DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Momentje
WOËNSDAG 5 AUGUSTUS 1942
33ste Jaargang No. 10320
S)e Ccid&chcSoii/ta/nt
Bureaus: Papengracht 32 - Giro 103003
Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935
C. RL van Hamersveld, Directeur.
Th. Wilmer, Hoofdredacteur.
Preeken van Sint Antonius
„Niet zondigen om geld". Een slagzin,
dien wij Maandag ontleenden aan de bro
chure „Zoek 't geluk", uitgegeven door het
Centraal Bureau der Derde Orde te Weert.
Zondigen om geld is een kwaad van al
le tijden. Maar niet in alle tijden wordt
het kwaad ook als zoodanig erkend. In de
kapitalistische opvattingen worden heel
veel zonden om geld beschouwd als nor
male uitingen van handel en koopmans
schap en zelfs geëerd als uitingen van
scherpzinnig vernuft.
Zondigen om geld is een kwaad van al
le tijden. Ook in den tijd, waarin de groo-
te heilige Antonius van Padua leefde, werd
er veel gezondigd door hebzucht en woe
ker. De „Nieuwe Tilb. Crt." gaf onlangs
verscheidene uittreksels uit verschillende
van diens nog bestaande preeken en toespra
ken (ontleend aan «een "werk van Oreste
Barbieri over den neiligen Antonius van
Padua), waarvkn er hier enkele volgen:
„Het weelderig roode gewaad betee-
kent het bezit der armen, verworven
imet zweet en bloed. De ridders, de
burgers, de gierigaards, de woekeraars
slurpen het op. De machtigen en de
rijken der wereld ontrooven het aan
de armen, die zij hun minderen noe
men. Maar zij zijn de minderen van den
duivel, die op duizend manieren het
bloed en het bezit der armen uitzui
gen".
„Gelijk bij den muur de eene steen
op den andere wordt gestapeld en met
cement vastgehouden, zoo voegt zich
bij den overvloed van tijdelijke zaken
het geldstuk bij het geldstuk, het huis
bij het huis, de akker bij den akker. En
alles wordt stevig vastgehouden door
het cement van de hebzucht".
„De gierige is arm, omdat hij niet
Biet geld beheerscht, maar het geld
hem; hij is geen bezitter maar wordt
bezeten; en terwijl hij genoeg heeft
meent hij weinig te hebben".
Zoo .geeselde deze ujt een aristocratische
familie geboren geleerde, deze zachtzinnige
heilige zeven eeuwen geleden de zon
den om geld, hebzucht en woeker.
Hoe zou zoo merkt de „Nieuwe Tilb.
Crt." hierbij op zijn woord thans op
markten en pleinen voor de prijsopdrij-
vers en levensmiddelenwoekeraars te pas
kunnen komen; evenals dat andere woord,
waarin hij, ter aanmoediging van het geven
aan hulpbehoevenden, de vergelijking ge
bruikte van den put, die lekkerder en be
ter water geeft, als er vaak uit geput
wordt: „De rijkdom wordt door het put
ten van aalmoezen zuiverder voor het ge
weten, geeft meer voldoening, en tege
lijkertijd doet hij den rijkdom nog toene
men." Waar thai^s zoovelen om bijstand
roepen is dit een zeer behartenswaardig
woord!
Van het Oostelijke front
HET KOEBAN- GEBIED IS RIJK AAN
GRONDSTOFFEN.
Naar het opperbevel van de weermacht
omtrent de gevechten aan het Oostelijke
front meedeelt, zijn de Duitsohe troepen in
het gebied van de rivier de Koeban bezig
de terugtrekkende bolsjewieken te achter
volgen. Terwijl hier en ten Zuiden van den
benedenloop van de Don de Duitsohe aan
val over een breed front aan terrein wint,
ondernemen de bolsjewieken vergeefsahe
ontlastingsaanvallen in den Noordelijken
sector. Aanvallen van de luchtmacht brach
ten een merkbare verlichting voor de Duit
sohe troepen, die in een door voortdurende
regen zeer modderig geworden terrein
moesten vechten. Duitsohe jagers sühoten
45 vijandelijke vliegtuigen omlaag.
In den Noordelijken sector van het
Oostelijke front herhaalde de vijand zijn
volkomen vergeefsche aanvallen op een
bruggehoofd aan de Wolchof gelijktijdig
van het Zuiden, Zuidoosten en Noorden.
Aan het omsingelingsfront van Leningrad
werd een plaatselijke Duitsohe aanval met
succes ondernomen. Ook in dit gebied be
moeilijkten de aanhoudende regenbuien
het optrekken der Duitsohe troepen. In
luchtgevechten schoten Duitsohe jagers bo
ven den Noordelijken sector van het Oos
telijke front 39 bolsjewistische vliegtuigen
neer.
In verband met het feit, dat Duitsohe
troepen de Koeban bereikt hebben, deelt
het opperbevel der DuitsOhe weermacht
mede, dat de belangrijkste grondstoffen
van het Koébangébied petroleum, ijzererts
en cementmergel. zijn. De productie van
aardolie en de levensmiddelennijverheid
zijn de belangrijkste tak'kèn van industrie.
In de stad Worosjilofsk bevinden zich een
aantal belangrijke fabrieken, vooral op het
gebied van levensmiddelen- metaal- en
textielindustrie.
Vannacht hébben zich Britsche bommen
werpers in gering aantal boven West-
Du itsch gebied bevonden. Uitgeworpen
brisant- en brandbommen veroorzaakten
schade aan gebouwen in eenige plaatsen.
Volgens de voorloopige berichten is een
vijandelijke bommenwerper neergeschoten.
In denzelfden tijd ondernam een forma
tie Duitsohe 'gevechtsvliegtuigen doeltref
fende aanvallen op voor de oorlogvoering
belangrijke havenwerken en fabrieken
aan de Westkust van Groot-Brittanië.
BEKENDMAKING
's-GRAVENHAGE, 5 Augustus.'
Het bureau van den Weermachtsbevel
hebber in Nederland deelt mede:
De vele woorden, die op het oogen-
blik vooral in de vijandelijke propa
ganda gewijd worden aan de oprich
ting van een „tweede front" aan de
Europeesche Westkust en vermoedelijk
ook wel in Nederland, en de hiermede
door den vijand uitgesproken hoop, in
dat geval op steun van de bevolking
te kunnen rekenen, geven aanleiding,
om de Nedprlandsche bevolking op de
meest dringende wijze te waarschu
wen. Iedereen moet er zich van be
wust zijn, dat hij met zijn leven speelt,
"wanneer hij in geval van een vijande
lijke landingspoging de geringste po
ging zou wagen, den vijand te helpen
of hem ook slechts indirect te begunsti
gen. In aller herinnering zullen nog wel
leven de gebeurtenissen, die hebben
plaats gehad na het neerkomen van
Engelsche vliegers, die door de bevol
king van geld en kleeding zijn voor
zien, en verborgen gehouden werden,
en welke gebeurtenissen ten slotte tot
doodvonnissen tegen de betrokkenen
geleid hebben.
Wanneer ooit een Engelschman of
een zijner bondgenooten .Nederlandsch
grondgebied betreedt, hetzij aan de
kust of in het achterland, dan geldt er
voor de bevolking slechts één gebod:
iedereen blijve thuis en zoeke bij lucht-
gevaar, zoo mogelijk in schuilkelders
zelf, bescherming tegen de gevechts
handelingen. Wie de straat op gaat,
stelt zieh bloot aan het gevaar te wor
den doodgeschoten. Wie den vijand be
gunstigt, moet eveneens de gevolgen
daarvan dragen.
De ervaring leert, dat een dergelijke
waarschuwing nooit vroeg genoeg kan
worden verstrekt. Mocht het op Ne
derlandsch grondgebied tot gevechts
handelingen komen, dan zal de bevol
king door aanplakbiljetten, de radio of
op andere passende wijze nog nadere
nauwkeurige voorschriften verkrijgen
hoe zij zich zal hebben te gedragen.
Naar een crisis in Br. Indië
Te Berlijn heeft men gisteren op een des
betreffende vraag de opvatting te kennen
gegeven, dat de ontwikkeling in Britsch-
Indië in de richting van een openlijke cri
sis gaat. Naar Reuter uit Bombay meldt,
zou Gandhi zich bereid hebben verklaard
deel te nemen aan een door den liberalen
leider Saproe voorgestelde ronde-tafel
conferentie.
De Britsche berichtendienst publiceert
den tekst van het besluit, dat Gandhi aan
de werkcommissie van het Voor-Indische
Congres heeft voorgelegd. Gandhi zegt
daarin, dat de voorstellen van het Britsche
oorlogskabinet, die door sir Stafford Cripps
uiteengezet zijn, 'het Britsche imperialisme
als nooit te voren in al zijn naaktheid ont
huld hebben. De commissie is van meening,
dat Engeland niet in staat is Indië te ver
dedigen en dat er een eeuwige strijd tus-
schen de belangen van Indië en die van En
geland 'bestaat. Omdat Engeland jegens In
dië nog steeds een politiek van wantrouwen
voert, is er geen reden, waarom de verde
diging van Indië niet zou worden toever
trouwd aan de gekozen vertegenwoordigers
van Indië.
De deelneming van Indië aan den oor
log, aldus Gandhi, heeft, niet den steun der
Indische bevolking, maar is een zuiver
Britsche daad. Als Indië vrij wordt, zal
het waarschijnlijk zijn eerste stap .zijn met
Japan te onderhandelen. De commissie is
daarom van meening, dat de Engelséhen
zich uit Indië moeten terugtrekken. De
problemen der minderheden in Indië zijn
een werk der Britsche regeering en zij zou
den met de Engelschen verdwijnen.
Op grond van dit allés verzoekt de com
missie Engeland in het belang van zijn
eigen veiligheid, de veiligheid van Indië en
de zaak van den wereldvrede, Indië vrij te
laten, zelfs als Engeland geen afstand d'oet
van al zijn Aziatische en Afrikaansche be
zittingen.
De commissie wenscht het Japansche
volk en de Japansche regeering de verze
kering te geven, dat Indië geen vijandschap
tegen Japan of tegen een anderen staat
koestert.
Sir Stafford Cripps heeft gisteren vol
gens den BritsChen berichtendienst in het
Lagerhuis medegedeeld, dat de plaatsver
vangende minsterpresident, Attlee, een
verklaring wilde afleggen, die „het best in
een geheime zitting kon worden bekend
gemaakt". Vervolgens ging het Huis over
tot een geheime zitting, welke slechts kor
ten tijd duurde.
Na heropening der openbare zitting ver-
zodht de minister van binnenlandsche za
ken, Morrison, het Lagerhuis nog dien dag
in alle lezingen een wetontwerp goed te
keuren, dat de Amerikaansche autoriteiten
machtigt, alle misdrijven, die onder de le
den der Amerikaansche strijdkrachten in
het Vereenigd Koninkrijk mochten voor
komen, te berechten!
DE VERDEDIGING VAN DE
EUROPEESCHE KUST.
Eenige dagen geleden hébben de rijks
minister voor bewapening -en munitie,
Speer, en de commandant van de Lei'bstan-
darte „Adolf Hitier", de generaal der
Waffen-SS, Dietrich, vergezeld van den
marinébevelhebber, eenige der krachtigste
versterkingswerken bezocht, die tot ver
dediging vaji de kust van het Europeesche
vasteland zijn aangelegd, zoo verneemt het
D.N.B. van militaire zijde.
Beveiligd door onvernielbaar schijnende
ringkazematten met meterdikke wanden
van gewapend beton, omgeven door een
kring van batterijen tot beschieting van
kleine doelen op zee en vijandelijke vlieg
tuigen, staan de stukken der batterijen
verdragend geschut. Voor en achter deze
reusachtige stukken geschut rijt zich bat
terij aan batterij. Uit de lucht, van land
noch van zee uit, is iets opvallends te zien.
Er is echter geen doode hoek, de draag
wijdte der stukken van de eene batterij
doorsnijdt die van de volgende. De aanval
ler kan landen, waar hij wil, hij wordt in
elk geval gepakt: allereerst door de mijn-
versperringen op zee, door de zoeklichten
en het vuur der zwaarste, zware, middel
zware en lichtere marine artillerie. Zou
het afzonderlijken aanvallers toch nog ge
lukken er door te komen, dan wachten
nieuwe wapens en afweermaatregeien op
hen: landmijnen, zwaar gebetonneerde ma
chinegeweernesten, prikkeldraadversper
ringen en vervolgens handgranaten, vlam
menwerpers en handvuurwapens. Voor het
geval de aanvaller er de voorkeur aan
mocht geven troepen uit de lucht te lan
den, zijn de versterkingswerken in staat
naar voren, naar achteren, naar links en
naar rechts gelijktijdig aanvallen van aller
lei aard af te slaan. Onmiddellijk achter
de versterkingswerken der marine begin
nen de diepe verdedigingslinies van het
leger en de luchtmacht.
Midden in een geweldige operatie is ge
neraal majoor Julius von Bernuth als chef
van den generalen staf van een pantser-
leger gesneuveld. Hij is van een vlucht
naar een ver in den rug van den vijand
opgerukt pantsercorps, dat hij persoonlijk
een belangrijk bevel wilde brengen, niet
teruggekeerd. Dagenlang bleven alle na
sporingen vergeefsCh, tot eindelijk in de\
eindelooze verte van het Zuid-Russische
land Duitsche soldaten den dooden com
mandant met zijn piloot naast de verplet
terde machine vonden. Hij moest ter uit
voering van zijn opdracht over een gebied
vliegen, waar op dien dag nog gestreden
werd en waarboven nog vijandelijke vlieg
tuigen cirkelden. Als schitterend voorbeeld
staat hij voor zijn soldaten: een krachtige
persoonlijkheid, die allen boeide, een sol
daat uit roeping, die trotsdh de „bloed-
orde" droeg, een generaal, die zich reeds in
den Poolschen veldtocht had onderschei
den, in Frankrijk door zijn daperheid het
ridderkruis verwierf en in den Russischen
winter in een der belangrijkste sectoren
van het geheele Oostelijke front op een
verantwoordelijke post streed, en die thans
op het groote offensief in het Zuiden al«|{
eerste adviseur den opperbevelhebber van
een pantserleger ter zijde stond.
IN EEN PAAR REGELS
De admiraliteit der Ver. Staten maakt
bekend, dat vier schepen verloren zijn ge
gaan. Twee der door duikbooten tot zin
ken gébrachte schepen waren Amerikanen
en de beide anderen van Engelsche en-
Noorsche nationaliteit.
De plaatselijke legerinstanties te Bal-
timore (Ver. Staten) hebben volgens den
Engelséhen nieuwsdienst verklaard, dat tot
dusver alle berichten over landingen van
parachutisten in Pennsylvania, Maryland
en Virginia onjuist zijn.
Ter gelegenheid van den 450sten ver
jaardag van het vertrek van Columbus^uit
de haven van Palos heeft de Spaansche
ambassadeur den Argentijnschen presi
dent Castillo een schrijven van generaal
Franco en een kunstig model van het kar
veel van Columibus,de „Santa Maria", als
geschenk aan het Argentijnsche volk over
handigd.
Naar gemeld wordt is tusschen Gross-
wardein en Klausenburg, bij Varsonkolyos,
(Hongarije) een grot ontdekt, die naar ge
zegd wordt, grooter is dan de druipsteen
grot van Aggteck. Het zou een der groot
ste grotten ter wereld zijn.
Overbrenging van bevelen voor de
luchtafweer. Verdekt opgesteld neemt
een radio-afdeeling berichten In ont
vangst en geeft ze door
Deutscher Verlag-Recla-PK Seldat-
Pax Holland m
Europa en Groot-Oost-Aziê
HET HANDELSVERKEER TUSSCHEN
GROOTE RUIMTEN.
Het Deutsche Institut für Wirt-
schaftsforschung heeft zijn jongste
halfjaarlijksche bericht aan de eco
nomische structuur van Zuid-Oost-
Azië gewijd. In het bijzonder wor
den de problemen, die de Japansche
machtsuitbreiding in dit gebied
stelt, uitvoerig besproken.
Een half jaar oorlog in den Stillen
Oceaan heeft de machtsverhoudingen in
Zuid-Oost-Azië grondig gewijzigd. Japan
heeft een der rijkste gebieden ter wereld
onder zijn controle gebracht. In de Philip-
pijnen, Britsch-Borneo, Ned.-Indië en Bir
ma heeft het koloniale bestuur zich ver
geefs met wapengeweld tegen dezen gar.g
van zaken verzet. Thailand en Indo-China
verklaarden zich uit eigen beweging be
reid tot samenwerking. Geheel Zuid-Oost-
Azië behoort thans tot de „Groot-Aziati
sche welvaartssfeer", die Japan als leidende
mogendheid tot stand wil brengen.
De herordening der wereld volgens het
beginsel der groote ruimten is nog een jong
begrip. Eerst de practijk zal een afdoende
oplossing kunnen geven van vele vraag
stukken, waarvoor thans nog vergeefs een
antwoord gevraagd wordt. Vooral geldt dit
voor de onderlinge betrekkingen tusschen
de groote ruimten. En wat handels- en
scheepvaartkringen in Nederland bijzonder
interesseert: zal er een levendig handels
verkeer tusschen de groote ruimten, tus
schen Europa en Groot-Oost-Azië, bestaan?
De Duitsche beschouwing behandelt deze
kwestie uitvoerig en legt den nadruk op
het overschot aan grondstoffen in Zuid-
Oost-Azië De grondstoffenproductie van dit
gebied heeft zich tot nu toe uitsluitend naar
de behoefte der wereldmarkt gericht en is
vrfj eenzijdig. In 1938 werd de uitvoer voor
een vierde deel door rubber gevormd, ter
wijl de helft uit zes productengroepen, n.l.
aardolie, rijst, tin, suiker, copra en thee
bestond. Verder was dit gebied een belang
rijke leverancier van specerijen en wolfram
en bezat het voor hennep, kinine en kapok
een monopoliepositie.
De veeteelt daarentegen is van gering
belang. Ook aan de voortbrenging van
grondstoffen voor de textielindustrie als
wol en katoen is weinig aandacht geschon
ken.
Nu Zuid-Oost-Azië deze grondstoffen
niet meer naar de geheele wereld kan uit
voeren, bestaat hiervan een aanzienlijk
overschot. Vooral geldt dit voor tin, rub
ber, suiker en hennep en in nog sterkere
mate voor olievruchten en thee, die reeds
in het yenblok, zooals Japan. Mantsjoekwo
en Noord-China als kernstuk van Groot-
Oost-Azië genoemd worden, tot de over
schotproducten behooren. Uiteraard zal de
behoefte van Japan aan deze producten toe
nemen. Verder zullen zij als vervangings
middelen voor ontbrekende grondstoffen
gebruikt worden, zooals hennep voor ju^
en tin voor andere metalen. Ook kan door
wijziging van den verbouw b.v. een vervan
ging van de suikerteelt door die van katoen
tot oplossing van het probleem bijgedragen
worden.
Indien echter niet tot zeer drastische pro
ductiebeperking met al haar gevolgen wordt
overgegaan, zal een aanzienlijk overschot
blijven bestaan. Dit overschot, zoo betoogt
men van Duitsche zijde, is Japan alleszins
bereid naar de Europeesche industriesta
ten uit te voeren. Leidende persoonlijkhe
den hebben hierop herhaaldelijk gewezen
en ook het feit, dat reeds groote voorraden
worden opgeslagen, wijst in de^e richting.
Europa echter zal na den oorlog op zijn
beurt in ruil goederen aan Groot-Oost-Azië
kunnen leveren. Vóór den oorlog overtrof
de invoer van machines, schepen en chemi
sche producten in het Verre Oosten in be
langrijke mate de eigen productie van het
yenblok. Deze invoer had voornamelijk uit
Europa plaats. Ook wat deze zijde van het
ruilverkeer betreft, hee# Japan verzekerd,
dat medewerking van het nieuwe Europa
bfj de ontsluiting van de veroverde gebie
den gaarne aanvaard wordt.
Aldus geeft het Deutsche Institut für
Wirtschaftsforschung 2ijn zienswijze op het
toekomstig handelsverkeer tusschen Europa
en Groot-Oost-Azië weer. Deze komt uit
een land, dat bij de ordening van de Euro
peesche ruimte een leidende rol speelt en
heeft voor Nederland bijzondere beteekenis.
Onze ligging en plaats in de internationale
scheepvaart en handel geven reden tot de
veronderstelling, dat ons land inleen der
gelijke uitwisseling van producten een ac
tief aandeel kan nemen. Voorloopig moet
dit toekomstbeeld nog tot de vrome wen-
schen behooren. Nog is de herordening van
de wereld in vollen gang en verhindert de
oorlog een vreedzaam handelsverkeer.
Maar het feit, dat de economische betrek
kingen tusschen de groote ruimten reeds
thans het onderwerp van diepgaande be
schouwing blijken te zijn, is voor Neder
land een verheugend verschijnsel. (V.P.B.).
BEROEP.
Op mijn persoonsbewijs staat wat en
op het uwe staat wat. Op onze per
soonsbewijzen staat vermeld, waaraan
ons leven zijn waarde hier ontleent,
wat wij bijdragen in het arbeidsproces,
kortom welke positie wij in het dage-
lij'ksCh leven bekleed en. En dat is eer
vol. Op mijn persoonsbewijs staat jour
nalist Op het uwe misschien bankdirec
teur, ijscoventer, veilingbediende of
ambtenaar. Dat is allemaal niet minder
eervol. Maar in al onze functies en ge
wichtigheid is door den oorlog zoo'n
béetje dé 'klad gekomen. De productie
is schaarsch en er is niet zooveel meer
te verhandelen als vroeger, het papier
is séhaarsch en er valt niet zooveel
meer te schrijven. Maar onze functie
staat op ons persoonsbewijs, onze rust
en onze vrije tijd niet. En als ik mij af
vraag, wie er heden ten dage het hardst
werken, van wie er het meest wprdt ge-
eischt, wie de meeste en grootste offers
brengen, dan moet ik onomwonden ver
klaren, dat'het de huismoeders zijn, die
dag-in dag-uit zwoegen om van niets
iets te malken. Die water over de spij
zen uitgieten en het wordt de fijnste
jus. Die van gordijnen warme kleeding
en van afgedankte kleedingstukken
weer gordijnen ma'ken. Die onze kinde
ren voeden en verzorgen. Die honderd
duizend wonderen doen en dan nog tijd
overhouden om het tihuis netjes en ge
zellig te maken, als wij „vermoeid"
thuis komen. En op haar persoonsbewijs
staat niet het edel werk van haar arbeid.
Daar staat: zonder beroep. Wij zouden
er een hartje op kunnen zetten of een
voudig: heldin.
BINNENLAND
NIEUWE BESTUURSINDEELING
OP JAVA.
De Japansche militaire autoriteiten heb
ben op Java een nieuwe bestuürsindeeling
ingevoerd. Volgens deze nieuwe indeeling
worden de z.g. Oostelijke, centrale en Wes
telijke provincies, zooals zij onder Neder
landsch 'bestuur stonden, opgeheven. Java
en Madoera worden thans verdeeld in de
gebieden Djokjakarta en Soerakarta, als
mede in 17 provincies en een district Ba
tavia. Elk der provincies is onderverdeeld
in prefecturen, districten, steden en dor
pen. Zooveel mogelijk zullen de oude be-
stuursbepalingen bestaan blijven. Voor de
acht provincies van Sumatra hébben de Ja
pansche militaire autoriteiten aldaar Ja
pansche gouverneurs benoemd.
Verbod tot houden van duiven
In het Verordeningenblad is opgenomen
een verordening van den Rijkscommissaris
voor het. bezette Nederlandsche gebied,
houdende, verbod tot het houden van dui
ven.
Hij die duiven houdt, moet deze binnen
een week slachten, de pooten, waaraan een
ring is bevestigd bij den burgemeester in
leveren en zijn slag onverwijld sluiten,
waarna de burgemeester de slagen verze
gelt en onderzoekt of de ringen van alle
ten gemeentehuize geregistreerde duiven
zijn ingeleverd.
De in- en uitvoer van duiven is verboden
Hij, bij wien een duif binnenvliegt of die
op andere \yijze een duif daadwerkelijk in
zijn bezit krijgt, moet deze met de zich bij
de duif bevindende berichtkokers en mede-
deelingen aan den dichtstbijzijnden burge
meester afgeven. Pootringen en dergelijke-
mogen niet worden afgenomen.
De burgemeester dient er voor zorg te
dragen, dat duiven zonder eigenaars of ver
wilderde duiven onverwijld worden gedood
Hij, die opzettelijk of door zijn schuld
in strijd handelt met een bepaling van deze
verordening, wordt gestraft met gevan
genisstraf van ten minste drie maanden,
doch ten hoogste van vijf jaar; in bijzonder
ernstige gevallen kan tuchthuisstraf van
ten minste een jaar, doch van ten hoogste
vijftien jaren worden opgelegd.
Hij, die kennis krijgt van het ongeoor
loofde houden van duiven en zulks niet on
verwijld aan den burgemeester aangeeft,
wordt gestraft met gevangenisstraf van ten
hoogste vijf jaren.
De bepalingen van deze verordening zijn
niet van toepassing ten aanzien van:
a. Duiven, welke door de Duitsche weer
macht worden gebruikt of in beslag zijn
genomen;
b. Duiven, welke door den Rijkscommis
saris (Commissaris-Generaal voor financiën
en economische zaken) wegens haar bijzon
dere fokwaarde zijn vrijgesteld en met be
trekking tot welke de aan de vrijstelling
verbonden voorwaarden worden nage
komen.
c. Duiven, welke in dierentuinen worden
gehouden, op een zoodanige wijze, dat zij
niet kunnen wegvliegen.
d. Lachduiven, welke in afzonderlijke
kooien worden gehouden.
Deze verordening treedt in werking op
Vrijdag 7 Augustus, op welken datum de
verordening 140/1941 betreffende het hou
den van duiven buiten werking treedt.
Intrekking besluit waardevermeerderings
belasting. Bij besluit van den Secretaris-
Generaal van het Departement van Finan
ciën is te rekenen v?n 7 Mei j.l. ingetrok
ken het besluit op de waardevermeerde
ringsbelasting 1940 met de bepalingen ter
uitvoering daarvan. Dit geldt niet voor de
dan reeds verschuldigde belasting en be
gane strafbare feiten.
Prijzenbeschikking 1942 zoetwatervisch.
In de staatscourant van 4 Augustus 1942
is opgenomen de prijzenbeschikking 1942
zoetwatervisch, welke met ingang van 5
Augustus 1942 in werking treedt en waarin
in tegenstelling met de prijzenbeschikking
1941 voor zoetwatervisch, de bepaling is
opgenomen betreffende de doorberekening
van transportkosten, indien meer dan een
groothandelaar in het distributieproces is
ingeschakeld. De tweede groothandelaar
mag de transportkosten van den eersten
groothandelaar af naar den kleinhandelaar,
aan laatstgenoemden in rekening brengen.
Met het geval van den rooker. die versche
aal en paling al dan niet via den afslag be
trekt en deze aal en paling gerookt of ge
stoomd via den groothandelaar aan den
kleinhandelaar verkoopt, is/rekening ge
houden. Voor den rooker tevens kleinhan
delaar is een regeling getroffen.