Zware slagen in de Middeiiandsche Zee fMomentje v WOENSDAG 17 JUNI 1942 33ste Jaargang No. 10278 Sfe. Ccid&eheSoti/ïo/nt Bureaux: Papengracht 32 - Giro 103003 B A/IRI H I/O A D I JP I H ITIVI I? M ffc H>f CTD L 1/ L \T C. IVL van Hamersveld, Directeur. Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935 U/lilDLAU VUUK LIlIÜ iLlM Ej IaI U JVI d 1 K L II L Hl wilmer> Hoofdredacteur. Twee sterke convooien uiteengeslagen EXTRA BERICHT VAN HET DIHTSCHE HOOFDKWARTIER. Het opperbevel der Duitsche weermacht maakt het volgende extra-bericht bekend: Op de Middeiiandsche Zee hebben for maties van het Duitsche luchtwapen en eenheden der Duitsche marine in samen werking met Italiaansche lucht- en zee strijdkrachten de Britsche vloot en de vij andelijke ravitailleeringsscheepvaart zware slagen toegebracht. Behalve de reeds gemelde Italiaansche groote successen tegen het van den Atlan- tischen Oceaan komende convooi, is een van Alexandrië komend en door sterke vlootstrijdkrachten beveiligd Britsch con vooi uiteengeslagen. In den tijd van 13 tot 15 Juni werden hierbij door Duitsche lucht en zeestrijdkrachten 4 kruisers en torpedo- bootjagers, 2 bewakingsvaartuigen en 6 koopvaarders met tezamen een inhoud van 56.000 brt. in den grond geboord. Boven dien werden 1 torpedobootjager en 8 koop vaarders door torpedo's getroffen, in brand geworpen of zoo zwaar beschadigd, dat aangenomen kan worden, dat zij verloren zijn. Nog 6 oorlogsschepen en 6 koopvaar ders kregen bom- of torpedotreffers. Van de ter beveiliging van het convooi opgestegen vijandelijke jagers werden er 33 bij luchtgevechten neereschoten. 10 Duitsche vliegtuigen gingen verloren. De resten van het convooi werden gedwongen terug te keeren. Het succes is mede behaald door de duik boot van den luitenant ter zee le klasse' Reschke, die een Britschen kruiser in den grond heeft geboord. HET ITALIAANSCHE WEERMACHTSBERICHT. Het Italiaansche weermachtsbericht van gisternamiddag luidt als volgt: Na de in het extrabericht gemelde suc cesvolle actie in de Marmarische woestijn zetten de Italiaansche en Duitsche troepen hün operaties met goed resultaat voort. De stellingen van Ain el Gazala werden bereikt en gepasseerd. De luchtmacht van de Asmogendheden, die zonder verzet te ontmoeten het luchtruim van den veldslag beheerscht, ondersteunde zonder ophouden de actie te land. Vijandelijke colonnes, die op den aftocht waren, werden onder ma chinegeweervuur genomen en verstrooid. Vele honderden automobielen werden ver nield of onbruikbaar gemaakt, batterijen werden tot zwijgen gebracht. Op 14 en 15 Juli verloor de Britsche luchtmacht in to taal 20 vliegtuigen. Vijf van onze toestellen zyn niet teruggekeerd. Aan den grooten lucht- en zeeslag, die gisteravond in de Middeiiandsche Zee be ëindigd werd, heeft de marine met haar strijdkrachten een zeer groot aandeel ge had. Sinds haar vertrek werden de beide groote vijandelijke konvooien, die van het Oosten en het Westen kwamen, door onze duikbooten waargenomen ?n aangevallen, die twee eenheden van het van Gibraltar uitloopende eskader torpedeerden. Op den ochtend van 15 Juni heeft de zevende vloot divisie, bestaande uit twee lichte kruisers en vijf torpedojagers, het van Gibraltar naar Malta onderweg zijnde konvooi hevig aangevallen. Hoewel dit in de meerderheid was en bestond uit twee kruisers en min stens 12 torpedojagers, trok het zich terug, verspreidde zich en hulde zich in nevel. In het hierop zich afspelende gevecht op kor ten afstand werd een kruiser getorpedeerd en zonk onder het geconcentreerde vuur van de „Eugenio di Savoya" en van de „Montecuccoli". Twee torpedojagers werden door onze marinevaartuigen getorpedeerd. Onze een heden zetten onder voortdurende vruchte- looze vijandelijke luchtaanvallen den ge- heelen dag de actie tegen de vijandelijke eenheid voort en brachten door artillerie- treffers nog een torpedojager tot zinken. De luchtmacht van de Asmogendheden nam aan den strijd deel en decimeerde het con vooi. Vier schepen werden in brand ge schoten en tot zinken gebracht, een tank boot geraakte in brand. Het andere, van Alexandrië komende groote vijandelijke konvooi werd door bommenwerpers en tor- pedovliegtuigen van de steunpunten in Noord-Afrika en in de Aegeische Zee aan gevallen. Een torpedojager werd tot zinken gebracht, zes eenheden werden getroffen. In luchtgevechten werd een Spitfire neer gehaald. Een van onze vliegtuigen keerde niet terug. In de zeegevechten ten Oosten en ten Westen van Malta verloren wij een zwaren kruiser, die door een luchttorpedo en ver volgens door een duikboottorpedo getrof fen werd, terwijl een zwaar beschadigde torpedoboot een Italiaansche haven wist te bereiken. Een eroot deel van de beman ningen werd gered. Volgens later nog ontvangen berichten zijn de verliezen van de Engelsche vlieg tuigen bij de operaties op 14 Juni in het Westelijke bekken van de Middeiiandsche Zee tot 27 gestegen. Nog 19 andere machi nes werden den zelfden dag vernietigd. In de Zwarte Zee brachten Italiaansche „mas" (motortorpedobooten) een bolsjewistische duikboot tot zinken. SUCCESVOLLE VERRASSENDE AANVALLEN. Inzake de reeds gemelde aanvallen van Italiaansche lucht- en zeestrijdkrachten op de beide Engelsche convooien in de Mid deiiandsche Zee wordt van toonaangeven de Italiaansche zijde nog het volgende me degedeeld: De beide Engelsche convooien, die op 13 Juni Alexandrië en Gibraltar verlieten, werden onmiddellijk bij het begin van de reis door duikbooten waargenomen en aan gevallen. Twee eenheden van het Britsche convooi, dat Gibraltar had verlaten, wer den door torpedo's van de Italiaansche duikbooten getroffen. De zevende Italiaan sche vlootdivisie, bestaande uit twee lichte kruisers en vijf torpedojagers, kon in suc cesvolle verrassende aanvallen op 15 Juni des ochtends ten Zuiden van Pantelleria het gros van het convooi naar Malta aan vallen. Het vijandelijke convooi, bestaande uit twee kruisers en 12 torpedojagers, wendde den steven en probeerde een rook gordijn te leggen. In den loop van het ge vecht werd een vijandelijke kruiser door het geconcentreerd vuur van de „Eugenio di Savoya" en van de „Montecuccoli" zwaar getroffen en ontplofte. Twee torpe dobooten werden eveneens zwaar getrof fen. Een vijandelijke kruiser en een tor pedoboot werden door Italiaansche jagers getorpedeerd. De Italiaansche vlootdivisie zette den geheelen dag, in weerwil van de vijande lijke luchtaanvallen, den strijd tegen het vijandelijke convooi voort en bracht door artillerievuur een vijandelijken torpedoja ger tot zinken, terwijl het vijandelijke con vooi, door de luchtmacht van de Spilmo- gendheden werd aangevallen en gedeci meerd. Vier vijandelijke schepen werden tot zinken gebracht of in brand geschoten. Ook een vijandelijk tankschip werd in brand geschoten. Van het sterke vijandelijke convooi, dat Gibraltar had verlaten en bestond uit een slagschip, twee vliegtuigmoederschepen, 5 kruisers, 20 torpedojagers en andere kleine eenheden, 6 transportschepen en een tank schip, slaagden er slechts enkele eenheden in naar Malta te vluchten. In het Oostelijke deel van de Middei iandsche Zee heeft een vrij sterke Italiaan sche vlootformatie het vijandelijke convooi, dat op 13 Juni Alexandrië had verlaten en bestond uit 52 eenheden van verschillende klassen, waaronder waarschijnlijk een Ame- rikaansch slagschip, 8 kruisers, kleine ver gezellende vaartuigen en 11 transportsche pen, verhinderd de reis naar Malta voort te zetten. In de wateren van Kreta verander de het vijandelijke convooi van koers en probeerde naar zijn uitgangspunt terug te keeren. Het gelukte echter niet de aanval len van de Italiaansche luchtmacht en duik booten te ontwijken, die het convooi zware schade toebrachten. Het doel van de beide Britsche convooien was onder alle omstandigheden het Brit sche steunpunt Malta te versterken. DE RUYTER-TENTOON- STELLING Herinnering aan de tocht van de Nederlandsche vloot naar Chatham De secretaris-generaal van het departe ment van Volksvoorlichting en Kunsten zal op 19 Juni a.s. in het rijiksmuseum te Amsterdam op plechtige wijze een de Ruy- tertentoonstelling openen. De opening op dezen datum is geen toe val, maar houdt verband met de herden king van een bijzondere gebeurtenis, die een hoogtepunt beteekent, niet alleen in de schitterende loopbaan van de Ruyter als bevelhebber van onze vloot, maar te vens in de geschiedenis van Nederland als zeevarend volk en als groote mogendheid. Immers het is op 19 Juni a.s. precies 275 jaar geleden, dat de Nederlandsche vloot onder de leiding van haar grooten admi raal den beroemden tocht naar Chatham heeft ondernomen en deze in de geschiede nis unieke prestatie tot een succesvol ein de heeft gebracht. Van deze gebeurtenis is het, dat een on zer bekende historici terecht opmerkt: „Nooit is de Nederlandsche staat aan de wereld machtiger versohenen dan in den tocht naar Chatham". Wat was voor de Nederlandsche staatslie den, die over het algemeen ook in de tijden van onze grootste machtsuitbreiding een voorzichtige politiek voerden, aanleiding om op eens over te gaan tot een zoo agressieve oorlogshandeling, die eener- zijds onze vloot aan groote risico's bloot stelde, anderzijds echter juist door haat gedurfdheid en door haar voor den vijand volkomen verrassend element in geval van succes een buitengewoon sterken en ge slaagden zet op het politieke schaakbord was? In dit verband moeten wij ons den toe stand waarin de republiek bij het begin van het jaar 1667 verkeerde, realiseeren. In 1665 was de tweede Engelsche oorlog uitgebroken, toen Engeland het oogenblik gunstig achtte om den lastigen en succes vollen mededinger op zee definitief als ma ritieme mogendheid uit te schakelen, het geen in den eersten Engelschen oorlog nog niet gelukt was. Het begin van den oor log scheen deze hoop te verwezenlijken, toen de Nederlandsche vloot onder van Wassenaar van Obdam bij Lowestoff een zware nederlaag leed. In het volgende jaar echter, toen de Ruyter de leiding der vloot in handen had, verbeterde de toestand be langrijk in den vierdaagsche zeeslag be haalde hij een schitterende overwinning, die de nederlaag van Lowestoff weer goed maakte. Onder den indruk van deze gebeurtenis sen begon in Engeland langzamerhand de behoefte naar beëindiging van den zoo weinig succesvollen oorlog te groeien. Zoo kwamen de vredesonderhandelaars in Breda bijeen, maar het bleek niet mo gelijk om tot overeensteming te komen, want Engeland wilde vasthouden aan de voor dat land zoo voordeelige bepalingen van den vrede van Westminster, die den eersten Engelschen oorlog beëindigd had. Maar door de successen, die onze vloot on der de Ruyter in dezen tweeden oorlog had weten te behalen, was de raadspensionaris de Witt uit den aard der zaak niet genegen op deze basis vrede te sluiten. Daarom trachtten de Engelsche onder handelaars tijd te winnen, te meer aange zien de positie van de republiek op inter nationaal gebied geleidelijk aan moeilijker begon te worden, daar de verhouding met Frankrijk minder goed werd. De gebeurte nissen, die 5 jaren later, in het rampjaar 1672, werkelijkheid zouden worden, wier pen hun schaduwen al vooruit. Onder deze omstandigheden was het duidelijk, dat de Witt een spoedig einde van dezen oorlog wenschte en daarom een vrede moest forceeren. Zoo rijpte bij hem het plan voor den tocht naar Chatham. De Ruyter heeft met aarzeling de op dracht voor deze expeditie aanvaard. Als strateeg zag hij beter dan Johan de Witt de gevaren, waaraan de vloot bij een zoo gewaagde onderneming bloot stond en de risico's die hij liep. Maar nadat het bevel Het Britsch-Bolsfewislisctie verdrag GEHEIME AANVULLENDE OVEREENKOMSTEN? Het feit, dat niet alleen door de publici teit van de mogendheden, aangesloten bij het pact van Drie, doch ook door de pers van het neutrale buitenland steeds meer getwijfeld wordt aan het onschuldige uiter lijk van het nieuwe Britsch-Bolsjewistische noodverdrag en dat in dit verband geheel openlijk wordt gesproken van geheime aanvullende overeenkomsten tussohen Londen en Moskou, is, naar de opvatting van politieke kringen te Berlijn voor de officieele Britsche instanties klaarblijke lijk aanleiding geweest om te verklaren, dat in het nieuwe Britsch-Bolsjewistische verdrag voor geen van beide partners eeni- gerlei geheime verplichtingen of beloften voorkomen. In de Wilhelmsstrasse achtte men het in het geheel niet noodzakelijk, dat in de geheime clausules van het ver drag voor Engelland een verplichting van den een of anderen soort voorkomt, doch men achtte het geheel voldoende, wanneer de beide verdragsluitende partijen over eengekomen zijn, dat een of ander punt van het verdrag op een bepaalde wijze moet worden uitgelegd. BRITSCHE VLIEGTUIGEN BOVEN WEST-DUITSCHLAND. Bij storingsvluchtën boven West- en Zuidwest-Duitschland hebben Britsche vliegtuigen op verscheidene plaatsen bom- ontvangen was, heeft hij de leiding in han den genomen en de onderneming met de meesterschap, die stoutmoedigheid met voorzichtigheid paarde, en die alleen hem eigen was, uitgevoerd. In het diepste geheim werd een machtige vloot van 80 oorlogschepen en 20 branders met 3300 kanonnen en 18.500 matrozen en soldaten verzameld. Op 17 Juni venschegn de vloot voor de Theemsmonding, die zij volledig afsloot, zoodat van zee-uit geen EngelsCh schip meer naar de bedreigde hoofdstad kon doordringen. Daarop gaf de Ruyter op 19 Juni aan vice-admiraal van Ghent het be vel met zijn lichtere schepen de Medway op te varen. Daar immers bevond zich de veilige oorlogshaven, waar de grootste Engelsche oorlogsschepen een naar Engel sche meening volkomen veilige schuil plaats hadden. Men moet zich wel realiseeren, welk een gedurfde onderneming het was om met een vloot op een betrekkelijk smalle rivier het land van den vijand binnen te dringen, terwijl de Engelsche landmacht aan de oevers daarvan verzameld weid. Van Ghent en zijn mannen hebben met buitengewone dapperheid en stoutmoedig heid hun opdracht ten uitvoer gebracht. Want de toegang tot de Medway was met alle middelen, die de toenmalige krijgswe tenschap kende, verdedigd. Het fort Sheer- ness beheerschte met zijn kanonnen den ingang, die bovendien door zware kettin gen was afgesloten. Met volle overgave, die voortkwam uit den diepen haat, dien de Nederlanders tegen hun aartsvijand voelden, gingen zij tot den aanval over. Troepen gingen bij Sheerness aan land, be stormden het fort en vernielden het. De ketting, die de riviermonding afsloot, werd stuk gezeild. Tevergeefs trachtten de En gelschen, door een deel van hun eigen sche pen te laten zinken aan de Hollanders den verderen toegang te beletten. Recht gaan deze op hun doel af, hooger de rivier op, waarheen de groote Engelsche oorlogssche pen zich teruggetrokken hebben, om aan de opdringende Hollanders te ontkomen. Terwijl de strijd zijn hoogtepunt nadert, komt de Ruyter zjelf aan en neemt de lei ding in handen. Zelf springt hij in een sloep, om zijn mannen aain te sporen. Brandend verzinken de Engelsche sche pen in het water. Zes groote oorlogssche pen werden vernield, terwijl de Engel schen zelf 12 van hun eigen schepen tot zinken brengen. De 2 grootste schepen, het admiraalsschip „Royal Charles" en de „Unity" ontsnapten aan dit lot, echter om als buit in triomf naar Nederland te wor den gebracht. Als een blijvende herinnering aan dit trotsche feit bewaart het rijksmu seum een groot stuk houtsnij werk met het wapen van Engeland, een deel van den spiegel van de „Royal Charles". De geheele onderneming, die onder den naam „de tocht n5ar Chatham" in de ge schiedenis bekend is, heeft acht dagen ge duurd, een week, waarin de Engelsche hoofdstad in paniekstemming verkeerde en met de bezetting van Londen door de Ne derlanders ernstig rekening hield. De Ruyter heeft de onderneming niet zoover uitgestrekt het succes was groot genoeg en hij wenschte dit niet door een nog riskanter actie in gevaar te brengen. De indruk in Engeland was zoodanig, dat de onderhandelaars in Breda opdracht ont vingen vrede te sluiten. Dat het vredesverdrag van Breda niet zoo gunstig was, als men van het voor ons zoo succesvolle verloop van den oorlog zou verwachten, lag aan de toen reeds drei gende houding van Frankrijk. Dat nood zaakte de Witt tot een spoedigen vrede. Tegenover belangrijke handlelsvoordeelen en de erkenning van ons bezit in Suriname, ging onze nederzetting in Noord-Amerika, Nieuw-Amsterdam (het tegenwoordige New York) verloren. Tegen de dreigende alliantie van Frank rijk en Engeland was Nederland alleen niet sterk genoeg om de vruchten van de overwinningen, die het genie van de Ruy ter bevochten had, te plukken. De aangewezen bondgenoot van Neder land in dezen strijd, het Duitsche Rijk, was door een dertig jarigen oorlog zoo ver zwakt, en verdeeld, dat het niet in staat was zijn invloed ten voordeele van ons land te laten gelden. men laten vallen. Volgens de tot dusverre ontvangen berichten zijn daarbij 7 der aan vallende bommenwerpers door nachtjagers neergeschoten. DE STRIJD OP DE KRIM. Naar het opperbevel der Duitsche weer macht meedeelt, hebben de bolsjewisten, behalve de drie reeds gemelde landingspo gingen, nog een poging gedaan in den af- geloopen nacht aan de kust van het schier eiland Kertsj om met zes booten aan land te komen. Voor de bolsjewisten vasten voet konden krijgen, werden vijf booten door het terstond ingezette vuur gedwon gen den steven te wenden, de zesde boot werd met de bemanning tot zinken ge bracht. DE GEALLIEERDE SCHEEPSVERLIEZEN Het Amerikaansche departement van marine heeft medegedeeld, dat vijandelijke duikbooten op den Atlantischen Oceaan en in de Caribische Zee weer 6 koopvaar dijschepen tot zinken hebben gebracht. Drie dezer schepen waren Amerikaansche, de andere voeren onder Engelsche, Noor- sche en Panameesche vlag. OVEREENSTEMMING AZAD-NEHROE- G AND HL De conferentie tusschen den voorzitter van het Congres, Aboel Kalam Azad, den leider van het Congres, Pandit Nehroe en den mahatma Gandhi te Wardha is geëin- VITAMINEN. Het lijkt erop of de vitaminen wat uit de mode zijn geraakt. Je hoort er _niet zooveel meer van. Iedereen, die "je spreekt heeft het nu over de aard appelen, de bruine boonen, over regen en zonneschijn. Zij kijken beangstigd naar de lucht, als het wel regent, als het niet regent en als de zon schijnt, juist alsof je bruine boonen met re gen zou kunnen eten in plaats van met spek en gebakken uitjes. Maar het lijkt mij toch een heele toer alle vitaminen, die vroeger in het spekvet zaten nu in je bruine boonen mee te laten groeien. Misschien kunnen de zon en de regen daar iets aan doen. Ziet, ik geloof daar niet in. Regen en zon waren er vroeger ook en men kan van de zon moeilijk verlangen, dat zij een beetje anders gaat schij nen met het oog op de bruine boonen vitaminen, omdat het spek eraan ont breekt. De aardappelen vragen weer andere vitaminen en zouden dus een andere bestraling noodig hebben. Mis schien weet mijnheer Philips er iets op te vinden. Maar achteraf bedenk ik, dat er tegenwoordig in die kleine ad vertenties in de bladen zooveel wordt aangeboden. Zou er niemand zijn, die nog wat achterstallige vitaminen heeft staan? HERHALING RADIOPRAATJE VAN MAX BLOKZIJL De persdienst van den Nederlandschen Omroep meldt: Hedenavond zal van 20.4521.00 uur over den zender Hilversum II het radio praatje van Max Blokzijl, dat Maandag avond wegens een technische storing niet in zijn geheel kon worden uitgezonden, worden herhaald. digd met een volledige overeenstemming tussohen deze drie Indische leiders in de kwestie van de maatregelen, welke geno men moeten worden ten aanzien van de in Indië aanwezige Engelsche en Amerikaan sche troepen. De werkcommissie van het Indische Nationale Congres zal op 4 Juli te Wardha bijeenkomen, om bijzonderheden te bespreken. ZWEEDSCHE KONING 84 JAAR. Koning Gustaaf van Zweden heeft giste ren bij goede gezondheid zijn 84en verjaar dag gevierd. De koninig bracht den dag door op het kasteel Tullgarn. GROOTE BRAND TE VILLAR FORMOSO Dinsdag zijn door een grooten brand m een pakhuis bij het Portugeesdhe grens station Villar Formoso in korten tijd meer dan 100 ton goederen verloren gegaan. De bestrijding van het vuur was door het ge brek aan geschikte bluschapparaten bui tengewoon moeilijk. De verbrande goederen moesten naar Europeesohe staten worden geëxporteerd. Men neemt aan, dat de brand aan Engelsche sabotage is te wijten. AARDBEVING IN GRIEKENLAND. Het seismologisch instituut te Athene heeft Maandagmiddag zeer hevige aard schokken geregistreerd, waarvan de haard binnen de Grieksche grenzen lag. Te Athe ne zijn nog geen berichten binnengekomen over de gebieden, die door de aardbeving zijn getroffen. Nederlandsche meisjes in Duitschland aan den slag De Nederlandsche meisjes, die in Duitsch land allerwegen werk gevonden hebben, zijn tevreden over hun nieuwe werkkring. Opgewekt en met toewijding verrichten ze hun taak. De goede verdiensten stellen hen in staat zelfstandig te worden. De sfeer van den arbeid in Duitschland is veel aan trekkelijker dan in Nederland. Dwaze stands- en klassevooroordeelen, die nu een maal in Nederland hoogtij vierden, hebben veelal meisjes, die in fabrieken werkten, met minachting overladen. Hier te lande plach't men voor meisjes, die in de fabriek werkten, de neus op te halen. In Duitsch land kent men deze minachting niet. Daar heeft men erkenning voor iederen arbeid. Een leven van nietsdoen is daar niet meer mogelijk. Daar heeft men slechts minach ting voor menschen, die er de kantjes af- loopen én door nietsdoen aan de kost trachten te komen. De Nederlandsche meisjes, die in Duitsch land werk gevonden hebben, hebben kun nen constateeren, dat daar iedereen werkt. De dochter van een fabrikant evengoed als de dochter van een eenvoudig landarbeider. „Werken is É-een schande". Het is een heel normaal verschijnsel in Duitsche fabrieken meisjes uit alle kringen der bevolking, van de hoogste tot de laagste, aan het werk te zien. In volle kameraadschap wordt gear beid, doet men aan sport en neemt men deel aan de vele geneugten, die de fa- brieksdirectie aan het personeel in rijke verscheidenheid biedt. De vele honderden Nederlandsche meis jes, die door middel van de arbeidsbeurzen in Duitschland werk gevonden hebben, zijn eenstemmig vol lof over hun nieuwe werkkring, die hun een aangename taa' en goede verdiensten verschaft. Kaart van Pelt De strijd in de Marmarische woestijn ontwikkelt zich momenteel in een lijn, die toept van Gazala, Acroma, naar Tobroek en sinds de verovering van 3ir Hacheim (door de vereenigde Duitsch-Italiaansche troepen) naar Bir el Gobi en El Adem.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1