M Nieuwe uitgaven Weerbericht Land- en Tuinbouw STADSNIEUWS Burgerlijke Stand DINSDAG 18 MAART 1941 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD PAG. 2 Abonnementsprijs: voor Leiden 19 cent per week; ƒ2.50 per kwartaal. Bij onze agenten 20 cent per week; 2.60 per kwartaal. Franco per post 2.95 per kwartaal. Geïllustreerd Zondagsblad 0.50 per kwartaal. Losse nummers 5 cent, met geïll. Zondagsblad 9 cent Advertentiën: 32 cent per regel. Ingezonden mededeelingen dubbel tarief. Telefoontjes hoogstens 30 woorden, 55 cent per plaatsing, alléén Woensdag en Zaterdag. ZONS OP- EN ONDERGANG. Zon onder 7.48 uui* Dinsdagavond. Zon op 7.47 uur Woensdagochtend. MAANSTANDEN. 18 Maart: De maan komt Dinsdagnacht om 1.16 uur op en gaat Dinsdagochtend om 10.39 uur onder. 19 Maart: De maan komt Woensdagnacht om 2.25 uur op en gaat Woensdag voormid dag om 11.28 uur onder. (Laatste kwartier). 20 Maart: De maan komt Donderdag nacht om 3.26 uur op en gaat Donderdag middag cm 12.22 onder. 21 Maart: De maan komt Vrijdagmor gen om 4.17 op en gaat Vrijdagmiddag om 1.22 uur onder. 22 Maart: De maan komt Zaterdagmorgen om 5 uur op en gaat Zaterdagsmiddags om 2.25 uur onder. 23 Maart: De maan komt Zondagmorgen te 5.36 ïiur op en gaat Zondagmiddag te 3.31 uur onder. 24 Maart: De maan komt Maandagmorgen om 6.07 op en gaat Maandagmiddag om 4.36 uur onder. 25 Maart: Da maan komc Dinsdagochtend te 6.35 op en gaat Dinsdagmiddag te 5.42 onder. .OIIOIIOIIOIICDIIOIIOIIOIIOIIC^ - Verduisteringstijden 0 Er is bepaald, dat er verduisterd moet worden tusschen zonsonder- U 0 *ang en zonsopkomst 0 Deze tijden zijn voor hedenavond Er en morgenochtend; U y ZONSONDERGANG n fj 7.48 uur. - - o ZONSOPKOMST Z r 7.47 uur. Q 0 Tusschen deze beide tijden dient Q n er dus verduisterd te worden. - 0 -JMCDIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIO Kool-aanvoer. Volgens mededeeling van de Groenten- en Fruitcentrale zijn de telers van sluitkool en kroten verplicht tot nader order niet meer kool ter veiling aan te voeren dan in verband met de vervoersmogelijkheden kan worden afgevoerd. Indien de afvoer weer normaal is, moet wekelijks weer ten min ste 8 pet. van den voorraad ter veiling wor den gebracht. Van roode en gele kool dient voor export te worden aangehouden 60 pet., en van witte kool 95 pet. Van de overige exportproducten is geen exportpercentage vastgesteld. Frère André, de grootste won derdoener onzer dagen, Apostel van St. Joseph, door H. P. 1 Bergeron C.S.C. Weinigen wellicht zullen ooit gehoord hebben van frère André, die, zooals hier boven vermeld, de grootste wonderdoener onzer dagen en de apostel van St. Joseph genoemd kan worden. En de faam, welke van dezen eenvoudigen leekebroeder ge durende zijn leven uitging, was zoo groot, dat het slechts verwondering kan wekken, dat hij niet meer bekend is. Op 6 Januari 1937 stierf in Montreal (Ca nada) de simpele leekebroeder frère André, een voorbeeld van deugd en eenvoud en van heiligheid. Frère André was ondanks zijn eenvoudi gen staat van kloosterbroeder tot in alle uithoeken van Amerika bekend en naar zijn levensbeschrijver, Pater H. P. Berge ron in zijn inleiding meedeelt, had hij toen hij in Mei 1937 over den „wonderman van Montreal" een tijdschriftartikeltje schreef, de overtuiging, dat het hierbij niet blijven zou. Vandaar, dat hij dit artikeltje destijds eindigde met de woorden: „In de toekomst zal Montreal in één adem genoemd worden met Lourdes, Assisië, Loyola en Sienna!" Wat Pater Bergeron over dezen eenvou digen broeder verhaalt, grenst aan het on gelooflijke en niet ten onrechte wordt hij de grootste wonderdoener genoemd. Maar bij alles blijft hij de nederige, zichzelf ver getende leekebroeder, die al zijn daden, al zijn werken toeschrijft aan St. Joseph, zoo dat hij zichzelf meermalen „het hondje van St. Joseph" noemt. Alfred Bessette, zoo heette hij, was het zesde kind uit een arm gezin. Zijn vader was timmerman en wagenmaker, precies als St. Joseph. Den lOden Augustus 1845 werd hij geboren en, toen de parochiepas toor den nooddoop verrichtte, moet hij ge zegd hebben: „Dat is geen blijvertje!" Dank echter de zorgen van een liefheb bende moeder bleef het kind in leven. Vanaf de wieg christelijk opgevoed, vond zijn hei ligheid haar oorsprong in het hart zijner moeder, die zich beijverde een erfgenaam des hemels van hem te maken. Deugdzaam, zachtmoedig, arbeidzaam, is zij het beeld der ideale christelijke moeder. Toen de jonge Alfred 12 jaar oud was, waren zijn vader en moeder dood. De jon gen ging bij een schoenmaker in de leer, werd vervolgens boerenknecht, smid, fa brieksarbeider. Maar waar zijn werk zich ook bevond, hij bad altijd en had een spe ciale devotie tot St. Joseph. Toen hij eens op het land werkte, leunde hij uitgeput op zijn riek en hij vroeg aan St. Joseph: „Waar zal ik sterven?" In een soort droomgezicht wordt een groot huis zichtbaar, dat hij nog nooit heeft gezien. Deze herinnering blijft onuitwischbaar in zijn geheugen gegrift. Verscheidene jaren later zal hij het volmaakte evenbeeld van dit gezicht herkennen in het Notre Dame college. Hij zal in dit huis niet sterven, maar wel zal hij veertig jaar van zijn reli- gieuse leven daarin doorbrengen en daar ook zijn werk van het Oratorium van St. Joseph beginnen. De pastoor van Saint Césaire ried hem aan kloosterbroeder te worden en wel bij de Religieuzen van het H. Kruis, een Con gregatie, die uit Frankrijk was gekomen. Alfred vreesde, dat men hem om zijn zwak te en ziekelijkheid niet zou aannemen. Maar men wilde het met hem probeeren. In 1870, hetzelfde jaar, dat St. Joseph door Paus Pius IX tot Patroon der Kerk werd verheven, trad Alfred toe tot de Congrega tie. Nog altijd vreesde hij, dat hij niet zou mogen blijven. Maar hij was voor allen een voorbeeld van deugd en gebed. Hij werd geprofest en kreeg bij deze gelegenheid den naam van Frère André. Hij werd aange steld tot portier van het studentencollege der Paters te Montreal, en deze nederige functie zou hij veertig jaar bekleeden. GEMEENTERAAD VAN TER AAR •Be Raad van Ter Aar vergaderde onder voorzitterschap van d sn, 'burysme ester. Afwezig met kennisgeving de heer J. van Eijk Dzn. Tot leden van het alg. bestuur van de Drinkwaterleiding „De Elf Gemeenten." werden herkozen de heeren D. van der Hoorn en J. van Vliet Wzn en als plaats vervanger de heer M. J. N. van der Weij- den. Op een verzoek van de plaatselijke toe- wijzingscommisie in de keuringskring Nieuwveen om in de Winkelsluitingsver ordening een bepaling op te nemen op grond waarvan het verboden is op Woens dagen na 1 uur des namiddags een slagers winkel voor het publiek geopend te heb ben, besloot de raad met alg. stemmen zulks vast te stellen. Na het aanbrengen van wijzigingen in de verordeningen op de Vleeschkeurings- dienst en van de gemeenschappelijke rege ling tot onderlinge hulpverleening ingeval van brand werd overgegaan tot het vast stellen van de voorschotten ovar 1941 voor de Bijz. Lagere Scholen. De bedragen wer den bepaald voor de R.K. School op 4676.70; voor de Chr. Nat. School op 906.70 en voor de School voor Chr. Volks onderwijs op 1050. Van het R.K. schoolbestuur kwam een verzoek in om een lokaliteit beschikbaar te stellen voor het geven van onderwijs in lichamelijke opvoeding gepaard gaande met een aanvraag ter verkrijging van de daartoe benoodigde leer- en hulpmiddelen. Van de Chr. Nat. School was een dergelijk verzoek ingekomen alleen wat betreft de leer- en hulpmiddelen. Na toelichting door de voorz. werd besloten de gevraagde medewerking aan beide schoolbesturen te verleen en. De voorz. deelde in dit verband mede, dat het in de bedoeling van het ge meentebestuur digt een lokaliteit in het Parochiehuis te huren van het R.K. Kerk bestuur en die ter beschikking van het schoolbestuur te stellen, met welke ge dragslijn de Inspecteur van het L.O. zich intusschen heeft kunnen vereenigen. Tot onderwijzeres aan de L.O. School werd benoemd, ingaande 16 Maart mej. P. J. van der Veen. Besproken werd vervol gens een verzoek om voorschot ten behoe ve van de cursus voor landbouwhuishoud- onderwijs, georganiseerd door den L.T.B. en den Chr. B. en T. B. welke cursus, naar de voorz. mededeelde, in een behoefte blijkt te voorzien, gezien ook de groote be langstelling. Voor extra steunverleening B. over 1941 aan ondersteunden en tewerkgestelde werkloozen en aan kleine tuinbouwers werd hi'3rna f 453.beschikbaar gesteld in welk bedrag een rijksbijdrage van 319.zal worden ontvangen. Besloten werd een tijdelijke toelage te verstrekken aan de leden van het gemeen- te-ipersoneel van 6 pet., voor zoover dit overeenkomstig de rijksregeling hieronder valt. De verordening gemeente-veldwachters onderging wijziging in dien zin, dat de kin dertoelage van 60.op 75.per kind gebracht werd. Bij het punt wijziging begrooting 1941 kwam o.m. naar voren, dat tengevolge van het gewijzigde systeem van belastingheffen een bate van 6000.voor de gemeente kas te verwachten is. Tenslotte deelde de voorz. mede dat door het Instituut Stad en Landschap thans een uitgebreide, tot in onderdeden verzorgde regeling der bebouwing zal worden ont worpen, waartoe van het destijds toegesta ne crediet gebruik zal worden gemaakt. Geestig schertste hij „hij was dan tóch aan de deur gezet". H(j werd aangesteld tot kapper van de jongens en onder het haarknippen sprak hij altijd met hen over St. Joseph, den hei lige naar zijn hart. Aan den overkant van het college ligt een mooie berg; daar gaat hij dikwijls in z'n eentje heen om er in stilte te bidden. Dien mooien berg wil hij toewijden aan St. Joseph en hij begraaft er op zijn lie velingsplek een medaille van dien heilige. Frère André onderscheidt zich al spoedig door een groote iiefde en zorg voor zieken en des avond gaat hij dikwijls de stad in om zieken te troosten en dooden te ver- verzorgen. Dan treedt hij na een leven van boete en versterving binnen de klooster muren ook in het openbaar op en... hij gaat zieken genezen. Eerst wordt er mee geöpot, doch deze spot maakt spoedig plaats voor ernst, wanneer men de kracht van de zen heiligen kloosterling in feiten ziet ver anderen. De geestelijke en tijdelijke gunsten sta pelen zich meer en meer op. Het nieuws verbreidt zich, steeds meer bezoekers ko men hun genezing vragen bij den heiligen portier, maar van den anderen kant maakt men hem uit voor kwakzalver. De vrees om de communiteit in opspraak te brengen verbiedt den oversten zich voor dezeti weliswaar vromen en ijverigen, maar toch ongeletterden zonderling uit te spre ken; van den anderen kant verbiedt hun geest van geloof hun toch de mogelijke be deelingen van de Voorzienigheid recht streeks tegen te werken. De bisschop spreekt er met den overste over: „Wanneer u frère André zou gelasten geen zieken meer te genezen", vraagt hij, „zou de broeder dan gehoorzamen?" „Blindelings!" is de overtuiging van den Overste. „Laat hem dan maar zijn gang gaan", zegt de wijze bisschop. „Ik doe 't niet", bekent Frère André oot moedig, ,,'t is de heilige Joseph". De berg van Montreal wordt een genade oord, dagelijks komen er bedevaarten heen, 't wordt een ander Lourdes, en Frère An dré is de genadebron. De zieken, blinden, lammen, kreupelen behoeven slechts langs hem heen te trekken, en ze zijn genezen. Soms neemt hij er een apart en fluistert hem toe: „ga eens biechten, je bent niet in staat van genade". Frère André kijkt in de zielen, net als Pastoor van Ars. Meestentijds leidt hij de aandacht naar ernstige onderwerpen. Allen staan ver baasd over de wijsheid van zijn opmerkin gen. Van de gesprekken van de menschen over de mode maakt hij gebruik om ook in die materie een gedragslijn te geven. Zijn kennis van de ziel doet hem beseffen hoe gevaarlijk die bres is in de borstwe ring van onze schristelijke beschaving; de slaafsche houding van de, vrouw tegenover heidensche modes. Als het verkeerd loopt, komt dat' door de vrouw, zegt hij boudweg. Spreekt men over de eéonomische ont wrichting van dezen tyd, dan geeft hij ook de diepere oorzaken van dit verval. Enkele maanden voor zijn dood vraagt een van zijn vrienden hem: Zou deze economische crisis, die ons reeds zoo lang teistert, spoedig op hou den? Neen, antwoordt hij, want de goede God is in toom ontstoken, de wereld bidt niet voldoende. Deze crisis zou voor de menschen een les moeten zijn, toch vergeet men den goeden God, men belastert Hem en bidt niet. De kerken zijn leeg. Zij zal pas eindigen, wanneer men weer bidt. Een hooge Fransche bezoeker vroeg eens aan mgr. Gauthier: „wie is toch die broeder Andreas waar heel de wereld over spreekt? Een man Gods, antwoordde de Bisschop. Bij zijn dood zal de halve burgerij van Montreal uitloopen om zijn graf te bezoe ken. De voorspelling kwam uit. Frère André moest acht dagen lang opgebaard blijven om den honderdduizenden gelegenheid te geven den doode nog eenmaal te zien. Kreupelen, blinden, alle mogelijke zieken trekken er langs, zelfs een stervende op een baar. De menigte bidt luid, en juicht geestdriftig, telkens wanneer er een gene zing schijnt plaats te hebben. Enkele oogenblikken voor den aanvang «van den lijkdienst werd zijn lichaam nog maals naar buiten gedragen om het te too- nen aan het volk, dat buiten de kerk ver zameld was. In de kerk, die slechts half in rouw was, begon de liturgie der dooden. Een bisschop celebreerde de Requiemmis, een kardinaal hield de lijkrede.... Dat alles vindt men levendig-eenvoudig, naar de nuchtere waarheid beschreven in dit boek, dat men tot het einde geboeid zal lezen, omdat het van begin tot einde zoo wonderschoon is. Een boek voor dezen tijd! Atjcnöa LEIDEN. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 15 Maart 20 uur tot Zaterdag 22 Maart 8 uur waargenomen door de Apotheek Boek wijt, Breestraat 74, Tel. 20552 en de Haven- Apotheek, Haven 18, Tel. 20085. Te Oegstgeest door de Oegstgeestsche Apotheek, Wilhelminapark 8, Tel. 26274. VOETGANGERS, er dreigt U groot gevaar, indien gij loopt op den rijweg en niet op het trottoir! Vereeniging voor V ei lig Verkeer, VORMING S WEEK „HET LEVEN ROEPT!" Bidweek. Door de welwillendheid van de Redac tie mag ik een vriendelijke herinnering plaatsen, aan de Bidweek, die morgen be gint, ter voorbereiding van de Vormings- week der jongemannen. Wij beginnen deze Bidweek op Sint Jo seph en sluiten haar op Maria Boodschap. In elk gezin worde aan het avondgebed toegevoegd: „Drie Wees Gegroeten voor het welslagen van de Vormingsweek". Na tuurlijk kan men deze gebeden uitbreiden; niet zonder reden is het feest van den H. Joseph uitgekozen als eerste bededag. Cursusweek. Tot een intense voorbereiding van de Vormingsweek behoort ook het vrij maken der jongemannen op de Vormingsavonden van allerlei cursuswerk. Met groote dankbaarheid kan ik mede- deelen, dat van- alle adressen, waartoe een dergelijk verzoek gericht is, volle mede werking wordt verkregen. De lessen van de Vestigingscur sussen van den Katholieken Midden stand worden op die avonden geheel stop gezet. De katholiek gedoopte leerlingen van M. S. G. Mathesis Scientiarum Genetrix zoowel als die van Kennis is Macht zullen, wanneer zij daartoe verlof vragen, vrijstelling van lessen krijgen. De Avondteekenschool van den Ned. R. K. Volksbond heeft in onze Vor- mingsdagen juist haar laatste cursusweek; hier ligt de zaak dus wel wat moeilijk; niettemin zal zoo veel mogelijk aan ver zoek om vrijstelling worden voldaan. Rector L. BEUNE. Morgenavond wordt in ons Gezellenhuis een bijzondere viering gehouden. Het is immers de feestdag van onzen Patroon en daarom hoopt het bestuur, dat zeer vele leden aanwezig zullen zijn. Kap. E. Paap houdt een inleiding over onzen Patroon en de opvatting van den arbeid. Er is voorts een omlijsting van muziek en declamaties. Gezellen en Gehuwden, ge zijt niet slechts welkom, ge behoort het als een eeretaak te zien zulk een Patroonsfeest uitnemend te doen slagen. De bijeenkomst begint om half negen en is omstreeks half tien ten einde. R. K. HUISHOUDSCHOOL. Voor het theoretisch gedeelte van het examen voor de akte N VII (leerares Huis houdkunde en Waschbehandeling) slaag den de dames: H. A.Habbema, Amster dam; A. M. de Jong, Leiden; W. M. C. van de Ven, Heerlen; en voor het theoretisch gedeelte van het examen voor de akte N VIII (Leerares Ko ken en Voedingsleer) slaagden de Eerw. Zusters Sophronia van Mil en Veridiana van der Voort, Oegstgeest; en de dames: N. v. d. Boon, Bodegraven; M. Booy en J. Gesman, A1 p h e n a. d. Rijn; H. M. A. Helmer, Amsterdam; I. J. M. Hustinx, Overschie; M. Ch. W. Snel- der, Utrecht; C. J. E. M. Timmermans, Schagen; en H. P. Edel, Sneek. VIJF JEUGDIGE DIEVEN AANGEHOUDEN Zondagayond deed de groentenhandelaar J. V. bij de politie aangifte, dat uit een toonbank-lade in zijn winkel aan den Haag- weg eenig kleingeld was ontvreemd. Bij het onderzoek, dat de politie in deze zaak in stelde, hield zij aan de 12-jarige G. v. G. en de 13-jarige D. K., die zich aan de lade lichting hadden schuldig gemaakt en een bedrag van 15 hadden buit gemaakt. Ook werd, als verdacht van heling, aangehou den de 22-jarige G. de J. Toen deze zaak eenmaal aan 't rollen was kwam er meer aan het licht. Het bleek, dat de 12-jarige, G. v. R., bovengenoemd, zich tezamen met den 14-jarigen V. en den 17- jarigen N. F. W. zich ook schuldig had ge maakt aan diefstal van boter, vet, kaas en een transportrijwiel ten nadeele van een bede op de Kaasmarkt. Ook hierbij was de 22-jarige G. de J. als heler opgetreden. Bo vendien kwam vast te staan, dat G. de J. debet was aan ten muntgasmeterlichting, waarvoor hij reeds eerder was gehoord. Men had hem toen echter wegens gebrek aan bewijs moeten laten gaan. Tenslotte bleek uit het vruchtbaar en met succes be kroond politie-onderzoek, dat V., W. F. W., G. de R. en G. de J. een aardig plannetje hadden opgezet om Maandagavond een in braak te plegen bij een boterhandelaar. De heeren waren thans echter verhinderd om dit voorgenomen bezoek af te leggen. G. de J. en W. F. W. zijn ingesloten. Hoe jeugdig verschillende van deze jongelui ook nog zijn, ze kwamen toch reeds verschil lende malen met de politie in aanraking. Zondag, 23 Maart a.s. zal het 50 jaar ge leden zijn, dat mr. W. Cusop Koopmans, wnd. dir. der Haarl. Brandverz. Mij. en directeur der Teylers-stichting te Haarlem aan de Leidrche Universiteit promoveerde tot doctor in de rechtswetenschap. LEIDEN. Geboren: Jacoba, dochter van J. Wetselaar en J. Pardon Jan Gerard, zoon van T. C. van EngeMorp Gastelaars en J. Zwiggelaar Elisabeth, dochter van J. Lancel en E. Sierat Maria, dochter van T. van Helden en II. Brassem Christina Johanna Wilhelmina, dochter van W. H. Philippo en J. W. van Dam Elisabeth Susanna, dochter van A. J. A. Warmond E. S. van Staden Jacobus, zoon van C. Arnoldus en M. C. Kanbier Theodo- rus Josef Maria, zcon van H. C. Hooge- veen en E. C. van Leeuwen Jacob, zoon van B. de Jong en H. van Rijn Anto- nius Maria Joseph, zoon van W. H. A. Beu- gelsdijk en M. H. J. Driessen Jacobus Bartholomeus Maria, zoon van Th. C. A. Goddijn en W. Th. van Rooden Johan nes Joseph, zoon van A. J. van Rijn en A. H. de Lange Henricus Cornelis, zoon van H. van den Wijngaard en C. van der Blom - Lambertus Johannes, zoon van L. J. va nden Berg en R. van Leeuwen. Overleden\A. den Hertog, wed. van G. Swart, 83 j. Chr. van dien Berg, wedn. 73 j. S. Verhoog, wed. v. J. Marbus, 74 j. G. Boeff, zn, 6 mnd. N. Meijvogel, dr. 1 j. W. A. Eodrij, dr. 9 mnd. C. Zee, zn. 2 weken. P. van Muijen, m., 89 j. J. C. Verwer, wed. van F. Wassenaar, 80 j. Boverhuis, wed. van. F. L. van der Veen, 60 jaar. Ondertrouwd: J. Hes, jm. en A. C. Vermeer jd. LEIDSCH JAARBOEKJE Het Leidsch Jaarboekje voor 1941 uit gave van „Oud Leiden" schenkt ons weer heel interessante lectuur, ditmaal ook met zeer mooie photo's. Wie van de „Camp" te Leiden achter de Haarlemmerstraat meer weten wil en welke Leidenaar zal dat niét interessant vinden? leze het geïllustreerd artikel van ir. Hugo van Oerle over „de bouw van het Cecilia Gasthuis in de Camp te Lei den." Over het Salvaternofje aan de Steen straat schrijït mr. Sormani een, eveneens geïllustreerde, historie, waarbij hij tegelij kertijd enkele feiten mededeelt en opmer kingen maakt over de hofjes in het alge meen, voorheen en onder de huidige om standigheden. Mr. Sormani schrijft o. m.: „Een hofje is niettegenstaande alle ge wijzigde omstandigheden voor zeer velen een aantrekkelijkheid gebleven. Een eigenaardig verschijpsel is wel de afwisseling van het aantal sollicitanten voor toewijzing van een huisje. In goede jaren, in jaren van eoonomisohen opbloei, werden steeds veel aanvragen tof de regen ten gericht, terwijl nauwelijks sen econo mische terugslag zich deed voelen of er meldden zich weinig personen meer aan. Ik geloof dat hierbij twee factoren samen werken. Ie. Wanneer de economische toestand goed is en de bevolking welvarend, dan zal menig kind redenseren: voor hst missen van de kleine intreesom willen wij den last en de moeite niet hebben, om in onze toch reeds bekrompen woning nog de zorg voor vader of moeder 'f beiden op ons te nemen. Is het echter een slechte tijd, met werk loosheid en armoede, dan is een intreesom een waardevol bezit en zullen de kinderen redeneeren: laat vader en moeder maar bij ons komen inwonen, want dan kunnen wij nog eenigen tijd leven van hun spaarduit jes en, als dat op is, zullen we verder wel zien. Een volkomen bevestiging van den regel, dat een vader en moeder beter 8 kinderen kunnen onderhouden dan 8 kin deren hun ouders. In de slechte tijden, waarin we leven, tengevolge waarvan het aantal sollicitanten vaak heel gering is, zullen wij, regenten, toch alles moeten doen om het testament van den stichter uit te voeren en ik heb me reeds afgevraagd of wij dit niet zouden kunnen doen door ons te wenden tot een categorie menschen, die vroeger nooit in aanmerking kwam om in een hofje onder dak te zoeken, n.l. tot de categorie van da mes en heeren xiit de meer gezeten bur gerklasse of z.g. deftige burgerstand, die door de economische omstandigheden hun vermogen en inkomen hebben zien ver dwijnen en die nu inderdaad armoe lijden. ■Voor deze menschen is een steunbedrag na tuurlijk zeer weinig en voor hen wordt in het algemeen zeer weinig gedaan." Wij zouden stuk voor stuk op vele an dere artikelen de aandacht kunnen vestigen omdat ze allen, voor een grootere of klei nere categorie, belangstelling wekken. Artikelen, betrekking hebbend op mo numenten buiten Leiden, zijn: „Over een kapel bii het huis te Warmond" door W. J J. C. Büjleveld. „De Ouden-Hof te Oegst geest" door dr. W. C. Braat, „De Ned. Herv. Kerk te Koudekerk" door I-I. J. Jesse, Rondom de Kerk te Lisse" door ir. A. T. de Graaff. Een artikel, „Schoolwetten te Zoeterwoude" door J. van de Ruit geeft een kijk od de volksgewoonten omstreeks het jaar 1800. Verder geeft het Jaarboekje een „in me- moriam" van bekende persoonlijkheden, een verslag van „Oud Leiden", een korte kroniek van Leiden en Rijnland (1940) enz. De Drukkerij P. J. Mulder en Zoon heeft, zooals altijd, deze uitgave van „Oud Lei den" keurig verzorgd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 2