DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN De groote slag bij Charkof Momentje WOENSDAG 27 MEI 1942 33ste Jaargang No. 10260 Bureaux: Papengracht 32 - Giro 103003 Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935 C. M. van Hamersveld, Directeur. Th. Wilmer, Hoofdredacteur. Fundamenteele grond slagen „Er is een wet, die al het menschelijke beheerscht en waardoor steeds opnieuw naar een grondige aanpassing van de so ciale ordening\aan diep-gewijzigde om standigheden wordt gestreefd." Zulke historische momenten zijn steeds grootsch voor wie hun zin begrijpen, maar blijken ook onvermijdelijk verbonden met zeer pijnlijke toestanden." „Indien vele teekenen niet bedriegen, bevinden wij ons thans voor een dezer historische momenten in de sociale evo lutie, waarin een nieuwe tijd zich aan meldt. Uit dit standpunt vertoont het hui dige verlangen naar vernieuwing weinig gelijkenis met wat geschied is op het einde van de achttiende Eeuw, waarin de denk beelden der Fransche revolutie over de wereld kwamen. Het is echter niet voldoende, de noodza kelijkheid van een periodieke aanpassing aan nieuwe eischen te begrijpen. In het cog dient gehouden, dat er bepaalde fun damenteele grondslagen zijn, waarop iedere menschelijke maatschappij dient opge bouwd en die in ieder geval dienen ge ëerbiedigd." Deze zinsneden zijn ontleend aan het voorwoord van den LeuVensche hoogleeraar prof. mr. dr. F. van Goéthem op het werk van dr. A. Hollenberg: „De natuurlijke in richting der samenleving". Allen, die willen bouwen aan een vernieuwe maatschappij, moeten er diep van doordrongen zijn, dat er bepaalde fundamenteele grondslagen zijn, waarop iedere menschelijke maatschappij dient te worden opgebouwd! Die grondslagen liggen verankerd in de Goddelijke geboden. Als men wil opbouwen een gelukkige maatschappij, dan moet de maatschappij haar grondslag hebben in de Goddelijke geboden; dan moeten de Goddelijke ge boden zijn de laatste norm, de hoofd-norm voor het goede en slechte in het maat schappelijk handelen. Het is een dwaling de bron van vele maatschappelijke dwalingen dat de" God delijke geboden het menschelijk geluk op aarde zouden belemmeren of beperken, verdonkeren of overschaduwen. De Godde lijke geboden zijn juist gegeven ter wille van, ter verwerving, bestendiging en ver meerdering van het ware geluk van den mensch! Glashelder wordt dit gezegd in een werkje van prof. dr. L. Bender O.P. „De weldaad van Gods wet", waarvan wij hier het^begin willen citeeren: Als Thomas van Aquino in zijn uiteen zetting der Katholieke leer voor de on- igeloovigen de vraag te beantwoorden krijgt, „waarom is de daad van geslach telijk verkeer tusschen ongehuwden zondig", begint hij zijn antwoord met de merkwaardige woorden: „Het is geen afdoend, antwoord als men zegt, dat de mensch daardoor on recht doet aan God (n.l. door Gods ge bod te overtreden). Want wij beleedigen God alleen daardoor, dat wij handelen in strijd met ons eigen welzijn (ons eigen geluk)." Dit antwoord stelt ons den waren aard van Gods wetten en geboden helder voor oogen; hier krijgen we een waren, maar ook een blijden en bemoedigenden kijk op de beteekenis Van de zedewet in het menschenleven. Wat God van ons vraagt en wat Hij door zijn geboden ons oplegt, heeft maar één doel; zijn v/etten hebben maar één reden van bestaan: ons welzijn, ons ge luk. De mensch, die cle wetten Gods on derhoudt, zorgt voor zijn eigen geluk. De mensch overtreedt Gods wet alleen, als hij in strijd met ziin eigen geluk han delt. Dit is inderdaad „een ware, maar ook een blijde en bemoedigende kijk op de be teekenis van de zedewet in het menschen leven. Die zedewet, door God neergelegd in de menschelijke natuur, verklaard en be licht, uitgelegd en toegepast door Gods Kerk in positieve wetten die zedewet geeft de fundamenteele grondslagen, on misbaar en onvervangbaar, voor een ge lukkige maatschappij! Woedt voort met onver minderde kracht EEN DER GROOTSTE OMSINGELINGS SLAGEN DER KRIJGSGESCHIEDENIS. De slag rondom Charkof woedt nog steeds met onverminderde kracht voort en zal, naar militaire deskundigen in de Duit- sche hoofdstad meenen, als een der zeer groote omsingelingsslagen van den Euro- peeschen veldtocht in het Oosten in de krijgsgeschiedenis worden opgeteekend. Het Duitsche initiatief doet zich op het slagveld steeds sterker gevoelen. De na de omsingeling van het gros van den vijand jn den strijd gebrachte Duitsche, Roemeen- rche en Hongaarsche formaties zijn in het gebied ten Zuid-Oosten van Charkof naar het Westen omgezwenkt: de ring om de hoofdmacht van de voor het offensief in den strijd gebrachte troepen van Timosjen- ko is volkomen ingesloten. Van het Oosten en van het Westen, van het Noorden en van het Zuiden dringen de Duitsche en verbonden korpsen den vijand op steeds enger gebied tezamen, ter wijl de superieure Duitsche luchtmacht be zig is met de vernietiging van de bolsje wisten uit de lucht. De slag in dezen zak, waarin van verschillende kanten reeds Duitshc wiggen gedreven zijn,_ heeft een tusschenstadium berenkt. Nog is de druk van de hier tezamengedrongen drie vijan delijke. legers buitengewoon sterk. Nog is de 'tegenstand der bolsjewisten georgani seerd, doch reeds zijn de eerste aanwijzin gen der ontbinding merkbaar. Volgens de ervaringen van verleden jaar Vormt dit de inleiding van het laatste stadium, waar van als het essentieele kenmerk de zuive ring en ontruiming van het omsingelde gebied door de Duitsche en verbonden for maties moet worden beschouwd. Wat oppervlakte van het terrein be treft, waar de strijd zich afspeelt en de aantallen manschappen, kan de thans nog woedende slag naar het oordeel van Duitsche militairen volkomen vergeleken worden met de grootste omsingelingssla gen van Verleden jaar. Men is te Berlijn van meening, dat alleen op het slagveld tc-n Zuid-Oosten van Charkof, daar, waar de groote ring om de beste stootlegers van Timosjenko zich gesloten heeft, nog steeds ongeveer een half millioen man te genover elkander staan. Het daarbij behoo- rende materiaal is enorm. De sterkte van de ingesloten Sovjet-Russische pantserfor maties kan gemakkelijk worden afgeleid uit de tot nu verstrekte gegevens omtrent ka potgeschoten, vernietigde of buitgemaakte vijandelijke pantserwagens. Daaruit blijkt, dat Timosjenko al zijn hoop op dit offen sief tezamen met zijn plan op het schier eiland Kertsj had gesteld, dat hij hierheen en naar Kertsj al het maar eenigszins be schikbare materiaal had gezonden, om, het koste wat het wil, door het Europeesche front te breken en in een groot offensief de Europeesches legers van den geheelen Zui delijken sector te omsingelen. Te laat ont dekte hijk nadat het Duitsche initiatief op Kertsj hem voor geweest was en een be langrijk deel van zijn plan nog in het sta dium der laatste voorbereidingen verijdeld had, dat liij zelf de ingeslotene was, dat men hem, die gehoopt had den vijand een val te zettert, zelf voor een val geplaatst had, die thans achter zijn beste offensief troepen is dichtgeslagen. Doch het meest interessante van de geheele ontwikkeling van den slag is, dat hier over een uitge strekt gebied de Duitsche en verbonden troepen rug aan rug strijden, nl. daar, waar het eene leger naar het Westen omzwenkte, terwijl het andere den rug dekkend, met het front naar het Oosten, het offensief stelselmatig voortzet. Als gevolg van een geheel nieuwe tac tiek, waarin de Duitsohe troepen tijdens den langen winter onderricht zijn, en van de nieuwe Duitsche wapens, zijn de ver liezen aan den kant van de Europeesche legers verbazend gering, zelfs gemeten naar de relatief geringe verliezen van het vorige jaar en de hevigheid en verbitterd heid van den strijd. Anders is het aan Sovjet-Russische zijde. De Sovjet-Russische verliezen zijn derma te 'hoog, dat zij ook weer hun uitwerking beginnen te doen gevoelen in een vermin derden offensieven geest TEVIOSJENKO'S POSITIE IS ERNSTIG. Onder het opschrift „De toestand voor Timosjenko ernstig", publiceert „Dagens Nyeter" een United Pressbericht uit Lon den, volgens hetwelk men thans in de Britsdhe hoofdstad toegeeft, dat het groote Duitsche offensief in de Zuidelijke Oekrai- ne „den indruk maakt van' een ernstige bedreiging van de hoofdmacht van de aanvalsstrijdkrachten van het roode leger in dezen sector". In militaire kringen te Londen acht men de positie van Timosjenko ernstig. Men vermoedt, dat Timonsjenko gedwongen zal zijn, een groot deel zijner strijdkrachten uit den slag om Charkof te rug te trekken om aan de bedreiging door Duitsche pantserstrij dk.rach.ten te ontko men- De zender Schenectady heeft gistermid- .dag in verband met een uiteenzetting over *de gevechten in bet Donetzgebied, toege geven, dat de „Russen bij Charkof het initiatief hebben verloren en dat de Duit- schers met sterke strijdkrachten aanval len". Japan en Groot Oost-Azië REDEVOERING VAN TOJO. 1 In de htden gehouden zitting van den Japansohen Rijksdag heeftminister-presi dent Tojo een rede uitgesproken, waarin hij o.m. het volgende gezegd heeft: In den korten tijd van nog geen half jaar sedert het uitbreken van den oorlog in Groot Oost-Azië hebben de keizerlijke strijdkrachten de troepen van den vijand verslagen, waar zij ook maar optraden. Be langrijke gebieden in de Groot Oost-Azia- tisChe ruimte zijn door onze strijdkrachten bezet en de zeestr ij dkraChten der Ver. Sta ten en van Enigeland zijn op de Stille Zuid zee en op deri Indischen Oceaan practisch verdelgd. i Tegelijk met de voortdurende overwin ningen, die uniek zijn in de wereld, zijn nieuwe opbouwacties in grooten stijl in al deze gebieden aan den gang en het doel van den oorlog in Groot Oost-Azië blijft verder onophoudelijk nagestreefd worden. Het is bijzonder toe te juichen, dat de volken van Groot Oost-Azië, die tot dus ver smachtten in de boeien van de Ver. Staten en Engeland, thans huh oorspron- ikielijken en bun tbekomenden status her kregen hebben en thans tezamen met ons de taak der instelling van een nieuwe we reldorde aanvatten. Ik ben er vast van overtuigd, dat sedert bet uitbreken van den oorlog en bet daarmede verbonden keizerlijke rescript onze geheele natie ver vuld is van de onbuigzame vastberaden heid en dit zal blijven om nooit het zwaard der rechtvaardige zaak in de schede te ste ken voor de invloed van de Angelsaksische mogendheden met al haar droomen van de wereldheerschappij volledig uitgeroeid zal zijn. De buishouding van Japan had vroeger de tendentie zich te verlaten op de Ver. 'Staten en Groot Brittannië, hetgeen voor deze mogendheden aanleiding was ons voortdurend te belemmeben en te bedrei gen. De regeering heeft na het uitbreken van bet Cbineesdhe conflict, tijdig den toe stand inziende, zich ten 'hoogste ingespan nen om de lacunes in de huishouding van ons land op te heffen en ons ten aanzien van de voor de verdediging belangrijke grondstoffen een autarke positie te geven. Door de gemeenschappelijke hulpbronnen van Japan, Mandsjoekwo en de Zuidzee- landen is de basis der economische produc tie van ons rijk zoo volkomen geconsoli deerd, en onze oorlogshuishouding zoo zeer versterkt, dat wij te allen tijde de voorra den kunnen aanvullen, welker verbruik door de voortzetting van den oorlog be paald wordt. Japan, zoo ginig de minister-president voort, is vastbesloten zijn tot dusver zege vierendte veldtochten voort te zetten en zal zijn uiterste kracht inspannen om als deel genoot in den grootschen strijd van Duitschland en Italië tegen de Ver. Staten en Groot Brittannië zijn bijdrage te leveren in de omvattende overwinningen dlezer Tanden. Japan heeft er bijzonder belang bij om in strategisch opzicht met zijn bondge- nooten ten nauwste samen te werken en daardoor een nieuwe wereldorde op te rich ten. Aangezien, alle vooruitgeschoven steunpunten van bet BritsChe Rijk voor de verdediging van Indië thans in het be zit van de keizerlijke troepen zijn, staat voor het Indische volk de gouden kans open om tot opstand te komen en de onaf hankelijkheid te verwerven, waarnaar het al lang verlangd heeft. Door het neerslaan van de vijandelijke troepen in Birma is thans eindelijk ook het Tsjoenglking-retgime geïsoleerd. Het gaat ■zijn onvermij ettelijken val tegemoet. Ter wijl het Zuidwesten van de Stille"-Zuidzee geheel onder onze controle is gébracht, is Australië het zgn. „stiefkind" op den Stil len Oceaan geworden. Tojo constateerde vervolgens, dat Hong kong, Sjonan (Singapore), de Ehilippijnen en andere gebieden op het punt staan steunpunten in de sfeer van wederopbouw te worden. „Vrede en orde zijn weer in deze landen binnengetrokken en zij keeren met reuzenschreden terug naar hun oude orde. Onze heerschappij over de Stille Zuidzee en den Indischen Oceaan breidt zich van dag tot dag uit". INSPECTIEREIS VAN IMAMOERA NAAR TIMOR, BALI EN KLEINE SOENDA- EILANDEN. Luitenant-generaal Imamoera, de opper bevelhebber van het Japansche leger in Nederlandsch-Indië, die van een inspectie reis naar Timor, Bali en de overige Kleine Soenda-eilanden te Batavia is terugge keerd, heeft medegedeeld, dat Japansche luchtstrijdkrachten in veertien dagen bo ven Timor zeven vijandelijke vliegtuigen hebben neergeschoten. Sedert den slag in de Koraalzee bezitten de Japanners de on betwiste heerschappij ter zee in de gebie den rond Timor. Vijandelijke luchtaanval len daar en in Needrlandsch-Indië hadden volkomen opgehouden. Ongeveer 2000 Australische soldaten zijn in gevangenschap geraakt, enkele dozijnen Australische sol daten, die in het Oostelijk deel van het eiland Timor in de bergen gevlucht waren, zullen zich binnenkort door gebrek aan le vensmiddelen en malaria, moeten overge ven. In alle door Imamoera geïnspecteerde gebieden heerscht orde en rust. Sedert verscheidene dagen is in het ge bied van de rivier de Tsjindwin een groo te omsingelinsactie gaande, naar berichten uit Bira melden. Een Japansche formatie, die in Zuidelijke richting langs het rivier dal oprukt, heeft reeds Homalin, een be langrijke straegische jJlaats op 140 K.M. ten Noorden van Kalewa bezet, terwijl een an dere van het Zuiden naar het Noorden op rakende groep den ring om de vijandelijke strijdkrachten sluit, die reeds hun volko men vernietiging tegemoet gaan en door het bergachtige terrein niet kunnen ontko- HET ITALIAANSCHB WEERM ACHTSBERICHT. Het Italiaansch weermachtsbericht van gistermiddag luidt: ,,In Cyrenaica levendige verkenningscbe- drijvigheid: Wij hebben vijandelijke* pa trouilles teruggeslagen en eenige gevange nen gemaakt. Onze vliegers hebben op nieuw fraaie successen behaald en in een aantal gevechten negen Engelsche vliegtui gen neergeschoten, zonder zelf verliezen te lijden. Doelen op Mikabba werden getrof fen door^ onze bommenwerpers, die, toen zij door vijandelijke jagers werden aange vallen, twee Spitfires neerschoten. Vier vijandelijke jachttoestellen werden door de begeleidende jagers neergeschotena Al on ze toestellen keerden op hun basis terug, hoewel zij getroffen waren en er gewon den aan boord waren. In de Middellandsche Zee is een onzer convooien zonder eenig succes door duik- booten en vliegtuigen aangevallen; een Britsch toestel werd dor het afweervuur van een onzer escortevaartuigen getroffen en viel in zee. Engelsche vliegtuigen hebben in de afge- loopen nacht eenige bommen laten vallen in de omgeving van Messina, tusschen San Rainert en Giardino a Mare: weinig belang rijke schade en drie gewonden onder de militairen". Terwijl de Engelschen constateeren, dat het geweld der luchtaanvallen op Malta af neemt,maken zij melding, van een groeiende activiteit van de vliegtuigen der Asmogendheden in Libye. Men ziet in Lon den daarin de voorteekenen van „het lang •verwachte offensief van generaal Rom mel". In militaire kringen te Berlijn neemt men met voldoening kennis van de blijk bare vanzelfsprekendheid voor de Engel schen, dat ook ditmaal weer het initiatief aan de Duitschers zal zijn, al laat men zich natuurlijk niet uit over de al of niet juiste verwachting, dat Rommel spoedig een of fensief zal beginnen. Op de traditioneele Pinksterbijeenkomst van het Noorsche Nasjonal Samling wa ren drie- tot vierduizend leden der bewe ging verschenen. De bijeenkomst werd ge houden bij de koningsgraven in Borre aan de Westelijke kust van de Oslo-fjord. In een toespraak verklaarde Quisling, dat hij steeds als voornaamste taak van het Nasjonal Samling heeft beschouwd, het Noorsche volk zichzelf te doen hervinden. Vervolgens maakte hij een vergelijking tusschen den tegenwordigen toestand en den toestand van een jaar geleden en ver klaarde, dat de toestand thans zonder eenigen twijfel beter was. Het Nasjonal Samling is thans numeriek en, kwalitatief tweemaal zoo sterk als het vorige jaar. De beweging beheerscht thans het openbare leven en het grootste deel van de pers. Naar de minister-president voorts zeide, is thans alles voor de oprichting van de .Nationale Vergadering, genaamd „Rik- sting", -'oorbereid. Zoodra de gelegenheid zich voordoet, zal een beroep worden ge daan op het Noorsche volk om in sterkere mate aan de regeering deel te nemen. Het Nasjonal Samling is zoo sterk, dat het zeer de vraag is of nog nieudwe leden zullen worden toegelaten. De minister-president besloot zijn rede met den wensch, dat de leden der beweging groote successen zul len mogen behalen. Naar aanleiding van de opgravingen, waarvan Z H. de Paus onlangs heeft ge sproken bij «zijn radioredevoering, maakt men de volgende bijzonderheden bekend. Zooals men weet, werd het werk begonnen om een graf te maken voor wijlen Paus Pius den Elfden. In de eerste plaats vond men de resten van de Basilica van Con- stantijn. Dit gebouw werd neergehaald, om plaats te maken voor 't nieuwe Godshuis, dat Paus Julius II wenschte te bouwen. Voorts vond men een gedenkteeken, dat gevormd wordt door drie op elkaar gesta pelde altaren. Dit is naar alle waarschijn lijkheid het eereteeken, dat reeds in de derde eeuw door den priester Gaio'als een getuigenis werd aangevoerd voor het feit, dat de H. Apostel Petrus in Rome is ge weest. Een voortzetting van de opgravingen v/ordt bemoeilijkt door bezwaren van bouwkundigen aard. Met behulp van tech nici, die de archaeologen in alle opzich ten vakkundig hulp en leiding verschaf fen, zetten deze echter hun arbeid voort. IN EEN PAAR REGELS Spaansche falangisten, die van het Oostelijke front zijn teruggekeerd, hebben in de straat Cran Via te Madrid de Brit- sche vlag van een Engelsche vertegenwoor diging neergehaald. De Egyptische regeering is gisteren afgetreden. De minister-president en de minister van financiën hadden een verschil van meening. Maandagochtend is boven Midden- Australië een transportvliegtuig neerge stort. Tien x leden van het Amerikaansche vliegercorps in Australië en twee leden der Britsche luchtmacht werden daarbij ge dood. Te Lunner, ten Noorden van Oslo, werd een oeroude bijl gevonden, die' ver moedelijk uit het jongere steentijdperk stamt. Haar ouderdom mag men dus wel stellen op ongeveer 4.000 jaar. THEE. v Een dezer dagen informeerde er bij ons een jongeman naar de thee. Het is goed, daar nog weer eens aan te den ken, wat wij allemaal van tijd tot tijd doen in oogenblikken, dat wij ons moe ten vergenoegen met lindebloesem of andere surrogaten, naar de herkomst waarvan men slechts met angst en vreeze raden kan. Maar juist tusschen twee slokken komt er een bericht: wij krijigen thee, echte thee. Verheug U in het surrogaat, straks zal de thee des te heerlijker rijn. Dan volgen er enkele maanden van angstige stilte en d:an eindelijk het blijde bericht: nee, maak U niet ongerust. De beloofde thee komt beslist. Dan krijgen je zenuwen weer even rast. Maar de daaropvolgende stilte begint weer benauwend te wor den en zoo wisselen berichten en stilte elkander oprecht en eerlijk af. De thee komt met Kerstmis, stilte. Met Paschen. Stilte. En toen kwam het bericht: de thee komt binnenkort. Nu is binnen-* kort een zeer elastisch begrip. Maar toch is de jongeman, die ons zijn moei lijkheden openbaarde van zorgen ver vuld. Hij heeft zijn tiheebon ergens in geleverd in Brabant en woont nu er gens hier in de buurt. Wij hebben hem gezegd: ga uw 40 gram* halen bin nenkort. Vroeger gingen wij wel naar Java om thee te halen, waarom zouden wij dan nu niet naar Brabant gaan? Als hij erg vermoeid en warm is van de reis kan hij het daar meteen opdrinken en spaart hij zich de moeite vaji het sjou- wen. BINNENLAND NEDERLANDSCHE KULTUURKAMER Plechtige inwijding "Zaterdag 30 Mei a.s., des namiddags om 15 uur, vindt in den Stadsschouwburg te den Haag een zeer bijzondere gebeurtenis plaats. Zooals algemeen bekend is, heeft de Ne- derlandsche Kultuurkamer sinds korten tijd haar werkzaamheden aangevangen. De zes onderscheiden gilden, welke als even zoovele administratieve onderdeelen de to tale organisatie der kuituurkamer uitma ken, zijn nu in haar geheel ingeschakeld. De inwijding van de Nederlandsche Kul tuurkamer is een mijlpaal in de ontwikke ling van het Nederlandsche kuituurleven in verband met de beroepsstand-organisatie der kunstenaars. Aan ^eze plechtige inwijding zullen de hoogste gezagsdragers en de vertegenwoor digers van het Nederlandsche kuituurleven luister bijzetten door hun aanwezigheid. De inwijdingsrede wordt door den pre sident der N.K.K., prof. dr. T. Goedewaa- gen gehouden. Aan deze inwijding verleent tevens het Concertgebouworkest zijn medewerking. Geopend wordt met de symphonische pro loog van Henk Badings, terwijl verder de Egmont-ouverture van Ludwig van Beet hoven ten gehoore zal worden gebracht. Slechts in bepaalde provincies en gemeenten Evenals het vorig jaar heeft de directeur van het Rijksbureau voor het Hotel-, Café-, Restaurant- en Pensionbedrijf aan pension- bedrijven, gelegen in in een aantal provin cies en gemeenten, voor de maanden Juni tot en met September 1942 ontheffing ver leend van het verbod logies tegen betaling aan gasten te verstrekken voor een korte- ren onafgebroken tijdsduur dan tenminste vijf dagen. Aan de pensionbedrijven is het derhalve toegestaan in dat tijdvak ook gasten voor korteren tijd dan vijf dagen op te nemen. De bedoelde provincies en gemeenten zijn: Provincies: Utrecht (met uitzondering van de gemeente Utrecht), Gelderland en Over ijssel; gemeenten of gedeelten van gemeenten: Bergen (N.H.), Blaricum, Bussum, 'sGra- veland, Hilversum, Huizen, Kortenhoef, Laren (N.H.), Naarden, Valkenburg (L.), Oisterwijk, Scheveningen, Katwijk, Noord- wyk. Zandvoort, Egmond en Castricum. Ongeacht deze ontheffing blijft voor het geheele land van kracht het bepaalde, dat, indien gedurende het tijdvak waarin logies wordt verstrekt een Zondag is begrepen, ook in pensions gasten mogen worden wor den opgenomen voor kórteren onafgebroken tijdsduur dan van tenminste vijf dagen. Evenzeer is toegelaten voor korten tijd op te nemen bezoekers of inwonende gasten. De heer Max Blokzijl heeft in zijn laat ste radio-praatje meegedeeld, dat men een verordening kan verwachten, die gelijk dat reeds lang in Duitschland is ingesteld den joden voor hun dagelijksche inkoo- pen bepaalde onder nationaal-socialistische leiding staande winkels, en vastgestelde uren vhn inkoop aanwijst, met streng ver bod, in de overige winkels hun bestellin gen te doen. In de verordening betreffende de behan deling van Joodsche vermogenswaarden is in ons blad van gisteren medegedeeld, dat de inlevering dient te geschieden uiterlijk op 30 Juni 1943. Dit moet echter, gelijk reeds uit de samenhang bleek, 30 Juni 1942 rijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1