Sie fye&timea dm Vxijmetó,e£cvti£ ZATERDAG 22 MAART 1941 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 Een geschied kundig overzicht Op 3 September 1940 werden de loges der Vrijmetselarij in Nederland ontbonden en werden de bezittingen in beslag geno men. Onmiddelijk zijn de betrokken auto riteiten begonnen met het bestudeeren van de archieven. Hiermede is men thans zeer ver gevorderd en een verslaggever van het A.N.P. heeft zich tot -den referent voor in ternationale organisaties van het rijkscom missariaat, den heer W. Schwier, gewend voor het verkrijgen van nadere inlichtin gen. Nog steeds begrijpt een groot deel van het Nederlandsche volk niet, waarom het noodzakelijk was, de Vrijmetselarij haar werk in Nederland verder onmogelijk te maken. Velen zien in deze organisatie een soort vereeniging voor onderling hulpbe toon, die wel geheimzinnig deed, doch ver der ongevaarlijk was. Een inzage in de ar chieven zou hen tot andere gedachten bren gen. Om te beginnen willen wij evenwel een kort overzicht van de geschiedenis der Vrijmetselarij geven. De moderne Vrijmetselarij is officieel op gericht in 1717 in Londen. Op 24 Juni van dat jaar sloten zich vier bestaande loges van „vrije metselaren" aaneen tot de eer ste grootloge. Deze loges van vrije metse laren, ook wel bouwhutten genaamd, wa ren een voortzetting van de oude gilden van bouwkundigen, architecten, beeldhou wers en metselaars uit de Middeleeuwen. In den loop der jaren, bij het verval der gilden, hadden zich anderé lieden, die niets met de bouwvakken te maken hadden, hierin genesteld teneinde duistere praktij ken te kunnen voeren. Om hiervoor een verklaring te vinden moet men zeer vert terug gaan in de geschiedenis. Uit oude tijden. By de oudst bekende volken bestonden groepen personen, die zich tot een gehei men bond aaneengesloten hadden voor het bestudeeren van de geheimen der natuur. Zoo weet men, dat bij de Egyptenaren duizenden jaren vóór het begin onzer jaar telling de priesters het zeer ver hadden gebracht in de kennis van de krachten der natuur. Deze kenins werd van geslacht op geslacht overgeleverd aan een bepaalde kaste. Tijdens hun verblijf in het land der Pharao's hebben de Joden eveneens hier veel van opgestoken. Ook de andere vol ken der oudheid, zooals de Grieken, ken- deh deze soort geheime bonden, waarbij we o.a. denken aan de Eleusinische myste riën. Het spreekt vanzelf, dat deze bonden zich niet alleen bezig hielden met het on derzoeken van de natuurkrachten, doch zich ook toelegden op de abstracte wetenschap pen, zooals philosophie. De geheimhouding van de v^etenschap der natuurkrachten, teneinde hiermede indruk te maken op het gewone volk, strekte zich ook tot de wijs- geerige stelsels. De „ingewijden" zagen zichzelf als hooger wezens, welke hun tijd vooruit waren. Zij raakten het contact met het volk kwijt en beschouwden dit als min derwaardig. Door Kruisvaarders naar het Westen gebracht. De geheele geschiedenis door ziet men de HJn van deze geheime bonden. In de vroe ge Middeleeuwen werden zij door de Kruis tochten naar het Westen gebracht. De Kruisvaarders leerden door hun omgang met de leden dezer bonden in de Ooster- gche landen sommige geheimen kennen en zoo kwam men ook in de Westersche lan den ertoe naar verdere geheimen te gaan zoeken. Ieder onzer heeft wel gehoord van het zoeken naar den steen der wijzen, het levenselixer en niet te vergeten het pogen goud te maken. Een zeer groote rol heeft de Orde van de Tempeliers hierin gespeeld. Oorspronkelijk was deze orde op gericht tot bescherming van de pelgrims naar het H Land. De leden waren strijd bare kloosterlingen. Toen zij uit het H. Land verdreven werden door de Turken, vestigden zij zich voor een groot deel in Frankrijk. Een deel der leden had in het Oosten kenins gemaakt met de geheime Oostersche bonden en had zich hun prak tijken eigen gemaakt. Het gevolg hiervan was, dat de strenge kloosterlijke tucht ver viel, zoodat de orde in 1312 werd opgehe ven. De koning van Frankrijk, Philips IV, klaagde hen aan wegens duivelaanbidding en onzedelijk gedrag en in het proces, dat hierop werd gevoerd, werden velen tot den dood op den brandstapel veroordeeld. Een deel der leden wist evenwel naar Schot land te vluchten en zette hier het oude le ven voort. De bovengenoemde zoekers naar levens elixers, steen en der wijzen en goud, ster renwichelaars, duivelbezweerders, e.d. nu sloten zich aaneen in geheime bonden en teneinde zich zooveel mogelijk voor ver volging te vrijwaren, zochten zij een on derkomen in de in verval gerakende gil den van „vrije metselaren". Zij namen den naam „metselaren" over en bedoelden dit overdrachtelijk. Zij bouwden aan een nieu we maatschappij. Evenals de geheime bon den uit de oudheid hadden zij alle contact met het volk verloren en beschouwden zij de groote massa der oningewijden als min derwaardig. Reeds in deze tijden bevonden zich vele Joden onder deze bonden. Zij toch kwa men zelf oorspronkelijk uit het Oosten en hadden him overlevering bewaard in de Talmud en de Kabbalah. De Talmud is een uitleg van de leer van Mozes, de Kabbalah .de leer van de verborgen wijsheid. Deze beiden werden ook door niet-Joodsche „vrije metselaren" ijverig bestudeerd. Vrij wel allen kenden Hebrecuwsch en door deze studie en belangstelling kregen de Joden grooten invloed in de loges. De eerste loge in Den Haag Toen nu in 1717 vier Zuid-Engelsche loges zich aaneensloten tot de eerste groot loge, volgde in snel tempo de aaneenslui ting van andere loges.. In 1734 werd in Nederland de eerste loge opgericht als dochter-instelling van de Londensche grootloge en wel te 's-Gravenhage, dat toen een centrum van de internationale diplo matie was. Ook elders sloten zich loges aaneen, b.v. in York en in Schotland. Deze Schotsche loge is voortgesproten uit de in de veertiende eeuw naar Schotland ge vluchte Tempeliers. Deze hadden hun oude haat tegen het Fransche koningschap en het Pausdom bewaard. Zij zonden thans propagandisten naar Frankrijk (1738) om propaganda te maken onder de Fransche loges, hetgeen wonderwel gelukte. Van Frankrijk drong het Schotsche stelsel door naar Duitschland en Scandinavië. Deze tegenstelling tusschen Engelsche en Schot sche Vrijmetselarij bleef bestaan tot 1813. Op 25 November 1813 kwam een ver zoening tot stand, waarbij evenwel de Schotsche Vrijmetselarij de overhand be hield. De meeste loges volgen thans de Schotsche ritus. Volgens deze Schotsche ritus worden de leden, welke zich onder elkaar „broeder" noemen, verdeeld over 33 graden. De drie laagste graden, die van leerling, gezel en meester, noemt men de Johannesloges, naar Johannes de Dooper, den beschermheilige van de oude bouw hutten. Hierna volgen de vierde tot de achttiende graad, welke tezamen de kapittelloges vormen, waarna de Areopa gus, welke wordt gevormd door de hoogste graden, 19 tot 33. De eed voor de opname. Bij zijn opname in een loge moet de leerling een eed afleggen, waarin hij zich op zware straffen verplicht, nooit iets be kend te zullen maken van hetgeen hij in de loge verneemt. Wij willen hier dezen eed in zijn geheel laten volgen, aangezien hij kenmerkend is voor de geheele Vrij metselarij. „Ik Nil., zweer plechtig en oprecht, .uit eigen vrijen wil, in tegenwoordigheid van den almachtigen God en van deze achtbare loge, aan den heiligen Johannes gewijd, dat ik de geheime gebruiken der Vrijmetselarij verhelen, verbergen en nooit ontdekken zal, wat mij nu of later mocht worden toe vertrouwd, behalve aan eene erkende en wettige loge van broeders en metgezellen, welke ik na een gestreng en ernstig onder zoek als zoodanig erkennen zal. Ik zweer verder, dat ik deze geheimen niet zal op schrijven, drukken, snijden, schilderen, teekenen, graveeren of etsen. Noch aan leiding geven, dat zulks geschiedt op het een of ander beweeglijk of onbeweeglijk voorwerp onder den hemel, waardoor zij leesbaar of begrijpelijk konden worden, of iets dat de minste overeenkomst met een teeken of letter heeft, waardoor de ge heime kunst op eene onwettige wijze kon vericregen worden. Ik bezweer dit alles Qemmgdeffiewcfiten SCHIPPER VERDRONKEN. De 20-jarige schipper van der Horst uit Amsterdam is te Mook van zijn schip ge vallen en verdronken. KOLENDAMPVERGIFTIGING. De telefoon bracht redding. Een uniek geval: een redding per tele foon, is gisteren te Hilversum bekend ge worden. De heer van V. Jr. te Hilversum, wiens ouders sinds eenigen tijd in een buiten huisje te Stroe op de Veluwe wonen, belde 's avonds van Hilversum naar Stroe. Zijn vader kwam aan de telefoon, maar was niet zoo opgewekt en belangstellend als gewoonlijk. Op de vraag, wat er aan ha perde, antwoordde hij: „Ik weet het niet, jongen, ik voel me niet goed en je moeder ook niet, die ligt al op den grond". Toen werd het gesprek verbroken. De heer V. Jr., die hierover ongerust was, belde onmiddellijk dringend een arts op in Voorthuizen, dat eenige kilometers van Stroe verwijderd ligt en op dit alarm begaf de arts zich snel met zijn wagen naar de woning te Stroe, waar hij den heer en mevrouw V. bewusteloos aantrof. Het echt paar was door kolendamp bedwelmd. De slachtoffers maken het, dank zij het snel ingrijpen, weer goed. VERMISTE KOOPMAN VERMOORD? Lijk in sloot gevonden. De politiedienst van de bureaux Admi raal de Ruyterweg en Pieter Aertszstraat te Amsterdam, houdt zich bezig met de mysterieuze verdwijning van een zaken man, wiens lijk gistermorgen in een sloot aan den Haarlemmerweg, bij den Uitweg, is gevonden, aldus meldt de „Tel." Donderdagavond zou de man een bood schap hebben gekregen, om even naar zijn zaak te komen. Aan dit verzoek voldeed de man. Toen hij dien avond laat niet terugkeerde en de familie ook den vorigen nacht niets meer van hem hoorde, deed men aangifte bij de politie. Omstreeks half tien gisterochtend werd het lijk van den vermiste aan den Haar lemmerweg gevonden. Daar de politie ver moedt, dat het slachtoffer is vermoord, is het lijk in beslag genomen. Terstond is een uitgebreid onderzoek ingesteld. Voorloopig tast men nog volkomen in het duister. Nader verneemt de „Tel.S* dat bij het on derzoek is gebleken, dat het slachtoffer twee schotwonden in de borst heeft, zoo dat men met vrij groote zekerheid kon aan nemen, dat de man door de daders uit zijn huis is gelokt en vervolgens is vermoord. met een vast en onwrikbaar besluit, het zonder besluiteloosheid, geheim voorbe houd of innerlyke uitvlucht te houden onder geen mindere straf dan dat mij de keel worde afgesneden, mijne tong bij den wortel uitgerukt en in het zand van de zee, in den tyd der eb, op de lengte van een kabeltouw van den oever, waar eb en vloed tweemaal in 24 uur wisselt, bedolven worde. Zoo helpe mij God en doe mij standvastig blijven in de verplichting, welke ik als leerling heb op mij genomen". Deze formule is letterlijk overgenomen uit de katechismus voor leerlingen der Johannesloge. In den laatsten tijd werd in de Nederlandsche loges deze eed niet meer in zijn geheel afgelegd doch wel werd hij den leerling in zijn geheel voorgelezen en bleef hij geldig. Om lid te worden van een loge moest men worden uitgenoodigd. Men moest een vrij hoog intredegeld betalen, zoodat al leen lieden uit de betere klassen lid kon den worden. Tot den meestergraad volgde bevordering automatisch, tot de hoogere graden werd men gekozen. De geheim houding voor de functionarissen van de hoogere graden gold niet alleen tegenover niet-ingewijden of „profanen", doch ook tegenover hem, die een lagere graad be kleedde. Zoo mocht een meester geen ge heimen, welke hij als meester wist, open baren aan een gezeL Het opnemen van een lid en het bevorderen tot een hoogeren graad ging steeds gepaard met ceremoniën, welke steeds betrekking hadden op de Oostersche afkomst van de Vrijmetselarij. Voortdurend werd geproken over den tempel van Salomo, terwijl er steeds op werd gewezen, dat „het licht" uit het Oosten kwam. Met „het licht" bedoelde men de leer-der Vrijmetselarij, waarover wij in een volgend artikel zullen spreken. RAM BIJ DE MAANAPEN AANRANDING BIJ SPAARNDAM. Naar eerst thans bekend is geworden, is Dinsdagavond omstreeks halftien op den Spaamdammerweg een 24-jarige juffrouw aangerand door een onbekend gebleven persoon. Zij wist zich los te rukken en op haar hulpgeroep stopte een passeerende auto. De bestuurder heeft de juffrouw naar Spaarndam gebracht. De dader is in de duisternis gevlucht. JEUGDIGE DIEVENBENDE AANGEHOUDEN. De politie te Meppel heeft een viertal jeugdige dieven tusschen veertien en acht tien jaar aargehouden. De knapen maak-: ten er hun werk van goederen, die voor de verzending op de kade en in pakhuizen waren opgeslagen, weg te nemen. Het be drijf ging zoo goed, dat de heer en van de opbrengst van het gestolene reeds een boot hadden kunnen koopen. Zij liepen tegen de lamp, toen drie van hen een uitstapje naar Amsterdam ondernamen, waar de po litie verdenking tegen hen opvatte. De hoofdstedelijke politie stelde zich in verbinding met die van Meppel, met het gevolg dat de practijken van de jongens aan het licht kwamen. Zij hebben een vol ledige bekentenis afgelegd. UITGEBREIDE KETTING HAND EL ONTDEKT. Donderdag is de politie te Naarden een uitgebreiden kettinghandel op het spoor gekomen, die vertakkingen had naar Bus- sum en omgeving tot in Amsterdam toe. Een groot aantal artikelen van allerlei aard is de politie in handen gevallen. De waarde bedraagt duizenden guldens. De clandestiene waar was geborgen in een pakhuis, staande aan de Pater Wijn- terlaan. De oplettendheid van de politie heeft aan dezen sluikhandel, welke gerui- men tijd bestond een einde gemaakt. Een van de agenten ontdekte een man met een bakfiets, die zich op verdachte wijze in de omgeving van het pakhuis ophield en na derhand op geheimzinnige manier goede ren in dé bakfiets laadde. De politieagent verzocht daarop assisten tie, en, nadat de man met de bakfiets ver dwenen was, ging de politie een kijkje in het pakhuis nemen. Hier vond zij een groo te hoeveelheid artikelen, zooals vleesch, vet, gerookte worst, spek, slaolie, thee, koffie, boter in blik en peulvruchten. De omgeving van het pakhuis werd af gezet en enkele agenten wachtten op de komst van den man met de bakfiets. In den namiddag verscheen deze inderdaad om nog een lading goederen te halen. Op dit moment greep de politie in. Zij hield den man aan en nam een verhoor af. Vast kwam te staan, dat de goederen toebe hoorden aan 's mans broer, zekeren K, in gezetene van de gemeente Naarden. Deze was juist voor „zaken" naar Amsterdam. De politie wachtte' K. aan het station en bracht hem naar het politiebureau, waar hij aan een streng verhoor werd onder worpen. K. legde een volledige bekente nis af. De politie zet het onderzoek op uitge breide schaal voort. Nahr alle waar schijnlijkheid zijn tientallen personen be trokken bij dezen kettinghandel. De goe deren uit het pakhuis zijn in beslag ge nomen en per auto naar het politiebureau vervoerd. KOFFIESMOKKELAARS GEVAT. Tegen een winkelier A. M. te Nieuw- leusen is proces-verbaal opgemaakt, we gens den verkoop van 300 pond koffie te gen te hóogen prijs en zonder bon. M. ver kocht de koffie voor ƒ4.75 per pond aan van D. te Zwolle. Die verkocht de partij op zijn beurt voor 5.50 per pond aan H. en M. te Zwolle, die voor de verdere afleve ring zorgden. Zoowel tegen den Nieuw- leusenschen winkelier, als tggen de Zwol lenaren, is proces-verbaal opgemaakt. VLEESCH IN BESLAG GENOMEN. De politie te Achttienhoven heeft, in sa menwerking met ambtenaren van den cri sis controledienst, drie mannen aangehou den. Zij worden ervan verdacht, verschei dene frauduleuse slachtingen te hebben verricht. Ambtenaren, die op controle waren, hielden onder Utrecht een berijder van een bakfiets aan. Het was een melkhan delaar uit Achttienhoven. Op de bakfiets bevond zich een kist, waarin niet min der dan zevenhonderd kilogram varkens- vleesch zat. In de woning van den melk handelaar werd niets gevonden. De man bekende, dat hij het vleesch van een vee handelaar uit Achttienhoven had ge kocht. De veehandelaar werd eveneens aangehouden, doch hij ontkende, iets met de zaak uitstaande te hebben. Tenslotte werd nog een derde man aangehouden. De melkhandelaar en de derde aangehoudene zijn op vrije voeten gesteld. De veehan delaar is opgesloten. Men verwacht, dat nog meer arrestaties zullen volgen. 45. In de opening verschijnt weer een klein mannetje, dat Pain aandachtig opneemt. Dan verdwijnt hij, om even later terug te keeren met een groot boek. Hierin moet Pam nu zijn naam en adres plaatsen. 40. Een deur wordt nu geopend en Pam mag binnenkomen. Hij bevindt zich nu in een groote zaal, die goed verlicht is. In het midden staat een tafel, waaraan een aantal man netjes zitten te eten. De inpoidermgsweikzaamheden van het Twiske zijn in vollen gang baggermolens naar de Gouwsloo» gebracht, waar de machines zich naar het arbeidsterrein Bij llpendam zijn de »lf een weg banen (Foto Pax-Holland) LIED VAN DEZEN TIJD IENSCH IS EEN VERSCHEUREND DIER. Wie later de historie schrijft, Zooals men meestal doet En dan naar een verklaring zoekt Van oorlog en van bloed, Die schrijft misschien maar doopt dan eerst Zijn pen in zwarte inkt De mensch is een verscheurend dier, En leeft van zijn instinct. Voor de historieschrijvers naakt Straks weer een drukke tijd, Was in dien tijd zoo vraagt hij straks Men zijn bezinning kwijt? Of is misschien dan 't oordeel dit, "Dat door de wereld klinkt: De mensch is een verscheurend dier En leeft van zijn instinct. De historicus schrijft: Wellicht beschrijft hij ied'ren dood Te land en in de lucht En hoe de mensch voor dood en bloed Als 'n wilde kudde vlucht. Zelfs hoe hij in zijn angst en nood Tot in de aarde dringt: De mensch is een verscheurend dier En leeft van zijn instinct. En dan vertelt d'historicus Van het gevaar op zee, Van 't schip, dat stootte op een mijn, 't Nam duizend menschen mee. Hij schrijft dan in den geest het beeld Van 't schip dat daar verzinkt De mensch is een verscheurend dier En leeft van zijn instinct. Als de beschaving na den strijd Toch eind'lijk wordt gered En ieder mensch weer zonder angst Kan slapen in zijn bed, Dan schrijft hij nog het lied van leed, Dat in zijn ooren kinkt: De mensch is geen verscheurend dier, Want hij mist het instinct. TROUBADOUR.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 12