. Van bevoegde
zijde wordt verklaard, dat het een „onge
hoord cynisme" is, wanneer de Engelschen
zich op de borst kloppen over een succes,
waarbij zij onder de Fransche arbeidersbe
volking zooveel dooden en gewonden ver
oorzaakt en bovendien nog een ziekenhuis
en talrijke arbeiderswoningen verwoest
hebben. Het moet wel een brutaliteit ge
noemd worden, wanneer de Londensche
radio de schildering van een piloot ver
spreidt, die er zich op beroemt, dat een
huis door bomtreffers in een wolk van
rook verdween en volkomen verwoest is.
Deze stelselmatige bombardementen op
Fransche industriegebieden, zoo wordt
hieraan toegevoegd, kunnen slechts dit
eene doel hebben, FVankrijk uit te schake
len als economischen rivaal voor den tijd
na den oorlog.
Koning Christiaan van Denemarken heeft
gisterochtend op zijn dagelijkschen ochtend-
rit door de stad een ongeluk gehad. Bij
een val van zijn paard, dat opschrikte en
ging steigeren, liep de koning een vrij
zware verwonding op aan het achter
lichaam en lichte verwondingen aan de
onderlip, aan het linkeroor en aan den
linker knieschijf. Teekenen van ernstige
verwondingen zijn naar de meening der
artsen niet te constateeren. Niettemin zal
de koning eenigen tijd het bed moeten
houden.
Het ongeval had plaats tegen halftien
in den ochtend, toen de koning op den
terugweg was naar het paleis. Voorbij
gangers kwamen den koning te hulp, die
in een ziekenauto van de brandweer eerst
naar het paleis en vervolgens, na het aan
leggen van een noodverband, naar het
ziekenhuis der Diaconessenstichting te
Kopenhagen vervoerd werd, waar de ver
wondingen verbonden werden, nadat de
koning licht verdoofd was. De artsen
achten den toestand van den koning naar
omstandigheden bevredigend.
Men zal zich herinneren, dat koning
Christiaan 26 September j.l. zijn 72en ver
jaardag vierde.