DUITSCHLAND VRIJDAG 24 OCTOBER 1941 33ste Jaargang No. 10085 Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015 Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 11. DE NEDERLANDSCHE LANDSTAND Zooals gemeld, is in het thans versche nen Verordeningenblad opgenomen een verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied be treffende de oprichting van den Neder- landschen landstand. Deze verordening luidt als volgt: Artikel 1. (1) De Nederlandsche landstand is een openbaar lichaam in den zin van artikel 152 der grondwet en is gevestigd te 's-Gravenhage. (2) De Nederlandsche landstand heeft verordenende bevoegdheid in den zin van artikel 153 der grondwet. Artikel 2. De Nederlandsche landstand heeft in verantwoordelijkheid tegenover het Ne derlandsche volk tot taak: 1) de belangen van de landelijke bevol king te behartigen en te waken over de eer van de standgenooten; 2) in het kader der door den staat te ge ven richtlijnen de bedrijfseconomische aangelegenheden der landelijke bevolking te regelen en daarover te waken; 3) aan de voedselvoorziening van het Nederlandsche volk mede te werken. Artikel 3. (1) Tot den Nederlandschen landstand behoor en: 1) alle personen, die door hun werk zaamheid of door het ter beschikking stel len van perceelen grond of water deelne men aan het productief maken van den Nederlandschen bodem met inbegrip der binnen- en kustwateren; 2) de familieleden der onder 1) genoem de personen, voor zoover dezen geheel of gedeeltelijk voor het onderhoud van ge nen zorgen. (2) Vereenigingen, lichamen, instellin gen en stichtingen kunnen, onafhankelijk van hun rechtsvorm en .rechtspersoonlijk heid, voor zoover zij geen openbaar lichaam zijn en 1) voor zoover zij op het in artikel onder 1) omschreven gebied werkzaam zijn, door aanwijzing van den in artikel 1 der verordening no. 41/1941, ten einde te komen tot een herordening op het gebied der niet commercieele vereenigingen en stichtingen genoemden commissaris; 2) voor zoover zij op het in artikel onder 2) omschreven gebied werkzaam zijn, door aanwijzing van den boerenleider in den Nederlandschen landstand wórden opgelost of daarbij aangesloten dan wel worden ontbonden. Artikel 4. (1) Aan het hoofd van den Nederland schen landstand staat de boerenleider. Hij vertegenwoordigt den landstand zoo in buiten rechte. (2) De boerenleider regelt de inwendige organisatie van den Nederlandschen land stand door het geven van een statuut. Artikel 5. (1) Het staatstoezicht op den Nederland schen landstand berust bij den secretaris generaal van het departement van Land bouw en Visscherij. (2) De secretaris-generaal van het de partement van Landbouw en Visscherij vaardigt de ter uitvoering dezer verorde ning noodige voorschriften uit. Deze wor den in de Nederlandsche staatscourant af gekondigd. Ter toelichting op den Nederlandschen landstand ontvingen wij de volgende uit eenzetting. De verordening op de oprichting van den Nederlandschen landstand vormt de hoofdwet van den eersten publiekrechtelij ken landelijken beroepsstand in Nederland. Het gegeven kader zal in de komende maanden met uitvoeringsbepalingen, voor al echter door het opbouwwerk van den landstand zelf, worden aangevuld. Daarbij zullen arbeid en invloed van den land stand steeds verder reiken dan door wet en verordeningen kan worden bepaald. De verordening is, evenals de verorde ning op de marktordening der voedings huishouding, gegrondvest op de Neder landsche grondwet. De in de grondwet in den kiem aanwezige gedachte, dat de aan gelegenheden van een beroepsstand of van een tak van huishouden met verantwoor delijkheid door deszelfs leden worden be stuurd en geleid, is daarmede voor de eer ste maal volledig verwezenlijkt. De land stand is geen belangenvertegenwoordiging, want hij legt zijn arbeid op jegens het ge- heele volk verantwoordelijke wijze ten ten uitvoer. Het recht tot regeling van de eigen aangelegenheden sluit verplichtin gen jegens het geheel in. Het landvolk zal deze verplichtingen echter erkennen en bevestigen in tegenstelling tot de plichten, die het lidmaatschap van de crisisorganisa ties met zich mede bracht, want daar be stond practisch geen verantwoordelijk me- debepalingsrecht. Met de uitwerking van de marktordeningorganisaties en den op bouw van den landstand zal derhalve het einde gekomen zijn van de crisi^prganisa- ties. De landstand omvat het landvolk in den breedsten zin des woords, niet alleen den boer, den pachter of tuinder, maar ook den grondbezitter, die grond verpacht of op andere wijze door anderen laat gebruiken. Tot den landstand behooren de zoetwater en kustvisschers, ook alle landarbeiders zijn lid van den landstand en eveneens le den van het landelijke gezin, dus de vrou wen van boeren en landarbeiders, de jon ge en oude boer. De voornaamste taak van den landstand is de zorg voor al de zijnen en de bescher ming van hun standseer. De landstand moet dus den flinken landman, die zijn naam eer aandoet, steunen. Hij moet er derhalve invloed op hebben, dat de lan-ll____0 delijke bodem in handen komt van den 1 ter hand genomen. besten bewerker. Hij moet den ongeschik- ten gegadigde voor koop, pacht of vesti ging kunnen uitschakelen. De landstand ook het recht krijgen voorstellen te doen betreffende vertegenwoordigers van den landbouw in alle belangrijke corpora ties, die beslissen over landbouwbelangen. Niet alleen bij de keuze van menschen, maar ook bij alle groote problemen, die den landbouw betreffen, zal de landstand reeds om zijn deskundigheid betrokken moeten worden, zooals bijvoorbeeld bij alle plannen op het gebied van nederzet ting en landelijke cultuur. De zorg voor vrouw en jeugd ten platte- lande biedt een breed terrein van actie. Achting en begrip voor arbeid en leven op het land moeten behouden en gewekt worden; ook de Staat zal hier met den landstand samenwerken en bij de opstel ling van het leerplan der vakscholen voor den landbouw meer dan tot dusver ideëële gezichtspunten op den voorgrond moeten stellen. De zorg voor den landarbeider mag niet beperkt blijven tot een rechtvaardige re geling van de landelijke arbeids- en loon- toestanden. Behalve dit moet de innerlijke verbondenheid van den landarbeider en zijn gezin met den plaats van arbeid op de hoeve versterkt worden. De opvoering der productie, het berei ken van topprestaties in ieder bedrijf was tot dusver reeds een der voornaamste ta ken, die het staatsbeheer en de tot dusver aanwezige bonden en organisaties van den landbouw tezamen hadden. Door den land stand ontstaat thans de mogelijkheid om binnen het kader vai. de dooi d 'n Staat gegeven richtlijnen ook den laatsten boer landarbeider in te schakelen in de groote taak. die de geheele landelijke be volking in den huidigen tijd moet vervul den. De landstand zelf zal uit eigen recht, eigen aandrift en ook met eigen middelen opbouwwerk leveren en door onderwijs- en proefbedrijven het functioneeren van de staatsinstituten en van de ambtenaren steunen. Een deel der tot dusver omschreven werkzaamheden stond ook reeds op het werkplan van bestaande organisaties van den landbouw. Alles, wat tot dusver aan voorbereidend werk is geschied, wordt de finitief gestaafd door de samenvatting in den landstand. De tot dusver aanwezige stands- en beroepsorganisaties zullen met haar werk niet vernietigd maar opgeno men worden in een grooter geheel, waar haar arbeid, vrij van alle tot dusver aan wezige juridische of politieke beperkingen, voortgezet zal worden. De in de verorde ning opgenomen mogelijkheid tot inscha keling baant voor deze bonden den ge- schikten weg. Verwacht kan worden, dat de meerderheid der bestaande organisaties deze mogelijkheid niet zal laten voorbij gaan. De dcor de inschakeling ontstaande juridische consequenties zullen door een erwachten uitvoeringsverorde ning geregeld worden. Terwijl de inschakeling het middel is om de beroeps- en standsorganisaties definitief te verbinden met den landstand, geeft de verordening door de aanhechting van or ganisaties en bonden de mogelijkheid een verband tot stand te brengen met die pri vaatrechtelijke corporaties, die zich bezig houden met de opvoering der 'productie en met andere bedrijfshuishoudelijke taken, dus bijvoorbeeld veefokvereenigingen, ver eenigingen voor het fokken van hengsten enz. Deze organisaties behouden daarmede haar juridische zelfstandigheid, doch moe ten zich met haar werk voegen in de al- gemeene plannen van den landstand en in zooverre ook instructies aanvaarden en een opgedragen taak ten uitvoer leggen, waarvoor eventueel ook de landstand sub sidies kan verleenen. Als derde arbeidsgebied naast de zorg voor en de regeling van de bedrijfshuis houdelijke toestanden heeft de landstand ook tot taak mede te werken aan de voed selvoorziening. Het werk en de opofferin gen, die het landvolk thans brengt voor de voeding van het algemeen, verdienen inschakeling van zijn beroepsstand in plannen en het beheer en in het bijzonder in de uitvoering van de voedingshuishóu- ding, voor zoo ver zij den boeren betreft. Met behoud, van de uitsluitende verant woordelijkheid van den Staat in de leiding van de voedingshuishouding juist in oor logstijden bestaat hier de weg om vooral bij de provinciale en plaatselijk instanties een samenwerking vol vertrouwen tot stand te brengen tusschen het staatsbe stuur en de vertegenwoordigers van den landstand. Voor de staatsorganen zal deze samenwerking een vergemakkelijking bren gen van hun moeilijke taak. voor den landstand echter de mogelijkheid om zorg te dragen voor een rechtvaardige uitvoe ring, daarnaast echter ook de verplichting om zijn leden te overtuigen van de nood zakelijkheid ook van harde maatregelen. Zoodra deze wisselwerking tusschen Staat en landstand tot stand is gebracht, is het tijdperk van de crisisorganiatie defintief overwonnen. De inwendige organisatie van der. land stand zal voor het geheele staatsgebied uniform zijn. Zij berust op de door den boerenleider op te stellen statuten. Ook zijn financieele aangelegenheden regelt de landstand zelf op grond van de bijdragen van zijn leden. De staatscontrole, die is opgedragen aan het ministerie voor Landbouw en Vissche rij, omvat het recht om de statuten goed te keuren en het financieele beheer te controleeren. Binnen het bestek van de staatscontrole zal er voorts voor gezorgd moeten worden, dat het optreden van den Staat en dat van den landstand niet met elkandpr in strijd komen. De hoofdzaak van den landstand is en blijft, de van alle politieke en overige be perkingen vrije samenvatting van het ge heele landvolk teneinde de zwarte taken van den tegenwoordigen tijd ten uitvoer te leggen en om aan den anderen kant het landvolk de grootst mogelijke rechten geven. Om die reden heeft de bezettende mogendheid de vorming van den landstand ZIEKENFONDSENBESLUIT OP 1 NOV. IN WERKING De persdienst van het Departement van Sociale Zaken deelt mede: Dank zij de activiteit van en de goede ;amenwerking tusschen het Departement van Sociale Zaken en het Nederlandsch Verbond van Vakvereenigingen, zal op 1 opgenomen in het verordeningenblad voor het bezette Nederlandsche gebied, stuk 34 van 16 Augustus, in werking treden. In verband daarmede is heden in het Verordeningenblad opgenomen het tweede litvoeringsbesluit van den secretaris-gene raal van het Depr-tement van Sociale Za ken, waarin in wezen 't grootste deel van de voor de uitvoering van het Ziekenfond- senbesluit noodzakelijke bepalingen is vast - Allen, die onder de Ziektewet vallen, moeten vóór dien aangesloten zijn bij een Ziekenfonds ARBEIDERS BETALEN 2% VAN LOON Zoo bezien is het ongetwijfeld ge- wenscht om thans in het kort een algemeen overzicht te geven van den inhouH en de werking zoowel van het Ziekenfondsenbe- sluit zelf als van het tweede uitvoerings besluit. Het Ziekenfondsenbesluit regelt de ver zekering zelve tegen geneeskundige verzor ging en geldelijke uitkeering bij overlij den, alsmede uitvoering daarvan. Kring der verzekerden. Ten aanzien van den kring der verzeker den wordt in het Ziekenfondsenbesluit on derscheid gemaakt tusschen z.g. verplichte verzekering en vrije verzekering. Tegelij kertijd met het Ziekenfondsenbesluit is n.l. een besluit van den secretaris-generaal van het Departement van Sociale Zaken, houdende aanvullingen en wijziging van de Ziektewet, afgekondigd, waarbij wordt be paald, dat art. 50 der Ziektewet met ingang van 1 November 1941 in werking zal tre den, en tegelijkertijd het bevallingsgeld van 55.wordt ingevoerd. Art. 50 der Ziektewet schrijft nu voor, dat den verzekerde geen ziekengeld toekomt, indien hij niet is ingeschreven bij een overeenkomstig de Ziekenfond- senwet toegelaten ziekenfonds. Dit heeft dus tot gevolg, dat de arbeiders, die onder de ziektewet vallen, vanaf 1 Nov. a.s. ten aanzien van het Ziekenfondsen- STRIJDT VOOR EUROPA Voortgaande achtervolgingsoperaties In het Oosten blijven de aanvals- 'en achtervolgingsoperaties verder voortgaan. Bij den afweer van een boLsjewistischen tegenaanval in het Noordelijke deel van het Oostelijke front heeft de Spaansche „blauwe di visie" den vijand zware verliezen toe gebracht en verscheidene honderden gevangenen binnengebracht. Het luchtwapen heeft in de wateren rond de Krim een Sovjetschip van 6000 brt. tot zinken gebracht en Mos kou bestookt met brisant- en brand bommen. In Noord-Afrika hebben Duitsche jagers drie Britsche vliegtuigen neer geschoten. De vijand heeft in den afgeloopen nacht bommen geworpen op verschil lende plaatsen in het Noord-Duitsche kustgebied, o. m. op Hamburg en Kiel. De burgerbevolking leed geringe ver liezen. De schade is onaanzienlijk. Een Britsche bommenwerper werd neer geschoten. De Rijkscommissaris heeft overeenkom stig art. 4 alinea 2 van zijn Verordening van 29 Mei 1940 over de uitoefening der regeeringsbevoegdheden in Nederland tot de volgende personeelswijzigingen beslo ten: 1. De gevolmachtigde voor de provincie Noord-Brabant, Ritterbusch, heeft een aanstelling gekregen in de partij-kansela rij. Tot gevolmachtigde voor de provincie Noord-Brabant werd de gevolmachtigde voor de provincie Drente, gouw-inspecteur Thiel, benoemd. 2. De gevolmachtigde voor de provincie Utrecht, dr. Joachim, heeft een aanstelling gekregen in het rijksministerie van bin- nenlandsche zaken. In zijn plaats werd tot gevolmachtigde voor de provincie Utrecht benoemd de Reichshauptstellenleiter Som- mer. Koning Michael van Roemenië heeft den weermachtsbevelhebber in Nederland, den generaal der vliegers Fr. Christiansen, de orde „Ster van Roemenië" verleend, teza men met het lint van de „Orde voor mili taire c^apperheid" besluit verplicht verzekerd zijn. Daar naast opent het Ziekenfondsenbesluit de mogelijkheid voor het afsluiten van een verzekering voor hen, die niet ver plicht verzekerd zijn, dus de z.g. vrije verzekering. Aangezien door het ge heele besluit heen regelmatig onder scheid gemaakt wordt tusschen de ver plichte verzekering en de vrije verze kering, is het ongetwijfeld goed de splitsing, zooals die hierboven ge maakt wordt, scherp in het oog te hou den. Zoo bepaalt het Ziekenfondsenbe sluit, dat de bepalingen voor de ver plichte verzekering niet alleen gelden voor den arbeider zelf, maar zich mede uitstrekken tot de leden van zijn gezin, wier kostwinner hij is. In het tweede uitvoeringsbesluit wordt gezegd, dat als gezinsleden te beschouwen zijn de personen, jegens wie de arbeider volgens de bepalingen van het Burgerlek Wetboek onderhoudsplichtig is en tot zijn gezin behoorende stief- en pleegkinderen, met dien verstande, dat kinderen slechts in aanmerking komen, indien zij den leef tijd van 16 jaar nog niet hebben bereikt en in zooverre deze gezinsleden niet zelf ver plicht verzekerd zijn. Waarschijnlijk zal de jurisprudentie in de toekomst moeten uit wijzen, wat het Ziekenfondsenbesluit onder stief- en pleegkinderen verstaat. Vanzelfsprekend zijn alle voorschriften ten aanzien van de verplichte verzekering scherper en meer dwingend geredigeerd dan ten opzichte van de vrije verzekering het geval is. De uitvoerende organen. Als uitvoerende organen van het Zieken fondsenbesluit zullen fungeeren de zieken fondsen, waaronder verstaan worden door den secretaris-generaal van het Departe ment van Sociale Zaken erkende of toege laten instellingen van iederen aard, welker doel is de uitvoering van de verzekering van personen ingeval van ziekte, overeen komstig de door de overheid vastgesteld inimumeischen. De ziekenfondsen, die zich bezig hou den met de verplichte verzekering, moeten door den secretaris-generaal voor de uit- j daarvan worden toegelaten. Zij zullen den naam moeten voeren van „Alge meen Ziekenfonds". Voor de uitvoering van de vrije verze kering moeten de ziekenfondsen door den secret ar is-generaal van het Departement van Sociale Zaken worden erkend. Vanztlfsprekend zullen voor de toela ting strengere regelen worden vastgesteld dan voor de erkenning, zoodat hieruit de conclusie voortvloeit, dat de toegelaten zie kenfondsen zich automatisch met de vrije verzekering zullen kunnen bezig houden of met andere woorden automatisch erkend zijn. Ten aanzien van het beheer en de admi nistratie moet natuurlijk tusschen de bei categorieën een scherpe scheiding wor den gemaakt. Commissaris voor het zieken- fondswezen en den „raad van bijstand". Door den secretaris-generaal van het De partement van Sociale Zaken is de direc teur-generaal der volksgezondheid, dr. C. v. d. Berg, aangewezen als commissaris, belast met het toezicht op de ziekenfond sen. Met de instelling van het commissariaat is in onze sociale verzekering een nieuwe figuur getreden, n.l. een met verordenende bevoegdheid belaste persoon in plaats van de tot nu toe bestaande figuur, met veror denende bevoegdheid bekleede instanties, raden, colleges, enz. De commissaris voor het ziekenfonds wezen wordt bij de uitvoering van zijn toe zicht bijgestaan door een „Raad van Bij stand", die bestaat uit 15 personen, t.w. een groep van 5 deskundige ambtenaren, 5 vertegenwoordigers der geneeskundigen en 5 vertegenwoordigers der verzekerden De erkenning en de toelating. Door den commissaris, belast met het toezicht op de ziekenfondsen, is inmiddels een oproep in de bladen geplaatst, waar bij aan de thans bestaande ziekenfondsen verzocht is zich ten spoedigste tot hem te wenden met een verzoek om toelating algemeen ziekenfonds of om erkenning als ziekenfonds voor de vrije verzekering. In het tweede uitvoeringsbesluit wordt in artikel 2 gemeld, welke gegevens bij een verzoek om erkenning respectievelijk toelating moeten worden verstrekt. Te verwachten is, dat in den loop van de vol gende week in de couranten en aan de postkantoren bekend zal worden gemaakt, welke ziekenfondsen door den secretaris generaal van het departement van Sociale Zaken op voordracht van den commissaris, belast met het toezicht op ziekenfondsen, zullen worden toegelaten. Deze erkenning, resp. toelating zal slechts gegeven worden aan ziekenfondsen, welke op 1 Augustus 1941 bestonden, waardoor het oprichten van nieuwe fondsen onmogelijk wordt ge maakt. De erkenningen, resp. toelatingen, die nu zullen worden verleend, zijn slechts van voorloopigen aard en nemen een einde vóór 30 Juni 1942, aangezien dan defini tief erkenning of toelating verleend of wel geweigerd zal worden. Het ligt ongetwijfeld in de bedoeling om tijdens den duur van deze voorloopige er kenning resp. toelating de noodzakelijke maatregelen te treffen, die voor een ster ke centralisatie in het ziekenfondswezen noodig zijn. In het tweede uitvoeringsbesluit worden in de artikelen 3 t/m 9 uitvoerige voor schriften ongenomen met betrekking tot Momentje POSTZEGELS. In Philadelphia is een beroemde postzegelverzameling, die 60.000 dol lar waard zou zijn, voor 12 dollar ver kocht. De zaak moet zoo in elkaar hebben gezeten, dat een zekere juf frouw Schulz deze verzameling had geërfd van mijnheer Green en er geen idee van had wat die plaatjes eigenlijk wel waard waren. Een an dere heer zou de postzegels voor haar verkoopen. Hij gaf haar vijf dollar en later nog eens zeven dollar en toen was de postzegelverzameling verkocht. Nu zeg ik maar, dat het met waar- depapiertjes als postzegels maar vreemd gesteld is. Ik herinner mij nu het geval van dat postzegelschilderijtje uit Nijkerk, waarop plotsklaps een postzegel zou zijn ontdekt, waarvoor den slager, die dat schilderijtje had, f 8000.werd geboden. En nu moet ik u eerlijk zeg gen: ik begrijp dat niet. Voor mij is een .postzegel een middel om iets te verzenden en te ontvangen. Anders niet. En ik begrijp heelemaal niet, dat er menschen zijn, die 's avonds te vo ren in de rij gaan staan om 's morgens bij de uitgifte van een nieuwe serie postzegels beslist aan de beurt te ko men. Wat is de waarde van zoo'n plak- dingetje? Voor den een f 3000, voor den ander 12 dollar. En dan begrijp ik het nog niet. Als ik met een penny van Mauri tius kom aandragen, schrijven de kranten er direct kolommen vol over (hoe lapt die postzegelredacteur 'm dat. Drie kolom over een snipper pa pier?) maar als ik met een 1 cent plakpapiertje van Guatemala kom aanzetten, kijkt niemand naar mij. Rembrandt was tenslotte een be roemd schilder maar Mauritius.... Men zegt, dat er nog maar één van bestaat. Nou, laten ze die dan nadrukken! Dat doen ze zelfs wel met bankjes van duizend J het toezicht op de bestaande ziekenfond sen, waarbij vooral uit artikel 6 de groote bevoegdheid blijkt, welke de commissaris heeft ten aanzien van de centralisatie van het ziekenfondswezen. Hij kan n.l. ambts halve samenvoeging van bestaande fondsen verzoeken resp. gelasten. Zie vervolg 2de kolom, pag, 2. Nieuwe bonnen Voor het tijdvak van Zondag 26 October tot Zaterdag 1 November zijn voor de ge bruikelijke rantsoenen brood of gebak, vleesch of vleeschwaren en melk de bonnen 41 van de daarvoor bestemde kaarten aan gewezen, en voor aardappelen bon 41-a. Voor de houders van vetkaarten is tevens bon 41-b voor aardappelen aangewezen. Na Zaterdag 25 October zijn de bonnen 40 voor brood, vleescli, vleeschwaren, melk en aardappelen niet meer geldig. Bonnen die afloopen De volgende bonnen zijn binnenkort niet meer geldig: Na Zaterdag 25 October: 40 Brood, Vleesch, Vleeschwaren, Melk I en Aardappelen. De secretaris-generaal van het departe ment van Handel. Nijverheid en Scheep vaart maakt met betrekking tot de distri butie van vaste brandstoffen bekend: dat de met „generator-anthraciet tiende periode" gemerkte bonnen van af 24 October ook recht geven op het koopen van één hectoliter (maximum 75 Kg.) anthracietnootjes IV. Genoemde bonnen geven dus in het vervolg elk recht op het koopen van één hectoliter (maximum 75 Kg.) an thracietnootjes IV of V of 50 Kg. turf- cokes. DISTRIBUTIE VAN VERMICELLI EN MAÏZENA. De secretaris-generaal van het departe ment van Landbouw en Visscherij deelt het volgende mede in verband met de distribu tie van vermicelli en maizena. Zooals bekend wordt per periode van vier weken een bon van de „Bonkaart Algemeen" aangewezen voor het koo pen van vermicelli of maizena. Aan gezien de winkeliers echter bij de be voorrading bij den aanvang van elke periode op de door hen ingeleverde bon en voor vijftig procent toewijzin gen voor vermicelli en voor vijftig pro cent toewijzingen voor maizena ont vangen, zullen zij uiteraard niet altijd in staat zijn op de bonnen van hun klanten uitsluitend maizena of uitslui tend vermicelli af te leveren. Het pu bliek zal er dan ook uiteraard voor het geval zulks noodig is in verband met den voorraad van den winkelier genoe gen mede dienen te nemen, een gedeel te van de op de ingeleverde bonnen verkrijgbare hoeveelheid in vermicelli e.d. en een gedeelte in maizena e.d. te ontvangen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1