2Xe capitulatie aan ^oegxaólaaië Heedepxaat. Wilt U iets weten? Beschamend voor U.S.A. Hitiers verjaardag Van alle fronten Verwoede gevechten in Griekenland Frankrijks koers ZATERDAG 19 APRIL 1941 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 5 1 DE CANON-GEBEDEN Pastoor heeft de lente in zijn bol. Bijten op zware kost. Doo- denherdenking. Opdracht der offergaven. De spreeuwen vielen bijna van het dak, niet van de kou, maar van de pret. Het was lente en de spreeuwen floten hun brui loftslied, waarbij zij zoo hevig met hun glisterende vlerken applaudisseerden en heen en weer dansten, dat zij ieder oogen- blik uit de goot dreigden te tuimelen. „Met zulk weer kan ik het in huis niet uithouden" verklaade Pastoor, terwijl hij de danse des étourneaux, die op de uiterste richel van het doopkapelletje werd uitgevoerd, met pleizier gadesloeg. „Laten we in den tuin gaan wandelen". U ziet ze daar wandelen in 't midden de lange, zwarte toog van den herder, met twee handen als rose gameering op den rug, links het dribbelende propje van Stu- pido en rechts de statig-voortschrijdende heer Nix in een keurige demi-saison. „De Pinksterbloemen beginnen ook te bloeien" wees Pastoor aan in de sloot kant. „Ja, dat zie ik" waagde Stupido „maar voor Pinksterblommen zijn we eigenlijk niet gekommen." „Het is ook niet mijn bedoeling je om den tuin te leiden" rechtvaardigde zich de herder, terwijl hy het voorbarige lila lichte bloempje in een van de duizend knoopsgaten van zijn toog stak, „maar ik resideer wegens het mooie weer vandaag in 't prieel." „Als er maar geen spinnekoppen kruipen" huiverde Stupido. „Ik kan 't ook niet helpen" zei Pas toor, toen zij rond het manke bamboe-ta feltje geschaard waren „maar de stof van dezen keer is wat eentonig". ,,Daar bijten we wel doorheen" ver zekerde Stupido. „Misschien dat de heer Nix nog een knuppeltje klaar houdt" hoorde Pas toor hoopvol uit, maar de heer Nix zweeg in zeven talen en alle toonaarden. „Nu dan" vatte de herder moed „de gebeden, die aansluiten op de consecratie vormen één groot offergebed". „Een er van hebben we de vorige keer reeds besproken" bracht Stupido in her innering. „Omdat het zoo prachtig trof met Pa"- schen" deelde Pastoor mede „maar toch is het beter de drie eerste gebeden te beschouwen als één gebed, waarin de ver lossing door Christus wordt herdacht door de aanbieding der offergaven namelijk het heilig Brood van het eeuwig leven en de Kelk der altijddurende zalig heid waarin herinnerd wordt aan het welgevallen, dat God getoond heeft in de offers van Abel, Abraham en Melchise- dech, en waarin zegen en genade wordt afgesmeekt voor degenen, die te commu nie zullen gaan." „Een zeer bijzonder gebed" vond de heer Nix, die zich voorbereid had in het missaaltje van Stupido. „Vooral het slot", stemde de herder toe. „Zal ik het eens voorlezen?" Wij bidden U ootmoedig, almachtige God, laat deze offerande door de han den van Uw heilige engel brengen op uw hoogverheven altaar voor het aan schijn van Uwe goddelijke Majesteit: opdat wij allen, die door de deelne ming aan dezen offerdisch het aller heiligst Lichaam en Bloed van Uwen Zoon nuttigen, met alle hemelsche ze gen en genade vervuld mogen wor den. Door denzelfden Christus, onzen Heer. „In grootsche visie voert dit gebed" lichtte Pastoor toe „ons naar het altaar, dat Joannes opgesteld zag in den hemel. Daar worden de offergaven neergelegd. Van-daar-uit worden ze ons teruggereikt en schenken ons hemelsche zege ningen. „Gaan alle geloovigen onder de Mis te communie" informeerde de heer Nix. ,,Was dat maar waar!" riep Pastoor uit. „Soms wordt de communie vóór de Mis uitgereikt" mengde Stupido zich in het gesprek. „Wat, zooals uit het geheele verloop van de Mis blijkt, feitelijk niet goed te keu ren is. Over dit punt kunnen we echter lang en breed praten bij de communie. Zoover zijn we nog niet. Het offergebed wordt nu op gewelddadige wijze afgebro ken „Daar heb ik niets van gemerkt" zei Stupido met een verbaasd gezicht. „Toch wordt de gedachtengang plotse ling afgekapt door de herdenking van de dooden. Het overigens prachtige gebed is een inlasch uit de vierde eeuw: Gedenk ook, Heer, uw dienaren en dienaressen die ons zijn voorafge gaan met het teeken des geloofs en in de slaap des vredes rusten. Wil hun en allen, die in Christus rusten, smeeken wij, de plaats van verheerlijking, licht en vrede verlee- nen. Door denzelfden Christus onzen Heer. „Herdenkt de priester ook werkelijk eenige bepaalde dooden? wilde de heer Nix weten. „Zeker" antwoordde Pastoor „de priester vouwt de handen onder zijn kin en peipst eenige oogenblikken. Dat peinzen mag, volgens de zeer preciese voorschriften van de rubrieken, niet te veel tijd in be slag nemen; op zijn hoogst de duur van een gewoon gebeden „Onze Vader". Vanwaar die haast?" verwonderde zich de heer Nix. „Dat is geen zaak van haast, maar van aanvoelen. Het opdragen van de Mis is geen vrome oefening van godsvrucht door den priester alléén, doch het offer, dat hij, namens de geheele gemeenschap opdraagt. Daarbij moeten zijn persoonlijke gevoelens op den achtergrond worden gehouden. „Waarom spreekt de priester de woor den van het volgende gebed altijd hardop uit?" vroeg Stupido. „Om de geloovigen er aan te herinneren, dat dit gebed speciaal voor hen is bestemd. De priester klopt éénmaal rouwmoedig op zijn borst en zegt half-luid: Nobis quo- que peccatoribus: Gewaardig U ook ons, Uw zondige dienaren, die op de overvloed van Uw barmhartigheid vertrouwen, eenig deel en gemeenschap te schenken met Uw Apostelen en martelaren: met Joannes, Stephanus, enz. „In de rij heiligen, die wordt herdacht" pluisde Stupido uit ,,zie ik niet veel bekenden. Voor de heilige Anastasia heb ik nooit geen bijzondere vereering gekoes terd." „Het zijn, te beginnen met St. Jan de Dooper, alleen heiligen uit de eerste drie eeuwen" glimlachte de herder. „Een bewijs te meer, hoe oud deze gebeden zijn." „Maar u vergeet het slot" maakte de heer Nix gretig attent „en dat slot vind ik juist wel interessant." „Het was niet met opzet" stelde Pas toor gerust „daar komt het: ..-.en laat ons, smeeken wij U, in hun gezelschap toe, niet als belooning voor onze verdiensten, maar louter door de gunst van Uw welwillendheid. Door Christus onzen Heer. „Had u daarover iets op of aan te mer ken" ging Pastoor tot den aanval over. „Ik vind het zoo merkwaardig, dat de Katholieke Kerk hier haar eigen leer over de goede werken verwerpt" mediteerde de heer Nix. „Zou het niet voor de hand liggen, dat andersdenkenden omtrent die leer denk beelden fokken, welke, als niet zoovelen daardoor misleid waren, werkelijk komiek zouden zijn?" vroeg de Pastoor. „Ik kan me inderdaad niet voorstellen, dat de Kerk zichzelf in de Misgebeden zou bestrijden" erkende de heer Nix. „Dus zal ik wel op een dwaalspoor rij den". „Misschien is er nog wel eens gelegen heid uw goede-werken-stokpaardje op het rechte spoor te laten draven". stelde Pas toor in 't vooruitzicht. „Maat laat ons nog even de canon-gebeden doorloopen Met 'n heel kort zegengebedje wordt de, door de herdenking van dooden en levenden onder broken, gedachtengang weer opgevat. De canon besluit dan met een zeer indrukwek kende plechtigheid: de zichtbare opdracht van de offergaven." „Daar heb ik nooit iets van gemerkt" zei Stupido. „Het ontgaat de meeste geloovigen" antwoordde Pastoor „en toch is èn in woord èn in daad deze korte plechtigheid de samenvatting van alle offergebeden en offerhandelingen; het hoogtepunt er van en tegelijk het einde." „Ik ben niet gauw nieuwsgierig" loof de Stupido, zonder eenige bijval, zichzelf „maar nü ben ik toch nieuwsgierig." „De priester neemt de H. Hostie, maakt daarmee drie kruisen boven en twee krui sen vóór de kelk. Vervolgens heft hij in de rechterhand de H. Hostie, in de linker de kelk, beide een weinig omhoog, terwijl hy bidt: Door Hem en met Hem en in Hem zij aan U, God almachtigen Vader in de eenheid met den H. Geest alle eer en glorie, „Waarom gebeurt deze plechtigheid zoo verscholen, dat bijna niemand haar goed kan zien" gispte Stupido. „Omdat de priester tegenwoordig met zijn r.:g naar het volk staat. Vroeger, stond hij roet het gezicht naar de kerk, en kwam deze ceremonie dus beter tot haar recht." „En is dat het einde van deoffer-han deling?" vroeg de heer Nix. „De Mis als offer is hiermede ten ein de. De priester verheft zijn stem en be sluit het gebéd, (waarachter geen punt maar een komma behort te staan), met de gewone formule: door de eeuwen der eeuwen, waarop de geloovigen, van wie de Kerk verwaent, dat zy vol spanning en aandacht het offer gevolgd hebben, antwoorden, of in ieder geval behooren te antwoorden met een massaal en eensgezind: AMEN. „Maar de Mis is toch niet ten einde" hernam Nix. „De opdracht der offergaven wordt vol tooid met het eten dezer gaven, dat is met de communie. De nu volgende gebeden en handelingen zyn een voorbereiding tot de communie van priester en geloovigen" besloot de herder deze zitting in het zomer prieel. ARCANUS. Vraag: Wanneer is de komeet vaq Halley voor het laatst te zien geweest? Antwoord: In 1910. De omloopstijd bedraagt 76 jaar. GENERAAL SIMOWITJS GEVLUCHT. De capitulatie-onderhandelingen zyn, naar gisteren in politieke kringen te Ber- lyn vernomen werd, met verschillende le gerleiders van de uiteengedreven Servi sche Iegeronderdeelen gevoerd. Er was dus geen centrale militaire vertegenwoordiging van het Servische leger, daar deze als ge volg van de snelle Duitsche operaties reeds dagenlang niet meer bestond. In de Wilhelmstrasse is gisteren bekend gemaakt, dat niet alleen de voormalige Joegoslavische premier, Tswetkowitsj, maar ook de gewezen minister van buitenland- sche zaken Markowitsj, terecht is. Laatst genoemde was tot dusver by het Servische leger geweest. Over de verblijfplaats van den Joegosla- vischen premier, generaal Simowitsj, heeft men te Berlijn mededeelingen van Servi sche militairen, die de capitulatie-onder handelingen hebben gevoerd. Zij verklaar den dat Simowitsj is gevlucht DONOVAN EN DE CAPITULATIE. In het „Harburger Fremdenblatt" schrijft Adolf Halfeld: „Met de onvoorwaardelijke capitulatie van het Servische leger is aan den oorlog van kolonel Donovan een einde gekomen, dat vooral voor de Vereenigde Staten beschamend is. Donovan heeft een zoo belangrijk aandeel gehad in de vor ming van een front onder Angelsaksische leiding in het Zuidoosten van Europa, dat HITLER IN HET HOOFDKWARTIER. „Verjaardag van den Führer in het hoofdkwartier". Onder dit opschrift schryft de rijksperschef dr. Dietrich in de nationaal-socialistische „Korrespondenz" o.a. het volgende: „Ditmaal valt zijn verjaardag midden in de groote beslissingen van den Balkan veldtocht. De Führer brengt zijn verjaar dag door in den eenvoud van den soldaat, in zyn hoofdkwartier, vanwaar hij de ze gevierende operaties van zijn Zuidoostelij ke legers leidt. Van den vroegen ochtend tot diep in den nacht stroomen hem ook in zijn veldkwartier onophoudelijk de mili taire, politieke, diplomatieke en andere be richten uit de geheele wereld toe. Ook op zijn verjaardag staat de Führer zooals op iederen anderen dag met zijn generaals aan de kaartentafel, volgt hij den opmarsch van zyn legers, slaat hij aandachtig iedere beweging van den vijand gade en neemt hij snelle besluiten, waarbij niets aan het toeval wordt overgelaten. In voortdurend persoonlijk of telefonisch contact met zijn opperbevelhebbers, die uit hun hoofd kwartieren het optreden van hun afdeelin- gen leiden, vormt hy zoo het beeld der veldslagen en het aanzien van den oorlog, zooals hij het wil". OPROEP VAN GOERING AAN HET DUITSCHE VOLK. Rijksmaarschalk Goering heeft ter gele genheid van den verjaardag van den Füh rer een oproep gericht tot het Duitsche volk, waarin o.m. gezegd wordt: „Met waardigen ernst en hooggestemd hart viert het Duitsche volk in vast ver trouwen op de overwinning den 52-sten verjaardag van den Führer. Ver weg van de grenzen van het onaangetaste Groot Duit sche Rijk heeft de Duitsche weermacht diep in vijandelijk gebied zyn zegevaan geplant, bereid tot afweer en stormloop. Zoo ver de Duitsche taal klinkt, kloppen in Europa, in Noord en Zuid, in Oost en West en tot over de zeeën de harten aller Duit- schers voor den verdediger van de Duit sche eer en vrijheid en den garant van de Duitsche toekomst in onveranderlijke trouw en onvergankelijke dankbaarheid. Machteloos en vervuld van af°i'nst ziet de verslagen tegenstander op den tweeden oorlogsver jaardag van Adolf Hitler de on gebroken kracht en den aaneengesloten wil van de Duitsche natie. Wij echter zien terug op een onafgebroken reeks schitte rende overwinningen, zooals in één enkel levensjaar slechts tot stand kon worden gebracht door een man, die niet slechts staatsman en veldheer, maar tevens ook leider en volksman is. Wat wij hem en daarmede het vaderland aan trouw en ge loof, aan moed en offervaardigheid met warm hart bereid zijn te geven zal voor de komende generaties een voorbeeld vor men". HET DUITSCHE WEERMACHTS- BERICHT. Het Duitsche weermachtsbericht vam gis termiddag luidt als volgt: Zooals reeds door een bijzondere mede- deeling was bekendgemaakt, heeft op 17 April des avonds het geheele Servische le ger, voor zoover dit nog niet ontwapend was, de wapens neergelegd. De gevechten in Joegoslavië zijn hierme de op 18 April te 12 uur geëindigd. Het hy thans ook in de Vereenigde Staten openlijk wordt aangewezen als een der veroorzakers van de^ramp. die Zuid-Slavië heeft getroffen. Donovan was de vertrou weling van Roosevelt en heeft op aanwij zing van het Witte Huis gehandeld. De psychologische onzekerheid en de ontnuchtering in de Vereenigde Staten du ren voort. Ten aanzien van de groote vraagstukken der Amerikaansche buiten- landsche politiek, die culmineeren in het probleem van verdere verscherping van een interventionistisciien koers, heeft zelfs het Witte Huis het noodig geoordeeld een zekere terughoudendheid in acht te ne men met het oog op de Jobstijdingen uit de Middelandsche Zee. De minderheid, die van de in terventionisten weinig goeds voor het land verwacht, heeft voor het eerst sedert de afkondiging van de Leen- en Pachtwet gelegenheid gekregen om den vinger te leggen op de pijnlijke reactie, die voor de buitenlandsche politiek is voortge komen uit het sabelgekletter van de Leen- en Pachtwet. Bovendien is duidelijk genoeg gebleken, dat zelfs in deze tijden van ongebreidelde oorlogsdrijverij, die door de toonaangeven de instanties bevorderd wordt, rekening moet worden gehouden met het nufchtere inzicht en de gezonde instincten van bree- de lagen der Amerikaansche bevolking. De kwestie van een Amerikaansche es corte voor de leveranties der industrie staat nog steeds in het middelpunt der de batten. Terwijl de voorstanders van inter ventie er fel voor ijveren, ontbreekt het ook niet aan waarschuwdende woorden van invloedrijke mannen, die- het volk voorhouden, dat convooieering op een oor logsdaad lijkt en daardoor hoogst gevaar lijk is". aantal gevangenen en de hoeveelheid buit valt nog niet by benadering op te geven. De bezetting van de laatste gedeelten van Servische gebied door de Duitsch- Italiaansche troepen staat voor de vol tooiing. Aan de Dalmatische kust hebben Italiaansche troepen Dubrovnik (Ragusa) in Mostar bezet, evenals bij het oprukken van het Zuiden uit, Cetinje. In Noord-Griekenland ontwikkelden zich de gevechten ondanks zeer moeilijke terrein- en weersomstandigheden benevens tal van vernielingen op wegen, verder met suoces. Er werden meer dan 17000 gevange nen gemaakt en talrijke stukken geschut, waaronder 25 zware, buitgemaakt. Bij een aan-val op de Britsche Zuid-Oost kust hebben „Schnellboote", zooals reeds bekend gemaakt, uit een convooi vier ge wapende koopvaardijschepen tot zinken gebracht met een totale tonnage van 13.000 b.r.t. terwyl zij een vyfde schip zwaar be schadigden. Het luchtiwapen deed in den afgeloopen nacht met sterke eskaders wederom een stevigen aanval op de oorlogshaven Ports mouth. Door vele tonnen brisant- en brand bommen, die bij goed zicht omlaag werden geworpen, ontstond zware schade in -het havengebied en in de haveninstallaties. Voltreffers deden vele groote branden en talrijke kleine branden op de sté-atswerf en andere belangrijke militaire doelen van de stad ontstaan. Gewapende verkenningsvliegtuigen wier pen overdag in scheervlucht bommen van zwaar kaliber op een fabrieksemplacemen t aan de Schotsche oostkust en brachten in de monding van de Theems een vracht schip van 2000 brt. tot zinken. Jachtvliegtuigen schoten aan de loost van het Kanaal een Britsch oorlogsvliegtuig van het type Bristol-Beaufort omlaag. Luchtdoelgeschut vernietigde twee jacht vliegtuigen van het type Spitfire. In Noord-Afrika sloegen de Duitsche en Italiaansche troepen verschillende vijan delijke aanvallen op Solloem en uitvalspo- gingen uit het omsingelde Tobroek af. Duitsche oorlogsvliegtuigen bombardeer den des avonds de haven La Valetta op het eiland Malta. De vyand heeft in den afgeloopen nacht op verscheidene plaatsen in Noord-, West en Midden-Duitschland lukraak brisant- en brandbommen laten vallen. Ondanks de waarschuwing, die het Duitsche luchtwa- pen in den afgeloopen nacht door den ge weldigen ver^eldingsaanval op Londen had gegeven, dror.gen vrij sterke strijdkrachten weer tot aan de buitemste luchtdoelartille- rieversperring om Berlijn door. Slechts afzonderlijke vliegtuigen slaagde er evenwel in door den vuurgordel tot het centrum van de stad door te dringen. Hier werd hun door krachtig afweervuur belet hun bommen welgemikt uit te werpen. Vier openbare gebouwen, waarondei weer de Staatsbibliotheek, benevens omstreeks tien woonhuizen, kregen schade. Het aan tal gekwetsten is gering. Ook in het overige Duitsche gebied is de schade onaanzienlijk. Bij deze aanvallen zijn zes vijandelijke vliegtuigen vernietigd, waarvan vier door luchtdoelgeschut, een door nachtjagers en een door marine-artillerie. In de periode van 16 April tot den och tend van den achttienden zijn 24 vliegtui gen van het Britsche luchtwapen neerge schoten en een vrij groot aantal andere vliegtuigen op den grond vernield. Alleen al in de luchtgevechten van 16 April over dag boven het gebied van het Kanaal scho ten Duitsche jagers negen Britsche jacht vliegtuigen neer. In dezelfde periode wer den tien eigen vliegtuigen vermist. Luitenant-kolonel Moelders heeft 16 April zijn 64ste en 65 ste, luitenant-kolonel Galland op 15 April zyn 59ste en 60ste hichtoverwirmning behaald. GRIEKEN EN BRITTEN TREKKEN ZICH TERUG. Naar Reuter meldt, wordt in een officieel communiqué verklaard, dat met het oog op den Duitschen druk, die dagelijks sterker wordt, de Grieksche en Britsche strijd krachten aan het Noordelijk front stap voor stap terugtrekken op een kortere verdedi gingslinie. Op het Grieksche oorlogstooneel is het, naar 't D.N.B. verneemt, in N.-Thessalonië op verscheidene plaatsen tot hevige ge vechtshandelingen gekomen. Ondanks den zeer slechten toestand der wegen werd de Duitsche aanval tot ver over de berg ketenen voortgezet. Met Engelsche troe pen waaronder vrij groote afdcelingen van Nieuw-Zeelandsche en Australische divi sies, werden gevechten geleverd. De stout moedig aanvallende Duitsche troepen maak ten een groot aantal gevangenen en brach ten aan aanzienlijke buit binnen. Het Duitsche succes in Macedonië blijkt" volgens de jongste berichten no^grooter te zijn dan oorspronkelijk werd aangenomen. Ongeveer vyf Grieksche divisies zijn tij dens de gevechten in Noord-Griekenland ir de pan gehakt. De buit aan oorlogs materiaal is aanzienlijk. CRITIEK OP EDEN. Als gevolg van de voor Engeland ongun stige ontwikkeling van den oorlog in het Oostelijk deel van de Middellandsche Zee, wordt de toon van een geheele reeks Brit sche bladen van dag tot dag scherper, aldus de Londensche correspondent van „Göte- borgs Posten". Deze critiek richt zich voor al tegen den minister van Buitenlandsche Zaken, Eden. Zoo schrijft de „Daily Mail": „Het hooge woord moet er uit. Vroeg of laat moet een verklaring omtrent de hui dige betreurenswaardigee strategische si tuatie in het Oriënt worden afgelegd. Als dit gebeurt, zal men ook inlichtingen vra gen over het optreden van Eden en Dill. De openbare meening wenscht te weten in hoeverre deze beide mannen verlof hadden om het gezonde oordeel van Wavell te over stemmen. Deze reizende politici hebben reeds in vredestijd bewezen, dat zij ner gens toe deugden. In oorlogstijd zouden zij een nationaal gevaar kunnen worden". HET ENGELSCHE OPTREDEN IN GRIEKENLAND. De gewetenlooze houding van Engeland tegenover de burgerbevolking in alle ge bieden, waarin het oorlog heeft gevoerd en nog voert, is thans ook in Griekenland op de meest afschuwelijke wijze gebleken. Precies zooals in België en Frankrijk heb ben de Britsche troepen ook nu in Grieken land op den terugtocht alle aanwezige le- vensmiddelenvoorraden in de door hen ontruimde gebieden weggevoerd; in brand gestoken en deels in zee geworpen. Ook in Griekenland willen de Engelschen weer evenals in België en Frankrijk de burger bevolking zonder scrupules aan den hon ger prijsgeven, nadat zij reeds van tevoren ontzaglijk veel ellende en vernieling over de bevolking gebracht hebben. Met het oog op het beslist niet ver verwijderde tijdstip, waarop Engeland officieel ook de honger- blokkade zal uitbreiden tot het Grieksche volk, verdient de vloekwaardige handel wijze der Britsche troepen voor de ODen- bare meening der wereld aan de kaak te worden gesteld. VICHY TREEDT UIT DEN VOLKENBOND. Admiraal Darlan heeft in zijn kwaliteit van Fransch minister van buitenlandsche zaken den secretaris-generaal van den Volkenbond medegedeeld, dat de Fransche regeering gebruik heeft gemaakt van de haar in artikel 1 par. 3 van het Volken bondshandvest geboden mogelijkheid en be sloten heeft uit den Volkenbond te tre den. De Fransche regeering behoudt zich voor, later een verklaring af te leggen over haar deelneming aan het internatio nale arbeidsbureau en de met den Volken bond verbonden technische instellingen. Zooals men weet bepaalt art. 1 van het Volkenbondshandvest in par. 3 dat ieder lid van den Volkenbond na een opzegter- myn van 2 jaar uit den Volkenbond kan treden. ANTI-ITALIAANSCHE STEMMING. De Italiaansche pers meent sedert begin April, tijdens de crisis op den Balkan, een toeneming der anti-Italiaansche stemming in Frankrijk te kunnen waarnemen, waar bij pers en radio-omroep betrokken zijn. In Nizza is het volgens de Italiaansche bladen zelfs tot anti-Italiaansche betoogin gen gekomen. De politie blijft met de stel selmatige vervolging van Italianen door gaan. De „Messagero" schrijft, dat Italië zich deze uitingen van vijandschap jegens Jtalië te zijner tijd zal herinneren. Bij den aanval van snelbooten op die Britsche Zuid-Oost-kust heeft luitenant ter-zee tweede klasse Moentzen, als com mandant van een snelboot, zich bijzonder onderscheiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 5