DUITSCHLAND
VRIJDAG 24 OCTOBER 1941
33ste Jaargang No. 10085
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015 Administratie 20935.
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Giro 103003. Postbus 11.
DE NEDERLANDSCHE
LANDSTAND
Zooals gemeld, is in het thans versche
nen Verordeningenblad opgenomen een
verordening van den Rijkscommissaris
voor het bezette Nederlandsche gebied be
treffende de oprichting van den Neder-
landschen landstand.
Deze verordening luidt als volgt:
Artikel 1.
(1) De Nederlandsche landstand is een
openbaar lichaam in den zin van artikel
152 der grondwet en is gevestigd te
's-Gravenhage.
(2) De Nederlandsche landstand heeft
verordenende bevoegdheid in den zin van
artikel 153 der grondwet.
Artikel 2.
De Nederlandsche landstand heeft in
verantwoordelijkheid tegenover het Ne
derlandsche volk tot taak:
1) de belangen van de landelijke bevol
king te behartigen en te waken over de
eer van de standgenooten;
2) in het kader der door den staat te ge
ven richtlijnen de bedrijfseconomische
aangelegenheden der landelijke bevolking
te regelen en daarover te waken;
3) aan de voedselvoorziening van het
Nederlandsche volk mede te werken.
Artikel 3.
(1) Tot den Nederlandschen landstand
behoor en:
1) alle personen, die door hun werk
zaamheid of door het ter beschikking stel
len van perceelen grond of water deelne
men aan het productief maken van den
Nederlandschen bodem met inbegrip der
binnen- en kustwateren;
2) de familieleden der onder 1) genoem
de personen, voor zoover dezen geheel of
gedeeltelijk voor het onderhoud van ge
nen zorgen.
(2) Vereenigingen, lichamen, instellin
gen en stichtingen kunnen, onafhankelijk
van hun rechtsvorm en .rechtspersoonlijk
heid, voor zoover zij geen openbaar
lichaam zijn en
1) voor zoover zij op het in artikel
onder 1) omschreven gebied werkzaam
zijn, door aanwijzing van den in artikel 1
der verordening no. 41/1941, ten einde te
komen tot een herordening op het gebied
der niet commercieele vereenigingen en
stichtingen genoemden commissaris;
2) voor zoover zij op het in artikel
onder 2) omschreven gebied werkzaam
zijn, door aanwijzing van den boerenleider
in den Nederlandschen landstand wórden
opgelost of daarbij aangesloten dan wel
worden ontbonden.
Artikel 4.
(1) Aan het hoofd van den Nederland
schen landstand staat de boerenleider. Hij
vertegenwoordigt den landstand zoo in
buiten rechte.
(2) De boerenleider regelt de inwendige
organisatie van den Nederlandschen land
stand door het geven van een statuut.
Artikel 5.
(1) Het staatstoezicht op den Nederland
schen landstand berust bij den secretaris
generaal van het departement van Land
bouw en Visscherij.
(2) De secretaris-generaal van het de
partement van Landbouw en Visscherij
vaardigt de ter uitvoering dezer verorde
ning noodige voorschriften uit. Deze wor
den in de Nederlandsche staatscourant af
gekondigd.
Ter toelichting op den Nederlandschen
landstand ontvingen wij de volgende uit
eenzetting.
De verordening op de oprichting van
den Nederlandschen landstand vormt de
hoofdwet van den eersten publiekrechtelij
ken landelijken beroepsstand in Nederland.
Het gegeven kader zal in de komende
maanden met uitvoeringsbepalingen, voor
al echter door het opbouwwerk van den
landstand zelf, worden aangevuld. Daarbij
zullen arbeid en invloed van den land
stand steeds verder reiken dan door wet
en verordeningen kan worden bepaald.
De verordening is, evenals de verorde
ning op de marktordening der voedings
huishouding, gegrondvest op de Neder
landsche grondwet. De in de grondwet in
den kiem aanwezige gedachte, dat de aan
gelegenheden van een beroepsstand of van
een tak van huishouden met verantwoor
delijkheid door deszelfs leden worden be
stuurd en geleid, is daarmede voor de eer
ste maal volledig verwezenlijkt. De land
stand is geen belangenvertegenwoordiging,
want hij legt zijn arbeid op jegens het ge-
heele volk verantwoordelijke wijze ten
ten uitvoer. Het recht tot regeling van de
eigen aangelegenheden sluit verplichtin
gen jegens het geheel in. Het landvolk zal
deze verplichtingen echter erkennen en
bevestigen in tegenstelling tot de plichten,
die het lidmaatschap van de crisisorganisa
ties met zich mede bracht, want daar be
stond practisch geen verantwoordelijk me-
debepalingsrecht. Met de uitwerking van
de marktordeningorganisaties en den op
bouw van den landstand zal derhalve het
einde gekomen zijn van de crisi^prganisa-
ties.
De landstand omvat het landvolk in den
breedsten zin des woords, niet alleen den
boer, den pachter of tuinder, maar ook den
grondbezitter, die grond verpacht of op
andere wijze door anderen laat gebruiken.
Tot den landstand behooren de zoetwater
en kustvisschers, ook alle landarbeiders
zijn lid van den landstand en eveneens le
den van het landelijke gezin, dus de vrou
wen van boeren en landarbeiders, de jon
ge en oude boer.
De voornaamste taak van den landstand
is de zorg voor al de zijnen en de bescher
ming van hun standseer. De landstand
moet dus den flinken landman, die zijn
naam eer aandoet, steunen. Hij moet er
derhalve invloed op hebben, dat de lan-ll____0
delijke bodem in handen komt van den 1 ter hand genomen.
besten bewerker. Hij moet den ongeschik-
ten gegadigde voor koop, pacht of vesti
ging kunnen uitschakelen. De landstand
ook het recht krijgen voorstellen te
doen betreffende vertegenwoordigers van
den landbouw in alle belangrijke corpora
ties, die beslissen over landbouwbelangen.
Niet alleen bij de keuze van menschen,
maar ook bij alle groote problemen, die
den landbouw betreffen, zal de landstand
reeds om zijn deskundigheid betrokken
moeten worden, zooals bijvoorbeeld bij
alle plannen op het gebied van nederzet
ting en landelijke cultuur.
De zorg voor vrouw en jeugd ten platte-
lande biedt een breed terrein van actie.
Achting en begrip voor arbeid en leven
op het land moeten behouden en gewekt
worden; ook de Staat zal hier met den
landstand samenwerken en bij de opstel
ling van het leerplan der vakscholen voor
den landbouw meer dan tot dusver ideëële
gezichtspunten op den voorgrond moeten
stellen.
De zorg voor den landarbeider mag niet
beperkt blijven tot een rechtvaardige re
geling van de landelijke arbeids- en loon-
toestanden. Behalve dit moet de innerlijke
verbondenheid van den landarbeider en
zijn gezin met den plaats van arbeid op de
hoeve versterkt worden.
De opvoering der productie, het berei
ken van topprestaties in ieder bedrijf was
tot dusver reeds een der voornaamste ta
ken, die het staatsbeheer en de tot dusver
aanwezige bonden en organisaties van den
landbouw tezamen hadden. Door den land
stand ontstaat thans de mogelijkheid om
binnen het kader vai. de dooi d 'n Staat
gegeven richtlijnen ook den laatsten boer
landarbeider in te schakelen in de
groote taak. die de geheele landelijke be
volking in den huidigen tijd moet vervul
den. De landstand zelf zal uit eigen recht,
eigen aandrift en ook met eigen middelen
opbouwwerk leveren en door onderwijs-
en proefbedrijven het functioneeren van
de staatsinstituten en van de ambtenaren
steunen.
Een deel der tot dusver omschreven
werkzaamheden stond ook reeds op het
werkplan van bestaande organisaties van
den landbouw. Alles, wat tot dusver aan
voorbereidend werk is geschied, wordt de
finitief gestaafd door de samenvatting in
den landstand. De tot dusver aanwezige
stands- en beroepsorganisaties zullen met
haar werk niet vernietigd maar opgeno
men worden in een grooter geheel, waar
haar arbeid, vrij van alle tot dusver aan
wezige juridische of politieke beperkingen,
voortgezet zal worden. De in de verorde
ning opgenomen mogelijkheid tot inscha
keling baant voor deze bonden den ge-
schikten weg. Verwacht kan worden, dat
de meerderheid der bestaande organisaties
deze mogelijkheid niet zal laten voorbij
gaan. De dcor de inschakeling ontstaande
juridische consequenties zullen door een
erwachten uitvoeringsverorde
ning geregeld worden.
Terwijl de inschakeling het middel is om
de beroeps- en standsorganisaties definitief
te verbinden met den landstand, geeft de
verordening door de aanhechting van or
ganisaties en bonden de mogelijkheid een
verband tot stand te brengen met die pri
vaatrechtelijke corporaties, die zich bezig
houden met de opvoering der 'productie en
met andere bedrijfshuishoudelijke taken,
dus bijvoorbeeld veefokvereenigingen, ver
eenigingen voor het fokken van hengsten
enz. Deze organisaties behouden daarmede
haar juridische zelfstandigheid, doch moe
ten zich met haar werk voegen in de al-
gemeene plannen van den landstand en in
zooverre ook instructies aanvaarden en
een opgedragen taak ten uitvoer leggen,
waarvoor eventueel ook de landstand sub
sidies kan verleenen.
Als derde arbeidsgebied naast de zorg
voor en de regeling van de bedrijfshuis
houdelijke toestanden heeft de landstand
ook tot taak mede te werken aan de voed
selvoorziening. Het werk en de opofferin
gen, die het landvolk thans brengt voor de
voeding van het algemeen, verdienen
inschakeling van zijn beroepsstand in
plannen en het beheer en in het bijzonder
in de uitvoering van de voedingshuishóu-
ding, voor zoo ver zij den boeren betreft.
Met behoud, van de uitsluitende verant
woordelijkheid van den Staat in de leiding
van de voedingshuishouding juist in oor
logstijden bestaat hier de weg om vooral
bij de provinciale en plaatselijk instanties
een samenwerking vol vertrouwen tot
stand te brengen tusschen het staatsbe
stuur en de vertegenwoordigers van den
landstand. Voor de staatsorganen zal deze
samenwerking een vergemakkelijking bren
gen van hun moeilijke taak. voor den
landstand echter de mogelijkheid om zorg
te dragen voor een rechtvaardige uitvoe
ring, daarnaast echter ook de verplichting
om zijn leden te overtuigen van de nood
zakelijkheid ook van harde maatregelen.
Zoodra deze wisselwerking tusschen Staat
en landstand tot stand is gebracht, is het
tijdperk van de crisisorganiatie defintief
overwonnen.
De inwendige organisatie van der. land
stand zal voor het geheele staatsgebied
uniform zijn. Zij berust op de door den
boerenleider op te stellen statuten. Ook
zijn financieele aangelegenheden regelt de
landstand zelf op grond van de bijdragen
van zijn leden.
De staatscontrole, die is opgedragen aan
het ministerie voor Landbouw en Vissche
rij, omvat het recht om de statuten goed
te keuren en het financieele beheer te
controleeren. Binnen het bestek van de
staatscontrole zal er voorts voor gezorgd
moeten worden, dat het optreden van den
Staat en dat van den landstand niet met
elkandpr in strijd komen.
De hoofdzaak van den landstand is en
blijft, de van alle politieke en overige be
perkingen vrije samenvatting van het ge
heele landvolk teneinde de zwarte taken
van den tegenwoordigen tijd ten uitvoer
te leggen en om aan den anderen kant het
landvolk de grootst mogelijke rechten
geven. Om die reden heeft de bezettende
mogendheid de vorming van den landstand
ZIEKENFONDSENBESLUIT OP 1 NOV. IN WERKING
De persdienst van het Departement van
Sociale Zaken deelt mede:
Dank zij de activiteit van en de goede
;amenwerking tusschen het Departement
van Sociale Zaken en het Nederlandsch
Verbond van Vakvereenigingen, zal op 1
opgenomen in het verordeningenblad voor
het bezette Nederlandsche gebied, stuk 34
van 16 Augustus, in werking treden.
In verband daarmede is heden in het
Verordeningenblad opgenomen het tweede
litvoeringsbesluit van den secretaris-gene
raal van het Depr-tement van Sociale Za
ken, waarin in wezen 't grootste deel van
de voor de uitvoering van het Ziekenfond-
senbesluit noodzakelijke bepalingen is vast -
Allen, die onder de Ziektewet vallen, moeten vóór
dien aangesloten zijn bij een Ziekenfonds
ARBEIDERS BETALEN 2%
VAN LOON
Zoo bezien is het ongetwijfeld ge-
wenscht om thans in het kort een algemeen
overzicht te geven van den inhouH en de
werking zoowel van het Ziekenfondsenbe-
sluit zelf als van het tweede uitvoerings
besluit.
Het Ziekenfondsenbesluit regelt de ver
zekering zelve tegen geneeskundige verzor
ging en geldelijke uitkeering bij overlij
den, alsmede uitvoering daarvan.
Kring der verzekerden.
Ten aanzien van den kring der verzeker
den wordt in het Ziekenfondsenbesluit on
derscheid gemaakt tusschen z.g. verplichte
verzekering en vrije verzekering. Tegelij
kertijd met het Ziekenfondsenbesluit is
n.l. een besluit van den secretaris-generaal
van het Departement van Sociale Zaken,
houdende aanvullingen en wijziging van de
Ziektewet, afgekondigd, waarbij wordt be
paald, dat art. 50 der Ziektewet met ingang
van 1 November 1941 in werking zal tre
den, en tegelijkertijd het bevallingsgeld
van 55.wordt ingevoerd.
Art. 50 der Ziektewet schrijft nu voor,
dat den verzekerde geen ziekengeld
toekomt, indien hij niet is ingeschreven
bij een overeenkomstig de Ziekenfond-
senwet toegelaten ziekenfonds. Dit heeft
dus tot gevolg, dat de arbeiders, die
onder de ziektewet vallen, vanaf 1 Nov.
a.s. ten aanzien van het Ziekenfondsen-
STRIJDT VOOR EUROPA
Voortgaande
achtervolgingsoperaties
In het Oosten blijven de aanvals-
'en achtervolgingsoperaties verder
voortgaan. Bij den afweer van een
boLsjewistischen tegenaanval in het
Noordelijke deel van het Oostelijke
front heeft de Spaansche „blauwe di
visie" den vijand zware verliezen toe
gebracht en verscheidene honderden
gevangenen binnengebracht.
Het luchtwapen heeft in de wateren
rond de Krim een Sovjetschip van
6000 brt. tot zinken gebracht en Mos
kou bestookt met brisant- en brand
bommen.
In Noord-Afrika hebben Duitsche
jagers drie Britsche vliegtuigen neer
geschoten.
De vijand heeft in den afgeloopen
nacht bommen geworpen op verschil
lende plaatsen in het Noord-Duitsche
kustgebied, o. m. op Hamburg en Kiel.
De burgerbevolking leed geringe ver
liezen. De schade is onaanzienlijk. Een
Britsche bommenwerper werd neer
geschoten.
De Rijkscommissaris heeft overeenkom
stig art. 4 alinea 2 van zijn Verordening
van 29 Mei 1940 over de uitoefening der
regeeringsbevoegdheden in Nederland tot
de volgende personeelswijzigingen beslo
ten:
1. De gevolmachtigde voor de provincie
Noord-Brabant, Ritterbusch, heeft een
aanstelling gekregen in de partij-kansela
rij. Tot gevolmachtigde voor de provincie
Noord-Brabant werd de gevolmachtigde
voor de provincie Drente, gouw-inspecteur
Thiel, benoemd.
2. De gevolmachtigde voor de provincie
Utrecht, dr. Joachim, heeft een aanstelling
gekregen in het rijksministerie van bin-
nenlandsche zaken. In zijn plaats werd tot
gevolmachtigde voor de provincie Utrecht
benoemd de Reichshauptstellenleiter Som-
mer.
Koning Michael van Roemenië heeft den
weermachtsbevelhebber in Nederland, den
generaal der vliegers Fr. Christiansen, de
orde „Ster van Roemenië" verleend, teza
men met het lint van de „Orde voor mili
taire c^apperheid"
besluit verplicht verzekerd zijn. Daar
naast opent het Ziekenfondsenbesluit
de mogelijkheid voor het afsluiten van
een verzekering voor hen, die niet ver
plicht verzekerd zijn, dus de z.g. vrije
verzekering. Aangezien door het ge
heele besluit heen regelmatig onder
scheid gemaakt wordt tusschen de ver
plichte verzekering en de vrije verze
kering, is het ongetwijfeld goed de
splitsing, zooals die hierboven ge
maakt wordt, scherp in het oog te hou
den.
Zoo bepaalt het Ziekenfondsenbe
sluit, dat de bepalingen voor de ver
plichte verzekering niet alleen gelden
voor den arbeider zelf, maar zich mede
uitstrekken tot de leden van zijn gezin,
wier kostwinner hij is.
In het tweede uitvoeringsbesluit wordt
gezegd, dat als gezinsleden te beschouwen
zijn de personen, jegens wie de arbeider
volgens de bepalingen van het Burgerlek
Wetboek onderhoudsplichtig is en tot zijn
gezin behoorende stief- en pleegkinderen,
met dien verstande, dat kinderen slechts
in aanmerking komen, indien zij den leef
tijd van 16 jaar nog niet hebben bereikt en
in zooverre deze gezinsleden niet zelf ver
plicht verzekerd zijn. Waarschijnlijk zal de
jurisprudentie in de toekomst moeten uit
wijzen, wat het Ziekenfondsenbesluit onder
stief- en pleegkinderen verstaat.
Vanzelfsprekend zijn alle voorschriften
ten aanzien van de verplichte verzekering
scherper en meer dwingend geredigeerd
dan ten opzichte van de vrije verzekering
het geval is.
De uitvoerende organen.
Als uitvoerende organen van het Zieken
fondsenbesluit zullen fungeeren de zieken
fondsen, waaronder verstaan worden door
den secretaris-generaal van het Departe
ment van Sociale Zaken erkende of toege
laten instellingen van iederen aard, welker
doel is de uitvoering van de verzekering
van personen ingeval van ziekte, overeen
komstig de door de overheid vastgesteld
inimumeischen.
De ziekenfondsen, die zich bezig hou
den met de verplichte verzekering, moeten
door den secretaris-generaal voor de uit-
j daarvan worden toegelaten. Zij
zullen den naam moeten voeren van „Alge
meen Ziekenfonds".
Voor de uitvoering van de vrije verze
kering moeten de ziekenfondsen door den
secret ar is-generaal van het Departement
van Sociale Zaken worden erkend.
Vanztlfsprekend zullen voor de toela
ting strengere regelen worden vastgesteld
dan voor de erkenning, zoodat hieruit de
conclusie voortvloeit, dat de toegelaten zie
kenfondsen zich automatisch met de vrije
verzekering zullen kunnen bezig houden of
met andere woorden automatisch erkend
zijn.
Ten aanzien van het beheer en de admi
nistratie moet natuurlijk tusschen de bei
categorieën een scherpe scheiding wor
den gemaakt.
Commissaris voor het zieken-
fondswezen en den „raad van
bijstand".
Door den secretaris-generaal van het De
partement van Sociale Zaken is de direc
teur-generaal der volksgezondheid, dr. C.
v. d. Berg, aangewezen als commissaris,
belast met het toezicht op de ziekenfond
sen.
Met de instelling van het commissariaat
is in onze sociale verzekering een nieuwe
figuur getreden, n.l. een met verordenende
bevoegdheid belaste persoon in plaats van
de tot nu toe bestaande figuur, met veror
denende bevoegdheid bekleede instanties,
raden, colleges, enz.
De commissaris voor het ziekenfonds
wezen wordt bij de uitvoering van zijn toe
zicht bijgestaan door een „Raad van Bij
stand", die bestaat uit 15 personen, t.w.
een groep van 5 deskundige ambtenaren,
5 vertegenwoordigers der geneeskundigen
en 5 vertegenwoordigers der verzekerden
De erkenning en de toelating.
Door den commissaris, belast met het
toezicht op de ziekenfondsen, is inmiddels
een oproep in de bladen geplaatst, waar
bij aan de thans bestaande ziekenfondsen
verzocht is zich ten spoedigste tot hem te
wenden met een verzoek om toelating
algemeen ziekenfonds of om erkenning als
ziekenfonds voor de vrije verzekering.
In het tweede uitvoeringsbesluit wordt
in artikel 2 gemeld, welke gegevens bij
een verzoek om erkenning respectievelijk
toelating moeten worden verstrekt. Te
verwachten is, dat in den loop van de vol
gende week in de couranten en aan de
postkantoren bekend zal worden gemaakt,
welke ziekenfondsen door den secretaris
generaal van het departement van Sociale
Zaken op voordracht van den commissaris,
belast met het toezicht op ziekenfondsen,
zullen worden toegelaten. Deze erkenning,
resp. toelating zal slechts gegeven worden
aan ziekenfondsen, welke op 1 Augustus
1941 bestonden, waardoor het oprichten
van nieuwe fondsen onmogelijk wordt ge
maakt.
De erkenningen, resp. toelatingen, die
nu zullen worden verleend, zijn slechts van
voorloopigen aard en nemen een einde
vóór 30 Juni 1942, aangezien dan defini
tief erkenning of toelating verleend of wel
geweigerd zal worden.
Het ligt ongetwijfeld in de bedoeling om
tijdens den duur van deze voorloopige er
kenning resp. toelating de noodzakelijke
maatregelen te treffen, die voor een ster
ke centralisatie in het ziekenfondswezen
noodig zijn.
In het tweede uitvoeringsbesluit worden
in de artikelen 3 t/m 9 uitvoerige voor
schriften ongenomen met betrekking tot
Momentje
POSTZEGELS.
In Philadelphia is een beroemde
postzegelverzameling, die 60.000 dol
lar waard zou zijn, voor 12 dollar ver
kocht. De zaak moet zoo in elkaar
hebben gezeten, dat een zekere juf
frouw Schulz deze verzameling had
geërfd van mijnheer Green en er
geen idee van had wat die plaatjes
eigenlijk wel waard waren. Een an
dere heer zou de postzegels voor haar
verkoopen. Hij gaf haar vijf dollar en
later nog eens zeven dollar en toen
was de postzegelverzameling verkocht.
Nu zeg ik maar, dat het met waar-
depapiertjes als postzegels maar
vreemd gesteld is.
Ik herinner mij nu het geval van
dat postzegelschilderijtje uit Nijkerk,
waarop plotsklaps een postzegel zou
zijn ontdekt, waarvoor den slager, die
dat schilderijtje had, f 8000.werd
geboden. En nu moet ik u eerlijk zeg
gen: ik begrijp dat niet. Voor mij is
een .postzegel een middel om iets te
verzenden en te ontvangen. Anders
niet. En ik begrijp heelemaal niet, dat
er menschen zijn, die 's avonds te vo
ren in de rij gaan staan om 's morgens
bij de uitgifte van een nieuwe serie
postzegels beslist aan de beurt te ko
men.
Wat is de waarde van zoo'n plak-
dingetje? Voor den een f 3000, voor
den ander 12 dollar. En dan begrijp
ik het nog niet.
Als ik met een penny van Mauri
tius kom aandragen, schrijven de
kranten er direct kolommen vol over
(hoe lapt die postzegelredacteur 'm
dat. Drie kolom over een snipper pa
pier?) maar als ik met een 1 cent
plakpapiertje van Guatemala kom
aanzetten, kijkt niemand naar mij.
Rembrandt was tenslotte een be
roemd schilder maar Mauritius....
Men zegt, dat er nog maar één van
bestaat.
Nou, laten ze die dan nadrukken!
Dat doen ze zelfs wel met bankjes
van duizend
J
het toezicht op de bestaande ziekenfond
sen, waarbij vooral uit artikel 6 de groote
bevoegdheid blijkt, welke de commissaris
heeft ten aanzien van de centralisatie van
het ziekenfondswezen. Hij kan n.l. ambts
halve samenvoeging van bestaande fondsen
verzoeken resp. gelasten.
Zie vervolg 2de kolom, pag, 2.
Nieuwe bonnen
Voor het tijdvak van Zondag 26 October
tot Zaterdag 1 November zijn voor de ge
bruikelijke rantsoenen brood of gebak,
vleesch of vleeschwaren en melk de bonnen
41 van de daarvoor bestemde kaarten aan
gewezen, en voor aardappelen bon 41-a.
Voor de houders van vetkaarten is tevens
bon 41-b voor aardappelen aangewezen.
Na Zaterdag 25 October zijn de bonnen
40 voor brood, vleescli, vleeschwaren, melk
en aardappelen niet meer geldig.
Bonnen die afloopen
De volgende bonnen zijn binnenkort
niet meer geldig:
Na Zaterdag 25 October: 40 Brood,
Vleesch, Vleeschwaren, Melk I en
Aardappelen.
De secretaris-generaal van het departe
ment van Handel. Nijverheid en Scheep
vaart maakt met betrekking tot de distri
butie van vaste brandstoffen bekend:
dat de met „generator-anthraciet
tiende periode" gemerkte bonnen van
af 24 October ook recht geven op het
koopen van één hectoliter (maximum
75 Kg.) anthracietnootjes IV.
Genoemde bonnen geven dus in het
vervolg elk recht op het koopen van
één hectoliter (maximum 75 Kg.) an
thracietnootjes IV of V of 50 Kg. turf-
cokes.
DISTRIBUTIE VAN VERMICELLI
EN MAÏZENA.
De secretaris-generaal van het departe
ment van Landbouw en Visscherij deelt het
volgende mede in verband met de distribu
tie van vermicelli en maizena.
Zooals bekend wordt per periode van
vier weken een bon van de „Bonkaart
Algemeen" aangewezen voor het koo
pen van vermicelli of maizena. Aan
gezien de winkeliers echter bij de be
voorrading bij den aanvang van elke
periode op de door hen ingeleverde
bon en voor vijftig procent toewijzin
gen voor vermicelli en voor vijftig pro
cent toewijzingen voor maizena ont
vangen, zullen zij uiteraard niet altijd
in staat zijn op de bonnen van hun
klanten uitsluitend maizena of uitslui
tend vermicelli af te leveren. Het pu
bliek zal er dan ook uiteraard voor het
geval zulks noodig is in verband met
den voorraad van den winkelier genoe
gen mede dienen te nemen, een gedeel
te van de op de ingeleverde bonnen
verkrijgbare hoeveelheid in vermicelli
e.d. en een gedeelte in maizena e.d.
te ontvangen.