Maxmanhtfte eenheid r~ .J Momentje ZATERDAG 27 SEPTEMBER 1941 32ste Jaargang No. 10062 Bureaux Papengrjicht 32. Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 11. Dit nummer bestaat uit vier bladen, w.o. geïllustreerd Zondagsblad ONLANGS troffen wij in de „Tijd" een hoofdartikel aan, waarin een wijsgeerige beschouwing werd gege ven van den slagzin „Algemeen belang gaat vóór eigen belang". Wel beschouwd, zegt de schrijver, is dat niets anders dan de toepassing van de waarheid, dat het vermeende moet wijken voor het werkelij ke. Het werkelijke eigenbelang van den enkeling kan niet in conflict komen met het werkelijke algemeene belang, omdat deze twee met elkaar in harmonie zijn. Is er geen harmonie, dan is ofwel het eigenbelang ofwel het algemeen belang niet werkelijk meer, doch slechts ver meend belang. „Velen zien den mensch als een soort Janus, een figuur met twee gezichten na melijk, waarvan het eene met diepe sym pathie gebogen is naar zoogenaamde so ciale plichten, het andere met zoo mogelijk nog levendiger sympathie opkijkt naar zoogenaamde individueele rechten. Zeer dikwijls hoort men inderdaad de stelling verkondigen, dat de mensch eenerzijds in dividu is en anderzijds gemeenschapswe zen, waarna -dan de consequenties van deze tweezijdigheid tegen elkander wor den afgewogen". De schrijver stelt daar tegenover, dat de mensch niet eenerzijds een persoonlijk heid, anderzijds een gemeenschapswezen is, maar dat hij als gemeenschapswezen een persoonlijkheid is en omgekeerd. Met andere woorden: de mensch is een harmonisch geheel en moet die harmonie bewaren als zelfstandig deel van de ge meenschap, hetgeen mogelijk is, indien zoowel het deel (de enkeling) als de ge meenschap het juiste inzicht in hun ver houding bewaren. AANLEIDING om deze wijsgeerige beschouwingen voor den dag te ha len vonden wij in een uitspraak van een niet-Katholiek, die uit hoofde van zijn functie veelvuldig in principeel contact komt met allerlei groepen der bevolking. Deze zeide uit den mond van verscheidene Katholieken vernomen te hebben, dat zij op de eerste plaats mensch, op de tweede plaats katholiek en op de derde plaats Ne derlander waren. De „doorsnee" van „een" Katholiek zou dus een driehoek vor- men, waarvan de grootste zijde de men schelijke zou zijn, de tweede de katholieke kant en de kleinste de Nederlandsche. Het is natuurlijk mogelijk, dat er Ka tholieken zijn, die hun eigen ideologische doorsnee aldus zien, evenals er weer an deren zullen zijn, die het rijtje der respec tievelijke langste zijden in andere volg orde zouden willen opnoemen. Het gaat er niet om, wat sommige menschen zeggen; het gaat erom wat principieel verantwoord is. En dat is de boven genoemde uitspraak allerminst. Evenals er geen tegenspraak is tusschen het objectief werkelijke eigenbelang van den enkeling en het werkelijke algemeene belang, zoo is er ook geen tegenspraak tus schen het mensch-zijn, het Katholicisme en het Nederlanderschap. Zoodra er wel tegenspraak s c h ij n t te bestaan, is er iets niet in orde -met één of meer van deze elementen. De mensch is een harmonisch geheel en als hij in zijn betrekkingen tot zijn eigen mensch-zijn, tot God en tot de natuurlijke volksgemeenschap, waaruit hij is geboren, meent een bepaalde rangorde te moeten instellen waarmede wordt aangeduid, dat bij een eventueel conflict het ééne moet voorgaan boven het andere dan verliest hij die harmonie uit het oog; dan treedt er een gebrek op, dan ontbreekt het juiste inzicht in de verhoudingen. Ieder, die op de hoogte is met de ka tholieke leer, begrijpt, dat er geen tegen spraak is tusschen den mensch en den Ka tholiek. Een Katholiek is niet minder mensch dan welke andersdenkende ook, integendeel een volkomen beleving van de katholieke leer heft den mensch op tot •de hoogte van den harmonischen mensch, brengt hem nader tot het volmaakte We zen, naar wiens beeld en gelijkenis hij ge maakt is. Wie meent, dat de Kerk rechten heeft, welke de menschelijke natuur zou den mogen krenken, of dat de mensch rechten heeft, welke onvereenigbaar zijn met de kerkelijke leer, zoodat er een z.g. collisie van rechten kan optreden, toont, dat hij ofwel geen inzicht heeft in de wer kelijke rechten van den mensch of dat hij de leer der Kerk niet begrijpt. Waar ergens een conflict ontstaat, daar is een misver stand in het spel, daar is sprake van ver meende rechten of van een onjuist inzicht. Evenzoo is het met de verhouding van den Katholiek -ten opzichte van zijn Ne derlanderschap. Nergens in de katholieke leer is iets te vinden, dat een belemme ring voor waarachtige vaderlandsliefde zou vormen. In tegendeel: het is juist de Katholieke Kerk, die de plichten het vaderland den geloovigen voorhoudt als door God opgelegde plichten Bij den werkelijken principieelen Katho- liek mag dus van een dergelijke discrimi natie, als in bovengenoemde meening is verkondigd, geen sprake zijn. DISTRIBUTIE VAN GESMOLTEN RUNDVET. Men verzoekt ons de aandacht er op te vestigen, dat voor zoover in sommige dag bladen werd vermeld, dat vóór 1 October a.s. op bon 39 geen boter mag worden af geleverd, dit onjuist is. Met nadruk wordt er op gewezen, dat vóór 14 October a.s. geen boter op "bon 39 mag worden afgle- verd. Driemogendhédenpact Heden js het een jaar geleden dat het Driemogendhedenpact tusschen Duitsch- land, Italië en Japan gesloten werd. De herinnering aan deze gebeurtenis werpt de vraag op, hoe de uitwerking van het pact geweest is. Het Driemogendhedenpact was gebaseerd op drie groote gedachten. Het wilde de volkeren verbinden, welker idealen en be langen gelijk zijn. Het zocht voor de prac- tische politiek van deze staten een gemeen schappelijk diplomatiek instrument te ver schaffen. Tenslotte was het gedacht als kristallisatiepunt van een nieuwe ordening in het algemeen. Al deze verwachtingen zijn uitgekomen op 'n wijze, die Berlijn, Rome en Tokio aan het einde van het eerste jaar met voldoe ning vervult. Ideologisch heeft het Driemo gendhedenpact de door het nationaal-socia- lisme vernieuwde idee van het Duitsche Rijk, de in het fascisme herboren idee van het Imperium Romanum en de oude Japan- sche keizerlijke idee tot een ontmoeting ge leid, welker geestelijke stootkracht de rest van de wereld niets gelijkwaardigs tegen over kan zetten. Elk van deze wereldbe schouwingen ademt een wil tot vernieu wing, een geestelijke dynamische kracht waaraan geen denkend mensch zich kan onttrekken. Him samenwerking evenwel voor den geestelijken wederopbouw van de wereld geeft aan de practische politiek der drie mogendheden een rechtmatigen ethi- schen grondslag. Het Driemogendhedenpact vormt zoowel een begrenzing als een ver binding. Het bevestigt de aanspraak op lei ding van de as in het Groot-Europeesche gebied, en de aanspraak op leiding van Ja pan in het Oost-Aziatische gebied. Het ver schaft voor de eerste maal het begrip eener. ordenende macht en het verzekert voor de motiveering en de handhaving van deze aanspraak de wederkeerige ondersteuning van de drie mogendheden. Noch zijn poli tieke noch zijn militaire factoren dragen een agressief karakter. De eerste twaalf maanden van zijn bestaan hebben dit op indrukwekkende wijze aangetoond. De po litieke bepalingen van het verdrag waren van tevoren zoo opgesteld, dat zij op andere volkeren niet afschrikwekkend maar aan trekkelijk moesten werken. Het Driemo gendhedenpact wilde geen geheim politiek document zijn, welks uiteindelijke doelein den in het duister lagen. Het zag af van breedvoerige argumentatie en deed in plaats daarvan een beroep op de eerlijkheid en het gezonde verstand. Het indrukwekkende aantal landen, dat zich de laatste twaalf maanden bij het Drie mogendhedenpact heeft aangesloten, be wijst dat deze bedoeling begrepen is. De di plomatieke geschiedenis kent geen gebeur tenis, waarin een staatsverdrag een derge lijke aantrekkingskracht heeft uitgeoefend ais het Driemogendhedenpact. Slowakije, Hongarije, Roemenië, Bulgarije, Kroatië za gen elk voor zich in, dat hier voor de eer ste maal in de Europeesche geschiedenis een practische mogelijkheid geboden werd hun politiek in één verband tezamen te brengen, dat tevens de spreektribune is van de toonaangevende groote mogendhe den van Europa. In het Driemogendheden pact werd de nieuwe Europeesche ordening niet gedicteerd, maar opgesteld. Het ver oorloofde de volledige ontwikkeling der na tionale mogelijkheden, de volkomen vervul ling van den wensch naar politieke zelf beschikking en naar gelijktijdige economi sche samenwerking van allen met allen. De in het Driemogendhedenpact verbon den Europeesche staten bezegelen thans hun wensch naar politieke samenwerking door de wapenbroederschap op de slagvel den van het Oosten. Zij strijden daar schou der aan schouder om hun gemeenschappelijk opbouwend werk eens en voor altijd te be schermen tegen de krachten der verwoes ting. In den Europeeschen sector is daarmede van de onderteekenende mogendheden van het Drielandenpact een onwrikbare lotsge- meenschap ontstaan. Wat voor de Oostelijke peripheric van Europa geldt, waar Duitsch- land de strijdenden aanvoert, geldt voor den Zuidelijken rand van het continent, waar Italië de voornaamste last van den strijd draagt. Het Driemogendhedenpact maakt de Middellandsche Zee weer tot een Europeesche zee en de leefruimte van de Middellandsche Zee weer tot een Europee sche leefruimte, waarin de eerste plaats toekomt aan het land, zonder hetwelk de Middellandsche Zee een zee zonder historie zou zijn. Aan de oevers van de Middellandsche Zee staan thans Duitsche en Italiaansche sol daten om aan dezen eisch kracht bij te zet ten en daarmede een gebied te herwinnen, dat aan Europa op nauwelijks minder kunst matige wijze ontvreemd was als het Euro peesche Rusland. Evenals in Europa zijn ook in Oost-Azië de denkbeelden van het Driemogendheden pact meer en meer tot de richtsnoer eener practische politiek geworden, welke door Japan krachtig geleid, door de instemming van Duitschland en Italië gesteund wordt. De erkenning van Nanking door de as was daarbij een veen belangrijke gebeprtenis als de succesvolle Japansche bemiddeling in het conflict tusschen Thailand en Indo- China en later de militaire samenwerking tusschen Frankrijk en Japan in Indo-China, welke met volledige instemming van Vichy tot stand kwam. Met het verleenen van be paalde militaire rechten aldaar is de in het Driemogendheednpact neergelegde aan spraak van Japan op leiding in Oost-Azië voor de eerste maal ook erkend door een mogendheid, die zelf niet tot de ondertee- 'kenaars van deze overeenkomst behoort. Militair gezien streeft het Driemogend hedenpact het doel na elke nieuwe uitbrei ding van den oorlog te bemoeilijken. Even als het politieke deel der overeenkomsten een uitnoodiging tot alle landen om mede* werking behelsde, di« geneigdheid vertoo- Waarom middelvroege aardappelen voor een deel bedierven. Te vroeg rooien, dat noodig was voor de voedselvoorzie- ning, de oorzaak. VAN TWEE KWADEN MINST SLECHTE GEKOZEN. Het is ongetwijfeld niet aan de op merkzaamheid van vele landgenooten ontsnapt, dat eenige malen schepen en wagons op de plaat-s van bestemming aankwamen, waarvan de inhoud be stond uit aardappelen, die oogenblik- kelijk voor de menschelijke consumptie moesten worden afgekeurd, daar zij bedorven waren. Ook deden de rottingsverschijnselen zich wel voor bij voorraden aardappelen, die in pakhuizen en kelders waren opgeslagen. Deze feiten hebben aanleiding gegeven tot het ontstaan van ongemotiveerde geruchten: de aardappelen zouden niet oordeelkundig zijn opgeslagen, zij zouden te lang worden bewaard onder ongunstige omstandigheden enz. Het behoeft geen betoog, dat zoowel de overheid als de handelaren, het groote be lang van den aardappel voor onze voedsel voorziening voor oogen houden. Maar: er zijn omstandigheden, die men niet in de hand heeft en daaronder moet ook worden gerekend de ziekte, phytophthora genaamd, waaraan groote partijen middelvroege aard appelen hebben geleden. Omtrent deze ziekte deelt het Rijksbu- reu voor de Voedselvoorziening in Oorlogs tijd het volgende mede: De ziekte kan door bepaalde weersom standigheden worden bevorderd en treedt vooral op, wanneer de aardappelen worden gerooid, terwijl het loof nog niet is afge storven. De ziekte begint n.l. in het loof en bij te vroeg rooien gaat zij over op de knollen. Die knollen vertoonen dan kleine zieke plekjes ter grootte van speldenknop pen, dus bijna niet te constateeren. Dit be- teekent, dat de aardappelen onmiddellijk moeten verwerkt worden, daar zij anders gaan rotten. Men kan nu vragen: was het noodig, de aardappelen te vroeg te rooien en zoo ja, was het dan noodig, groote hoe veelheden op te slaan? Het is algemeen bekend, dat er in Augus tus, zooals altijd bij den overgang van de vroege naar de middelvroege aardappelen al spoedig een tekort was. Om dit tekort te ondervangen, moest het rooien worden ge forceerd en daarom werd den telers een rooipremie in het vooruitzicht gesteld. Deze premie nu heeft vooral in de laatste week van Augustus, toen de weersomstandighe den te slecht waren om het graan te oog sten en te dorschen, tot gevolg gehad, dat een groot aantal boeren (vooral in de zand en veenstreken) op groote schaal is gaan rooien. Het gerooide kwantum moest zoo veel mogelijk door de V.B.N.A. worden af genomen en de te groote hoeveelheid moest worden opgeslagen. Ten slotte kan de vraag worden gesteld, of dan tegen de ziekte zelve of tegen haar gevolgen voor de gezonde aardappelen niet kan worden opgetreden. Zooals gezegd, zijn de ziekteplekjes op de knollen vrijwel niet te constateeren. De V.B.N.A. heeft ernaar gestreefd de aard appelen bij de verlading zooveel mogelijk zichtbaar vrij van ziekte te houden, doch dikwijls bevinden zich in de massa nog eenige zieke knollen, waarvan de ziekte niet op het oog is vast te stellen. Eén dag vervoer per schip of wagon bij warm weer is reeds voldoende om den geheelen voor raad totaal verziekt op de plaats van be stemming te doen aankomen. In een vrij groot aantal gevallen is de lading al dadelijk na aankomst afgekeurd voor consumptie, soms echter traden de verschijnselen perst na opslag op. Het verschijnsel deed zich dus alleen voor bij de te vroeg gerooide aardappelen, bij den normaal gerooiden knol behoeft p Victorie Duitschland wint voor Europa op alle fronten De slag bij Kiew nadert z'n einde. HOOFDKWARTIER VAN DEN FüHRER, 26 Sept. (D. N. B.) Het opperbevel der weer macht maakt bekend: De vernietiging van de laatste ten Oosten van Kiew ingesloten strijdkrachten van den tegen stander kan elk oogenblik wor den verwacht. Het aantal gevangenen is in- tusschen gestegen tot 574.000 en neemt nog steeds toe. Het buitgemaakte oorlogsmaterieel is onoverzienbaar. men niet te vreezen voor een uitschot, dat grooter is dan het^iormale. Het is goed te bedenken, dat het ver lies aan aardappelen, tengevolge van het bederf, niet opweegt tegen de groo te nadeelen, die voor de bevolking zou den ontstaan, wanneer de maatregel met de rooipremie niet was genomen. Immers dan zou het tekort aan aard appelen nog eenige weken langer heb ben geduurd. Uit het bovenstaande blijkt wel, hoe wei nig geloof men mag hechten aan geruchten, die ontstaan doordat men zich geen reken schap'geeft van de beteekenis van hetgeen men waarneemt. In het Verordeningenblad is een beschik king afgedrukt van d'en secretaris-generaal van handel, nijverheid en scheepvaart, waarbij alle geheel of gedeeltelijk uit ijzer, staal of non-ferro metalen vervaardigde voorwerpen, voor zoover zij dit nog niet zijn, worden aangewezen als distributie- goederen in den zin van artikel 4 der dis- tributiewet 1939. De beschikking is gisteren in werking getreden. MUTATIES BIJ DE SPOORWEGEN. Bij de Ned. Spoorwegen heeft de volgen de mutatie plaats gevonden: A. D. Cupery, stationschef le klasse A te Den Haag H.S., werd benoemd tot hoofdstations-chef te Den Haag H.S. J. C. Muuren, stationschef le klasse A te Gouda, zal met ingang van 1 Oct. a.s. eervol worden ontslagen, wegens het be reiken van den pensioengerechtigden leef tijd.. nen voor de vorming van een nieuwe or dening, wilde het militaire deel een waar schuwing richten tot allen het werk niet te verstoren. Deze waarschuwing is niet onopgemerkt gebleven. De militaire dtfen- sieve clausules van het Driemogendheden pact vormen heden een niet te ontkomen factor in de overwegingen van hen, die ver langen naar een uitbreiding van den oorlog over de geheele wereld. De uitdager weet thans, welke de reactie zou zijn van de lan den, die in het Driemogendhedenpact ver- eenigd zijn. Het Driemogendhedenpact tenslotte heeft zich daardoor weten te handhaven, dat het midden in den oorlog den eersten steen leg de voor den opbouw van een veiligen en blij venden vrede. Het is zonder meer ge worden tot het getimmerte en de omlijsting van de politieke toekomst van een geheele reeks volkeren in twee werelddeelen. Steeds krachtiger heeft men de in het Drie mogendhedenpact neergelegde gedachte ge zien als de magna charta eener nieuwe be tere weerld. Hier werkte een natuurwet, •welke een discipline van staatslieden wist om te zetten in practische constructies, die den voordeele zijn van alle betrokkenen. Het Driemogendhedenpact weet zich te handhaven omdat het aan elk volk de voort zetting van zijn eigen politiek veroorlooft en daarbij toch het groote verband van het leven der staten onderling in het oog houdt, zonder welke onze kleiner geworden we reld op den duur niet bestaan kan. WANDLUIZEN EN VLOOIEN. Er bestaat sinds eenigen tijd een nieuwe verordening, welke bepaalt, dat iemand, die gaat verhuizen, zijn meubelen en schilderijen moet laten onderzoeken op wandluizen. Waarom? Wij stonden bekend om onze hel derheid en nu moeten wij opeens 300 boete betalen, indien wij bij ver huizing ons huis niet op wandluizen laten onderzoeken. Ik ben momenteel aan het verhuizen. Ik heb mijn meubelen laten onderzoe ken en er zijn geen wandluizen aan getroffen. De reinigingsman, die het onderzoek verrichtte, vond slechts als een eerste klas bodemonderzoeker in de lijst van twee schilderstukken de graven van een drietal wandluizen, die de zwerftochten van deze schilder stukken meemaakten en in hun om lijsting den dood vonden. Arme wand luizen! En daar moest ik als posthume bijdrage nog een gulden voor betalen. Maar bij de installatie van het nieu we huis vonden de werklieden vlooien. Dat huis was ook onderzocht. En natuurlijk heb ik gereclameerd. Maar de betreffende ambtenaar heeft mij geantwoord: Ik ben de afdeeling wandluizen, met vlooien heb ik niks te maken. Ik heb nu een gulden betaald voor wandluizen. die er niet zijn en de vlooien, die er wel zijn, moet ik maar zien kwijt te raken. De persdienst van het N.V.V. schrijft ons o.m.: De actie, welke van werknemerszijde wordt gevoerd voor de arbeiders in de baksteenindustrie, omvattende ruim 10.000 personen, is weder met succes bekroond door de verbindend verklaring van de C.A.O. voor de steen industrie in Twente. Hierdoor is in dit gebied een zeer verstrek kende ordening der loonen tot stand geko men en het loonpeil in het algemeen met tenminste 15 procent verhoogd. CENTRAAL BUREAJJ VOOR ORKEST WEZEN INGESTELD. De commissaris voor de niet commer- cieele vereenigingen en stichtingen heeft den heer Eduard Elsenaar, leider van het centraal bureau voor het orkestwezen, be noemd tot zijn gemachtigde voor het Resi dentie-orkest en de hiermede verbonden instellingen, zooals pensioenfonds, concert Diligentia, Vereeniging van vrienden van het Residentie-orkest, Vereeniging van le den van het R. O. Ter nadere toelichting diene 't volgende: Een saneering van het orkestwezen in Nederland is een reeds lang gekoesterde wensch, en de noodzakelijkheid er van is steeds ingezien door hen, die deze materie bestudeerd hebben. Daarom heeft het de partement van volksvoorlichting en kun sten het initiatief genomen tot oprichting van een centraal bureau voor het orkest wezen dat tot doel heeft de economische en sociale belangen van de gesubsidieerde or kesten en de daarbij werkzame kunstenaars te behartigen en te coördineeren, de exploi tatie der orkesten in grooter verband te brengen en zoo noodig leiding hierbij te ge ven. De thans ten opzichte van hef R. O. ge nomen maatregel moet ook iri dat licht worden bezien. PRIJS VAN „BELEGEN N.Z."-KAAS. Bij besluit van dien directeur-generaal van de voedselvoorziening is bepaald, dat kaas, afkomstig uit de voor rekening van de Nederlandsche Zuivelcentrale opgesla gen hoeveelheden, dit is dus belegen kaas, mag worden verhandeld. Deze kaas is voor zien van het merk „Belgen N.Z." en de maximumprijs is voor den detaillist en den consument vastgesteld op 25 cent per kilo gram hooger dan de nog geldende maxi mumprijzen voor kaas, niet voorzien van het merk „Belgen N.Z.". Voor de vastgestelde prijzen en andere bijzonderheden wordt verwezen naar de officieele publicatie. WIJZIGING IN HET PROVINCIAAL BESTUUR VAN NOORD-HOLLAND. De commissaris der provincie Noord- Holland heeft met ingang van 1 Octo ber 1941 aan de heeren mr. A. Bruch, A. W. Michels, L. van der Wal en mr. dr. P. J. Witteman, op hun verzoek eervol ontslag verleend uit hun func tie als lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, onder dankbetui ging voor de diensten, in deze functie aan de provincie bewezen. Met ingang van gelijken datum heeft de commissaris der provincie benoemd tot bestuursraad de heeren mr. W. N. Felhoen Kraan, dr. A. C. Groeneveldt, W. H. Nieenhuis Ruys en mr. W. J. Schönhard. Deze bestuursambtenaren zullen, te zamen met den heer J. Saai, die in functie blijft, den commissaris der pro vincie in het uitoefenen van het pro vinciaal bestuur bijstaan. AFKONDIGING VERKOOPPRIJZEN DOOR KRUIDENIERS. Met ingang van 1 Juli 1941 is de omzet belasting, welke de kruideniers zijn ver schuldigd, verlaagd van 2 y, pet. tot 2 pet. van den verkoopprijs. Deze verlaging heeft ten gevolge, dat de regeling, die per 1 April 1941 voor de kruideniers is getroffen ter zake van de afronding der verkoopprijzen, niet kan worden gehandhaafd. Deze rege ling toch, die inhoudt, dat in afwijking van de geldende voorschriften de kruideniers de noodzakelijke afronding der verkoop prijzen naar boven mogen uitvoeren voor artikelen met een verkoopprijs van 10 cent of meer, doch minder dan 20 cent, was ge baseerd op het oude heffingspercentage van 2 pet. De secretaris-generaal van het departe ment van handel, nijverheid en scheepvaart heeft nu evenwel beslist, dat in afwachting van een nieuwe regeling het den kruide niers is toegestaan tot nadere aankondiging nog de per 1 April 1941 getroffen regeling toe te passen. In het veroverde sovjet-gebied wordt de overgebleven oogst met vereende krachten geborgen. Een dorschmachine in working (Suomen-Hoilandj

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1