fMomentje ZATERDAG 9 MEI 1942 33ste Jaargang No. 10247 Ste Ccul^clicSoii/ïci/iit Telefoon: Redactie 20015 Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMS l KEKEN Giro 103003. Postbus 1L Tweede verplichte bijeenkomst ter controle van de voormalige Nederlandsche weermacht 1) VERPLICHT TOT AANMELDING ZIJN ALLE: a) Beroepsofficieren, cadetten en adelborsten van de voormalige Ne derlandsche land- en zeemacht, die op 10 Mei 1940 in actie ven dienst waren. b) Beroepsofficieren van het voormalige Nederlandsche koloniale leger t/m den leeftijd van 55 jaar. 2) OP 15 MEI 1942 14 UUR PRECIES moet de tot aanmfelding verplichte te persoonlijk opkomen, overeenkomstig de volgende lijst: In de provincies: Verplichte bijeenkomst te: Groningen Friesland Overijsel Drenthe ASSEN, Friesland-kazerne. (Wilhelmina-kazerne), Drenthsche Hoofdvaartstraat 153. Gelderland EDE, Maurits-kazerne, Utrecht (infanterie-kazeme) Stationsweg. Noord-Holland' BUSSDM, v d. Palm-kazeme, Amersfoortsche Straatweg. Zuid-Holland BREDA, Chasse-kazerne, Zeeland Vier Windenstraat 4. Noord-Brabant) ROERMOND, Limburg Ernst Kasimir-kazerne. 3) Ieder tot aanmelding verplichte moet medebrengen: a) Een wettelijk legitimatiebewijs (persoonsbewijs, zakboekje, militaire documenten enz). b) Twee foto's van recenten datum in burger of in uniform, opgeplakt op twee vellen papier (formaat din), die met de volgende gegevens moeten worden ingevuld: Familienaam: Alle voornamen: Geboorteplaats: Geboortedatum: invullen in Gehuwd, ongehuwd, gescheiden: blokletters Laatste militaire rang: of met Laatste legerafdeeling: schrijfmachine. Tegenwoordig beroep: Arbeidsplaats en/of werkgever: Tegenwoordig adres: Woonplaats: straat: handteekening 4) Niet verschijnen heeft onmiddePijk strafmaatregelen ten gevolge. 9 Mei 1942. Der Wehrmachtbefehlshaber den Niederlanden General der Flieger FR. CHRISTIANSEN. De Nederlandsche Vrijwilligers aan het Oostfront Een artikel in Storm Het weekblad der Nederlandsche SS, Storm, publiceerde in een zijner laatste nummers onder den titel „Germaansche overtuiging" een artikel, dat op treffende wijze uitdrukking geeft van den levens moed der Nederlandsche vrijwilligers, die onder de vanen der SS den strijd aan het oostelijk front meemaken. Hieruit spreekt duidelijk, welk een belangrijke fundamen- teele wijziging deze inzet in de harten en de geest van deze jonge Nederlandsche mannen gebracht heeft. Mogen zij, die hier te lande in vergelijking met den strijd aan het front voor heel wat gemakkelijker pro blemen gesteld zijn, zich aan deze frissche en durvende geest der Nederlandsche pio nieren voor het nieuwe Europa spiegelen. Dit artikel luidt als volgt: De Germaansche vrijwilliger, die de Duitsche uniform draagt, is voor velen een vraagteeken. Waarom strijden deze man nen eigenlijk? Het moet toch veel gemak kelijker zijn, ergens in Nederland, in De nemarken, in Vlaanderen of in Noorwegen het een of ander ongevaarlijke beroep uit te oefenen? zoo vraagt de Duitsche wa penbroeder, maar in het vaderland stelt men een andere vraag: wat krijgt hij er voor, wat kan hij er bij winnen? Hun, die dit voelen, hoeft men hierop eigenlijk geen antwoord te geven, want zij hebben een mannelijkeninborst en het gevoel voor het geschiedkundig verband der feiten en voor noodzakelijkheden. En hun, die deze vraag stellen, behoeft men niet eens te antwoorden, zij kunnen toch nooit begrijpen, dat een leven, een man waardig, een ander zijn moet dan dat, wat slechts heil ziet in een goede zakenbalans. De hierachter afgedrukte brief van een Nederlandschen vrijwilliger echter, bevat meer dan een antwoord op de gebruikelij ke vragen. Brief van den SS-Schuetze Smits. De Jeugd. „Na zeven maanden aan het Oostfront heeft men zijn kameraden leeren kennen. Wat in de eerste maand niet direct te be grijpen was, helderde zich reeds op in de tweede, in de derde maand begreep men het reeds volkomen en in de vierde werd dit weten omtrent karakter, zwakheden en bekwaamheden, niet slechts van an deren, maar in de eerste plaats van zich zelf, bevestigd. Eén ding moet men altijd weer constateeren: de soldatenopleiding is hard, grijpt de leerschool in de kazerne iemand reeds flink aan, dan doet de oor log de rest ten slotte is men een an dere geworden. Dit „andere" is het, wat de Duitsche man nen van die der Noordwestelijke democra tieën onderscheidt, ofschoon zii toch allen als Germanen denzelfden erfelijken aanleg hebben. Destijds reeds, in „Mei 1940", toen de Duitsche troepen in Nederland binnen trokken, begreep men reeds iets van dat „andere", van de nog niet onder woor den te brengen geschiedenisvormende kracht. Maar nu eerst, na de lange maan den van strijd in het Oosten, waarin ver onderstellingen tot ervaringen konden worden, nu eerst is de tijd aangebroken om te probeeren eenige van mijn gedach ten onder woorden te brengen. Het was geen toevalligheid, dat in het neutrale Westen het boek „Homo Ludens" uitkwam, een boek, dat al het mensche- lijke doen en laten als een spel beschouw de, zij het dan ook bij tijd en wijle als een V verheven. Bij een dergelijke denkwijze die jammer genoeg niet slechts die van dén schrijver is, maar ook de handelingen van velen in het Westen, zij het dan ook onbewust, bepaalt zal men nooit den noodzakelijken ernst kunnen vinden, om zich zelf tot den dood toe in te zetten. Want, hoe fanatiek men ook spelen kan, toch blijft altijd het bewustzijn bestaan, dat het gaat om willekeurigheden en niet om het essentieele, daarom ontbreekt dan ook de totale inzet, het laatste offer en zoodoende ook de geschiedenismakende daad. Dat was de kern van onze levenshou ding in het Westen: niet in nood opgevoerd zag tenminste de jeugd het leven als met maskers gespeeld. Ons ontbrak de ernst welke het geloof aan de onveranderlijke juistheid van onze idealen met zich brengt. Daarom wilden wij in de diepste betee- kenis van het woord geen daden doen en zijn er zoodoende slechts in geslaagd oppervlakkigheden voort te brengen. Ons leven was leeg, ofschoon met dui zend kleinigheden gevuld, geen ideaal scheen ons groot genoeg om het te kunnen of willen wagen in zijn dienst het netwerk van tallooze overwegingen en bezwaren, waarin wij zoo stevig verstrikt waren, te verscheuren. En dus voegden wij ons naar het systeem, lieten ons drijven en leefden het leven, zooals het ons geboden werd, neutraal zonder risico, beschaafd, verfijnd, hoffelijk-huichelachtig en oneindig laf. „Uit den toon vallen" was het ergste wat men doen kon en uit den toon viel zonder meer al het ware, groote, oor spronkelijke Wié het leven speelt, wie zich niet hoeft in te spannen, verliest het con tact met de scheppende kracht, hij ge niet het geschapene zonder nieuws te scheppen en dat zoowel in materieele als ideëele beteekenis. De jeugd ver toonde zich aan ons jammer genoeg slechts als genietend, vadsig, onpo litiek en zonder problemen, onverschil lig tegenover de laatste vraagstukken van het leven.. Weliswaar doet men met dit te beweren hun onrecht aan, die als jonge visschers, zeelieden of boeren een hard leven leiden. Maar voor de jeugd als geheel is dit toch wel juist. Temidden van dit onbekommer de leven viel de oorlog, hij zette achter alle alledaagsche gebeurtenissen de mogelijk heid van den dood. Hij, die uit onze ge dachten verbannen was. hij leerde ons, dat er waarden zijn waarvoor men dapper ook den laatsten ademstoot offert. Waar hij is, spreken niet langer holle pathetische woor den, maar moedige daden over die dingen die boven leven of dood staan. Dit eerst gaf aan een aantal van ons het vaste geloof, dat alle twijfel en zelfspot overwint, die anders aan de wieg der daden staan. Wij wilden niet slechts met. den mond zeggen, dat wij nationaal-socialisten zijn, wii meldden ons als vrijwilligers bij de Waffen-SS, bij de NSKK, bij de verbindingsaf- deelingen, enz Wij wilden den oorlog meemaken, wilden er bij geweest zijn, wij wilden niet, dat men later tot ons zou kunnen zeggen: de jeugd van Euro pa heeft de Duitsche alleen laten strij den. De recrutentijd kwam en daarmee ook bittere teleurstellingen Wij geloofden reeds iets te zijn en iets te kunnen, maar ons ontbrak het allernoodzakelijkste: het geheele wezen te kunnen richten op den totalen inzet. Wij hadden medelijden met ons zelf, in plaats van vol vreugde midden er in te springen, en eerst langzamerhand begrepen wij, dat ook de beste uitvluchten niet konden worden geduld. „Voor dén Duitschen soldaat is niets onmogelijk", dat werd dan slechts tot waarheid, wanneer men in omstandigheden, waarin alle ande ren het zouden opgeven, toch stand hield. Zoo groeit een ander mensch op. hij doet niet alsof hij aanvalt, hij valt aan, in het beslissende moment trekt hij zich niet te rug, maar geeft zonder dralen alles, zijn wil is bevrijd van de duizend bezwaren, hij handelt zonder omwegen, recht op het doe] af. Het was een Joodsche gedachte alles met takt en slimmigheid en langs lis tige omwegen te kunnen bereiken. Als of de wereld met trucs te regeeren is. Wij zagen en beleefden plotseling in verbluffende duidelijkheid, dat een deel van het Duitsche succes op het eenvoudige feit berust, dat men zonder hokuspokus direct op het doel afgaat en op deze wijze met den kleinsten, maar volkomen juisten inzet van krachten dat kan bereiken, wat men tot nu toe voor onmogelijk gehouden heeft. Leven zonder masker. Weliswaar moet men daarvoor de uiter ste nauwkeurigheid betrachten kunnen, maar Wie eens een appèl, afgenomen door een Duitschen onder-officier heeft meege maakt, die weet alles af van deze nauw keurigheid, welke ieder stofje op den loop aangrijpt om iemand het Zondagsverlof in te houden. Daden te volbrengen in het geloof aan dingen, die boven leven en dood staan, lee ren zich zelf tot daden te dwingen, dat is een deel van dat „andere". Het tweede echter is het leven zonder masker. Alle pose, alle schijn viel weg en slechts de naakte mensch bleef over; f een dappere en goede kameraad, f een stuk ellende. Hier kon men noch met goochelkunsten, noch met branie den dappere spelen, terwijl slechts de angst regeerde, geen omkooperij met kleinig heden uit pakjes van thuis of met opge spaarde sigaretten waren in staat een niet aanwezig kameraadschappelijk ge voel te maskeeren. Nog iets leerde ons deze strijd in het Oosten: wij hebben gebrek aan alles, wat een beschaafd mensch noodig heeft, te be ginnen met een vlekkelooze enveloppe tot aan ondergoed zonder luizen toe. Wanneer de keuken en de fouragewagen een paar dagen wegblijven, dan blijven slechts twee mogelijkheden, lur zijn en hongerlijden of zich inspannen en zoo lang zoeken totdat men de noodzakelijkheden voor een maal tijd bij elkaar heeft. Anderen voor zich te laten weren, dat gaat op zijn hoogst een of tweemaal. Voor de rest is men op zichzelf aange wezen. Wie niet mee wil doen kan hoog stens met een voorgewende rheumatiek naar een ziekenhuis verdwijnen. O f men jammert over het slechte eten, over weinig post, over koude, winderige wachten, waar bij de ooren en voeten bevriezen, over lui zen en vlooien, over de valschheid der Russen, f men slaat zich door alles heen, mannelijk en zonder gemekker. Zoo was het waarschijnlijk ook in den wereldoorlog. Ook hij, die langen tijd in de tropische rimboe geleefd heeft, weet dat, van uit de verre verten leert men eerst de kuituur en de beschaving op haar wer kelijke waarde taxeeren; dingen, die heel gewoon zijn, zooals een schoon bed of een goed boek, worden tot oogenblikken uit een beter leven. Kort en goed, men zou de verwende „jeunesse blasée" van de democratie een soldatentijd toewenschen. Maar niet slechts dat, men weet, dat dat de eenige redding voor hen beteekent. De oorlog is niet de vernietiger van het leven, zooals onze hu- manistische-pacifistische opvoeding ons dat altijd voor oogen gehouden heeft, integen deel, eerst in het veld wordt ons de waarde van dit leven helder bewust, eerst daar kan men het nationaal-socialisme als le vensleer ten volle leeren begrijpen. Bron van scheppende kracht. In het vaderland kan men veel schrij ven over „de nieuwe orde", over „het ware socialisme", over de nieuwe „we reldbeschouwing' Wij willen dit ijverig werken daar niet met een lachje be schouwen en ons daar ver boven verhe ven gevoelen. Wij weten echter, dat eerst dan in ons vaderland het juiste be grip voor de nieuwe wereld zal komen, wanneer een groot getal van jonge man nen aanwezig zal zijn, die met de ijzeren taal van den oorlog bekend zijn. Zonder voorwaarden te stellen, ons ge vend in vol vertrouwen, zijn wij Adolf Hitler als Fuehrer tot op de slagvelden van het Oosten gevolgd en menig goed ka meraad rust uit van den strijd onder de zwarte Russische aarde. In het vaderland hebben echter velen het hart vastgehouden: zullen deze „jonge avonturiers" niet door den afgrond ver slonden worden, zij die zonder garantie en zor.der beloften een Fuehrer van een an der volk als soldaten volgen? Wij ant woorden: Wij hebben noch beloften noch garan ties van noode, hier in fiet Oosten vonden wij in ons zelf de bron van onze schep pende kracht, wij weten, dat een nieuw, een door den Fuehrer vereenigd Europa ons initiatief en ons werk noodig heeft en dat is ons voldoende. Wanneer wij eens terugkeeren in het vaderland, dan zullen wij u toonen wat wij gewonnen hebben: dat „andere", dat geschiedenis- makende zal in ons leven. Wij danken er den Fuehrer voor, dat hij ons een plaats tusschen zijn soldaten inruimde. De commissaris van politie van den justi'ieelen dienst C te 's-Gravenhage verzoekt ieder, die inlichtingen kan verstrekken over bepaalde personen, die verbindingen zoeken met „zwarte handelaren" zich te melden aan het bureau var voornoemden dienst aan de Laan Copes van Cattenburch 15. Indien de verbinding tot stand is ge bracht en de partij goederen wordt aangeboden, geven zij zich uit voor ambtenaren van de Duitsche politie. Hierbij is meermalen gebruik gemaakt van een revolver. In sommige geval len werd de banderolleprijs van ta baksartikelen betaald. Het is gebleken, dat eenige malen door onbevoegde personen, die zich voor Duitsche politie uitgaven en een voorraad in beslag namen, werd op getreden. Deze praktijken kunnen niet worden geduld. Voor wat betreft hun aandeel in den zwarten handel wordt aangevers straf feloosheid beloofd. Dr. LEY EN ZIJN WERK De rijksorganisatieleider der N. S. D. A. P., en leider van het Duitsche Arbeids front, ar. Robert Ley, is in Nederland aan gekomen, waar hij enkele dagen zal ver blijven voor het bespreken van sociaal-po litieke kwesties. De tegenwoordigheid van dr Ley in Nederland is een aanwijzing, dat belangrijke ontwikkelingen op sociaal-po litiek gebied gaande zijn, die door zijn in vloed nog belangrijk bevorderd en onder steund worden. Aan een artikel van Wer ner Scheunemann over dr. Ley en zijn werk ontleenen wij de volgende passages: Enkele dagen geleden is, zooals wij reeds hebben gemeld, het Nederlandsche Arbeids front ougericht. Hierdoor is het sociale le ven in Nederland in een nieuw stadium ge komen. De oprichting van het Arbeids front opgericht. Hierdoor is het sociale le- land beteekent de ophefing van den klas senstrijd. Hierin komt de wil tot uiting om het leven in de bedrijven op een nieuwe basis te plaatsen. Dr. Ley is een der intiemste medewer kers van den Führer. Hem heeft de Führer een geweldige taak op de schouders ge legd, n.l. de zorg voor alle werkende men- schen in de Duitsche bedrijven. Het Nederlandsche Arbeidsfront is geen copie van het Duitsche, Duitschland is niet voornemens zijn eigen staats- en sociale instellingen aan andere volken op te drin gen. Wel echter stelt het desgewenscht gaarne zijn raad en steun ter beschikking. In dr. Ley begroet Nederland op het oogen- blik een hoogen gast, die als geen tweede Europeesche arbeidersleider ervaring heeft in de zorg voor de werkende menschen. „Door ervaring wordt men wijs", zegt een spreekwoord. De grootste idealist van den Führer. De man, die op Europa het nieuwe so ciale stempel drukt, is dr. Ley. Hij kent als weinigen persoonlijk de opvattingen van den Fuehrer op sociaal gebied. Van hem heeft de Fuehrer in den Duitschen Rijks dag gezegd, dat hij zijn grootste idealist is. Een anderen keer heeft de Fuehrer ver klaard, dat hij den geweldigen economi- schen opbouw van Duitschland zonder het door dr. Ley opgerichte Arbeidsfront nooit had kunnen tot stand brengen. Voor het nationaal-socialisme staat de mensch in het middelpunt van al het gebeuren. De leiding, de zorg voor den mensch, is derhalve voor de nationaal-socialisten een bijzonder eervolle, verantwoordelijke en voorname taak. Dr. Ley verricht deze niet aan zijn tafel. Steeds weer reist hij week na week, nu al bijna tien jaar lang, door alle deelen van Duitschland en bezoekt hij de arbeiders in de fabrieken en werkplaat sen. Hij richt het woord tot hen, hij be kommert zich om hun wenschen en zor gen, hij onderricht hen in vraag en ant woord over den zin der gebeurtenissen. Daarbij ontziet dr. Ley zichzelf niet. In de gevangenis voor den Fuehrer. Onvermoeid getroost hij zich groote in spanningen, wanneer hij maar onder de ar beiders kan zijn en tot hen kan spreken. Hij vervult hen daardoor van denzelfden strijdgeest, die hem tijdens den eersten we reldoorlog bezielde. Toen bleek de jonge Robert Ley een harde en opofferende strij der te zijn, dien geen tegenslag kon ont moedigen. Of hij nu tijdens den eersten wereldoorlog als waarnemer uit een vlieg tuig van 2000 meter hoogte neerviel dan wel of hij later als aanhanger van den Fuehrer in de strijdperiode in gevangenis sen zat "en voor den Fuehrer groote ont beringen op zich nam, een ontoombaar idealisme en een diep geloof in zijn volk bezielden hem. Waf dr. Ley echter sedert 1933 voor de werkende menschen aan sociale verbete ring heeft bereikt, is een unicum en heeft hem de liefde en aanhankelijkheid van alle Duitsche arbeiders deelachtig doen worden. Zijn grotste taken wachten hem nog. So ciale werken van ongedachten omvang en van richtinggevende draagwijdte zijn op zijn initiatief in voorbereiding. De naam van dr. Ley zal eens in de Duitsche ge schiedenis te boek staan als een van de grootste en succesvolste politici op sociaal gebied. JAPANSCHE AMBASSADE BIJ HET VATICAAN. De eerste diplomatieke vertegenwoordi ger van Japan bij den H. Stoel, de gevol machtigde gezant Harada, is tot ambassa deur bevo:rderd. In deze nieuwe kwaliteit zou hij den Paus heden zijn geloofsbrie ven aanbieden. MOEDERDAG. Morgen is het de dag der Moeders. In ouden trant sprekend zou men kun nen zeggen: morgen is het de dag der koekologen. Want voor dien dag bak ken alle koekologen taarten om de Moeders te huldigen en te eeren en men zou zoo zeggen, dat er geen beter en meer moederminnend ras bestaat dan het ras der koekologen. Of het zouden de bloemisten moeten zijn. Maar toch heeft deze tijd aan den Moederdag iets veranderd. Ik denk aan al die Moeders dezer dagen in de keuken, daar zwoegend als mijnwer kers om spijzen te bereiden, waarin meer verstand en liefde zitten dan materieele bestanddeelen, die in staat zijn onze hoekig geworden li- chaamsdeelen af te ronden. Laat ons daarom nu gerust een dag de Moe ders extra huldigen. De directeur van de v/aterleiding, die in de kokende Moeders zulk een geduchte hulp heeft gekregen, zou kunnen beginnen met alle grootverbruiksters een taart te zenden. Maar wat kunnen wij, vaders, doen? Het minste is al dit. Een schort voorbinden en op Moederdag zelf eens koken. Maar vermoedelijk zal Moeder zeggen: 't is goed bedoeld, maar laat mij het liever zelf maar doen. En ne men jullie maar een stukje taart. Zoo zijn die Moeders. vy BINNENLAND MUSSERT SPREEKT OP ZIJN VER JAARDAG IN DEN KRING STEENDEREN. Gistermiddag is op de afdeeling finan ciën van het hoofdkwartier dor N.S.B. aan die Maliebaan te Utrecht de beslissing ge vallen waar de leider der N.S.B., ir. Mus- sert op zijn verjaardag a.s. Maandag zal spreken, ml te Steendsren. STOPZETTING PLUIMVEESTEUN REGELING. In verband met de toenemende werk zaamheden in den landbouw wordt de 'hulpverleening aan de door de inkrim- pingsmaatregelen in nood geraakte pluim veehouders behalve voor de op eigen bedrijf tewerkgestelde kleine grondgebrui kers gedurende de maanden Juni, Juli, Augustus en September stopgezet. WENKEN VOOR HET GEBRUIK VAN ZEEPPOEDER VAN NIEUWE SAMENSTELLING. Naar aanleiding van het in de dagbladen van 29 April opgenomen persbericht be treffende de bonaanwijizing voor het pro duct „zeeppoeder nieuwe samenstelling" worden van officieele zijde enkele hieron der volgende nuttige wenken gegeven ten aanzien van het practische gebruik van dit nieuwe artikel. De eigenschappen van dit zeeppoeder verschillen in zooverre van die van het ge wone zeeppoeder, dat naar verhouding kleinere hoeveelheden bij 'het wasschen ge bruikt moeten worden. Tevens dient niet met een warm sop te worden, gewasschen, doch integendeel, bij een zoo laag moge lijke temperatuur van het water. Daar het nieuwe product wellicht reeds in den loop van deze maand verkrijgbaar zal zijn, zal men er nauwkeurig op moeten letten, of men met zeeppoeder van de nieu we of van de oude samenstelling te doen heeft. Indien men zeeppoeder van de nieu we samenstelling ontvangt, is dit op de verpakking aangegeven. PROF. W. J. AALDERS. Bij besluit van den secretaris-generaal van opvoeding, wetenschap en kuituurbe scherming is aan prof. dr. W. J. Aalders eervol ontslag verleend als hoogleeraar in de faculteit der godgeleerdheid aan de rijksuniversiteit te Groningen. Kapt.-luitenarit Mohr, die met zijn onder zeeër 53.000 ton vijandelijke tcheeps- ruimte tot zinken bracht, bi) terugkeer In een duikbootbasis aan de kust van den Atlantischen Oceaan P.B.Z -v Eysden- P.K. Dietrich-Pax Holland m

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1