DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Qauden
taavenmac&t
DUITSCHLAND
Momentje
ZATERDAG 28 FEBRUARI 1942
33ste Jaargang No. 10189
3)e Ccid&eli£(Soii/ïa/nt
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015 Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 1L
Dit nummer bestaal alt
twee blades.
DANSEN om het gouden kalf heeft de
menschheid gedaan door heel de ge-
schiedenisr
Door het historieverhaal der volkeren
loopt een gouden draad en het is wel
merkwaardig na te gaan, hoe het speciaal
de beschaafde volkeren waren, zoowel in
de oudheid als in d'en nieuweren tijd, die
in den ban hebben gelegen van den too-
verglans van het goud. Zoogenaamde „wil
d-en", zooals de Inca' in Peru, die het
goud zeer goed kenden en het wel degelijk
gebruikten als sieraad, waren mind'pr vat
baar voor de tooverkracht van dit metaal
en verbaasden zich sterk, dat de blanken,
dlie onder aanvoering van^Pizarro Peru
binnen trokken in de eerste helft van de
16e eeuw, zoo belust waren op het bezit
van goud.
Wat al misdaden heeft dit blonde me
taal op z'n geweten; hoe talloos velen heeft
zijn fascineerende glans verleid om alles
prijs te geven voor het bezit van dit heet
begeerde metaal.
Een koortsgloed beving de' wereld, tel
kens wanneer er een nieuwe vindplaats
van goud ontdekt was, en bij duizenden
stroomden de goudzoekers naar de meest
onherbergzame oorden, waar zij gefbrek
en ellende, hitte en koude,- eenzaamheid
en levensgevaar trotseerden voor een hand
vol gouden korrels.
Waarom die hang naar het goud? Om
zich ^e tooien met een blinkend sieraad,
ee_ ring aan den vinger, een ketting.om
de hals?
Ongetwijfeld heeft het goud, .om zijn
duurzaamheid, zijn onaantastbaarheid
voor roest en bederf, zyn soepelheid bij
het smeden, zijn edelen glans een groote
aantrekkelijkheid als sieraad, maar dat
is niet de voornaamste reden, waarom het
begeerd wordt. Het is zijn waarde als geld,
welke het zijn tooverkraont verleent. Wie
goud heeft, heeft geld in de vingers en
geld geeft macht.
Niet altijd is dit zoo geweest.
In de primitieve samenlevingen der
oudheid waren de economische verhou
dingen nog niet van dien aard, dat men
een algemeen aanvaard ruilmiddel noo-
dig had. Aanvankelijk ruilde men een
goed, dat men te missen had, tegen het ob
ject, dat men graag bezitten wilde. Wie
veel schapen had, ruilde er een paar tegen
een koe of een paard. Wij kunnen ons
voorstellen, dat zoo'n schapenbezitter op
een" goeden dag behoefte kreeg aan het be
zit van een paard, omdat hij bijv. voelde,
dat hij wat stijf in de botten werd en in
zag, dat hij met behulp van een paard zijn
akkertje beter zou kunnen toewerken. Hij
zocht dus iemand, die hem een paard wil
de, ruilen. Maar al spoedig kwam er naast
dit muttigheidselement in het ruilverkeer
nog een,andere factor naar boven. Wie for
tuinlijk was bij de schapenteelt om nog
imaar even bij deze schaapjes te blijven
(kreeg er pleeier in om ook andere dieren
te gaan fokken, niet zoozeer omdat hij ze
zelf noodig had, irraar meer om vele en
mooie dieren te hebben. Hij had dan vele
mogelijkheden om te ruilen; hij^ was in één
woord een rijk man. En een rijk main was
als vanzelf ook een machtig man.
Zoodoende werd het bezit van dieren,
het bezit van een rijken veestapel een be-
geerenswaardig iets op zich zelf; vermeer
dering van vee beteekende verruiming
van ruil-mogelijkheden; vee was geld.
Dat vee inderdaad als geld, dus als ruil
middel, heeft dienst gedaan, blijkt reeds
uit den Latijnschen naam voor geld, nl.
pecunia. Pecunia is afgeleid van peous,
dat „vee" beteekent.
Maar het bleef niet bij vee alleen. tGold
bij een landbouwend volk vooral een man
met een groote veestapel voor een vermo
gend man, bij andere volken was in 't al
gemeen hij, die veel begeerenswaardige
dingen bezat, de gevierde ipan. En één van
die begeerenswaardige dingen was een
gouden sieraad. Zoo kwam het gouden
voorwerp als.ruilobject in de mode en werd
het bezit van gouden dingen een opspa
ring van ruilm ogelijkhbden
Maar aan het ruilen van goud tegen goed
zaten haken en oogen, nog meer dan aan
het ruilen van vee. Want het goud moest
echt goud zijn, en het voorwerp, dat men
in ruil gaf, ontleende zijn waarde niet al
leen aan ziju fraaien vorm, maar ook aan
zijn gewicht. Wie goud in ruil nam, be
keek het niet alleen op de schoonheid van
het maaksel, maar wilde het metaal ook
toetsen en het gewicht wegen. Toetssteen
en weegschaal moesten er aan te pas ko
men. Wat was natuurlijker dan dat de
overheid ingreep en stukjes goud als vol
waardig van gehalte en wicht garandeerde
door er haar stempel op te drukken.'
Aldus ontstond de gouden munt.
De eerste gouden munten komen
•voorzoover historisch bekend is in Ly-
dië voor omstreeks 600 v. Chr. Lydië was
(het land van dén rijken koning Croesus.
In Rome werd de eerste gouden munt om
streeks 217 v. Chr. geèlagen en wel bij den
tempel van de „waarschuwende Juaio", de
„Juno moneta", in welk woord men gemak
kelijk het latere „moneten" en het adjec
tief „monetair" herkennen zal. Typeerend
in dit verband is ook de Duitsche naam
„Mark'afgeleid van het merkteeken op
de munt.
Bij het eéne volk vroeger, by het andere
volk wat later, begon de gouden munt
zijn magische ro\ te spelen in het economi
sche leven.
Het goud werd het best bruikbare ruil
middel, het langzamerhand overal aan
vaarde intermediair bij handelstransacties.
Het goud werd ook het meest begeerde
OMSINGELING VAN
RANGOON
Domei meldt uit Saigon, dat Radio San
Francisco- heeft bekend gemaakt, dat de
Japansche troepen geconcentreerd langs de
rivier de Sittang, gisteren stroomopwaarts
zijn opgerukt om het eindstadium der om
singeling van Rangoon te voltooien. De
nieuwe opstelling der vijandelijke trpepen,
ongeveer 100 km. stroomopwaarts van de
stad, werd uiterst gevaarlijk genoemd.
Tevens werd verklaard, dat de thans
waarneembare verflauwing van den strijd
te land kan worden beschouwd als een be
wijs, dat de Japanners bezig zijn de Bril
len over de Sittang. te jagen èn dat zij
nieuwe versterkingen uit Singapore ver
wachten.
Naar Associated Press uit Mandalay
meldt, blijkt uit een bericht van de Ame-
rikaansche militaire delegatie, die met het
transport van Rangoon naar Mandalay be
last was van het materiaal, op grond van
de leen- en pachtwet aad Tsjoengking ge
leverd, dat al het in de havens liggende
materiaal niet verzonden kon worden, daai
deze in brand staan. Onder meer wordt me
degedeeld; dat honderd vrachtauto's, die
men niet tijdig genoeg kon monteeren.
verbrand zijn.
Radio-Saigon deelde gistermorgen zelfs
mede, dat de Japansche troepen de buiten
wijken van Rangoon waren binnengedron
gen. De radiozender Ma'dres heeft mede
gedeeld, dat de Britschè autoriteiten de ont
ruiming hebben gelast van.Tsjittagong, aan
de ïstaordwest-kust van Birma, aan de Golf
van Bengalen.
De regeering van Nederlandsch-Indië
heeft alle Nederlandsche soldaten, die zich
op het oogenblik in Engeland en in Canada
bevinden, bevolen onmiddelijk naar Ne-
derlandsch-Indië terug te gaan om onder
de wapenen te komen.
Naar het. Keizerlijke Japansche Hoofd
kwartier bekend maakt, hebben op' Zuid-
Sumatra opererende legereenheden op 23
Februari een belangrijke marinebasis aan
de Samangkarbaai geheel bezet. Voorts
wordt bekend gemaakt dat Japansche ma
rinevliegtuigen boven Batavia vier Spittfi-
res van den tegenstander hebben neerge
schoten. Tegelijkertijd is het vliegveld van
Tjililitan, buiten Batavia, gebombardeerd,
waarbij t^ee zware vijandelijke machines
op den grond werden vernield: De Japan
sche vliegtuigen leden geen verliezen.
De eerste lord der Engelsche admirali
teit, lord Alexander, heeft naar de Lon-
densche correspondent van „Nya Dagligt
Allehanda" meldt, het Donderdag in de bij
eenkomst van het Lagerhuis zwaar te ver
antwoorden gehad toen admiraal Sir Ro
ger Keyes, die in uniform verschenen was,
van hem eischte de admiraliteit zeer gron
dig wakker te schudden.
In duidelijke,-gepeperde taal maakte ad
miraal Keyes het Lagerhuis duidelijk, hoe
laag men de oorlogvoering ter zee van lord
Alexander taxeert. Vice-admiraal Beamish
(cons.) hield zich vooral bezig met den
doortocht der Duitsche slagschepen door
het Kanaal. De Marine, aldus Beamish,
moet voor'elk vliegtuig eerst een verzoek
richten tot het ministerie van Luchtvaart.
De bemanningen der zes „Swordfish"-
vliegtuigen waren tevoren nog niet in den
strijd geweest en hadden ternauwernood
eenig benul van .het afschieten van torpe
do's. Bovendien had men tot hen gezegd,
dat zij een konvooi in het Kanaal moesten
aanvallen. Verschillènde andere sprekers
onderstreepten de woorden van Keyes en
Beamish.
vermogensbestanddeel," de in klein bestek
samengeperste mogelijkheid tot het koopen
van allerlei noodige en nuttige goederen.
Daarnaast vervulde het goud de functie
van waardemeter. Want wie kon zeggen,
hoeveel schapen een koe waard was; dat
hing van allerlei toevallige omstandighe
den aï. Maar de waarde van een koe of een
paard kon men wel in gouden munten
uitdrukken; een paard was zooveel goud
stukken waard.
Ja, het goud kon onschatbare diensten
presbeeren; jammer maar dat het zoo zeld
zaam was!
De aarde stond haar goudschat slechts
aarzelend af, alsof zij wist, hoeveel narig
heid haar kinderen zouden beleven met dit
metaal, dat toch zoo hevig begeerd werd.
Maar was het goud niet juist daarom zoo
•begeerenswaard omdat het zoo zeldzaam
was?
Men wroette in de aarde en ontwrong
haar het zeldzame metaal in steeds groo-
ter hoeveelheden, doch het is de wonder
lijkste spëllin/g, welke het lot ooit te zien
heeft gegeven, dat die steeds groeiende
goudstroom niet geleid heeft tot een milde
spreiding van het aantal gouden munten,
welke hun zegenrijke functie in het econo
misch verkeer der volken zouden kunnen
vervullen, maar in tegendeel tot een roem
loos graf in de kelders der banken.
Het is de wonderlijke kringloop van het
goud in de laatste jaren; men graaft en
delft het koortsachtig uit den grohd met
geen' ander doel dan om het even spoedig
weer te begraven in een killen kelder,- diep
onder'den grond. Dat heeft het goud te
danken aan zijn taak van automatische sta
bilisator van het economische* wereldhan-
delsverkeer: de gouden standaard, tegelij
kertijd de grootste glorie van het goud en
tevens de oorzaak van zijn val.
Doch daarover in een volgend artikel.
Mr. H. G.
STRIJDT VOOR EUROPA
Bolsjewistische
aanvallen algeslagen
Het Duitsche weermachtsbericht van
gisternamiddag luidt als volgt:
„Op de Krirn hébben Duitsche enN
Roemeensche formaties vijandelijke-'
aanvallen op het front van Ss-bastopol
en op het schiereiland Kertsj met zwa
re verliezen voor den vijand afgesla
gen. Ook aan de ^overige fronten mis
lukten talrijke aanvallen van de bols
jewisten als gevolg van het weer
standsvermogen van o-nze troepen, die
d-oor sterke luchtstrijdkrachten wer
den gesteund.
In Noord-Afrika levendige activi
teit van Duitsche. en Italiaansche ver-
kenningsstrijdkrachten aan het Cyre-
naica-fronL In weerwil van het on
gunstige weer werden de havenwerken
van Tobroek gebombardeerd en gemo
toriseerde Britsche colonnes met bom
men en de boordwapens aangevallen.
Andere luchtaanvallen waren gericht
op Britsche vliegvelden op het eiland
Malta.
De vijand viel ook in den afgeloopen
nacht enkele plaatsen in het Noord-
Duitsche kustgebied aan. Twee Brit
sche bommenwerpers werden neerge
schoten."
NEGENTIG DAGEN
M1LLIARDENROES
Onder het opschrift „De negentig dagen
van den "milliardenroes" levert het maand
blad Berlin-Rom-Tokio scherpe krjtielfc op
de vroegere opvatting der Anglo-Ameri-
kaainsche mogendheden over de onover
winlijkheid der geallieerden in het gebied
van d'en Stillen Oceaan en de waardeloos
heid van het Drie-mogendihedenpacht.
Churchill en Roosevelt hebben het Drie-
mogendhedenpact niet alleen genegeerd,
zoo schrijft 't blad, doch zy hebben het bij
iedere gelegenheid gehoond. Het krachtig
ste argument tegen het pact waren toenter
tijd de milliarden. Getrouw aan de mecha
nische beoordeeling der wereld en haar
krachten begon een waar goochelspel met
onjuiste cijfers, met behulp waarVan do
totale dwaasheid van de conceptie van het
Driemogendhedenpact en de juistheid van
de Anglo-Amerikaansche onoverwinlijk
heid werd bewezen. Er werd met milliarden
gegoocheld voor vestingen op de eilanden
Wake „en Goeam. In den roes van deze cij
fers bestond er geen ander argument. Men
deed het voorkomen of een oorlog tegen
Japan een streeling van het gehemelte en
een prikkeling van de zenuwen der massa
zou zijn. Men sprak van dezen oorlog als
van een aanstaand hanengevecht of .boks
wedstrijd. Niemand minder dan de Ameri
kaanse hg. minister van marine, Knox, ver
klaarde categorisch, dat de vernietiging
van Japan door de Noord-Amerikanen
precies negentig dagen nadat de oorlog
zou zyn uitgebroken, voltooid zo'u zijn.
Vervolgens wijst het blad er op, dat in
een week de negentig diagen van Knox
voorbij zijn. Het groote politieke bondge
nootschap van het Driemogendhedenpact,
zoo schrijft Berlin-Rom-Tokio verder, heeft
zich inmidels tot een strategisch apparaat
zonder weerga ontwikkeld. Pearl Harbour,
de Philippijnen en Singapore zijn de etap-
per der Engelsche en Amerikaansche strijd
krachten in den Stillen Oceaan en der ver
nietiging van het Britsche Empire, in het
gebied van dezen Oceaan. Nog nooit in de
moderne geschiedenis heeft een staatsman
de totale ineenstorting van zijn politieke
en militaire conceptie zoo drastisch en zoo
tegen iedere verwachting te voelen gekre
gen als Ohurohill door het Driemogendhe
denpact. Alle factoren van dit pact hebben
gedaan, wat er by de conceptie van ver
wacht werd. De factoren van de Britsoh-
Amerikaansche conceptie hebben daaren
tegen niet alleen aan geen enkele verwach
ting voldaan, doch zij zijn bovendien een
ontzaglijke bluf gebleken. De milliarden
roes van Ohurchill zal voorbijgaan, zoo ver
klaart Berlin-Rom-Tokio tenslotte. Te oor-
deelen naar dezen roes moet deze kater
vreeselijk worden.
Tot zoover het Duitsche maandblad.
Men zou er nog 'aan toe kunnen voegen,
dat de eerste symptonen van den kater
zich reeds manifesteëren. Overal trekken
de Britten zich terug en wat zij achterlaten
is een rockende puinhoop. En de stem
ming is er in Londen na den val van Sin
gapore en Hongkong -niet beter op gewor
den. Zij zal nog slechter worden, indien
Rangoon eveneens door de Japanners wordt
bezet. Intusschen rukken de Japanners op
naar Java en dat is voor ons het ergste ge
volg van een ormadenfcenden poliitieken
roes.
AGRARISCHE ORDENING
IN HET OOSTEN
HET KOLCHOSSYSTEEM TEN EINDE.
De rijksminister voor de bezette Ooste
lijke gebieden, Alfred Rosenberg, heeft in
overleg met den gevolmachtigde voor het
vierjarenplan, rijksmaarschalk Göring, een
nieuwe agrarische ordening voor de reeds
door het civiele bestuur overgenomen ge
bieden der vroegere Sowjetunie in de gren
zen van 1939 uitgevaardigd.
In plaats van het bolsjewistische Kolcho-
senstelsel, komt een nieuwe ordening,- die
de landbouwbevolking van het Oosten tot
de individueele bewerking van den bodem
zal terug brengen. Begrijpelijkerwijze is
het niet mogelijk, de sinds twee decennia
met alle middelen van geweld gevestigde
bolsjewistische methoden, waardoor de
boeren tot slaven werden gemaakt, van
vandaag op morgen te veranderen. De ont
bonden collectieve bedrijven zullen daar
om eerst worden omgezet in gemeenschap
pelijke bedrijven, waaruit zich vervolgens
de individueele bedrijfsvorm zal ontwikke
len.
Onafhankelijk van de definitieve vor
ming zal het tot een hofstede behoorende
land tot particulier bezit worden verklaard,
van belastingen bevrijd en op voorstel ver
groot kunnen worden. In overleg «net het
opperbevel van de Duitsche weermacht
geldt de nieuwe agrarische ordening ook
in de door de Duitsche troepen bezette ge
bieden, die nog niet door het civiele be
stuur zijn overgenomen.
De Berlijnsche correspondent van het
„Vaderland" meldt omtrent het boven
staande nader:
Alle voormalige kolchosniks worden boe
ren doordat men hun een stuk land als be
lastingvrij bezit ter beschikking stelt en
hun toestaat zooveel vee te houden als door
de arbeidskracht van de boerenfamilie kan
worden verzorgd.
Deze regeling is ongeveer gelijk aan het
sedert eeuwen in Noordwest Duitschland
beproefde huurlingensysteem, hetwelk als
het systeem met de grootste mogelijkheden
van vooruitgang voor den landarbeider
wordt beschouwd.
De nieuwe agrarische verordening be
doelt niet alleen de Kolchosniks aan den
vaderlandschen bodem te binden, maar ook
het verstoorde familieleven te herstellen.
Evenals.tot nu toe zal de boer voorloopig
nog in het gemeenschappelijke bedrijf
werken, maar de stalarbeid, die 's morgens
en 's avonds moet worden gedaan, moet
aangelegenheid van de geheele familie
worden..
Hoe grooter een familie is, des te meer
vea kan zij houden en des te meer land
wordt haar door het Duitsche bestuur be
schikbaar gesteld. Daardoor wordt ook de
opbrengst van den arbeid van de familie
grooter. De mogelijkheid is dan geschapen,
dat t.z.t. de boer de overschotten van zijn
veeproducten op de markt kan brengen en
van de opbrengst daarvan de inventaris
van zijn gegroeide bedrijf kan aanvullen.
Door deze nieuwe regeling keert het Rus
sische volk langzaam weer terug .tot nor
male economische verhoudingen en het is
zeer goed ingezien, dat begonnen is met de
saneering van het Russische boerenleven.
Een booze droom van twintig jaren is voor
bij, laten wij hopen: voorgoed.
HET PROCES VAN RIOM
Op den vierden procesdag te Riom, heeft
president Caous bekend gemaakt, dat het
hof de formeele excepties der verdedigers
van Blum eii Daladier heeft afgewezen.
Tijdens het verdere verloop der zitting
van gisteren begon het gerechtshof met een
uitvoerig verhoor van Daladier. De kern
van de beschuldiging tegen Daladier luidde:
le. onvoldoende voorbereiding van den oor
log en 2e de houding van Daladier in de
bijeenkomst van den 23en Augustus 1939
van den oppersten oorlogsraad.
Ter gelegenheid van den dag van den
Nederlandschen Omroep te Hilversum op
Zondagmiddag a.s., zal de secretaris-gene
raal van het departement van Volksvoor
lichting en Kunsten, prof. dr. T. Goedewaa-
gen, persoonlijk aanwezig zijn en op de
feestelijke bijeenkomst een inleidend
woord spreekn.
U WEET, WAT W. H. N. BEDUIDT,
WELNU, HELP DAN MEE EN STEL
NIET UIT.
Giro Winterhulp Nederland 5553.
J. C. PLATE BENOEMD TOT PROGRAM
DIRECTEUR VAN DEN NEDER
LANDSCHEN OMROEP
De persdienst van den Nederlandschen
Omroep meldt:
De directeur-generaal van den Neder
landschen Omroep, dr. ing. W. A. Her
wij er, heeft met ingang van 1 Maart tot
directeur van den programmadienst van
den Nederlandschen Omroep den heer
J. C. Plate benoemd.
De heer Plate werd 25 April 1895 te
Haarlem geboren. Nadat hij de H.B.S. in
zijn geboortestad had gevolgd, diende hij
tijdens den wereldoorlog zijn vaderland als
reserve-officier bij de artillerie.
Na den oorlog was hij op verschillende
bankinstellingen werkzaam, waarna hy in
1929 naar Zuid-Duitschland vertrok om in
dienst te treden van een Hollandsche on
derneming, het Jod-und-Schwafelbad te
Wiessee. In den zomer (^an 1933 werd hij
de oprichter en groepsleider van de N.S.B.
voor de in Beieren wopende Nederlanders.
In 1941 keerde de héei' Plate naar Hol
land terug om zijn krachten beschikbaar te
stellen in dienst van de beweging als ver
bindingsofficier tusschen het hoofdkwartier
van de N.S.B. te Utrecht en het departe
ment van Volksvoorlichting en Kunsten.
STRATEGIE
Behalve schrijver van vriendelijke of
van onvriendelijke stukjes dat ligt
geheel aan de stemming van den lezer
vervul ik momenteel eveneens de
functie van directeur onzer particu
liere voedselvoorziening. Dat wil zeg
gen: ik ga op expeditie. Ik ga naar den
melkboer, den kruidenier, den slager
en den groentenboer en spreét daar
over vele problemen. Er zijn men-
schen, die klagen, dat je met je bonnen
tusschen je verkleumde vingers niets
kunt krygen, maar die denken niet
aan het spreekwoord, dat zelfs nu nog
van kracht is: met de hoed" in de hand,
komt men door het gansche land. Daar
komt nog iets bij en dat is de econo
mische spreuk, die nog veel ster-
kef geldt: do ut des. Dat is geen
nieuwe toonladder, maar beteekent
eenvoudig zooiets als: geeft en u zal
gegeven worden.
Ik begin dus met te geven. De slager
krijgt van mij een vriendelijke groet,
plus een bujtenlandsch, politieke uit
eenzetting, waarna ik zonder rfioeite
mijn leverworst ontvang, die mijn ega
straks bij de witte kool zal voegen. De
groentenvrouw krygt van mij een be
minnelijke glimlach als het de moeder
en een knipoog als het de dochter is en
ik ga naar huis met peen, uien en een
kilo overwinterde spruitjes. Met den
kruidenier houd ik een diepgaande
verhandeling over hpt weer en de
vrouw van den melkboer krijgt eenige
pakkende raadgevingen tègeri winter
teenen.
Zoo krygt ieder wat en ik mijn deel.
Heusch, het is zoo moeilijk niet
Maar het is oorlog en dan moet je
strijden volgens een vastgesteld en uit
gelijnd plan en niet maar in het wüde
weg op verovering uitgaan.
De heer J. C Plat® is met ingang van
1 Maart benoemd tot directeur van
don programmadienst van den Neder,
tandschen Omroep
Nedi Omroep-Vermeulen
In October van hetzelfde jaar ging hy
-over paar den Nederlandschen Omroep,
vaar hij verbonden werd aan het bureau
van den directeur-generaal.
In een vraaggesprek met den nieuwbe-
noemden directeur van den programma
dienst, die een goede kenner is van de mu
ziek, de letterkunde en kunstgeschiedenis,
wees de heer Plate er op, dat het zyn
grootste streven in de toekomst zal zijn om
de programma's in gezonden volkschen zin
te doen samenstellen.
„Mijn grootste taak fcal zijn", aldus
de heer Plate, „om een gezonde ver
houding te scheppen tusschen de ont
spanning en de voorlichting, welke in
de radio geboden wordt, zoowel op het
gebied van de muziek als op dat van
de letteren. Mijn bijzondere (belang
stelling bij al deze werkzaamheden gaat
zoowel naar het land als de stad en ik
hoop een zoo nauw mogelijk contact
tusschen beiden te bereiken".
GE^AKKEUJK. VOOV^DIE. ZWIJNTJESJAGERS
AVAAÏ^ SLECHT VOO(^_bt FIE.T3!