r~ Mamentje WOENSDAG 11 MAART 1942 33ste Jaargang No. 10198 3)e CeiubclieSou^ct/ttt Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015 Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbna 1L Zal de oorlog zich nu uitstrekken tot Australië? VRIJWILLIGERS VOOR DE AMBULANCE NAAR Een Leldsch hoogleeraar over het geestelijk leven Wij citeerden dezer dagen enkele frap pante passages uit een boekje van den Leidschen hoogleeraar prof. dr. H. Krae- mer, getiteld: „Het Christelijk geloof en de moderne mensch". Prof. Kraemer bezit de gave, om de wer- kelijkhèid, zooals hij die ziet, scherpzinnig te ontleden en de kern ervan open voor ons te leggen. Daardoor schenkt ook de lezing van een ander werkje van denzelfden schrijver: „De nood der Kerk" een verstandelijk genot aan den lezer. Het is niet bedoeld voor ka tholieke lezers die in deze verhandeling, evenmin als in de eerstgenoemde alles zou den onderschrijven want het richt zich tot de Protestanten, wien wordt voorgehou den „de nood der Kerk", namelijk de groo- te en tragische verscheidenheid en geschei denheid in protestantsche belijdenis. Wij willen graag hier enkele zinnen ont- leenen aan de voor een conferentie van predikanten gehouden lezing, die de hoog leeraar in het boekje „De nood der Kerk" heeft uitgewerkt. Het „persoonlijk geestelijk leven is alleen gezond en echt, wanneer drie dingen samengaan: kennis, schrik en hunkering. Hoe dieper de kennis der verlossing en der vergeving is, des te meer wordt de ziel geschud door den schrik over de zonde en vervuld van de hunkering naar de heiligmaking. Gaan dezè drie, de kennis, de schrik en de hunkering niet samen, maar blijft de eerste op zichzelf staan, dan kun nen wij met stelligheid zeggen, dat deze kennis der verlossing en verge ving niet de ware is, maar e©n gedena tureerde. een ontspoorde, een pseudo- kerrnis. Hieraan wordt niets veranderd door het feit, dat deze kennis zich on der het gezichtspunt van dogma en con fessie correct en duidelijk weet uit te drukken. Deze kenschetsing van het geestelijk le ven „kennis, schrik en hunkering" is de vrucht van mediteerende studie of stu- deerëndè meditatie. Hier wordt de kern van het geestelijk le ven, ons inziens, zoo zuiver blootgelegd, dat wij dit citaat, na het zelf te hebben geno ten, onzen lezers niet wilden onthouden. Men onderzoeke eens zichzelf, om na te gaan, of er daarom niet veel aan ons gees telijk leven ontbreekt, omdat daarin één dezer drie elementen „kennis, schrik en hunkering" wordt gemist of slechts in een te on volmaakten vorm aanwezig is.,.. Op den weg naar Mandalay. In Toungoo valt de smaak op, waarmede de inwoners en vooral de vrouwen zich weten te kleeden Transatlantic-Recla GRUWELEN VAN LEMBERG. De wereld vergeet zoo snel. Zelfs de gruwelen van Lemberg vergeet de groote massa. Zoo licht denkt men, dat zoo iets hier in ons land tot de onmogelijkheden zou behooren. En toch, wanneer de sovjets de kans zouden hebben gekregen Gelukkig dat ook in ons land duizenden moedige mannen zich beschikbaar gesteld hebben om Nederland te bewaren voor deze verschrikkingen. Zorgt u er voor, dat het dezen mannen aan niets ontbreekt. Steunt de Nederland- sche Ambulance en stort uiw bijdrage op girorekening 8 7 6 0 0 Nederlandsche Ambulance 's-Gravenhage Koninginnegracht 22. Na de bezetting van Ned.-Indië VAN MOOK VOORNEMENS NAAR WASHINGTON TE GAAN. Volgens een mededeeling van den Brit- sohen berichtendienst heeft de luitenant- G.G. van Ned.-Indië, dr. van Mook, die zioh thans in Australië bevindt, verklaard het voornemen te hebben, zijn reis naar Washington voort te zetten. Uit Adelaide bericht Radio Mundial dat zich in het gezelschap van dr. Van Mook bij diiens vertrek uit Ned.-Indië bevonden o.a. de heeren Van der Plas, generaal Van Oyen, H. Kreutzberg, C. Giebel, Arens, Van der Molen en T. Bouten. Bovendien zijn nog andere officieren tegelijk met dit gezelschap in Australië gearriveerd. Verder is volgens den Britschen berich tendienst vandaag te Canberra medege deeld, dat dr. Van Mook Donderdag een bijeenkomst zal hebben met den Aiustrali- schen minister-president, Curt in. AUSTRALIë IN AFWACHTING VAN DEN AANVAL. Met het oog op het gevaar voor een Ja- pansche invasie heeft de Australische re geering bevolen, dat alle wegwijzers en plaatsnaamborden verwijderd moeten wor den uit de Noordelijke kuststreek van Au stralië. Uit Stockholm meldt het D. N. B.: Onder het opschrift „Australië bereidt zich voor" publiceert de „Times" van 10 Maart een artikel waarin o.a. het volgende wordt ge zegd1: in Canberra, Sydney of Melbourne twijfelt niemand er meer aan, dat de Ja- pansohe landingen op Nieuw-Guinea de eerste phase vormen van den slag om Australië. De vrees van Australië is door de Japansche landingen op Timor, Rabaul en New Britain toegenomen, evenals door de luchtaanvallen op Port Darwin, Broo me en Wyndham en door de herhaalde aanvallen op Port Moresby. Thans zijn de Japanners met sterke strijdkrachten ge land op Nieuw-Guinea en iedereen in Australië heeft het gevoel, dat nu de strijd ernst wordt. Met zeer groote aandacht, zoo meldt de „Times" verder, heeft men in Australië de gevechten op Java, dat be schouwd werd als het laatste bolwerk tus- schen Australië en de snel oprukkende Ja pansche troepen, gevolgd. Men is vastbe sloten zich vooral op eigen kracht te ver laten. In Australië is men er van over tuigd, zoo besluit de „Times", dat het land niet alleen nieuwe bomaanvallen staan te wachten, doch dat ook een landing van sterke strijdkrachten dreigt, temeer daar de Japanners in de laatste drie maanden bewijs hebben geleverd1 van hun kracht en dapperheid, die de Geallieerden overal ver rast hebben. NIEUWE JAPANSCHE LANDING OP NIEUW-GUINEA. Naar de Britsche nieuwsdienst uit Syd ney meldt, hebben Japansche troepen hun derde landing op Britsoh Nieuw-Guinea Het proces te Riom VERHOOR VAN LEON BLUM. De tiende zittingsdag van het gerechtshof was uitsluitend gewijd aan het verhoor van Leon Blum. Het openbaar ministerie legt in de beschuldiging verzaking van ambtsplichten op de volgende punten ten laste: Blum was in de periode, aan den oorlog voorafgaande, tot twee maal minis ter-president. Zijn ambt legde hem den plicht op, Frankrijk de noodzakelijke wa pens te geven teneinde het zijn veiligheid te verzekeren. Blum heeft nagelaten de be wapeningsindustrie de aansporing te geven, die de toestand gebiedend eischte. Hij heeft integendeel de productie door de nationa lisatie der bewapeningsfabrieken gedesor ganiseerd en met zijn autoriteit op dit ge bied het noodlottige optreden van zijn mi nisters Daladier en Pierre Cot gedekt. Her vormingen der arbeidswetgeving (40 uren week) waaromtrent overeenstemming in 't land had kunnen worden bereikt, heeft hij van haar waren zin vervreemd, van 't nor male doel afgeleid en veeleer gemaakt tot een werktuig in den klassenstrijd. Blum bestreed tijdens zijn pleidooi alle punten van de beschuldiging en wees de verantwoordelijkheid van de hand, die hij voor een deel op den generalen staf, voor een ander deel op den voormaligen minis ter-president Chautemps trachtte af te wentelen. Hij maakte zich verder schuldig aan critiek op het gerechtshof, hetgeen hem eenige malen een terechtwijzing van den president bezorgde. REGEERINGSWISSELING IN HONGARIJE. Zooals gemeld is de Hongaarsche minis ter-president von Bardossy afgetreden. In zijn plaats heeft thans de vroegere minis ter van Landbouw Kallay een nieuwe re geering gevormd. Volgens Berlijn betee ken t de benoeming van Kallay een ver sterking van het conservatieve element in de Hongaarsche regeering. Men verwacht dan ook een terugdringen van de beweging der Pijlkruisers. De buitenlandsche politiek van Hongarije zou geen enkele wijziging ondergaan. Rijksbestuurder Horthy heeft von Bar dossy uit waardeering voor de bewezen diensten het met de H. Kroon versierde Grootkruis van de Hongaarsche Orde van Verdienste verleend. verricht, en wel te Finch-haven tussbhen straat Dampier en die Golf van Huon. In bevoegde kringen te Londen verklaart men, volgens Radio Mundial, over den te genstand, dien de Japansche landingstroe pen op Nieuw-Guinea ondervinden, geen duidelijk beeld te bezitten. VLIEGTUIGEN UIT V.S. TE WELLINGTON AANGEKOMEN. Volgens S.P.T. wordt te Sydney verno men, dat Amerikaansche vliegtuigverster kingen in Wellington, de hoofdstad van Nieuw-Zeel and, zijn aangekomen. Verder krijgt men den indruk, dat de Amerikanen zich veel moeite getroosten om hun posities op de Philippijnen te handhaven. DE BEDREIGING DER PHILIPPIJNEN. Naar de Amerikaansche zender Schenec tady meldt, ziet men in militaire kringen te Washington in de benoeming van gene raal Jamasjito tot opperbevelhebber der Japansche strijdkrachten op de Philippij nen een bewijs, dat de Japanners thans voornemens zijn, generaal Mac Arthur en zijn troepen te verpletteren. HET BEELD VAN RANGOON BIJ INTOCHT DER JAPANNERS. Naar de „Jomioeri Sjimiboen" uit Ran goon meldt helbben aldaar voor den in tocht der Japanners onbeschrijfelijke toe standen geheerscht. Op 3 Maart zijn overal in de stad onlusten en plunderingen ont staan, waarbij de ruiten van vele gebou wen het moesten ontgelden. De winkelza ken bieden een beeld van droeve wanorde. Aan den ingang van een Britsche zaak is een bord opgehangen met de woorden: „Weg met Engeland". Ook op andere wijze blijkt, hoe de stemming zich tegen de En- gelsdhen keerde. Birmaansche vrijwilligers zouden eenige dagen geledien het vuur op de Britsche troepen geopend hebben. Als gevolg van het oproer, dat kort voor de bezetting is uitgebroken, staat Rangoons grootste en hoogste gebouw, het Strand- hotel, in lichterlaaie. De binnenrukkende Japanners word/en door de Binmanen, die zich ten deele met Japansche vlaggetjes getooid hebben, vriendelijk toegejuicht. VERSTERKINGEN VAN CEYLON. De Britten werken koortsachtig aan de verdedigingswerken op Ceylon. Langs de kust werden afweenbatterijen opgesteld, terwijl in de wateren rond het eiland mij nen werden gelegd. TSJOENGKING-LEGER ONDER BEVEL VAN EEN AMERIKAAN. Naar de Britsche nieuwsdienst uit Tsjoengking meldt, is aldaar officieel be kend gemaakt, dat. Ts jarig Kai Sjek den luitenant-generaal van het Amerikaansche leger, Stillwell, tot chef van den generalen staf en daarmede tot opperbevelhebber van het leger van Tsjoenking heeft benoemd. Voorts heeft de regeering van Tsjoeng king besloten, een militaire missie naar Washington te zenden, onder leiding van generaal Hsioeng Hsji Hoei. HET ITALIAANSCHB WEERMACHTSBERICrtT. Het 647e weermachtbericht luidde gis teren: In Cyrenaica wederzijdsche activiteit van verkenningsafdeelingen en van de artille rie. Vliegtuigen bombardeerden met succes de haven van Tobroek en het vijandelijke achterland. Een koopvaardijschip kreeg een voltreffer en vier vliegtuigen werden op den grond vernield. Een onzer vliegtuigen, waarvan het weermachtbericht van giste ren het verlies vermeldde, is teruggekeerd. Vliegtuigen van de spil herhaalden de vernietigende aanvallen op Malta, als ge volg waarvan een vliegtuig op den grond in brand vloog, terwijl talrijke voltreffers werden geplaatst op vliegveld- en haven installaties van het eiland. Een Engelsch vliegtuig wierp lukraak eenige bommen op Rhodes en Samos. Er wordt geen schade gemeld. Voorts onder nam de vijand een luchtaanval op de stad en de omstreken van Athene, waardoor twee huizen instortten en twee Grieksche burgers den dood vonden. IN EEN PAAR REGELS Engelsche vliegtuigen in botsing. Boven Gibraltar zijn een Engelsche bom menwerper en een Engelsche tweedekker met elkander in botsing gekomen. Zij stort ten beide neer. De piloten konden nog niet gered worden. Braziliaansch schip getorpedeerd. Het in dienst van de Ver. Staten varende Braziliaansche stoomschip „Arabutan" is op 7 Maart ter hoogte van de Amerikaan sche haven Newport getorpedeerd en tot zinken gebracht. Openbare werken in België. Zocdra het weer er gunstig voor geacht wordt, begint men te Zandvliet (België) met de uitvoering van een hoogst belang rijk werk, n.l. het indijken van een gedeel te van de schorren ten Oosten van de Schelde. Hierdoor zal ongeveer 8800 H.A, grond vruchtbaar worden gemaakt. HET OOSTFRONT BEËEDIGD PLECHTIGHEID OP HET BINNENHOF TE s GRAVENHAGE De Nederlandsche Ambulance naar het Oostfront, die in de afgeloopen maanden te 's Gravenhage haar militaire opleiding heeft genoten en die binnenkort als ver sterkt veldlazaret naar haar bestemming zal vertrekken, heeft gisteren in handen van den bevelhebber van het Nederland sche Vrijwilligerslegioen, luitenant-gene raal H. A. Seyffardt, den eed van trouw aan den oppersten bevelhebber der Duit sche weermacht afgelegd. Hiertoe werd de uit ongeveer 160 perso nen (artsen-officieren, onderofficieren, ver plegers enz.) bestaande ambulance te half vier op het met Nederlandsche en Duitsche vlaggen getooide Binnenhof opgesteld met een Duitsch militair muziekkorps aan den rechtervleugel. Generaal Seyffardt en gene- ralleutnant Rauter, SS Obergruppenführer, inspecteerden den troep, waarna generaal Seyffardt de volgende toespraak hield: „Kameraden, vrijwilligers van de Neder landsche Ambulance, wederom zie ik hier voor mij een groep Nederlandsche mannen, die besloten hebben zich in te zetten met de duizenden volksgenooten, die hen reeds zijn voorafgegaan. Die anderen zijn weggetrokken om met de wapenen in de vuist ten strijde te trek ken tegen den ergsten vijand, die ooit het welzijn van Europa, ja, van de geheele beschaafde wereld, met den ondergang heeft bedreigd. Gij gaat u inzetten met hetzelfde doel, maar gij zult dat doen met andere midde len. Uw handen zullen niet in de eerste plaats geweer, karabijn of pistool voeren. Uw wapenen zullen zijn het geneeskundig instrument, de verbandtrommel, de bran card en als een zeer belangrijk orgaan: een hart vol menschelijkheid, toewijding en opoffering voor uw strijdende kameraden. Gij zult, naar ik hoop, overtuigd zijn, dat uw taak wel een andere, maar toch ook ze ker niet veel lichter zal zijn dan die van uw vechtende makkers. Want gij weet het: gij zult dikwijls de helpende hand moeten toereiken, daar waar de kogels fluiten, de granaten springen en bommen barsten. Dan kost het een geweldige zelfoverwin ning om. onbewogen en vastberaden, d' or de omringende gevaren uw menscheli. .en plicht te vervullen. Het vaderland rekent er op, dat gij werkelijk zoo zult zijn. Maar buitendien zult ge toch ook de oor logswapenen moeten voeren. Want zelfs ook achter het front zullen gevaren u en uwe gewonde en zieke kameraden bedrei gen. Daar in Oostland, waar uwe kameraden aan het front strijden tegen een niets- menschelijks hebbenden vijand, komen die zelfde vijanden telkens ook weer achter het front opduiken, om als zij de kans daarvoor krijgen sluipmoord te bedrijven op alles, wat daar niet op zijn hoede en dus weerloos zou zijn. Om daartegen niet onvoorbereid te komen staan, hebt gij een uitstekende militaire opleiding gekregen, zoo goed als slechts officieren en onderoffi cieren van de Duitsche weermacht, die zelf de harde leerschool van den oorlog te gen dien vijand hebben doorloopen, ze u konden geven. Gij zijt aan een strenge discipline onder worpen geweest, omdat alleen tucht en on voorwaardelijke gehoorzaamheid u tot wer kelijke soldaten kon maken, zooals men ze daar in Oost-Europa noodig heeft. Gij zult nu nog met de wapenen moeten worden geoefend, ge zult u daarbij op dezelfde ma nier moeten inspannen, als ge tot nu toe gedaan hebt. Dan ben ik overtuigd, dat gij daarginder den Nederlandschen naam hoog zult houden. Dat zult ge moeten doen, zoowel waar ge uw zware taak in het ver sterkte veldlazaret vervult als in het ge val dat ge als vechtsoldaat zoo noodig het hoogste offer, het offer van uw leven, zoudt moeten brengen, om het leven van de door u verpleegde weerlooze kameraden te be schermen. Officieren-artsen en gij allen, onderoffi cieren en manschappen van de Nederland sche Ambulance. Bij mijn op 14 Februari gehouden inspec tie heb ik gezien, dat gij in enkele maan den tijds van burger tot goed soldaat met zin voor orde en tucht zijt geworden. Gij hebt dat te danken aan uw Duitsche in structeurs, maar ook aan uw eigen willen en kunnen. Daarom durfde ik zooeven het vertrouwen uitspreken, dat uw „versterkte veldlazaret" den Nederlandschen naam hoog zal houden. En dan zie ik voor mij, hoe gij bij uw terugkeer in het vaderland door het thuis front zult worden bejubeld als waardige nazaten van groote voorouders. Wij, van het thuisfront, roepen u toe: tot weerziens! Gij weet: de kwade kans is er ook, dat het niet voor u allen een weerzien zal wor den. Maakt dan, dat voor hen, die vielen, de woorden van Oostlandlied, dat gij reeds zooveel gezongen hebt en nog zingen zult, van toepassing zullen zijn met den schoon- sten lof voor den soldaat: „Hij deed zijn plicht". Maar nu toch vol goeden moed: tot weer ziens, kameraden. Het beste deel van ons volk zal met span ning en met zyn geheele hart uw lotgeval len volgen. Duizenden zegewenschen vergezellen u op yw pad. Hou zee. Vervolgens geschiedde de eigenlijke eeds aflegging, door het gezamenlijk uitspreken van deze formule: „Ik zweer bij God den heiligen eed, dat ik in den strijd tegen het bolsjewisme den opperbevelhebber der Duitsche weermacht, Adolf Hitler, onbe perkt zal gehoorzamen en dat ik als dapper DIEFSTAL Het gebeurde vroeger ook wel eens, dat er een jas werd1 gestolen. Dat was dan min of meer onaangenaam, maar je ging naar je leverancier en die had prompt een nieuwe voor je. En het be richt van zoo'n diefstal was niet eens ernstig genoeg voor maar drie regels plaatsruimte in de krant. Het gebeur de -Wel eens, dat het toch gepubliceerd werdi, maar dan had er in de binnen zak van die jas een portefeuille geze ten met 25000 of daaromtrent. En dat was zoo ongeveer de limiet voor publicatie. Maar nu lees ik het volgen de bericht: „Ten nadeele ven den heer X werd' een winterjas, waarin eenige sigaren waren, uit de vestibule gestolen. De diefstal werd m de avonduren gepleegd". Ziet U, hoe wij gedaald: zijn? Van 25.000 tot eenige sigaren. Vandaag zijn eenige sigaren een kostbaar bezit. De jas is feitelijk minder, ondanks de koude en het feit van een hal ven dag voor de textielafdeeling van het distri butiebureau in de rij te moeten staan. De sigaren, dat is de hoofdzaak. Daar voor stond het bericht in de krant. En ik voorspel mu al, dat het niet lang meer zal duren of zoo'n. bericht zal op de voorpagina prijken, vet, in een rand en met een kop over vijf kolom. soldaat bereid ben te allen tijde voor dezen eed mijn leven in te zetten". Generaal Rauter sprak hierna de man nen nog met een enkel woord toe, waarin hij herinnerde aan de beëediging, nog niet lang geleden, van het Nederlandsche Na- tionaal-Socialistische Vrijwilligersbataljon op ditzelfde plein, waar toen Mussert af scheid van hen nam. Spreker deelde mede. dat blijkens binnengekomen berichten, dat bataljon sedert zes weken dapper aan den strijd deelneemt, tezamen met de andere kameraden van het Nederlandsche Vrijwil ligerslegioen en hij eindigde met de leden der ambulance op te wekken goede kame raden te zijn, gelijk men van dappere Ger manen mag verwachten. Het muziekkorps deed hierop achtereen volgens het Wilhelmus, het Deutschland- lied en het Horst Wessellied weerklinken. De plechtigheid was hiermede geëindigd. BINNENLAND SENATOR BöHMCKER BEZOEKT EEN«GE AMSTF.RDAMSCHE BEDRIJVEN es, I regWoLmachtige van den Rijkscommis- safi5't/>or de stad.1 Amsterdam, senator dr. Böhmcker, de heer Rodegro, Sozialrefenent voor Amsterdam, de directeur-generaal van den Arbeid!, de heer Hack©, en het districts hoofd van de arbeidsinspectie te Amster dam, de heer Donker, hébben te zaïmen (met den heer H. J. Woudenberg, commis saris "Van het N.V.V., en den heer Piersma, districtsleider van het N.V.V., dezer dagen eenige bedrijven in Amsterdam bezodht om zich op de hoogte te stellen van de so ciale verhoudingen, waaronder wordt ge arbeid. Op hun rondgang zijn zij op toe standen gestuit, dii© dringend verbetering behoeven. t Er valt in Amsterdam nog veel in dat opzicht te doen. Het N.V.V. spant zich hier voor in en zal in deze samenwerken met de arbeidsinspectie te Amsterdam. NIEUWE INGEHOUDEN MUNT STUKKEN. Gedurende het jaar 1941 werden voor Nederland aam 's rijks munt aan gemunt 195 rnillioen stukken met een nominale waarde van 16.741.000. Het waren: 40 rnillioen kwartjes, 43 mü- lioem dubbeltjes, 1.2 rnillioen nikkelen stui vers, 24.4 rnillioen' zinken stuivers, 19.8 rnillioen halve stuivers en 77 rnillioen cen ten. Ingetrokken werden: 2.159.172 rijksdaal ders, 3.698.297 guldens, 4.676.034 halve guldens, 3.582.060 kwartes, 481.858 dub beltjes, 4.146 stuivers, 66 640 halve stui vers, 288.647 centen en 13.635 halve centen, tezamen tot een nominale waarde van 12.382.172,745.—. In Ned. Oost-Indië werden ingetrokken 20.000 kwartjes en 8.4 rnillioen dubbeltjes. DAAR IS DE KRANT. De brievenbus kleppert, een plof op de deurmat, daar is de krant. Enkele oogen- 'blikken later gaat zij van' hand tot hand, verlangend als wij zijn om kennis te ne men. van bet nieuws dat zij brengt. Kunt u zioh het leven indenken zonder krant, dus zonder nieuws? Maar dan begrijpt u ook wat een zending kranten en tijdschrif ten voor onze vrijwilligers aan het Oost front 'beteekent. Nieuws uit het vaderland, dat is een gebeurtenis. Het verzorgings fonds vain het vrijwilligerslegioen „Neder land" zendt geregeld kranten en tijdschrif ten naar het Oostfront. Dit is echter nog niet alles. Ook pakketten bevinden zich bij de geregelde zendingen. Landgenoot steunt dit werk, dat zoo veel vreugde brengt aan onze dappere strijders in het Oosten. Stort een flinke bijdrage op de girorekening van het verzorgingsfonds vrijwilligersle gioen „Nederland" te 's-Gravenhage. Het gironumer is 4 3 2 1 0 0.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1