Se JJtatiefiót>d£d aan het doóteCijh pcant Voortschrijdende vernietiging der Sovjettroepen Sdïexp. ïDuitóxJi pxetcöt (tij, ffiaCwia Een diplomatiek incident DINSDAG 29 JULI 1941 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD PAG. 5 De kazematten der Staltn-linie De in het gebied van Mogilew begonnen vernietiging van omsingelde Sovjetstryd- krachten werd gisteren krachtig en spoe dig voortgezet. Binnen één dag tijds is het aantal gevangenen met 12.000 man geste gen tot 35.000 man. Het aantal buitgemaak te kanonnen is gisteren met het dubbele gestegen en bedraagt tot dusverre 250 stuks. Verder zijn 750 mitrailleurs in Duit- sche handen gevallen. De overige buit is zoo omvangrijk, dat een overzicht nog niet mogelijk is. Naar het D.N.B. verneemt, hebben de Sovjets op 26 en 27 Juli bloedige verliezen geleden bij hun pogingen zich te bevrijden uit den ijzeren greep der Duitsche troepen in het gebied van Smolensk. Op 26 en 27 Juli hebben de politieke commissarissen tegen den wil der troepen, bevolen een uit val van de omsingelde Sovjettroepen te ondernemen. Duitsche soldaten hebben daarbij waargenomen, dat de bolsjewisten by hun uitbraakpogingen in den rug door eigen mitrailleurs werden beschoten. Uit verklaringen van gevangen genomen solda ten blijkt, dat de Sovjets bij hun aanvallen binnen het kader van hun regimenten ba- taillons zoogenaamde „opvangcommando's" hadden opgesteld. Deze „oppassers" hadden tot taak, terugwijkende bolsjewisten door vuur van achteren hernieuwd tot den aan val te dwingen. Ten Westen van Wyasna heeft een Duit sche pantserdivisie op 26 en 27 Juli een versche, uit het Oosten aangevoerde, Sov jetdivisie vernietigd. In dezen zelfden sec tor van het front heeft een andere Duit sche divisie 83 Sovjet-pantserwagens ven- nield, welke poogden door een uitval aan een Duitsche omsingeling te ontkomen. Acht Sovjet-batterijen, welke den bolsje- wistischen uitval ondersteunden, werden eveneens vernietigd. HAVEN VAN ODESSA GEBOMBARDEERD. De haven van Odessa is gisternacht meer malen door gevechtsvliegtuigen gebombar deerd. Opslaginstallaties werden getroffen en in brand geschoten. Een omvangrijke en verscheiden kleinere branden bewezen het succes van den aanval. DE STRIJD IN BESSARABIë. Op 27 Juli is, naar het D.N.B. verneemt, een Duitsche divisie vanuit het Zuiden van Bessarabië naar de Stalinlinie opgerukt. In een dapperen aanval werd de zwaar ver sterkte linie doorbroken. De Duitsche troe pen braken den hardnekkigen tegenstand der bolsjewisten en veroverden 21 kaze matten, waaronder een zwaar bolwerk met gepantserde batterijen van 7.5 centimeter. In het achterwaartsche gebied van den centralen frontsector werden op 27 Juli Sovjet-formaties, welke zich in de bos- schen hadden teruggetrokken, door een Duitsche divisie omsingeld en vernietigd. De bolsjewisten hadden buitengewoon zwa re verliezen aan gesneuvelden en gewon den. Een speciale correspondent der Ofi, die op zijn reis langs het front steden en dor pen in Bessarabië bezocht, deelt mede, dat Bessarabië en de Boekowina een tragisch gezicht bieden. Systematisch hebben de Sovjets de steden en dorpen vernield, ten gevolge van hun plezier aan vernielen. Tal van bewoners zijn enkele dagen vóór het uitbreken der vijandelijkheden naar het binnenland weggevoerd. Anderen werden gedwongen met de Sovjet-Russische troe pen te vluchten. Heel Bessarabië is tegen woordig één groote woestenij, bijna zonder bewoners. De hoofdstad van Besarabië ziet er vreeselijk .uit. Langs enkele kilometers ziet men nog slechts uitgebrande huizen. Het centrum der stad is één enorme puin hoop. Drie dagen en drie nachten lang is de stad op bevel der Sovjetautoriteiten met benzine overgoten, en vervolgens in brand gestoken. Jaren zyn noodig, alvorens op de plaats, waar het vernielde Kischinen stond, een nieuwe stad te bouwen. Van de 120.000 bewoners leven er slechts nog een paar duizend in de stad. Het is hartverscheu rend, hoe zij door de straten dwalen, ten einde uit de puinhoopen nog eenige voor werpen te redden. Ook in de Boekowina aldus het bericht is de situatie overeen komstig, maar hier hebben de steden en dorpen minder onder de verwoestingen der Sovjets te lijden gehad. In dit gebied zijn de Duitsche en Roemeensche troepen te vlug opgerukt, om den Sovjettroepen te veroorlooven hun plannen ten uitvoer te leggen. HOE EEN KAZEMAT GENOMEN WERD. De in Duitsche gevangenschap geraakte Sovjet-luitenant Pjotr Misjoek heeft een indrukwekkend relaas gedaan over de wij ze, waarop de Sovjet-soldaten de bestor ming van de kazematten der Stalinlinie door Duitsch-Roemeensche pioniers heb ben beleefd. Luitenant Misjoek was in den Dnjestr- sector commandant van een zware kazemat, welke met 27 man was bezet en met twee kanonnen was bewapend. De Sovjets voel den zich in de kazemat buitengewoon vei lig, want de muren waren anderhalve me ter dik. Begin Juli hoorden wij, dat de Duitschers van Roemenië uit bij de Proeth tot den aanval waren overgegaan, doch dat hun inval in Bessarabië was afgeslagen. Alleen hadden zich in het binnenland van Eessarabië de boeren tot benden vereenigd, v/elke strijd leverden met Sovjet-troepen. Half Juli namen wy aan den overkant van den oever van den Dnjestr bewegingen waar en zagen wij ook stofwolken en co lonnes. Wij schonken hier geen aandacht aan. Op zekeren morgen om vier uur wer den wij wakker geschud door een vreese- lyken slag. Door de dikke muren van de kazemat heen hoorden wij een helsch la waai van artillerievuur en ladingen dyna miet. Ik gaf onmiddellijk bevel met beide kanonnen te vuren. Een doel kon ik niet opgeven, doch voordat de kanonniers kon den vuren, schudde de kazemat opnieuw van een hevigen slag. Onze soldaten wer den door den luchtdruk tegen de wanden gedrukt. Het stonk naar kruitdamp en met selkalk. Walm en rook kwelden onze oogen. Een voltreffer had beide kanonnen volko men vernield. Een benzinereservoir ging in vlammen op. Ieder oogenblik kan de mu nitie ontploffen. Talrijke soldaten schreeuw den van angst of steunden van pijn over de opgeloopen verwondingen. Door angst en schrik opgejaagd renden wij toen uit de kazemat en gaven wij ons over aan de Duitsche stoottroep die voor de kazemat lag EEN DAGORDER VAN STALIN. Onder den vijandelyken buit heeft men ook een dagorder van Stalin ge vonden van 22 Juli, waaruit de verwarde toestand blijkt, die bij de Sovjetleiding heerscht. De pers publiceert den tekst van dezen dagorder, waarin o.m. gezegd wordt, dat wel de troepen vaak tot tevredenheid hebben gestreden, maar dat er ook velen zijn, die angst en paniek hebben verspreid en die inbreuk hebben gemaakt op de dis cipline aan het front. Daarom zijn wegens smadelijke vlucht, paniekzaaien en onbe kwaamheid tot het geven van leiding, on dermijning van de oorlogvoering, zonder strijd prijsgeven van wapens aan den vijand en eigenmachtig verlaten van de stellingen de volgende generaals gearresteerd en ter veroordeeling voor den krijgsraad gebracht: de commandant van het Westelijk front, legergeneraal Pawlow, de chef van den ge- neralen staf aan het Westelijk front gene raal majoor Klimowski, de chef van den nieuwsdienst aan het Westelijke front ge neraal majoor Grigorjew, de chef van het vierde leger aan het Westelijk front, gene raal majoor Korobkow, de commandant van het 41ste infanterie-legercorps aan het Noordwestelijk front, generaal majoor Ko- sobutski, de commandant van de 60ste di visie bergjagers aan het Zuidelijk front Solinow, de plaatsvervangende comman dant van de 60ste divisie bergjagers aan het Zuidelijke front, regimentscommissaris Koerotsjkin, de commandant van de 30ste divisie infanterie aan het Zuidelijke front, generaal majoor Galaktinow en de plaats vervangende commandant van de 30ste di visie infanterie, commissaris Jelissejew. De dagorder van Stalin doet ten slotte een beroep op alle commandanten en poli tieke commissarissen om bij hun manschap pen energiek acht te slaan op discipline. Zij moeten paniekzaaiers, lafaards en de serteurs uitroeien en allen bestraffen, die him eed breken en de Sovjet-Unie verra den. De dagorder is door Stalin ondertee kend als oppersten chef van het verdedi- gingscomité der Sovjets en voorts door den divisiecommissaris Wasilijew. HET ITALIAANSCKE WEERMACHTSBERICSfT. Het Italiaansche weermachtsbericht van gistermiddag luidt als volgt: In den nacht op 22 Juli hebben onze vliegtuigen opnieuw het vlootsteunpunt La Valetta op Malta gebombardeerd. In Noord-Afrika heeft de vijand aan het front van Tob roek opnieuw aanvalspogin- gen op onze stellingen ondernomen, doch werd gestuit en tot den terugtocht gedwon gen. Aan het front van Solloem activiteit der artillerie. Vijandelijke vliegtuigen hebben opnieuw een vlucht gemaakt naar Benghasi. In Oost-Afrika wederzijdsche activiteit der artillerie in den sector Woltsjefit. Britsche vliegtuigen hebben Gondaf ge bombardeerd. De strijd tegen Engeland HAPEREND „NON-STOP-OFFENSIEF". Het Britsche „non-stop-offensief" aan het Kanaal schijnt, naar aan het D.N.B. in aanvulling op het weermachtbericht van gisteren wordt gemeld, na de zware ne derlagen van 23 en 24 Juli te haperen. Ter wijl tot en met die dagen dagelijks aan vallen op de bezette Kanaalkust werden ondernomen, zijn thans reeds drie dagen en nachten verstreken zonder dat deze aan vallen der Britten zijn voortgezet. Verge lijkt men eens dit z.g. „non-stop-offensief" van de Britsche luchtmacht met de activi teit van de Duitsche luchtmacht in dezelfde periode, dan blijkt, dat bijna dagelijks het een of andere belangrijke doel op het Brit sche» eiland met succes is aangevallen en wel van de Britsche Zuidkust tot Noord- Schotland en zelfs tot aan de Faroer-eilan- den. Deze aanvallen waren vooral gericht op militaire- en haveninstallaties, vliegvel den en bewapeningsbedrijven. Hierbij wer den meermalen de installaties van Great Yarmouth, Hull, Liverpool, aan de Zuid kust en aan de monding van de Theems gebombardeerd. In dezelfde periode, dys sedert 18 Juni heeft de Duitsche luchtmacht alleen in den strijd tegen de Britsche revitailleerings- scheepvaart een vrij groot aantal koop vaardijschepen, met een gezamenlijken in houd van 217.000 b. r. t. vernietigd en 37 andere koopvaardijschepen beschadigd. Bij deze vergelijking vallen de resultaten van het Britsche „non-stop-offensief" totaal in het niet. Aan den anderen kant is gebleken, dat ook de nog niet lang geleden zoo hoog ge roemde viermotorige vliegtuigen der Brit ten in een steeds toenemend aantal zijn neergeschoten, geheel afgezien van de zeer veel hoogere Britsche verliezen aan jacht vliegtuigen. DE AANVALLEN OP MALTA. Het „Giornale d'Italia" huldigt in een extra-bericht den heldenmoed van de man nen, die zich bij de actie tegen Malta in den nacht van 25 op 26 Juli hebben bediend van de bestormingsmiddelen der Italiaan sche marine. Het blad meldt o.a.: Voor ondernemingen van dezen aard, waarbij het individu alleen is, omdat het met het vernielinaswerktuig één geheel vormt, zyn vrijwilligers noodig, die bereid zijn hun taak te volbrengen koste van het wil. Zij weten, dat zij pas na het einde van den oorlog naar huis kunnen terugkeeren, daar zij, wanneer zij zich van het bestor mingsmiddel, wanneer het tot op enkele meters het doel genaderd is, hebben be vrijd, alleen staan midden in de vijande lijke haven, waar zij dood en verderf heb ben gezaid. Niets verbindt hen meer met de lichte schepen, waarmede zij tot de plaats van actie zijn gebracht. Van hun verre kameraden kunnen zij geen hulp meer verwachten, te minder, wanneer deze, zooals bij Malta het geval was, zelf ont dekt worden. In het bewustzijn van hun veiligheid, welke door duizenden kanonnen alsmede door minstens vier hindernissen en versperringen werd verzekerd, lagen de Britsche oorlogsschepen en koopvaarders op 25 Juli in de verschillende havenbek kens vari Malta, toen het alarmsignaal werd gegeven. Ditmaal kondigde het niet een van de gebruikelijke luchtaanvallen aan, doch den voor onmogelijk gehouden aan val van een handjevol mannen, die met strijdmiddelen, welke juist voor het over winnen van hindernissen zijn gecon strueerd, den ingang van de haven binnen drongen. Ook het helsche vuur van de af- weerbatterijen en de stralenbundels van de schijnwerpers vermochten niets uit te rich ten tegen deze kleine „watermuggen" wel ke onverbiddellijk haar doel naderden. Het succes wordt weliswaar, zoo ver klaart het blad tenslotte, evenals bij het binnendringen van deze gevechtsmiddelen in de baai van Soeda einde Maart van dit jaar door de Britten geloochend, doch op Malta, evenals destijds op Kreta, zal op ze keren dag het succes blijken. De bezetting van het steunpunt Wolts jefit op een berg van 3000 meter hoogte in Abessinië, waarvan in de meeste Italiaan sche weermachtberichten van de laatste weken melding is gemaakt, strijdt sedert honderd dagen een heldhaftigen strijd, naar Stefani meldt. Steeds weer poogt de tegenstander het handjevol mannen te Woltsjefit, die slechts over weinige stukken licht geschut beschikken, te vernietigen. Maar steeds weer worden de aanvallers in FINSCH LEGERBERICHT. Van officieele Finsche zyde wordt het volgende medegedeeld: Aan het Noordelijk front zijn weer om singelde vijandelijke troepen vernietigd, waarbij een zeer aanzienlijke hoeveelheid anti-tankkanonnen, mitrailleurs, automati sche wapenen, granaatwerpers en ander oorlogsmateriaal is buitgemaakt. De an dere operaties hebben een gunstig verloop genomen, geheel overeenkomstig de plan nen. De Finsche vliegers en de luchtafweer op den grond hebben tot Zondagavond in to taal 191 Sovjet-vliegtuigen omlaaggescho- ten. Hieronder zijn niet begrepen de op den grond vernietigde vliegtuigen en die, waar van niet met zekerheid kon worden vast gesteld, dat zij waren neergeschoten. Naar van gewoonlijk welingelichte zijde wordt vernomen, is thans ook definitieve overeenstemming bereikt over de militaire kwesties van de Fransch-Japansche sa menwerking. Naar men zich zal herinneren, zyn tot dit doel te Hanoi technische be sprekingen gevoerd tusschen den gouver neur-generaal van Indo-China, admiraal Decoux en den chef van de Japansche mi litaire missie, generaal Soemita. Zoodoende is na de succesvolle beëindiging der tege lijkertijd te Tokio eil Vichy gevoerde poli tieke besprekingen, zoowel in politiek als in militair opzicht de grondslag gevonden voor de gemeenschappelijke verdediging van Fransch Indo-China. „WEERGALOOS OPTREDEN". Na een anti-Duitsohe campagne heeft de Boliviaansche regeering den Duitschen ge zant, Wendler, zonder opgave van redenen uitgenoodigd binnen driemaal 24 uur Bo livia te verlaten. Naedrhand publiceerde de Boliviaansche regeering een brief, die afkomstig heette te zijn van den Boliviaan- schen militairen attaché te Berlyn, majoor Belmonte, en gericht aan den Duitschen gezant Wendler. Daarmede motiveerde zij haar ongehoor- den maatregel tegen den vertegenwoordi ger van het Groot-Duitsche rijk. Bolivia beweerde dezen brief van een buitenland- sche mogendheid te hebben gekregen. Vorm en inhoud benevens de begeleidende om standigheden. waaronder de z.g. ontdek king geschiedde, doen op het eerste gezicht blijken', dat dit een vervalsching van het domste, onbeholpenst-e soort was. Dit is thans defintief bewezen door de verklaring van genoemden majoor Bel monte, die hij gistermiddag heeft afgelegd ten overstaan van de Duitsche en buiten- landsche pers. In het belang van de waarheid en in het belang van de betrekkingen tusschen het Duitsche volk en het mijne, aldus verklaar de Belmonte, acht ik het mijn plicht hier voor vertegenwoordigers der pers op mijn eerewoord als officier te verklaren, dat ik noch dezen brief, noch een ander schrij ven of mededeeling aan den Duitschen ge zant Wendler ooit heb doen toekomen. Deze brief is een vervalsching. Het is in Bolivia bekend, dat ik te allen tijde mijn heiligsten plicht in het feit gezien heb, de belangen van mijn vaderland te dienen. Ik weet, dat ik tengevolge van deze hou- ring sedert geruimen tijd door politieke kringen, en door geheime organisaties ach tervolgd word. Ik ben ervan overtuigd, dat dit de reden is om mij dezen brief in de schoenen te schuiven, en met deze verval sching zoowel mijn eerlijke nationale be doelingen als tegelijk de Duitsche rijksre- geering te treffen. DE DUITSCHE NOTA. De Duitsche regeering heeft op grond van die verklaring en van de onthulling van de onbehouwen vervalscherstrucs, waaraan de Boliviaansche regeering ten slachtoffer is gevallen in onbegrijpelijke lichtvaardigheid en zonder ook maar een poging om een onderzoek in te stellen, gis teren in vervolge op de reeds gepubliceer de protestnota van 22 Juli de volgende no ta gezonden aan de Boliviaansche regee ring: „In opdracht van de Rijksregeering heb ik de eer het volgende mede te deelen. Na dat de Boliviaansche regeering in het eerst zonder opgeven van eenigerleid motieven den Duitschen gezant in La Paz, den heer Wendler, de uitnoodiging had doen toeko men binnen enkele dagen het land te ver laten, heeft zij den volgenden dag tegen over vertegenwoordigers der pers en wel wederom zonder mededeeling van concre te feiten het verwijt uitgesproken, dat de stap tegen den gezant genomen is, omdat hij zou hebben deelgenomen aan kuipe rijen tegen de Boliviaansche regeering. Deze bewering, die uiteraard als volkomen de gevechten op de steile hellingen van den berg om de steunpunten, adelaarsnes ten gelijk, teruggeslagen. Ook de herhaalde pogingen van den vijandelyken bevelheb ber om de verdedigers van Woltsjefit over te halen de wapenen neer te leggen, wer den slechts beantwoord door uitvallen uit de rotsstelling. Eiken morgen gaat de Ita liaansche driekleur opnieuw aan den mast van de hoogste stelling omhoog. Tijdens een gevecht tusschen Italiaansche motQrtorpedobooten en lichte vijandelijke eenheden, is, naar een speciale correspon dent van Stefani meldt, een Engelsche tor pedojager door torpedo's getroffen. De tor pedojager vertaande onmiddellijk slagzij. Italiaansche verkenningsvliegtuigen kon den waarnemen, dat de bemanning kort daarop de reddingsbooten uitzetten. uit de lucht gegrepen moet worden geken merkt en die ieaeren grondslag miste, Is reeds in de nota van den gezant Wendler van 22 Juli ten scherpste verworpen. Daarop heeft de Boliviaansche regee ring aanleiding gezien een document te pu- bliceeren, dat haar volgens haar eigen me dedeeling door een derde mogendheid in handen is gespeeld. Zij beweert, dat dit do cument een door den Boliviaanschen mili tairen attaché te Berlijn, den heer Bel monte, aan den gezant Wendler gericht schrijven is, dat het bewijs vormt voor de verwijten, die tegen laatstgenoemde uitge sproken zijn. Zoowel vorm en inhoud van dezen brief alsook het geheel der begelei dende omstandigheden by de z.g. ontdek king daarvan doen reeds op het eerste oog zien, dat het hierbij niets anders betreft dan een vervalsching van de meest plompe soort. De gezant dr. Wendler heeft de Rijks regeering terstond na de publicatie van het document telegrafisch het dienstbericht doen toekomen, dat hij een dergelijken brief nooit ontvangen heeft en in geener- lei contact heeft gestaan met den heer Bel monte. In volledige overenstemming daar mede heeft de heer Belmonte zelf in het departement van buitenlandsche zaken te Berlijn op 26 Juli de verklaring afgelegd, dat hij den gezant Wendler noch den ge- publiceerden, noch een anderen brief heeft geschreven en van zijn kant nooit een brief van hem heeft ontvangen. Het gepubli ceerde document is een volkomen verval sching. De heer Belmonte heeft daarb^ eigener beweging den wensch uitgespro ken, deze zijn verklaring ook in het open baar af te leggen. De Rijksregeering moet thans vaststel len dat de Boliviaansche regeering op grond van stappen eener derde mogendheid en zonder ook maar een poging tot ophelde ring van den feitelijken stand van zaken te hebben gedaan bereid geweest is tot een in het internationale verkeer weergaloos op treden tegen den diplomatieken vertegen woordiger van het Rijk. De Rijksregeering spreekt hiertegen opnieuw haar scherpste protest uit." Uit een vliegtuig zijn 25 Juli op Argen- tijnsch gebied te Cordoba drie koeriers- zakken verwijderd, die als diplomatieke bagage kenbaar waren gemaakt en van het Duitsche gezantschap te Lima onder weg waren naar de ambassade te Buenos- Aires. Toen deze ambassade terstond re clameerde, deelde de vertegenwoordiging van de betrokken luchtvaartmaatschappij mee, dat de zakken op bevel der commis1- sie van onderzoek der Argentijnsche ka mer vlak voor het vertrek uit Cordoba, toen de motoren al draaiden, uit het vlieg tuig zijn geladen en per auto naar het Congresgebouw te Buenos-Aires zijn over gebracht. De Duitsche ambassade in de Argentijn sche hoofdstad heeft ter stond ten scherp ste geprotesteerd tegen deze krasse schen ding van het Volkenrecht en teruggave van de koeriersbagage geëischt. AMERIKAAN S C HE HITTEGOLF KOST TALRIJKE DOODEN. De Oostkust van de Vereen igde Staten wordt sedert eenige dagen geteisterd door een hevige hittegolf, waarbij temperaturen van veertig graden zijn geregistreerd. Aan de gevolgen van de warmte zijn tot dusver minstens tachtig personen overleden. Bij den buitengewonen toeloop naar de zee baden zijn alleen tijdens het laatste week end meer dan negentig menschen ver dronken. Winterhulp Nederland Gironummer van de W. H. N. 5553 De Bank van de W. H. N. is Kasvereenïging N.V. Amster dam, Postgironummer 8 7 7. Stort op 5553 of 877 De strijd in het Oosten. Eon Duitsche pantserafdeeling v/achtend o? het sein tot den opmarsch. Op den achtergrond stijgen reusachtige rookwolken op uit de brandende stad Zluk (Orbis-Hofland)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 6