DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Momentje ZATERDAG 8 AUGUSTUS 1942 33ste Jaargang No. 10323 Bureaux: Papengracht 32 - Giro 103003 Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935 C. RL van Hamersveld, Directeur. Th. Wilmer, Hoofdredacteur. Vertrouwen! De mensch moet leven in vertrouwen op een goede toekomst. Daarin ligt zijn kracht, om te werken, om blij te zijn. Hoe sterker en steviger ons vertrouwen in de toekomst is, des te beter zullen wij de plichten van het heden vervullen en de lasten van het heden dragen. Wij moeten altijd vertrouwen hebben en wij kunnen altijd vertrouwen hebben, on der alle omstandigheden. Natuurlijk: geen vermetel vertrouwen. Als iemand één uit de duizend voorbeel den zijn geld en goed verknoeit en ver brast, dan kan hij geen vertrouwen heb ben, dat 't hem toch in de toekomst maat schappelijk goed zal gaan! Geen vermetel vertrouwen, maar wél al tijd gezond-menschelijk en diep-christelijk vertrouwen! De Mis-liturgi^van morgen elfde Zon dag na Pinksteren is vol van de zonne warmte en zonne-glans van dat heerlijk, kfachtdadig vertrouwen. Luister naar de „Collecta" (vóór het Epistel): „Almachtige, eeuwige God, Wiens overgroote goedheid èn de verdiensten èn de begeerten overtreft van Uw smee- kende dienaren, stort Uw barmhartig heid over ons uit, opdat Gij vergeeft, wat ons geweten ons verwijt, en ons vergunt, wat ons gebed niet durft ho- perf'. t/ Na op zulk een wijze uiting te hebben gegeven aan een waarlijk groot vertrouwen op Gods oneindige goedheid, zingt de Kerk in het „Graduale"' (vóór het Evangelie) dankbaar: „Op God hoopte mijn hart en ik ben geholpen; mijn vleesch leefde weer op, en uit geheel mijn hart zal ik -Hem loven". En de dankbaarheid voor het in God ge stelde door Hem beloonde vertrouwen wordt een jubel in het „Offertorium": „Verheffen wil ik U, Heer, omdat Gij mij hebt opgebeurd, en Gij mijn vijan den niet hebt toegestaan, zich over mij te verblijden. O Heer, ik riep tot U en Gij hebt mij gènezen". Mogen wij allen van de Zóndag-viering morgen meedragen het onwankelbaar en blij vertrouwen, de zekerheid, dat God het gebed van hen, die Hem in waar heid en oprechtheid smeeken, zal verhoo- ren! Het tweede tront EN DE SLAG OP DEN ATLANTISCHEN OCEAAN. D. N. B. verneemt van militaire zijde: Hoe vhak is reeds gesproken en geschre ven over het tweede front in Europa? Waarom maandenlange of jarenlange voor bereidingen, indien men inderdaad zoo'n front tot stand wil brengen? Hoe hoopvol klinkt het, wanneer Moskou vol vertrou wen op Londen en Washington meldt, dat de Geallieerden overeengekomen zijn, nog dit jaar een tweede front te vormen. Daar toe zouden 15 millioen man, 100.000 stuk ken geschut, 85.000 pantserwagens en 50.000 vliegtuigen bijeengebracht worden. Wie deze getallen ziet, moet zich we"l afvragen; waarom moesten eerst 10 millioen bolsje wisten in het zand bijten, reusachtige ge bieden van economische beteekenis door den oorlog vernield of aan de Duitschers overgelaten worden? Er is dus toch een belangrijke oorzaak, die het eene geallieer de plan na het andere doet mislukken. Die oorzaak heet slag op den Atlantischen Oceaan. De 15 millioen man zouden alleen over zee naar het Europeesohe vasteland ge bracht moeten worden. Volgens Engelsche schatting is voor het vervoer van één sol daat met zijn uitrusting 10 ton noodig, zoo dat het geneele leger 150 millioen ton zou vergen. Dat is het dubbele van de tonnage der wereldkoopvaardgijvloot bij he^,uitbre ken van den oorlog. Men hoeft over deze fantastische getal len niet verder te spreken: zij veroordee- len zichzelf. Een kansrijk tweede front is op de basis van de 10 ton per soldaat reeds mislukt, want alleen de Duitsche weermacht heeft reeds bijna 20 millioen ton tot zinken gebracht. Tot de schepen, die sedert 1 Juni 1941, toen Churchill over de scheepsverliezen ging zwijgen, tot zinken zijn gebracht, behooren er ook, die op grend van htm tonnage de beste troepen- transportschepen geweest zouden zijn: b.v. „Athelcrown" (11.999 ton), „Aatelprince" (9776 ton), „British Sincerity" (8533 ton), British Confidence" (8484 ton), „Chinese Prince" (8593 ton), een schip van het type „Clan Mac Arthur" (10.000 ton), „Denby- dale" (8145 ton), „Empire Gem" (8100 ton), „Kars" (8888 ton), een dozijn schepen met een inhoud van 115.723 ton, die 170.000 ton oorlogsmateriaal of 11.000 man voor het tweede front hadden kunften vervoeren, wanneer zij nog zouden varen. Namen van verscheidene honderden schepen, welker vernietiging Churchill verzwijgt, zullen in den eerstvolgenden tijd eveneens gepubli- ceerd worden. De ondergang van al deze schepen 'vormt het voornaamste motief voor de aarzeling ten aanzien van het tweede front. BEKENDMAKING 's-GRAVENHAGE, 8 Augustus. Ten vervolge op zijn bekendmaking van 13 Juli 1942 tot de geheele Neder - landsche bevolking, die in alle Neder- landsche bladen verschenen is, wordt op bevel van den weermachtsbevel hebber in Nederland, den generaal der vliegers Fr. Christiansen, het volgen de officieel meegedeeld: Op 7 Augustus hebben onverant woordelijke elementen te Rotterdam een aanslag gepleegd op een spoor trein der Duitsche weermacht. Een Nederlandsche spoorwegbeambte is bij de vervulling van zijn plicht het slachtoffer van dezen aanslag gewor den. Indien niet vóór Vrijdag 14 Augus tus a.s. middernacht de daders zich bij de politie aanmelden, of vooral door medewerking van de bewoners des lands worden geïdentificeerd, zal op grond van de bekendmaking van den weermachtsbevelhebber in Nederland terruggegrepen wor den op een aantal gijzelaars, die met hun leven voor dergelijke daden van sabotage borg staan. Het arresteeren van de daders is thans in het eigen belang van de geheele be volking zelf, teneinde dit teruggrij pen op de gijzelaars te vermijden. Op tijdige mededeelingen aan een dienst- instantie van de Duitsche weermacht of de politie, welke tot het grijpen van de daders leiden, stelt de weermachts bevelhebber in Nederland een beloo ning van ƒ100.000. Mededeelingen worden vertrouwe lijk behandeld. De Hoehere SS en Polizeifuehrer en commissaris-generaal voor de veiligheid, RAUTER. SS.-Gruppenfuehrer en luit- tenant-generaal der politie. Van het Oostelijk front DE CONFERENTIE VAN MOSKOU. De vertegenwoordigers der geallieerde mogendheden, die te Moskou bijeen zijn, houden volgens den Engelschen nieuws dienst een der belangrijkste conferenties van den oorlog. Zij heeft tot taak de beste en snelste middelen te onderzoeken om de Sowjet-Unie in dit kritieke uur te onder steunen en deze zoo mogelijk te verwezen lijken. Het zou geen verwondering behoeven te baren, als de benoeming van een generalis simus der geallieerden te Moskou behandeld werd. In een beschouwing over dé militaire si tuatie aan het Oostelijk front schrijft de bekende Engelsche militaire deskundige Liddie Hart in de „Daily Mail", dat het er hier voor de Russën uiterst ernstig uitziet. De Duitschers hebben met hun reeds vroeger toegepaste strategie zeer veel suc ces. De groote vraag is of de bolsjewieken nog wel'in staat zijn een grootscheepsch of fensief te ondernemen, want de Duitschers weten waarschijnlijk zeer goed, dat zij met een succesvol offensief in Zuid-Rusland alle strategische plannen der Russen in de war gestuurd hebben. Ook is hun stellig wel bekend, hoe sterk de tegenstander eigenlijk nog is en hoe gevaarlijk hij him r.og kan worden. Volgens een D.N.B. bericht uit Berlijn heeft de bolsjewistische leiding tot ontlas ting van haar troepen te land in de ver schillende sectoren van het Oostelijke front de laatste dagen vrij sterke formaties der luchtmacht in den strij'd geworpen om zich te verdedigen tegen de onstuimige aanval len en de vooral in het Zuiden van het Oostelijk front steeds verder om zich heen grijpende oprukken der snelle Duitsche for maties. Dit voornemen heeft den bolsje wisten, naar het opperbevel der Duitsche weermacht mededeelt, een verlies aan vliegtuigen en vliegend personeel gekost, dat nauwelijks te vervangen is. Volgens tot nu toe ontvangen berichten zijn in den tijd van 3 tot 8 Augustus 442 bolsjewistische vliegtuigen vernietigd. In denzelfden tijd werden 27 Duitsche vlieg tuigen vermist. Dit buitengewoon hooge verlies aan bolsjewistische vliegtuigen be wijst opnieuw, dat de formaties Duitsche jachtvliegers het geheele luchtgebied bo ven het Oostelijk front onbeperkt beheer- schen en dat de bolsjewisten voor een groot gedeelte nog slechts beschikken over ge brekkig opgeleid vliegend personeel, dat na een korte oppervlakkige opleiding in den strijd geworpen, spoedig een prooi wordt van de dag aan dag aanvallende Duitsche jachtvliegtuigen. Koning Michaêl woonde te Boekarest de herdenkingsplechtigheid bij, welke in de Roemeensche hoofdstad werd gehouden Atfantic-HoUand-Pax MoMaod a ENGELSCHE LIEFDADIGHEID Er bestaat een zeker soort liefdadigheid, die waar zij wordt toegepast eerder vrees dan vreugde verwekt. Zeker soort weldoe ners hebben voor den nood van anderen slechts belangstelling, wanneer de stem van het eigen geweten te luide spreekt. Men kent de beruchte armenzorg, waarmee parvenus en kapitalisten, over de ruggen der arbeiders tot welstand gekomen, ten koste van die arbeiders hun eigen braaf heid ten toon pogen te stellen. Nergens ter wereld heeft de liefdadigheid van der gelijk verdacht allooi zoo'n hooge vlucht genomen als in Engeland. Voor dezen trek in het Engelsche volkskarakter, die een zonderlinge mengeling vormt van egoïsme en braafheid, heeft men zelfs een karakte ristieke uitdrukking gevonden. Men noemt haar „English Cant", wat onvertaalbaar is, omdat de eigenschapen, die zij aanduidt, nergens in die mate bestaan en het leven beheerschen als in Engeland. Niet alleen in het Engelsche maatschappelijke leven, ook in de politiek speelt die „English Cant" een rol, en het merkwaardige is wel, dat de Engelschman zichzelf zoo slecht kent, dat hij de zijde van zijn karak ter, die - door „Cant" geheel is over woekerd en die hij beter deed te verber gen, telkens weer bloot geeft en de wereld verbaasd doet staan over de naïveteit, waarmee hij zelfs op zijn laakbare eigen schappen nog prat gaat. Voor deze verbazing heeft d? Engelsche minister van buitenlandsche zaken thans weer aanleiding gegeven door een rede, door hern in Mansion House té"Londen ge houden overHulp aan China. Geen redelijk denkend mensch gelooft meer dat Engeland in de toekomst in het Verre Oosten nog een rol zal spelen. De nooden van Engeland liggen bovendien niet meer zoo ver huis. Het lot van Enge land wordt niet meer beslist op de verre gele wateren van den Jangste. Vlak voor de krijtkusten bij Dover, waar het strijd- tooneel van den tonnageslag op den At lantischen oceaan begint en boven de Hui zenzee van Londen, waar Duitsche bom menwerpers het luchtruim veroverden, daar voltrekt zich Englands noodlot een maal, -maar in een tijd, die nu al bijna is ondergegaan in de herinnering, stonden in China nog Engelsche belangen op het spel. Maar bij hetgeen zich nu in China afspeelt is Engeland niet meer betrokken. China was eens Engelands bondgenoot, tot het werd verraden, zooals andere landen voor dien, en nadien door Engeland aan hun lot werden overgelaten. De oorlog, die nog in China woedt gaat nu alleen nog de beide onmiddellijk daarbij betrokken mogend heden, China zelf en Japan aan. Daden om den vroegeren bondgenoot te steunen kan Engeland niet meer verrichten. En waar voor daden geen plaats meer is daar begint zooals steeds de „English Cant" welig te tieren. In één adem stelde de mi nister in zijn Londensdhe rede vast, dat China thans meer geïsoleerd is dan ooit, maar dat de Engelschen voor dat zavaar beproefde land een „hart vol medegevoel" hebben. „Meer dan ooit" zoo vervolgde hij „is Engeland erop bedacht China practische hiulp te doen toekomen". Hoe wel door transportmoeilijkheden het ver zenden van geneesmiddelen en wapenma teriaal moeilijk is, wat Engeland dus ont slaat van den onaangenamenplicht den bondgenoot metterdaad te steunen, deed de minister op de Engelschen een beroep, China met geld te steunen. Wel begrijpend, dat goed voorgaan daarbij goed zou doen volgen, maar aan den anderen kant tooh ook heelemaal niet van zins het geld over den balk te gooien, deelde de minister ten slotte mede, dat de koning en de koningin voor het sohoone doel 1000 pond beschik baar stelden. Voorwaar een klassiek staal tje van Engelsche liefdadigheid en van „English Cant". De Engelsche kapitalist, in welgekozen bewoordingen, getuigend van zijn medegevoel voor den zwaar in Engelschen loondienst beproefden Ohinee- schen arbeider erf soldaat, legt een mager bankje van duizend als een symbolisch zalfje op de ontelbare wonden waaruit het Ohineesche millioenenvolk door Engelands misdadig toedoen thans bloedt. En omdat zooals dat bij den kapitalistisch en stand van zaken behoort het slachtoffer van de weldadigheid nog ten overvloede zijn dankbaarheid moet toonen, ging de Ohi neesche ambassadeur Wellington ook zoo ver. als een hoon aan zijn eigen volk te verklaren, dat- de Britsche natie haar vriendschappelijke gevoelens jegens China waarlijk niet op spontaner en bemoedigen der wijze tot uitdrukking had! kunnen bren gen. Alleen de dwarskijker, die overal wat achter zoekt, zou gaan vermoeden, dat Wel lington ook niet van een alleszins begrij pelijk sarcasme is gespeend. Indië's vrijheidsstrijd DE HOUDING VAN GANDHL De voorzitter der Congrespartij, dr. Azad, heeft op het Al-Indische Congres te Bom bay naar aanleiding van de laatste verkla ring van sir Stafford Cripps betoogd, dat het dwaasheid is te beweren, dat de Con grespartij anarchie en de volkomen afwe zigheid van een regeering in Indië wenscht. Wel wenscht zij een wijziging in het be stuur. De leus „Laat Indië vrij" beteekent niet meer of minde.r dan algeheele overdracht van dc macht aan de Indiërs. In zijn rede voor de commissie van het Voor-Indische Congres heeft Gandhi on der meer verklaard, „dat Indië slechts door strijd zijn vrijheid kan verkrijgen en dat de vrijheid den Indiërs niet als een ge schenk des hemels in den schoot zal val len. De Engelschen, aldus zeide Gandhi woordelijk, zullen ons onze vrijheid moe ten geven, wanneer wij voldoende offers hebben gebracht en onze kracht* bewezen hebben". Op een persconferentie is Donderdag avond aan Gandhi de vraag gesteld of hij de „duidelijkste verzekering" wilde geven, dat hij thans niet overweegt onderhande lingen met Japan te openen, zoo' meldt de Britsche berichtendienst uit Bombay. Gandhi antwoordde, dat hij een dergelij ke verklaring niet kon afleggen. Hij zeide echter verder, dat hij, wanneer hij met Japan zou onderhandelen, dat „uitsluitend en alleen in het belang van de „geallieer de zaak" zou doen. Voor het openen van onderhandelingen, zoo heeft Gandhi ver der verklaard, moet de onafhankelijkheid -van Indië verwezenlijkt zijn en dan moet hij het verlof van de vrije Indische regee ring ontvangen voor zulke onderhandelin gen. Op een vraag na^r de soort geweldloo- ze maatregelen, die hij zou nemen, ant woordde Gandhi, dat een algemeene sta king niet buiten zijn overwegingen ligt en dat hij er niet voor zou terugschrikken, wanneer een algemeene staking „tot de laatste noodzakelijkheid" zou worden. Ten slotte meldt de Britsche berichten dienst uit Bombay, dat het Al-Indische Con gres gisteren na een zitting van drie uur besloten heeft den voorzitter, dr. Azad, op dracht te geven Roosevelt, Tsjang Kai- Sjek en den Sovjet-ambassadeur in Lon den brieven te schrijven met het verzoek den eisch van het Congres tot onafhanke lijkheid van Indië te ondersteunen. BINNENLAND Nachtelijke vluchten van de Britsche luchtmacht boven Nederlandsch grondge bied hadden .in de afgeloopen week uit sluitend ten doel, de Nederlandsche bur gerbevolking te terroriseeren. Zoo werd er door het lukraak uitwerpen van brisant- en brandbommen op woonwijken geringe sóhade aan gebouwen alsmede glasschade aangericht. Voorts werd een kerkhof ge bombardeerd. Volkomen zinlooze aanval len met boordwapens op schepen van de binnenvaart en op een zandzuiger veroor zaakten geen noemenswaardige schade. TOERISME IN NEDERLAND. 'Maandagavond 10 Augustus 's avonds om 19.50 uur zal de heer H. J. Leupen, leider van het bureau Vreemdelingen verkeer en Toerisme van het departe ment van Volksvoorlichting en Kuns ten in een vraaggesprek een en ander mededeelen over het toerisme in ons land. De uitzending zal geschieden over den zender Hilversum II. HANDEL IN PERSOONSBEWIJZEN. Er schijnen, aldus het A.N.P., in den laat- sten tijd door zekere personen pogingen te worden aangewend persoonsbewijzen mach tig- te worden en daarvoor wordt veel geld geboden. Het is niet onmogelijk, dat deze voor joden bestemd zijn, die dah op een andermans naam van zoo'n persoonsbewijs gebruik maken. Op verzoek van den bur gemeester van Putten is aldaar een per soon, F. van H. aangehouden, verdacht van dergelijken handel in persoonsbewijzen. HET ETEN IN RESTAURANTS. Niet-afgeven van de vereïschte bonnen ls strafbaar. Vele restaurantbezoekers blijiken van oordeel te zijn, dat het tot de goede servi ce van een eetgelegenheid behoort, als men daar met de bonnen de „noodige soepel heid "betracht. Wie geen volslagen vreem deling is in de restaurants der stad zijner inwoning, kent meestal wel een inrichting, waar men het met het in ontvangst nemen der bonnen niet zoo nauw neemt. Er heeft hier en daar onder de geregelde bezoekers zelfs een uitwisseling van zulke adressen plaats. Er zijn twee partijen, die schuld dragen aan dezen toestand en die zich blootstellen aan ernstig gevaar van bestraf fing, waanneer hun handelingen aan het licht komen, n.l. de ondernemer en/of zijn personeel en de knoeiende gasten. Van de laatsten gaat veelal de aanleiding tot de overtreding der voorschriften uit. Dit ge beurt op allerlei wijzen, die tenslotte er op neerkomen, den restaurateur of den kellner ertoe te bewegen met heelemaal geen bon nen of een minder aantal dan vereischt is, genoegen te nemen. Er dient daarom in de eerste plaats een dringend appél tot het publiek te worden gericht, om zich in zijn eigen belang te onthouden van dergelijke ontoelaatbare en strafbare handelingen. Want zoowel de gast. die probeert zijn bonnen achter te houden, als de kellner, die verzuimt de noodige bonnen in ontvangst te nemen (of den gast bonnen verkoopt), en tenslot te ook de restaurateur, in wiens onderne ming de distributievoorschriften gesabo teerd worden, loopen goede kans, daar voor ter verantwoording geroepen te wor den. De restaurateurs en hun personeel is er dan ook vanwege de bedrijfsgroep met nadruk op gewezen, dat zij streng de hand dienen te houden aan de naleving der voorschriften. De medewerking van het publiök is hierbij echter van doorslagge vend belang. VERJAARDAG. Ik vier vandaag een beetje feest, Ik had gehoopt met ouwe klare, Met een bijzonder feestgebak En een of twee Blue band-sigaren Want in den tredgang van het jaar In dagen, weken, maanden zwoegen Leeft ieder jaar één enk'le dag Zoo louter eens voor zijn genoegen. Dat is voor mij nu deze dag; Ik ben vandaag twee jaar geworden, Wellicht schudt U verbaasd het hoofd En denkt U aan een nieuwe orde. Maar het is enkel maar het feit Een simpel feit in 't barre leven Dat i'k hier nu precies twee jaar Voor U „Momentjes" heb geschreven. Hoe zou ik de geboorte niet Van dit mijn geesteskind gedenken? Het zal met overpeinzen zijn Nu er gebrek is aan geschenken. Ik kijk mijn kind dan eens goed aan, Het is een goed ontwikkeld ventje En zeg: je 'hebt niet veel gedaan, Maar ied'ren dag toch een Momentje. Ik spreek hem toe en zeg hem nog, Dat hij in vreugde moog gedijen, Dat hij een voorbeeld moge zijn In goede en in kwade tij'en. Dat alle menschen hem nog lang En eiken dag weer mogen lezen En dat hij allen leeren zal De schoone kunst van: zonnig wezen. Zoo vier ik nu vandaag dit feest Waarop ik mij eens wil bezinnen, Op het voorbije tweede jaar. Ik ga het derde jaar nu binnen. Er is soms weinig schrijversstof, J Maar 'k hoop genoeg voor zoo'n klein ventje En ik herdenk dus dezen dag ^ïn. eenzaamheid met^mijn Momentje. OPROEP AAN FARIILIELEDEN VAN IN NEDERLANDSCH-INDlë GEÏNTER NEERDE LEDEN DER N.S.B. Echtgenooten, kinderen en ouders van in Nederlandsch-Indië geinterneerde leden der N.S.B. die in behoeftige omstandighe den'verkeer en of om andeer redenen hulp of raad noodig hebben, wordt verzocht zich daartoe schriftelijk onder opgave van vol ledige bijzonderheden te richten tot het secretariaat-generaal der N.S.B., Malie baan 35 te Utrecht. NAMEN VAN ENSEMBLES BEHOEVEN GOEDKEURING. De Nederlandsche Kultuurkamer deelt mede: In het Verordeningenblad van de Ne derlandsche Kultuurkamer is opgenomen een verordening van den president betref fende namen van ensembles op het gebied van de kleinkunst en de ontspanningsmu- ziek. Het voeren van een zoodanigen naam bij gemeenschappelijk optreden van twee of meer personen behoeft, onverschillig of het beroepsartisten dan wel amateurs be treft, de toestemming van den president. Deze toestemming kan worden geweigerd: a. indien het een buitenlandschen of bui- tenlandsch klinkenden naam betreft; b. in dien een naam tot verwarring aanleiding kan geven; c. indien een naam niet ver- eenigbaar is met de eer van het beroep of den stand; d. indien een naam misleidend wordt geacht. Het verzoek aan den presi dent moet binnen veertien dagen na af kondiging der verordening worden inge diend en behoort voorts te bevatten: de na men en adressen van den leider en de le den van het ensemble, alsmede opgave van den aard der werkzaamheden van het en semble. De naam kan door het ensemble worden gevoerd, totdat op het verzoek om toestemming zal zijn beslist. Zware straffen voor clandestine slach ters. De economische rechter te Alme lo, mr. Lam, heeft een groot aantal zaken tegen frauduleuze slachters behanldeld, waarbij zware straffen werden uitgespro ken. W. Neppers uit Almelo en G. J: Nep pers uit Vriezenveen werden ieder ver oordeeld tot twee en een half jaar gevange nisstraf, omdat zij zich te Vriezenveen drie maal hadden schuldig gemaakt aan slach tingen van koeien in de weide, waarvan zij het vleesch verkochten. De economische rechter zeide, tegen deze slachtingen met de grootste gestrengheid te zullen optre den. Gebeurt dit niet, dan moet een vol slagen economische anarchie gevreesd worden. De officier, mr. de Walle, die de misdrijven door verdachten gepleegd, eveneens in scherpe bewoordingen af keurde, had drie jaren gevangenisstraf ge- eischt. J. N. Ekkelboom uit Losser, P. H. W. van Es, te Nijverdal en T. Pluimers te Rijssen, die eveneens koeien in de weide hadden geslacht, en het vleesch hadden verkocht, werden overeenkomstig den eisCh tot twee jaar gevangenisstraf ver oordeeld. Tentoonstelling van gapers. In het historisch gebouw „De Hoofdwacht'' op de Groote Markt, zetel van de oudheidkundige vereeniging „Haarlem", wordt van 8 tot en met 23 Augustus een tentoonstelling ge houden van..., de z.g. gapers, dc groote koppen met uitgestoken tong, welke vroe ger aan de gevels van drogisterijen waren gevestigd. De heer A. J. M. van Es, eige naar van een drogisterij te Haarlem, heeft in den loop der jaren een groot aantal van deze gapers verzameld ,ruim dertig van de ffaaiste exemplaren zijn thans in bruik leen afgestaan aan de vereeniging „Haar lem" voor deze tentoonstelling, welke is aangevuld met boeken, platen en voorwer pen, welke betrekking hebben op het dro gisterijbedrijf.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1