De strijd in de [-Aziatische ruimte DUITSCHLAND Momentje. DINSDAG 17 MAART 1942 33ste Jaargang No. 10203 S)e C&id&eh^Soii/fca/nt Telefoon: Redactie' 20015 Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 1L Vorderingen der Japanners op Nieuw Guinea DOOR HET OERWOUD IN DE RICHTING VAN PORT MORESBY. Naar Radio New York omtrent den strijd op Nieuw-Guinea meldt, banen de Japan ners zich steeds verder een weg door het oerwoud in de richting van Port Moresby. Voorts meldt Radio New York, dat de Japansche luchtmacht tijdens het weekein de de ten Noorden van Australië gelegen eilanden gebombardeerd heeft. De frontberichten van de Japansche bla den melden, naar uit Tokio wordt bericht, dat men binnenkort op Nieuw Guinea op beslissende gevechten kan rekenen, aldus R. M. uit Lissabon. De gelande Japansche troepen zouden binnenkort in gevechtscon tact met de Australische verdedigers ko men. De Japansche marineluchtmacht heeft reeds sedert dagen ononderbroken bom en machinegeweeraanvallen op vijande lijke stellingen ondernomen. De Nieuw-Zeeïandsche regeering heeft de algemeene mobilisatie gelast, aldus be richt de correspondent van de New York Times uit Wellington. Uit Canberra wordt medegedeeld, dat men in Australië in koortsachtig tempo maatregelen neemt om zich te beveiligen tegen de toenemende Japansche luchtaan vallen. Overal worden voorbereidingen ge troffen om de landing van Japansche vlieg tuigen onmogelijk te maken. Men neemt aan, dat Nieuw-Guinea, waar steeds meer Japansche troepen landen, binnenkort in de handen der Japanners zal zijn en dat dit eiland de basis tegen Australië zal worden. Voorts wordt van hier gemeld, dat eenige Amerikaansche duikbooten in Australische havens zijn aangekomen. Zij hebben over de vaart van Californië naar de Australische havens 16 dagen gedaan. DE JAPANSCHE BUIT OP JAVA. Van een onbekende basis meldt Domei: Een concreet bewijs van de verraderlijke houding van Engeland en Amerika jegens Nederlandsch-Indië werd aan het licht ge bracht, toen een onderzoek ter plaatse uit wees, dat er een verrassend klein aantal Britsche, Amerikaansche en Australische krijgsgevangenen op Java gemaakt is. In weerwil van het enorme aantal Ned.-Indi- sche krijgsgevangenen, bedroegen de Ame rikaansche gevangenen slechts 400, die krijgsgevangen gemaakt zijn in den omtrek van Bandoeng en een honderd anderen, die gevangen genomen zijn meer in het j Oostelijke deel van Java, een totaal dus van slechts 500, onder wie een kolonel. On der de Britsche krijgsgevangenen bevon- I den zich twee generaal-majoors. De voornaamste oorlogsbuit dien de Ja panners op de Amerikanen veroverden be stond uit: 93 automobielen, 8 stukken veld geschut, 19 machinegeweren, 319 automa tische en gewone geweren, 80.000 patronen. Het onderzoek naar het op de Britten buitgemaakte materiaal duurt nog voort, doch volgens de voorloopige inlichtingen werden 76 kanonnen, 90 machinegeweren, 6000 geweren en 600 automobielen ver overd, hetgeen bij elkaar een onbeteeke- nend percentage is van den totalen oorlogs buit op Java. REDE VAN DEN ENGELSCHEN ONDERKONING VAN BR. INDIë. De Engelsche onderkoning lord Linlith gow heeft gisteren in New Delhi de ver gadering der Indische vorsten (Chamber of Princes) geopend met een rede, waarin hij de vorsten aanspoorde, zich bij het „nationale oorlogsfront" aan te sluiten. Doel van dit nationale oorlogsfront was volgens den onderkoning versterking van het moreel, het uitschakelen van alle voor de verdediging schadelijke elementen en het bestrijden van de „vijfde colonne'' met inbegrip van alle onrustverwekkende redevoeringen en persartikelen. Lord Lin lithgow verzocht den vorsten, de missie van Cripps al hun steun te verleenen. In de tegenwoordige kritieke situatie moesten de vorsten alle voorrechten prijsgeven, die belemmerend werkten op de oorlogvoe ring. De onderkoning deelde voorts mede, dat de troepen van het Indische leger ver een igd zijn om de strijdvaardigheid van de geheele weermacht te verhoog en. De vergadering der Indische vorsten nam tenslotte een resolutie aan, waarin zij verklaren, Engeland met alle middelen te willen blijven steunen. ARTIKEL VAN BOSE. De Voor-Indische vrijheidsstrijder Bose schrijft in het tijdschrift Nansjin (Zuid waarts), dat in Britsch-Indië slechts de vorsten en de hoogere ambtenaren aanhan gers van Engeland zijn en wel uit puur zelfzuchtige overwegingen. Deze beide groepen vormen evenwel slechts tien pro cent der bevolking. De overige negentig procent is vervuld van den brandenden wensch naar onafhankelijkheid. Indien Australië bezet zou zi|n KNICKERBOCKER VOORSPELT VERLIES VAN ALEOETEN EN ALASKA. Terwijl de vroegere Australische minis terpresident Menzies Vrijdag in een radio rede verklaarde, dat hij weigerde te geloo- ven, dat Japan een land als Australië met 7 millioen inwoners kan veroveren, geeft denzelfden dag Knickerbocker in de „Daily Mail" deze mogelijkheid openlijk toe en voorspelt zelfs het verlies .van de Aleoeten en Alaska. Australië, zoo schrijft hij, is niet slechts het laatste bolwerk van onze wereld, neen, voor het leger van den Ja- panschen keizer beteekent het tevens de vooruitgeschoven vesting, waaruit het waarschijnlijk nooit verdreven kan wor den. Als de Japanners Australië en Nieuw- Zeeland veroverd hebben, zooals zij zulks met Singapore en Malakka gedaan hebben, hebben zij voldoende krachten vrij voor nieuwe ondernemingen en dat zijn de Aleoeten en Alaska. Een blik op de kaart toont aan, dat na den val van Australië en Nieuw-Zeeland de rechtervleugel van de Japanners volkomen gedekt is en dat zij nog slechts bedreigd kunnen worden op him linkervleugel om Noordelijken vleugel, van de Aleoeten of Alaska uit. Een hooge Japansche autoriteit heeft verklaard: „De Japanners moeten probeeren Alaska te ver overen, om zichzelf te beschermen en een steunpunt te winnen, vanwaar zij kunnen aanvallen". Van Alaska uit, zoo vervolgt Knicker bocker, zouden de Japanners luchtaanval len op de Ver. Staten kunnen ondernemen. En dat is niet eens zoo fantastisch als vier maanden geleden de voorspelling geklon ken zou hebben, dat de Japanners in elf weken Singapore en in zes dagen Java zou den veroveren. De thans op Nieuw-Guiena gebruikte Japansche aanvalsmethode, n.l. met bommenwerpers van vliegkampsche pen af de verdedigingsmiddelen der vlieg velden vernielen en dan die vliegvelden met landingstroepen uit de lucht verove ren, kan overal worden toegepast. En on getwijfeld zullen de Japanners probeeren ook Australië op die wijze te veroveren. Ten slotte citeert Knickerbocker den hulpkreet, dien hij zoo vaak van Australië vernomen heeft: ,iA.u.b. beste Amerikanen, wacht niet tot onze steden in vlammen opgaan, tot jul lie inziet, dat je ons tijdig moet helpen om nog eenige hulp te kunnen bieden. In 's he melsnaam laat Australië geen nieuw voor beeld worden van het „too litle, too late". INTERVIEW MET G.-G. VAN NED.-INDIë Jhr. mr. dr. Tjarda van Ctarkenborgh- Stachouwer, de gewezen G.G. van Ned.-In- dië, heeft zijn eerste interview sinds zijn interneering toegestaan aan de „Nitsji Nitsji". Jhr. Tjarda leidt thans een eenvoudig bestaan in een kleine villa op vijf kilome ter van Bandoeng, die voor hem is inge richt door de Japansche autoriteiten. In zijn omgeving bevinden zich twaalf hooge ambtenaren. De gewezen G.-G. spreekt zel den en brengt zijn tijd in hoofdzaak door. met het lezen van detective-verhalen en met wandelen in zijn kleinen rozentuin. Tijdens het persgesprek gaf jhr. Tjarda uiting aan zijn verontwaardiging over het verzuim van Engeland en Amerika hulp naar Ned.-Indië te zenden. Tevens prees hij de vechtcapaciteiten van den Japan- schen soldaat, die hem ten zeerste hadden verbaasd. Hij verklaarde voldaan te zijn over zijn behandeling door de Japansche legerautoriteiten, de omstandigheden in aanmerking genomen. Op de vraag van den correspondent, waarom de heer Tjarda Java niet vóór den inval der Japanners had verlaten, ant woordde deze: Ik achtte het 't beste te blij ven en voorts kon ik toch ook niet weg gaan, nadat ik aan de ambtenaren had meegedeeld, dat zij, ook al zou Java in handen der Japanners vallen, gelegenheid zouden krijgen onder de Japansche autori teiten het plaatselijk bestuur voort te zet ten. De gewezen G.-G. verklaarde in ant woord op een vraag, dat de Japansche ge- interneerden met uitzondering van den consul-generaal Isjizawa naar Australië waren overgebracht ter beveiliging van hun leven, omdat het zeker was. dat Ned.- Indië in den maalstroom van den oorlog zou worden meegesleept. TOESPRAKEN VAN HALIFAX EN LITWINOF Volgens een bericht van den Engelschen nieuwsdienst uit New-York heeft de Brit sche ambassadeur lord Halifax Maandag avond in een rede aan een banket ver klaard, dat er van alles is, dat aanleiding tot bezorgdheid kan geven. Voorjaar en zomer 1942 zullen moed en uithoudingsvermogen der vrije mannen op de geheele wereld stellig dermate op de proef stellen, dat een vergelijking niet de donkerste dagen van 1918 geoorloofd is. Wij hebben veel verloren, aldus de am bassadeur, en het is zeer goed mogelijk, dat wij nog meer verliezen. Wie de gevaren niet onder de oogen wil zien, is een dwaas. Het is geen geheim, dat de gecombineer de vlootstrijdkrachten der VereerAgde na ties tegenwoordig de handen vol hebben. OVer het geheel beschouwd zijn de geal lieerden nog steeds genoopt hun plannen te beperken volgens de beschikbare mid delen. Er zijn een massa amateur-strategen, die het met hun slechts lapidaire kennis mis schien niet zoo moeilijk vinden voorstel len te doen tot het behalen van een snelle, treffende overwinning als degenen, op wie de feitelijke verantwoordelijkheid rust. De beste geschenken voor degenen, die den werkelijken strijd uitvechten, zijn zware arbeid, goede wil tot het brengen van of fers en vertrouwen. Vervolgens nam 'de Sovjet-ambassadeur Litwinof het woord. Hij bepleitte actiever oorlogvoering door de geallieerden, ook in dien dit een risico meebrengt. Afwachten, niets doen en het verzuimen van de eene STRIJDT VOOR EUROPA Herhaalde Sowjefaanval- len op Kertsl afgeslagen Het Duitsche weermachtsbericht van gisternamiddag luidt als volgt: Op het schiereiland Kertsj heeft de vijand ook gisteren zijn massale aan vallen, die door pantserwagens werden ondersteund, herhaald. Zij mislukten door den dapperen afweer van de DuitschRoemeensche troepen. De bolsjewisten leden zware, bloedige ver liezen en verloren 48 pantserwagens. Zoodoende werden in de laatste drie dagen in dezen sector van het front in totaal 136 vijandelijke pantserwagens vernietigd. Op andere plaatsen van het Ooste lijke front werden vijandelijke aan vallen tijdens een hevigen sneeuwstorm na zware gevechten afgeslagen. Sterke formaties gevechts- en jachtvliegtuigen ondersteunden in voortdurende aan vallen de gevechten te land en vernie tigden 45 vijandelijke vliegtuigen. Een eigen vliegtuig ging verloren. Bij den afweer van sterke, wekenlang herhaal de aanvallen van den vijand heeft de 134ste Saksische divisie infanterie zich bijzonder onderscheiden. Aan de Moermanskkust werden een groot transportschip in brand gescho ten en de haven- en spoorwegwerken in Moesmansk met succes gebombar deerd. In Noord-Airika werden vijandelijke verkenningsstrijdkrachten teruggewor pen. Een Britsch vliegveld in het Egyptische kustgebied, alsmede mili taire installaties in Tobroek werden succesvol gebombardeerd. Bij lucht aanvallen op vijandelijke autocolonnes in het Oostelijke gebied van de Cy- renaica werden verscheidene voertui gen in brand geschoten. Op Malta vielen Duitsche gevechts- en jachtvliegtuigen overdag en des nachts Britsdie vliegvelden en lucht- afweerstallingen alsmede de militaire installaties van La Valetta aan. Motortorpedobooten vielen in het Kanaal een Britsche formatie torpedo jagers aan en torpedeerden een torpe dojager, die na twee hevige ontplof fingen in de golven verdween. In een ander gevecht werd een Britsche ka nonneerboot zoo zwaar getroffen, dat aangenomen kan worden dat ook deze verloren is gegaan. Een eigen motor torpedoboot werd zwaar beschadigd en ging, nadat de gevechten waren afge- loopen, bij het wegsleepen ten onder. In het centrale gedeelte van den At- lantischen Oceaan heeft een Duitsch gevechtsvliegtuig een Britsch koop vaardijschip van 2000 ton tot zinken gebracht. Bij de gevechten van 13 Maart heeft opperwachtmeester Schroedel, stuks commandant van een afdeeling storm- geschut, acht vijandelijke pantserwa gens, waaronder drie zware, stukge schoten. - HET ITALIAAN SCHE WEERMACHTSBERICHT. Het Italiaansche weermachtsbericht van gisteren luidt: Aan het front van Cyrenaica zijn vijan delijke afdeelingen, die door artillerie en pantserwagens werden gesteund, met ge voelige verliezen door onze verkennings- afdeelingen teruggeworpen. Bij een verwoed gevecht boven El Adem tegen strijdkrachten, die in aantal aanzien lijk sterker waren, hebben Italiaansche ja gers een nieuw succes behaald door vier Engelsche vliegtuigen neer te halen en verscheidene andere te beschadigen. Op den terugweg viel onze formatie met succes een vijandelijke autocolonne aan en schoot een tiental auto's in brand. Een onzer toe stellen is niet teruggekeerd. In het centrale bekken der Middelland- sche Zee hebben Duitsche jagers bij her haalde aanvallen drie Spitfire's vernield. De vijand heeft een lucht- en vlootbom- bardement op Rhodes uitgevoerd. Er werd geen enkel militair doel getroffen. Enkele gebouwen, waaronder de orthodoxe kathe draal, kregen lichte schade. Zeven burgers werden gedood en tien anderen gewond. gelegenheid na de andere geeft wellicht veel grooter risico. Volgens hem is de tijd een verraderlijke bondgenoot, die bereid is aan beide zijden te strijden. De zooeven geuite overwegingen, aldus spr., zijn mij slechts ingegeven door de bezorgdheid, waarmee de militaire situatie mij vervult. In het vervolg van zijn rede erkende Litwinof overigens, dat de plaatselijke ter- x-einwinst der bolsjewisten in den, afgeloo- pen winter geen groote diepte heeft en gaf te kennen, dat het de Sovjet-regeering welkom zou zijn, als de Duitsche troepen door een afleidingsmanoeuvre elders ver splinterd of aan het Oostelijk front ver zwakt zouden kunnen worden. IN EEN PAAR REGELS Grieksch schip getorpedeerd. Volgens een telegram uit Nassau aan Reuter is een frrieksch vrachtschip in den nacht van Dinsdag op Woensdag bij de Ba- hama-eilanden getorpedeerd. De beman ning werd gered en te Nassau aan wal ge bracht. BINNENLAND REDE VAN IR. MUSSERT IN HET CONCERTGEBOUW TE AMSTERDAM. De groote zaal van het Concertgebouw te Amsterdam was gisteravond dermate met bezoekers overladen, dat alle deuren ge sloten werden en tientallen belangstellen den naar huis moesten terugkeeren. Ir. Mussert, zijn rede aanvangende, wist reeds direct zijn toehoorders met een klaar en overtuigend betoog te boeien. Wij zijn, aldus spr., in een dieptepunt in onze geschiedenis. 14 Mei 1940 bracht de bezet ting van Nederland, kort daarop volgde Curagao, toen Suriname en ten slotte in het voorjaar van 1942 de overgave van Indië. Ons volk verkeert in lichamelijken nood, maar meer dan deze, is de geestelijke nood van dezen tijd. Een groot deel van ons Nederlandsche volk wil geen ongelijk er kennen en toch ware het wel goed, als het dat deed. In weinige woorden schetste spreker daarop den toestand van ons volk, dat zich in somberheid, in een gevoel van onmacht, verbittering en haat stuurloos laat drijven en geen blijheid meer kent. Nooit aldus vervolgde ir. Mussert is ons volk zoo voor den gek gehouden als in de periode September 1939 tot Mei 1940. Men maakte ons wijs, dat onze bewapening uitstekend was en toen .eenmaal de oorlog over onze grenzen kwam, was het in Ay. dag afgeloopen. Terwijl honderden vielen voor de verdediging van ons vaderland, knepen de schuldigen er tusschen uit. Er kwam een kort oogenblik van bezinnixfg. 24 uur raakte men het geloof in de dier baren kwijt, maar toen begon het weer. Met bijtend sarcasme striemde spr. de re geerders, die naar Engeland uitweken, om dat „ze voor ons moesten zorgen. Koffie, thee, chocolade en tal van andere heerlijk heden hebben ze voor ons opgeslagen, want ze willen niet met leege handen terugko men.... als ze komen! (luid applaus). Na 15 Mei 1940 zoo ging spreker voort begint het nieuwste tijdvak: ons land als bezet gebied. Het is niet prettig, maar laten degenen, die kankeren, twee dingen bedenken: ook de Duitsche soldaten, die huis en goed, vrouw en kind hebben ach tergelaten, vechten niet voor hun pleizier. Als zij er niet waren, zou Engeland zijn gekomen en dan zou het er heusch niet prettiger uitzien. Zoo kwam spreker tot, wat hij noemde, de groote misdaad: het verlies van In dië. Precies als destijds in Nederland zijn ook daar degenen, die op deze catastrophe hebben aangestuurd, juist een dag tevoren ervan door gegaan. Ir. Mussert uitte zijn respect voor den gouverneur-generaal, wat men ook van hem moge zeggen, hij is ten minste gebleven! Ik heb het aan zien komen met Indië, reeds twee jaar lang, zoo zette spr. zijn be schuldiging voort. Alles wat er gedaan werd, geleek als twee druppels water op wat hier vóór Mei 1940 geschied was. De publieke voorlichting was in handen van Engelsch-Amerikaansch-joodsche ophitsers. Op instigatie van Engeland werden de economische onderhandelingen met Japan anderhalf jaar gerekt en alles werd ge daan om Japan tegen Indië in het harnas te jagen. Spr. wees de verantwoordelijkheid voor wat er gebeurd was, af. Niet w ij zijn het, die de schuld hiervan dragen. Immers, wij werden overal uit geweerd. Integendeel, wij hebben sinds 1931 nimmer opgehou den, ons volk te waarschuwen. Slechts één verontschuldiging heeft ons volk: het is te goed van vertrouwen geweest. Op de vraag, van beteekenis vóór ons allen, hoe komen we uit den put, wil spr. alereerst antwoorden, hoe het n i e .t moet. Er zijn er velen, die maar steeds blijven „afwachten". Engeland wint toch, is hun parool. Dan wordt het mooi: de Duitschers gaan weg, we hangen groote guirlandes aan de boom en en alle N.S.B.-ers slaan we dood. Willen deze menschen weten, wat de werkelijkheid dan zou zijn: niet Enge land zou wirmen, maar het bolsjewisme, het joodsche kapitaal uit Amerika. Indien er HONDENFILISOFIE. Zondag heb ik mijn -hond gesiproken. Mijn -hond, dat is de hond van onze straat, hoewel geen straathond. Het is een soort herder, een Duitsche, een Belgische, een Hongaarsche, weet ik veel, en bij gebrek aan ander wild! blaft hij verschrikkelijk tegen onze kinderen. Ik heb mijn 3-jarigen zoon, die steedis, als hij dat dier ook maar in de verre verte iziet, binnen de omheining vam ons voortuintje vlucht, gewezen) op het aloude adagium, dal blaffende honden niet bij ben, maar ik kreeg den indruk, dat hij d'it een heel erg sofisme vond. Toen ben ik op den hond toege- stapt en heb getracht hem tot de orde te roepen. Maar hij vertelde mij, d'at het lente was, dat de zon scheen, dat hij nu weer eens naar hartelust wildé rondibuitelen in de vrije zonnige na tuur en dat de menschen en de kinde ren der menschen nu maar eens uit den weg moesten gaan. Kijk eens blafte hij, wij hébben nu net de ijsperiode achter den rug. Jullie hebben dien tijd zoo goed mo gelijk doorgebracht met overschoenen, rubberlaarzenkaplaarzen en alle pret tige hulpmiddelen, welke menschen steeds ten dienste staan, terwijl wij al die weken maar op onze bloote pooien door de sneeuw moesten baggeren. Nou is het mijn beurt, woef!!! En hij rende als een pijl uit de boog achter een klein- hondje aan. En ik wil dus, na kennis te hebben genomen van deze hondemfilosofie, alleen maar zeggen-, dat wij in den af geloopen tijd1 eigenlijk niets te klagen hebben gehad, V geen nationaal-socialisme en geen fascisme waren geweest, zou er nu geen Europa meer zijn. (Daverend applaus). Wij moeten Me zaken groot zien. Het is niet gemakkelijk voor ons, die in dezen grooten tijd leven, alles goed te overzien. Deze wereldrevolutie beteekent het einde van het kapitalistische tijdvak, het einde van de Fransche revolutie, het. ontwaken der volken en de aaneensluiting van Europa. Er zal komen een nieuw Nederland in een nieuw Europa. Ik weet, dat ik al dus besloot spreker op u kan rekenen, want wij weten, dat wij sfrijden voor de eer en de toekomst van ons volk. Houzee. Een daverend applaus was het antwoord der aanwezigen op het betoog van den leider. Nadat het zesde couplet van het Wilhel mus was gezongen en ir. Mussert onder herhaald houzee-geroep de zaal had ver laten, hieven de aanwezigen spontaan het lied „Wij zijn de zwarte soldaten'" aan, waarna de zaal langzaam leegstroomde. DOORBEREKENING MOLESTPREMIëN. Naar de gemachtigde voor de prijzen mededeelt, is het met ingang van heden weer toegestaan de kosten van de werke lijk betaalde molestpremiën bij goederen vervoer in de prijzen door te berekenen. ONTSLAGEN BURGEMEESTERS. Bij besluiten van den commissaris-gene raal voor bestuur en justitie is ontslag ver leend aan jhr. mr. F. H. van Kinschot als burgemeester van de gemeente Alkmaar; mr. C. A. Prinsen als burgemeester der gemeente Roosendaal c.a. en H. M. Olden- hof als burgemeester der gemeente Kam pen. Bij besluit van den commissaris-gene raal voor bestuur en justitie is aan mr. dr. J. A. H. J. S. Bruins Slot op zijn verzoek ontslag verleend als burgemeester der ge meente Adox*p.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1