DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Momentje WOËNSDAG 5 AUGUSTUS 1942 33ste Jaargang No. 10320 S)e Ccid&chcSoii/ta/nt Bureaus: Papengracht 32 - Giro 103003 Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935 C. RL van Hamersveld, Directeur. Th. Wilmer, Hoofdredacteur. Preeken van Sint Antonius „Niet zondigen om geld". Een slagzin, dien wij Maandag ontleenden aan de bro chure „Zoek 't geluk", uitgegeven door het Centraal Bureau der Derde Orde te Weert. Zondigen om geld is een kwaad van al le tijden. Maar niet in alle tijden wordt het kwaad ook als zoodanig erkend. In de kapitalistische opvattingen worden heel veel zonden om geld beschouwd als nor male uitingen van handel en koopmans schap en zelfs geëerd als uitingen van scherpzinnig vernuft. Zondigen om geld is een kwaad van al le tijden. Ook in den tijd, waarin de groo- te heilige Antonius van Padua leefde, werd er veel gezondigd door hebzucht en woe ker. De „Nieuwe Tilb. Crt." gaf onlangs verscheidene uittreksels uit verschillende van diens nog bestaande preeken en toespra ken (ontleend aan «een "werk van Oreste Barbieri over den neiligen Antonius van Padua), waarvkn er hier enkele volgen: „Het weelderig roode gewaad betee- kent het bezit der armen, verworven imet zweet en bloed. De ridders, de burgers, de gierigaards, de woekeraars slurpen het op. De machtigen en de rijken der wereld ontrooven het aan de armen, die zij hun minderen noe men. Maar zij zijn de minderen van den duivel, die op duizend manieren het bloed en het bezit der armen uitzui gen". „Gelijk bij den muur de eene steen op den andere wordt gestapeld en met cement vastgehouden, zoo voegt zich bij den overvloed van tijdelijke zaken het geldstuk bij het geldstuk, het huis bij het huis, de akker bij den akker. En alles wordt stevig vastgehouden door het cement van de hebzucht". „De gierige is arm, omdat hij niet Biet geld beheerscht, maar het geld hem; hij is geen bezitter maar wordt bezeten; en terwijl hij genoeg heeft meent hij weinig te hebben". Zoo .geeselde deze ujt een aristocratische familie geboren geleerde, deze zachtzinnige heilige zeven eeuwen geleden de zon den om geld, hebzucht en woeker. Hoe zou zoo merkt de „Nieuwe Tilb. Crt." hierbij op zijn woord thans op markten en pleinen voor de prijsopdrij- vers en levensmiddelenwoekeraars te pas kunnen komen; evenals dat andere woord, waarin hij, ter aanmoediging van het geven aan hulpbehoevenden, de vergelijking ge bruikte van den put, die lekkerder en be ter water geeft, als er vaak uit geput wordt: „De rijkdom wordt door het put ten van aalmoezen zuiverder voor het ge weten, geeft meer voldoening, en tege lijkertijd doet hij den rijkdom nog toene men." Waar thai^s zoovelen om bijstand roepen is dit een zeer behartenswaardig woord! Van het Oostelijke front HET KOEBAN- GEBIED IS RIJK AAN GRONDSTOFFEN. Naar het opperbevel van de weermacht omtrent de gevechten aan het Oostelijke front meedeelt, zijn de Duitsohe troepen in het gebied van de rivier de Koeban bezig de terugtrekkende bolsjewieken te achter volgen. Terwijl hier en ten Zuiden van den benedenloop van de Don de Duitsohe aan val over een breed front aan terrein wint, ondernemen de bolsjewieken vergeefsahe ontlastingsaanvallen in den Noordelijken sector. Aanvallen van de luchtmacht brach ten een merkbare verlichting voor de Duit sohe troepen, die in een door voortdurende regen zeer modderig geworden terrein moesten vechten. Duitsohe jagers sühoten 45 vijandelijke vliegtuigen omlaag. In den Noordelijken sector van het Oostelijke front herhaalde de vijand zijn volkomen vergeefsche aanvallen op een bruggehoofd aan de Wolchof gelijktijdig van het Zuiden, Zuidoosten en Noorden. Aan het omsingelingsfront van Leningrad werd een plaatselijke Duitsohe aanval met succes ondernomen. Ook in dit gebied be moeilijkten de aanhoudende regenbuien het optrekken der Duitsohe troepen. In luchtgevechten schoten Duitsohe jagers bo ven den Noordelijken sector van het Oos telijke front 39 bolsjewistische vliegtuigen neer. In verband met het feit, dat Duitsohe troepen de Koeban bereikt hebben, deelt het opperbevel der DuitsOhe weermacht mede, dat de belangrijkste grondstoffen van het Koébangébied petroleum, ijzererts en cementmergel. zijn. De productie van aardolie en de levensmiddelennijverheid zijn de belangrijkste tak'kèn van industrie. In de stad Worosjilofsk bevinden zich een aantal belangrijke fabrieken, vooral op het gebied van levensmiddelen- metaal- en textielindustrie. Vannacht hébben zich Britsche bommen werpers in gering aantal boven West- Du itsch gebied bevonden. Uitgeworpen brisant- en brandbommen veroorzaakten schade aan gebouwen in eenige plaatsen. Volgens de voorloopige berichten is een vijandelijke bommenwerper neergeschoten. In denzelfden tijd ondernam een forma tie Duitsohe 'gevechtsvliegtuigen doeltref fende aanvallen op voor de oorlogvoering belangrijke havenwerken en fabrieken aan de Westkust van Groot-Brittanië. BEKENDMAKING 's-GRAVENHAGE, 5 Augustus.' Het bureau van den Weermachtsbevel hebber in Nederland deelt mede: De vele woorden, die op het oogen- blik vooral in de vijandelijke propa ganda gewijd worden aan de oprich ting van een „tweede front" aan de Europeesche Westkust en vermoedelijk ook wel in Nederland, en de hiermede door den vijand uitgesproken hoop, in dat geval op steun van de bevolking te kunnen rekenen, geven aanleiding, om de Nedprlandsche bevolking op de meest dringende wijze te waarschu wen. Iedereen moet er zich van be wust zijn, dat hij met zijn leven speelt, "wanneer hij in geval van een vijande lijke landingspoging de geringste po ging zou wagen, den vijand te helpen of hem ook slechts indirect te begunsti gen. In aller herinnering zullen nog wel leven de gebeurtenissen, die hebben plaats gehad na het neerkomen van Engelsche vliegers, die door de bevol king van geld en kleeding zijn voor zien, en verborgen gehouden werden, en welke gebeurtenissen ten slotte tot doodvonnissen tegen de betrokkenen geleid hebben. Wanneer ooit een Engelschman of een zijner bondgenooten .Nederlandsch grondgebied betreedt, hetzij aan de kust of in het achterland, dan geldt er voor de bevolking slechts één gebod: iedereen blijve thuis en zoeke bij lucht- gevaar, zoo mogelijk in schuilkelders zelf, bescherming tegen de gevechts handelingen. Wie de straat op gaat, stelt zieh bloot aan het gevaar te wor den doodgeschoten. Wie den vijand be gunstigt, moet eveneens de gevolgen daarvan dragen. De ervaring leert, dat een dergelijke waarschuwing nooit vroeg genoeg kan worden verstrekt. Mocht het op Ne derlandsch grondgebied tot gevechts handelingen komen, dan zal de bevol king door aanplakbiljetten, de radio of op andere passende wijze nog nadere nauwkeurige voorschriften verkrijgen hoe zij zich zal hebben te gedragen. Naar een crisis in Br. Indië Te Berlijn heeft men gisteren op een des betreffende vraag de opvatting te kennen gegeven, dat de ontwikkeling in Britsch- Indië in de richting van een openlijke cri sis gaat. Naar Reuter uit Bombay meldt, zou Gandhi zich bereid hebben verklaard deel te nemen aan een door den liberalen leider Saproe voorgestelde ronde-tafel conferentie. De Britsche berichtendienst publiceert den tekst van het besluit, dat Gandhi aan de werkcommissie van het Voor-Indische Congres heeft voorgelegd. Gandhi zegt daarin, dat de voorstellen van het Britsche oorlogskabinet, die door sir Stafford Cripps uiteengezet zijn, 'het Britsche imperialisme als nooit te voren in al zijn naaktheid ont huld hebben. De commissie is van meening, dat Engeland niet in staat is Indië te ver dedigen en dat er een eeuwige strijd tus- schen de belangen van Indië en die van En geland 'bestaat. Omdat Engeland jegens In dië nog steeds een politiek van wantrouwen voert, is er geen reden, waarom de verde diging van Indië niet zou worden toever trouwd aan de gekozen vertegenwoordigers van Indië. De deelneming van Indië aan den oor log, aldus Gandhi, heeft, niet den steun der Indische bevolking, maar is een zuiver Britsche daad. Als Indië vrij wordt, zal het waarschijnlijk zijn eerste stap .zijn met Japan te onderhandelen. De commissie is daarom van meening, dat de Engelséhen zich uit Indië moeten terugtrekken. De problemen der minderheden in Indië zijn een werk der Britsche regeering en zij zou den met de Engelschen verdwijnen. Op grond van dit allés verzoekt de com missie Engeland in het belang van zijn eigen veiligheid, de veiligheid van Indië en de zaak van den wereldvrede, Indië vrij te laten, zelfs als Engeland geen afstand d'oet van al zijn Aziatische en Afrikaansche be zittingen. De commissie wenscht het Japansche volk en de Japansche regeering de verze kering te geven, dat Indië geen vijandschap tegen Japan of tegen een anderen staat koestert. Sir Stafford Cripps heeft gisteren vol gens den BritsChen berichtendienst in het Lagerhuis medegedeeld, dat de plaatsver vangende minsterpresident, Attlee, een verklaring wilde afleggen, die „het best in een geheime zitting kon worden bekend gemaakt". Vervolgens ging het Huis over tot een geheime zitting, welke slechts kor ten tijd duurde. Na heropening der openbare zitting ver- zodht de minister van binnenlandsche za ken, Morrison, het Lagerhuis nog dien dag in alle lezingen een wetontwerp goed te keuren, dat de Amerikaansche autoriteiten machtigt, alle misdrijven, die onder de le den der Amerikaansche strijdkrachten in het Vereenigd Koninkrijk mochten voor komen, te berechten! DE VERDEDIGING VAN DE EUROPEESCHE KUST. Eenige dagen geleden hébben de rijks minister voor bewapening -en munitie, Speer, en de commandant van de Lei'bstan- darte „Adolf Hitier", de generaal der Waffen-SS, Dietrich, vergezeld van den marinébevelhebber, eenige der krachtigste versterkingswerken bezocht, die tot ver dediging vaji de kust van het Europeesche vasteland zijn aangelegd, zoo verneemt het D.N.B. van militaire zijde. Beveiligd door onvernielbaar schijnende ringkazematten met meterdikke wanden van gewapend beton, omgeven door een kring van batterijen tot beschieting van kleine doelen op zee en vijandelijke vlieg tuigen, staan de stukken der batterijen verdragend geschut. Voor en achter deze reusachtige stukken geschut rijt zich bat terij aan batterij. Uit de lucht, van land noch van zee uit, is iets opvallends te zien. Er is echter geen doode hoek, de draag wijdte der stukken van de eene batterij doorsnijdt die van de volgende. De aanval ler kan landen, waar hij wil, hij wordt in elk geval gepakt: allereerst door de mijn- versperringen op zee, door de zoeklichten en het vuur der zwaarste, zware, middel zware en lichtere marine artillerie. Zou het afzonderlijken aanvallers toch nog ge lukken er door te komen, dan wachten nieuwe wapens en afweermaatregeien op hen: landmijnen, zwaar gebetonneerde ma chinegeweernesten, prikkeldraadversper ringen en vervolgens handgranaten, vlam menwerpers en handvuurwapens. Voor het geval de aanvaller er de voorkeur aan mocht geven troepen uit de lucht te lan den, zijn de versterkingswerken in staat naar voren, naar achteren, naar links en naar rechts gelijktijdig aanvallen van aller lei aard af te slaan. Onmiddellijk achter de versterkingswerken der marine begin nen de diepe verdedigingslinies van het leger en de luchtmacht. Midden in een geweldige operatie is ge neraal majoor Julius von Bernuth als chef van den generalen staf van een pantser- leger gesneuveld. Hij is van een vlucht naar een ver in den rug van den vijand opgerukt pantsercorps, dat hij persoonlijk een belangrijk bevel wilde brengen, niet teruggekeerd. Dagenlang bleven alle na sporingen vergeefsCh, tot eindelijk in de\ eindelooze verte van het Zuid-Russische land Duitsche soldaten den dooden com mandant met zijn piloot naast de verplet terde machine vonden. Hij moest ter uit voering van zijn opdracht over een gebied vliegen, waar op dien dag nog gestreden werd en waarboven nog vijandelijke vlieg tuigen cirkelden. Als schitterend voorbeeld staat hij voor zijn soldaten: een krachtige persoonlijkheid, die allen boeide, een sol daat uit roeping, die trotsdh de „bloed- orde" droeg, een generaal, die zich reeds in den Poolschen veldtocht had onderschei den, in Frankrijk door zijn daperheid het ridderkruis verwierf en in den Russischen winter in een der belangrijkste sectoren van het geheele Oostelijke front op een verantwoordelijke post streed, en die thans op het groote offensief in het Zuiden al«|{ eerste adviseur den opperbevelhebber van een pantserleger ter zijde stond. IN EEN PAAR REGELS De admiraliteit der Ver. Staten maakt bekend, dat vier schepen verloren zijn ge gaan. Twee der door duikbooten tot zin ken gébrachte schepen waren Amerikanen en de beide anderen van Engelsche en- Noorsche nationaliteit. De plaatselijke legerinstanties te Bal- timore (Ver. Staten) hebben volgens den Engelséhen nieuwsdienst verklaard, dat tot dusver alle berichten over landingen van parachutisten in Pennsylvania, Maryland en Virginia onjuist zijn. Ter gelegenheid van den 450sten ver jaardag van het vertrek van Columbus^uit de haven van Palos heeft de Spaansche ambassadeur den Argentijnschen presi dent Castillo een schrijven van generaal Franco en een kunstig model van het kar veel van Columibus,de „Santa Maria", als geschenk aan het Argentijnsche volk over handigd. Naar gemeld wordt is tusschen Gross- wardein en Klausenburg, bij Varsonkolyos, (Hongarije) een grot ontdekt, die naar ge zegd wordt, grooter is dan de druipsteen grot van Aggteck. Het zou een der groot ste grotten ter wereld zijn. Overbrenging van bevelen voor de luchtafweer. Verdekt opgesteld neemt een radio-afdeeling berichten In ont vangst en geeft ze door Deutscher Verlag-Recla-PK Seldat- Pax Holland m Europa en Groot-Oost-Aziê HET HANDELSVERKEER TUSSCHEN GROOTE RUIMTEN. Het Deutsche Institut für Wirt- schaftsforschung heeft zijn jongste halfjaarlijksche bericht aan de eco nomische structuur van Zuid-Oost- Azië gewijd. In het bijzonder wor den de problemen, die de Japansche machtsuitbreiding in dit gebied stelt, uitvoerig besproken. Een half jaar oorlog in den Stillen Oceaan heeft de machtsverhoudingen in Zuid-Oost-Azië grondig gewijzigd. Japan heeft een der rijkste gebieden ter wereld onder zijn controle gebracht. In de Philip- pijnen, Britsch-Borneo, Ned.-Indië en Bir ma heeft het koloniale bestuur zich ver geefs met wapengeweld tegen dezen gar.g van zaken verzet. Thailand en Indo-China verklaarden zich uit eigen beweging be reid tot samenwerking. Geheel Zuid-Oost- Azië behoort thans tot de „Groot-Aziati sche welvaartssfeer", die Japan als leidende mogendheid tot stand wil brengen. De herordening der wereld volgens het beginsel der groote ruimten is nog een jong begrip. Eerst de practijk zal een afdoende oplossing kunnen geven van vele vraag stukken, waarvoor thans nog vergeefs een antwoord gevraagd wordt. Vooral geldt dit voor de onderlinge betrekkingen tusschen de groote ruimten. En wat handels- en scheepvaartkringen in Nederland bijzonder interesseert: zal er een levendig handels verkeer tusschen de groote ruimten, tus schen Europa en Groot-Oost-Azië, bestaan? De Duitsche beschouwing behandelt deze kwestie uitvoerig en legt den nadruk op het overschot aan grondstoffen in Zuid- Oost-Azië De grondstoffenproductie van dit gebied heeft zich tot nu toe uitsluitend naar de behoefte der wereldmarkt gericht en is vrfj eenzijdig. In 1938 werd de uitvoer voor een vierde deel door rubber gevormd, ter wijl de helft uit zes productengroepen, n.l. aardolie, rijst, tin, suiker, copra en thee bestond. Verder was dit gebied een belang rijke leverancier van specerijen en wolfram en bezat het voor hennep, kinine en kapok een monopoliepositie. De veeteelt daarentegen is van gering belang. Ook aan de voortbrenging van grondstoffen voor de textielindustrie als wol en katoen is weinig aandacht geschon ken. Nu Zuid-Oost-Azië deze grondstoffen niet meer naar de geheele wereld kan uit voeren, bestaat hiervan een aanzienlijk overschot. Vooral geldt dit voor tin, rub ber, suiker en hennep en in nog sterkere mate voor olievruchten en thee, die reeds in het yenblok, zooals Japan. Mantsjoekwo en Noord-China als kernstuk van Groot- Oost-Azië genoemd worden, tot de over schotproducten behooren. Uiteraard zal de behoefte van Japan aan deze producten toe nemen. Verder zullen zij als vervangings middelen voor ontbrekende grondstoffen gebruikt worden, zooals hennep voor ju^ en tin voor andere metalen. Ook kan door wijziging van den verbouw b.v. een vervan ging van de suikerteelt door die van katoen tot oplossing van het probleem bijgedragen worden. Indien echter niet tot zeer drastische pro ductiebeperking met al haar gevolgen wordt overgegaan, zal een aanzienlijk overschot blijven bestaan. Dit overschot, zoo betoogt men van Duitsche zijde, is Japan alleszins bereid naar de Europeesche industriesta ten uit te voeren. Leidende persoonlijkhe den hebben hierop herhaaldelijk gewezen en ook het feit, dat reeds groote voorraden worden opgeslagen, wijst in de^e richting. Europa echter zal na den oorlog op zijn beurt in ruil goederen aan Groot-Oost-Azië kunnen leveren. Vóór den oorlog overtrof de invoer van machines, schepen en chemi sche producten in het Verre Oosten in be langrijke mate de eigen productie van het yenblok. Deze invoer had voornamelijk uit Europa plaats. Ook wat deze zijde van het ruilverkeer betreft, hee# Japan verzekerd, dat medewerking van het nieuwe Europa bfj de ontsluiting van de veroverde gebie den gaarne aanvaard wordt. Aldus geeft het Deutsche Institut für Wirtschaftsforschung 2ijn zienswijze op het toekomstig handelsverkeer tusschen Europa en Groot-Oost-Azië weer. Deze komt uit een land, dat bij de ordening van de Euro peesche ruimte een leidende rol speelt en heeft voor Nederland bijzondere beteekenis. Onze ligging en plaats in de internationale scheepvaart en handel geven reden tot de veronderstelling, dat ons land inleen der gelijke uitwisseling van producten een ac tief aandeel kan nemen. Voorloopig moet dit toekomstbeeld nog tot de vrome wen- schen behooren. Nog is de herordening van de wereld in vollen gang en verhindert de oorlog een vreedzaam handelsverkeer. Maar het feit, dat de economische betrek kingen tusschen de groote ruimten reeds thans het onderwerp van diepgaande be schouwing blijken te zijn, is voor Neder land een verheugend verschijnsel. (V.P.B.). BEROEP. Op mijn persoonsbewijs staat wat en op het uwe staat wat. Op onze per soonsbewijzen staat vermeld, waaraan ons leven zijn waarde hier ontleent, wat wij bijdragen in het arbeidsproces, kortom welke positie wij in het dage- lij'ksCh leven bekleed en. En dat is eer vol. Op mijn persoonsbewijs staat jour nalist Op het uwe misschien bankdirec teur, ijscoventer, veilingbediende of ambtenaar. Dat is allemaal niet minder eervol. Maar in al onze functies en ge wichtigheid is door den oorlog zoo'n béetje dé 'klad gekomen. De productie is schaarsch en er is niet zooveel meer te verhandelen als vroeger, het papier is séhaarsch en er valt niet zooveel meer te schrijven. Maar onze functie staat op ons persoonsbewijs, onze rust en onze vrije tijd niet. En als ik mij af vraag, wie er heden ten dage het hardst werken, van wie er het meest wprdt ge- eischt, wie de meeste en grootste offers brengen, dan moet ik onomwonden ver klaren, dat'het de huismoeders zijn, die dag-in dag-uit zwoegen om van niets iets te malken. Die water over de spij zen uitgieten en het wordt de fijnste jus. Die van gordijnen warme kleeding en van afgedankte kleedingstukken weer gordijnen ma'ken. Die onze kinde ren voeden en verzorgen. Die honderd duizend wonderen doen en dan nog tijd overhouden om het tihuis netjes en ge zellig te maken, als wij „vermoeid" thuis komen. En op haar persoonsbewijs staat niet het edel werk van haar arbeid. Daar staat: zonder beroep. Wij zouden er een hartje op kunnen zetten of een voudig: heldin. BINNENLAND NIEUWE BESTUURSINDEELING OP JAVA. De Japansche militaire autoriteiten heb ben op Java een nieuwe bestuürsindeeling ingevoerd. Volgens deze nieuwe indeeling worden de z.g. Oostelijke, centrale en Wes telijke provincies, zooals zij onder Neder landsch 'bestuur stonden, opgeheven. Java en Madoera worden thans verdeeld in de gebieden Djokjakarta en Soerakarta, als mede in 17 provincies en een district Ba tavia. Elk der provincies is onderverdeeld in prefecturen, districten, steden en dor pen. Zooveel mogelijk zullen de oude be- stuursbepalingen bestaan blijven. Voor de acht provincies van Sumatra hébben de Ja pansche militaire autoriteiten aldaar Ja pansche gouverneurs benoemd. Verbod tot houden van duiven In het Verordeningenblad is opgenomen een verordening van den Rijkscommissaris voor het. bezette Nederlandsche gebied, houdende, verbod tot het houden van dui ven. Hij die duiven houdt, moet deze binnen een week slachten, de pooten, waaraan een ring is bevestigd bij den burgemeester in leveren en zijn slag onverwijld sluiten, waarna de burgemeester de slagen verze gelt en onderzoekt of de ringen van alle ten gemeentehuize geregistreerde duiven zijn ingeleverd. De in- en uitvoer van duiven is verboden Hij, bij wien een duif binnenvliegt of die op andere \yijze een duif daadwerkelijk in zijn bezit krijgt, moet deze met de zich bij de duif bevindende berichtkokers en mede- deelingen aan den dichtstbijzijnden burge meester afgeven. Pootringen en dergelijke- mogen niet worden afgenomen. De burgemeester dient er voor zorg te dragen, dat duiven zonder eigenaars of ver wilderde duiven onverwijld worden gedood Hij, die opzettelijk of door zijn schuld in strijd handelt met een bepaling van deze verordening, wordt gestraft met gevan genisstraf van ten minste drie maanden, doch ten hoogste van vijf jaar; in bijzonder ernstige gevallen kan tuchthuisstraf van ten minste een jaar, doch van ten hoogste vijftien jaren worden opgelegd. Hij, die kennis krijgt van het ongeoor loofde houden van duiven en zulks niet on verwijld aan den burgemeester aangeeft, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste vijf jaren. De bepalingen van deze verordening zijn niet van toepassing ten aanzien van: a. Duiven, welke door de Duitsche weer macht worden gebruikt of in beslag zijn genomen; b. Duiven, welke door den Rijkscommis saris (Commissaris-Generaal voor financiën en economische zaken) wegens haar bijzon dere fokwaarde zijn vrijgesteld en met be trekking tot welke de aan de vrijstelling verbonden voorwaarden worden nage komen. c. Duiven, welke in dierentuinen worden gehouden, op een zoodanige wijze, dat zij niet kunnen wegvliegen. d. Lachduiven, welke in afzonderlijke kooien worden gehouden. Deze verordening treedt in werking op Vrijdag 7 Augustus, op welken datum de verordening 140/1941 betreffende het hou den van duiven buiten werking treedt. Intrekking besluit waardevermeerderings belasting. Bij besluit van den Secretaris- Generaal van het Departement van Finan ciën is te rekenen v?n 7 Mei j.l. ingetrok ken het besluit op de waardevermeerde ringsbelasting 1940 met de bepalingen ter uitvoering daarvan. Dit geldt niet voor de dan reeds verschuldigde belasting en be gane strafbare feiten. Prijzenbeschikking 1942 zoetwatervisch. In de staatscourant van 4 Augustus 1942 is opgenomen de prijzenbeschikking 1942 zoetwatervisch, welke met ingang van 5 Augustus 1942 in werking treedt en waarin in tegenstelling met de prijzenbeschikking 1941 voor zoetwatervisch, de bepaling is opgenomen betreffende de doorberekening van transportkosten, indien meer dan een groothandelaar in het distributieproces is ingeschakeld. De tweede groothandelaar mag de transportkosten van den eersten groothandelaar af naar den kleinhandelaar, aan laatstgenoemden in rekening brengen. Met het geval van den rooker. die versche aal en paling al dan niet via den afslag be trekt en deze aal en paling gerookt of ge stoomd via den groothandelaar aan den kleinhandelaar verkoopt, is/rekening ge houden. Voor den rooker tevens kleinhan delaar is een regeling getroffen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1