DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
fZ)e ótüjd ui Claói'Clzië
Momentje
ZATERDAG 21 MAART 1942
33ste Jaargang No. 10207
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015 Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 1L
Japan herziet de
voorschriften van
oorlogvoering ter zee
VERKLARING VAN MINISTER
SJIMADA
Aangezien de vijand bij de oorlogvoering
ter zee gebruik maakt van een ongeloor-
loofde tactiek met miskenning van het
internationale recht, heeft de Keizerlijke
Japansche marine vandaag een beschik
king uitgevaardigd, waarbij de voorschrif
ten omtrent de oorlogvoering ter zee,
neergelegd in de vlootregeling van 1914,
welke gebaseerd is op de Londensche ver
klaringen van 1909 herzien worden.
De minister van marine, Sjimada, heeft
van dit besluit kennis gegeven in de ge
wone bijeenkomst van het kabinet, terwijl
de regeering de vijandelijke landen hier
van via de neutrale mogendheden op de
hoogte heeft gesteld. De minister wees er
op, dat Engeland en de Ver. Staten sinds
het uitbreken van den oorlog in Groot-
Oost-Azië, het internationale recht vol
komen hebben miskend en een uiterste
oorlogvoering toepasten, welke gebaseerd
was op „vergelding en haat".
Inmiddels heeft professor Enomoto van
de marine-academie in een verklaring van
de nieuwe beschikking gezegd, dat de
Keizerlijke marine een eerlijke rechtvaar
dige actie wenscht te voeren met eerbiedi
ging van het internationale recht. De oor
log is van nature evenwel wederkeerig en
derhalve is er geen reden aanwezig, waar
om Japan alleen zou vasthouden aan het
voorschrift van oorlogvoering ter zee, ter
wijl de vijandelijke mogendheden zich
hiervan niets aantrekken.
DE STRIJD IN BIRMA
De correspondent van het agentschap
Reuter aan het front van Birma schrijft,
dat de Japansche druk sterk toegenomen
is tijdens de laatste uren, voornamelijk in
den sector van Toengoo, op 190 mijlen ten
Zuiden van Mandalay.
Naar Domei uit Rangoon verneemt,
geven Wavell en Tsjiang Kai-sjek elkaar
de schuld voor de nederlaag aan het front
in Birma. Wavell heeft geprotesteerd om
dat de troepen van Tsoengking niet snel
genoeg den Britten te hulp zijn gesneld.
Daarentegen verklaart men van de zijde
van Tsjoengking, dat de Britsche troepen
zijn teruggetrokken, zonder op de aan
komst van de Tsjoengkingtroepen te wach
ten. Politieke waarnemers merken naar
aanleiding hiervan het volgende op:
Wavell, die klaarblijkelijk op het oogen-
blik de bekende Britsche politiek voert om
anderen voor Engeland te laten vechten,
heeft geprobeerd de troepen van Tsjoeng
king naar Birma te lokken.
Ten gevolge van de nederlagen aan de
rivier de Sittang en bij Pogoe was hij
echter genoodzaakt om de Britsche en
Indische troepen voor de aankomst van de
troepen van Tsjoengking terug te trekken.
Naar Domei meldt verluidt uit berich
ten uit Tsjoengking, dat het stadsbestuur
van Tsjoengking bevolen heeft, dat vrou
wen en kinderen uit het stedelijk gebied
moeten worden geëvacueerd, zulks als
voorzorgsmaatregel met het oog op nieuwe
Japansche bomaanvallen, die men van Mei
af verwacht.
HOE HET ER OP TIMOR TOEGING
Over het verloop van den strijd om Ti-
mor publiceert de „Nitsji Nitsji Sjimboen"
volgens het D.N.B. een belangwekkend
frontbericht.
Na de landing van de Japansche troe
pen op het Nederlandsche deel van
het eiland, trokken Geallieerde troepen
ter sterkte van meer dan 3000 man zich
op het Portugeesche deel van het eiland
terug en zetten hun operaties op neutraal
grondgebied voort. Nadat de Geallieerde
strijdkrachten op 12 Maart bij Dilli waren
verslagen, was de strijd op Timor feitelijk
geëindigd.
De Japanners maakten op Timor naar
het blad meldt 1.200 gevangenen; als buit
vielen den Japanschen troepen 386 booten,
30 automobielen alsmede vechtwagens,
pantserwagens en kanonnen in handen.
DE POSITIE VAN AUSTRALIë
De „Manchester Guardian" publiceert
uit Melbourne een nieuw artikel van Keith
Murdoch, die schrijft, dat de ongerustheid,
die men in Australië en Nieuw-Zeeland ge
voelt, waarschijnlijk veel grooter is dan
de nood, dien men in Groot-Brittanje in
den ergsten tijd van 1940 ondervonden
heeft. De toestand van Australië is ook
waarlijk wanhopig, want tijdens de ge
vechtshandelingen op den Stillen Oceaan
is zoo goed als niets gebeurd, dat op
eenigerlei wijze zou kunnen troosten. Voor
de geallieerden is er slechts een reeks
snelle nederlagen of zelfs vernietigings
slagen geweest. Alle vroegere voorberei
dingen voor de verdediging van de Stille
Zuidzee zijn opgebouwd gworden op basis
der heerschappij ter zee. Maar toen de
geallieerden die heerschappij verloren, en
dat was terstond bij den aanvang, was alles
als een kaartenhuis ineengestort.
Naar Domei uit Soerabaja meldt, zijn
de Japanners na de overgave van Soera
baja in het bezit gekomen van 53 schepen
der geallieerden, die tot zinken waren ge
bracht of beschadigd, doch gelicht of ge
repareerd kunnen worden.
SNEEUWSTORMEN IN ZWEDEN.
Er komen vele berichten binnen over den
eteeds ernstiger wordende toestand in
Zuid-Zweden, dat zeer van sneeuwval
heeft te lijden. Het gebied van Trellefoorg
schijnt het meest te zijn getroffen. Het is
niet per spoor of over den gewonen weg te
bereiken en ook de telefoonverbinding is
verbroken.
Ook elders in het Zuiden van Zweden
heerscht een verkeerschaos. Helsingborg is
volkomen van de buitenwereld afgesloten.
Vijftienhonderd telefoontoestellen zijn hier
buiten werking. Malmö maakt den indruk
van een uitgestorven stad. Donderdag
avond moest de verlichting hier ten gevol
ge van den slechten stroomtoevoer zoo
zeer worden beperkt, dat de stad verduis
terd leek.
De gebrekkige verbindingen leiden over
al tot ernstige storingen in de voedselvoor
ziening. Met groote haast wordt gewerkt
aan het vrijmaken van de spoorwegen.
Krachtens een verordening, uitgevaar
digd door den militairen bevelhebber voor
België en Noord-Frankrijk, wordt in het
vervolg iedereen, die rantsoeneeringszegels
of levensmiddelenbonnen vervalscht, met
den dood gestraft
Zij, die al of niet opzettelijk ver-
valschte zegels gebruiken of in omloop
brengen, zullen gestraft kunnen worden
met den dood, met dwangarbeid of met ge
vangenis, al naar den ernst van het geval.
IN EEN PAAR REGELS
Nieuw© lichting in Turkij©
opgeroepen.
In Turkije is een nieuwe lichting onder
de wapens geroepen. De opgeroepenen
moeten zich voor 25 Maart bij de recrutee-
ringsbureaux melden.
Botsingen met Sovjet-
Russische troepen.
Volgens berichten uit Bagdad is het tus-
schen Britsche en Sovjet-Russische troe
pen in het grensgebied van Irak en Iran
nabij de Rewendoepas tot bloedige botsin
gen gekomen.
Sovjet-Russische deserteurs op
Turksch gebied.
Naar te Istanboel verluidt is een aantal
officieren uit Azerbaidsjan uit het Sovjet-
leger gedeserteerd en op Turksch gebied
geïnterneerd.
Cuba neemt defensie-maatregelen.
De president der Cubaansche republiek
heeft verduistering van de kust en over
brenging van licht ontvlambare grondstof
fen uit het kustgebied naar het binnenland
bevolen.
Britsche bommenwerper
neergeschoten.
Woensdag j.l. is een Wellington-bommen
werper in de nabijheid van New-Castle
neergestort. Zes leden der uit zeven per
sonen bestaande bemanning kwamen om
het leven.
Schepen getorpedeerd.
Het Amerikaansche ministerie van ma
rine heeft medegedeeld, dat voor de Oost
kust het Zuid-Slavische vrachtschip „Tre-
poa" en een groot, niet genoemd Noorsch
vrachtschip getorpedeerd zijn, evenals een
schip van onbekende nationaliteit.
Een schoenmaker op Capri, Lorenzo Pe-
tralia, is erfgenaam geworden van hon
derd millioen lire en daardoor een der
rijkste mannen van Italië.
Petralia kreeg een telegram uit Buenos
Aires, waarin hem werd medegedeeld, dat
een broer van hem van wien hij in geen
jaren iets had vernomen in Argentinië
was overleden en hem al zijn goederen, ter
waarde van honderd millioen lire, had na
gelaten.
Koopsters geducht gestraft
Dezer dagen heeft de inspecteur voor
de prijsbeheersching te Leeuwarden,
eenige zware boeten opgelegd aan een
slager en een 12 tal van zijn afneemsters,
die vleesch ver- en gekocht hadden tegen
prijzen, welke ver boven het toelaatbare
uitgingen.
De slager H. Groefsema te Haren bij
Groningen heeft van September 1940 t/m
September 1941 16 koeien en 20 kalveren
frauduleus geslacht en het vleesch van
deze beesten zonder bon of tegen afgifte
van te weinig bonnen aan zijn clientele
verkocht.
Van Januari 1941 af werden nieuwe
prijzen berekend, welke meestal 20 tot 40
ct. per pond hooger waren dan hij mocht
berekenen. In enkele gevallen steeg de
prijs zelfs van ruim 1.per A kg. tot
meer dan 2.terwijl rund vet voor
3.50 per pond werd verkocht.
Groefsema, die door de Veehouderij
centrale reeds voor den duur van 10 maan
den was uitgesloten, werd wegens bewuste
overtreding der prijsvoorschriften tot een
boete van 7000.veroordeeld.
Aan zijn afneemsters, die wegens mede
plichtigheid aan prijsopdrijving terecht
stonden, werden de volgende boeten opge
legd: Mevr. J. LieftinckMedden te
Haren 10.000.mevr. E. Niemeyer
Boelmans ter Spil te Haren 10.000.
mevr. A. MeesHuizinga te Haren
6.000.mevr. G. LandeweerOving te
Haren 5.000.—; mevr. C. Kool—Kolff te
Haren 4.000.mevr. A. van Velzen
van Erp te Haren 2.500.
Verder werden twee dames beboet met
1.000.en drie met 750.Ook vielen
nog boeten van 350.300.en 50.
Andere veroordeelingen volgen nog.
Bij het opleggen dezer geduchte straffen
overwoog de inspecteur voor de prijsbe
heersching o.m., dat de veroordeelden het
met de prijsvoorschriften beoogde doel n.l.
de distributiegoederen binnen het bereik
van allen te brengen, in gevaar hebben ge
bracht. De overheid heeft meermalen na
drukkelijk te kennen gegeven, dat het
koopen van distributiegoederen tegen te
hooge prijzen tot een tekort kan leiden.
De minder goed gesitueerden zouden daar
door practisch geheel van vleesch versto
ken raken en het ontstane voeding tekort
met him beperkte middelen ook niet op
andere wijze kunnen aanvullen. Er is dus
alle reden hiertegen met kracht op te
treden.
De zeer gunstige financieele toestand
van het meerendeel der veroordeelden was
in dit verband een factor, welke de ernst
der overtreding nog slechts vergrootte.
Het Spaansche Legioen aan het
Oostelijk front Vrijwilligers in sneeuw-
kleeding op weg door het winterland
schap lYansatl.-Recla-P. K. v. d Becke
Pax Holland m
Bij de Nederlandsche Vrijwilligers der Watten SS. De wacht
trekt uit
SS-P. IC Fritz-Stapf-Pax Holland i
Drama bij het transport van
duizend geïnterneerden.
IN DEN AVOND VAN 12 MEI IN EEN
TREIN.
Vrijspraak geëischt voor inspecteur
Van Gellicum.
In den avond van 12 Mei 1940 werd een
duizendtal geïnterneerde nationaal-socialis-
ten van „Filmstad" bij Den Haag per trein
naar Amsterdam overgebracht. Onderweg,
even voorbij Haarlem, speelde zich een dra
ma in een treingedeelte af, dat aan vier ge-
interneerden het leven kostte. Een geïnter
neerde had aan den bewaker gevraagd,
zich naar een anderen coupé te mogen
begeven, waar zijn vrouw en kinderen zich
bevonden. De bewaker hield zich aan de
strenge orders, dat niemand mocht opstaan
enz, waardoor de geïnterneerde zenuwach
tig werd en naar den bewaker toeliep, met
wien hij in de duisternis in een handge
meen raakte. De bewaker heeft daarop
eenige schoten uit zijn karabijn gelost, een
collega deed insgelijks en het resultaat was,
dat vier menschen het leven lieten, n.l. Chr.
W. von Lützow, Arie A. Hoek, Petrus J.
Wolters en Jan N. Roest.
De thans 47-jarige inspecteur van politie
A. M. van Gellicum, indertijd dienst doen
de als reserve-kapitein, had zich Donder
dag deswege voor het Vredesgerechtshof te
verantwoorden, omdat hij te stringente or
ders voor het transport zou hebben uitge
vaardigd.
Volgens de dagvaarding bestond zijn
schu'ld hierin, dat hij in de uitoefening van
zijn ambt als commandant van het trans
port aan de met de bewaking van de gein-
terneerden belaste, onder zijn bevel staan
de militairen en aan die geïnterneerden de
orders heeft medegedeeld, dat deze gein-
terneerden gedurende de treinreis niet moch
ten rooken, spreken of van him plaatsen
opstaan en dat bij overtreding zou wor
den geschoten, zulks terwijl hij wist, dat
het transport in oorlogstijd en deels in don
ker plaats had, vele uren duurde en de met
de bezetting belaste militairen voor deze
taak uit hoofde van hun opleiding, ge
oefendheid en bewapening minder ge
schikt waren en bestond zijn schuld mede
hierin, dat hij gedurende die treinreis zich
omtrent den toestand in dat gedeelte van
den trein niet, althans niet voldoende, op
de hoogte heeft gesteld en niet gezorgd
heeft, dat in dien wagen voldoende toezicht
werd gehouden.
In deze zaak werden een twaalftal getui
gen gehoord.
Hierbij gaf de 41-jarige res.-kapitein C.
Bannier een samenvatting van de consig
nes, die voor het transport waren uitge
vaardigd. De trein was tjokvol en een deel
van de reis geschiedde in het donker, zoo
dat ernstig moest worden gelet op hand
having der consignes Zoo mocht bijv. niet
worden geriskeerd, dat iemand aan de
noodrem zou trekken. Wel heeft get. aan
een vrouw toegestaan een flesch melk uit
het bagagenet te halen.
Per groep van twintig geïnterneerden
waren er slechts enkele bewakers; in het
geheel ongeveer 130.
De consignes had getuige op het perron
in het bijzijn van verdachte mondeling ge
geven. Zij beteekenden. dat bij elk verzet,
hoe gering ook, geschoten zou worden.
De soldaten waren erg gemoedelijke lie
den.
Get. B. Eikema was een van de bewakers
In den trein en heeft geschoten toen een
der geïnterneerden naar zijn geweer had
gegrepen, nadat hij dien geinterneerde niet
had toegestaan, zich naar vrouw en kinde
ren, elders in den trein, te begeven.
President: Wat was de directe aanleiding
tot het eerste schot?
Getuige: Mijzelf te verdedigen. De ge-
interneerde had mijn geweer reeds beet ge
grepen en het was volkomen donker. Een
der geinterneerden lag op den grond. Toen
er daarna weer beweging in de gang kwam
heeft getuige het tweede schot gelost.
Get. J. W. Schakel, die mede tot de be
wakers behoorde, zegt geschoten te hebben
ter voldoening aan de consignes en ter zelf
verdediging, aangezien hij zich bedreigd ge
voelde.
Arts F. Hers, uit Wassenaar, eveneens een
van de geinterdeerden, verklaart, dat, al
had hij mogen opstaan, het wegens de duis
ternis niet mogelijk zou zijn geweest, in
den wagon hulp te verleenen, nadat er ge
schoten was. Bovendien was in Haarlem,
waar de trein stilstond, nog gezegd, dat,
indien er iets abnomaals gebeurde, allen
tegen den muur zouden worden geplaatst
om doodgeschoten te worden.
Verdachte verklaart, dat hij eerst op
Filmstad de troep heeft verzameld en toe
gesproken. Hij heeft daar het consigne ge
geven, dat praten en opstaan in den trein
niet zou worden toegelaten. Het was niet
de bedoeling een redelijk gestelde vraag
af te wijzen of met schieten te beantwoor
den. Met het oog op ontvluchting moest
echter streng worden opgetreden. Ver
dachte geeft toe, dat de bewakers geen
volkomen afgerichte militairen waren. In
het iremgedeelte, waar verdachte aanwe
zig was, heeft hij op verzoek wel toege
staan, dat een raampje geopend werd.
Reqaisitoir.
De gg. procureur-generaal, mr. P. R.
Blok, bracht in herinnering, dat de order
op 12 Mei 1940, om het transport geïnter
neerden over te brengen, werd gegeven
aan een kapitein Van Gellicum. Deze had
er rekening mee moeten houden, dat de
bewakers geen volledig geoefende militai
ren waren. Ook waren zij niet met den re
volver, doch met een geweer of karabijn
gewapend. Daarmee had rekening behoo-
ren te zijn gehouden. Het transport begon
tegen zeven uur 'savonds van Filmstad en
het duurde in ieder geval tot over elf uur.
Verdachte had ook daarop moeten reke
nen, althans hij had moeten begrijpen, dat
het geheele transport een aantal uren zou
vorderen.
De nouding van de geinterneerden, even-
MEN NEME.
Eén ding is goed! En dat is, dat de
distributie het geijkte „Men neme",
uit het menu heeft doen verdwijnen.
De mevrouwen en juffrouwen, die ons
ook vroeger reeds, liefst voor een hee-
le week tegelijk, etenswaren opdron
gen, alleen omdat wij 't ongeluk hadden
geabonneerd te zijn op de krant, die
haar goed bedoelde etenspogingen pu
bliceerde, zwoeren onveranderlijk bij
het: Men neme. De redactie meende
niet alleen voor ons geestelijk heil*
maar ook voor ons lichamelijk welzijn
te moeten zorgen en besefte niet, dat
dit „Men neme" afgronden opriep,
waarin de diepe val dergenen, die de
zen boozen raad opvolgden, tegen de
wanden werd weerkaatst. Zij besefte
niet eens, naief als een krantennedac-
tie was, dat onze rechtszalen en ge
vangenissen gevuld waren met al te
ernstige navolgers van de leer van
„Men neme". Zij besefte ook niet, dat
men met 12.steun niet op orden
telijke wijze acht eiwitten kan nemen,
een gelardeerde ossenhaas, vier pa-
patrijzen en een citroenvla. De redac
tie van de vrouwenrubriek nam een
voudig. Zij greep het als een gooche
laar uit de lucht en zette het de abon-
né's van de krant voor, die 'savonds
hoogstens aan de drukinkt mochten
ruiken.
Maar nu is dat uit. Men neemt niet
meer. Nog één stap verder en de me
nu's, die noodzakelijkerwijze niet
meer druipen van vet, druipen van
waarheid.
„Men neme" worde dan „Men trach-
te te bemachtigen" en alles is in
orde.
Vice-edmlraal Dönitz, bevelhebber der
Duitsche onderzeeërs, is tot admiraal
bevorderd als erkenning van zijn ver
dienste voor de doeltreffendheid van
het duikbootwapen
Orbis-Holland-P. K. Pax Holland m
als die van de bewakende soldaten, is over
het algemeen zeer behoorlijk geweest, doch
naarmate het donkerder werd, is een van
de geinterneerden onrustig geworden. Deze,
von Lützow, was reeds op Filmstad wat
zenuwachtig.
De orders waren op zichzelf niet onre
delijk.
By de uitvoering zijn echter fouten be
gaan en verdachte had voorzieningen be-
hooren te treffen, toen hy de reis mee
maakte en ervoer, dat deze erg lang
duurde.
De vraag is nu: hebben de bewakers ge
schoten, omdat zij de orders zoo streng op
vatten of omdat zij zich bedreigd gevoel
den. Spr. heeft den indruk, dat dit laat
ste het geval was en dat zij uit noodweer
hebben geschoten. Indien deze indruk
juist is, welk veband is er dan tusschen
de order en het schieten?
Spr. kan uit het verhoor geen andere
conclusie trekken en hij vraagt daarom
vrijspraak. Strafrechterlijke verantwoorde-
li jkheid kan dezen verdachte z.i. niet wor
den opgelegd.
In zijn pleidooi heeft mr. W. F. H. Ze-
gers woorden van deernis geuit over het
gebeurde en gezegd, dat zijn cliënt niets
liever zou hebben gezien, dan dat het trans-
sport zonder eenig incident ware verloo-
pen.
Dank zij vooral de objectiviteit, waar
mee de president, dr. Carp, de verhooren
heeft geleid, aldus pleiter, is komen vast
te staan, dat er geen causaal verband is
tusschen den dood der vier geinterneerden
en de gegeven orders.
Pleiter vertrouwt, dat het arrest tot vrij
spraak zal leiden en dat daarin zal uitko
men, dat de orders streng en kort behoor
den te zijn.
Voor een veroordeeling wordt overigens
culpa lata, grove schuld, geëischt en deze
is zeker niet gebleken.
Verdachte voegt hieraan nog toe, dat hij
zich niet anders bewust is dan dat hij or
ders heeft gegeven, die in overeenstem
ming waren met zijn plicht en verantwoor
delijkheid, al erkent hij, dat in die dagen
ook door hem fouten zijn gemaakt.
Het Vredesgerechtshof zal Donderdag 2
April uitspraak doen.