Wxd zich te ffiaehateöl afapeetde
Een overzicht der
gebeurtenissen
Frankrijk op den
tweesprong
Engeland krijgt
geen rust
Uit het Verre Oosten
WOENSDAG 5 FEBRUARI 1941
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BL'O - PAG. 5
OFFICIEELE PUBLICATIE.
Een officieele uiteenzetting van een deel
der gebeurtenissen van 20 tot 23 Januari is
Dinsdagavond door de dagbladen van Boe
karest gepubliceerd. Als inleiding wordt
opgemerkt, dat de publicatie geschiedt, op
dat het Roemeensche volk zich zelf een
oordeel zal vormen over de „niet te kwa-
lificeeren handelingen" van elementen, die
niets gemeen hebben met het streven en
de idealen van het Roemeensche volk en
die land en natie voor de bevrediging van
hun persoonlijke eerzucht met misdadige
gewetenloosheid aan den rand van den
afgrond hebben gebracht. In de officieele
uiteenzetting wordt dan gezegd:
Maandag 20 Januari, des middags, wer
den in Boekarest legionnaire straatbetoo-
gingen gehouden, waarbij geprotesteerd
werd tegen de door den leider van den
staat, generaal Antoenescoe, bevolen af
zetting van den minister van binnenland-
sche zaken, generaal Petrovicescoe, en van
den directeur-generaal der staatspolitie,
Chyka, terwijl de verwijdering van eeni-
ge regeeringsleden werd geëischt wegens
onbekwaamheid, lidmaatschap van de vrij
metselarij, of bescherming van vrijmetse
laars en Joden. Betoogers juichten voor
Horia Sima en den leider van den staat.
Aangezien de betooging rustig verliep en
de deelnemers uiteen gingen, was er voor
het gezag geen aanleiding om in te grijpen.
Deze betooging echter vormde het eerste
teeken van de komende gebeurtenissen. In
de provincie was men, naar uit later in
Boekarest ontvangen berichten bekend
werd, op dien Maandag reeds overgegaan
tot opstand tegen de overheid. In verschil
lende steden bezetten de legionnairen be
langrijke openbare gebouwen, zooals poli-
tiebureaux, districtsprefecturen, telefoon
kantoren, en plunderden wapenopslag
plaatsen om zich te bewapenen.
Dinsdagochtend 21 Januari, kwam het
tot de eerste daden van rebellie in Boeka
rest. De door den leider van den staat af
gezette prefect van politie te Boekarest,
Mironovici, weigerde zij functie over te
dragen aan zijn opvolger, een generaal.
Het leger had reeds moeten ingrijpen. Te
gen den middag bezetten de legionnairs de
naast het gebouw van den minister-presi
dent gelegen politiekazerne, zetten de of
ficieren gevangen en voorzagen zich van
wapens. Officieren, die voor onderhande
lingen naar de kazerne werden gezonden,
werden door de rebellen eveneens in ar
rest genomen.
Drie pantserwagens van de weermacht,
die naar het gebouw van den minister-pre
sident waren ontboden, en die overeen
komstig vroegere instructies zonder in ken
nis te zijn van den feitelijken toestand het
binnenplein van de politiekazerne opre-
overd, de beide andere wisten weer de
straat te bereiken en kozen een positie
voor de kazerne. Sommaties om de kazer
ne over te geven werden afgewezen, waar
bij verklaard werd, dat dit alleen op bevel
van Horia Sima zou gebeuren.
Teneinde bloedvergieten te vermijden,
gaf generaal Antonescoe den in de politie
kazerne ingesloten rebellen tot den vol
genden dag 12 uur bedenktijd. Dinsdag
avond was Boekarest in hoofdzaak in han
den van de rebellen, die, behalve de ge
noemde politiekazerne, de prefectuur van
politie, den zetel der legionnaire beweging
met de omliggende villabuurt, verschil
lende andere gebouwen der beweging,
commissariaten van politie en benzineop
slagplaatsen bezet hielden, en die den om-
roepzender in handen hadden, waardoor
twee oproepen van generaal Antonescoe
niet ter kennis van de bevolking kwamen,
terwijl de rebellen van hun kant het pu
bliek door radioberichten op een dwaal
spoor brachten. Een bestorming van den
zender zou mogelijk zijn geweest, maar
bleef achterwege, aangezien men vrees
de, dat de rebellen dan de technische In
stallaties van den zender zouden vernielen.
In Boekarest waren alleen de kazernes,
stations, ministeries en het telefoonkan
toor niet in handen van de rebellen. Het
gebouw van den minister-president werd
in groote omgeving door het leger in een
vesting veranderd. Pogingen der rebellen
om naar het gebouw op te dringen, werden
gemakkelijk afgewezen.
De opstandelingen gingen tegelijkertijd
over tot excessen. Vooral in de Jodenbuurt
van Boekarest kwam het tot werkelijke
pogroms. In den nacht van Dinsdag op
Woensdag trachtten de opstandelingen
door delegaties druk uit te oefenen op den
generaal, maar zonder resultaat
Woensdag 22 Januari, des middags gaf
generaal Antonescoe toen het leger bevel
het normale leven in Boekarest te her
stellen. Nog in den loop van den dag moes
ten de politiekazerne en de in de nabijheid
gelegen zetel van de legionnaire beweging
ontruimd worden, daar op oDnderdag 23
Januari de tegenstand der rebellen in het
"Óverige deel der stad moest worden ge
broken.
De aanval van het leger op de politie
kazerne naast het gebouw van den minis
ter-president, welke Woensdag om 12 uur
begon, duurde tot 14 uur 30. Hij leidde tot
het doel. De zevenhonderd rebellen gaven
zich over, een deel werd gearresteerd. De
overigen konden vrij huiswaarts keeren.
Duitsche valschermjagers oefenen in Noorwegen de bediening
van automatische vuurwaoenen (Foto WellbHd)
HET ONDERHOUD VAN DARLAN MET
LAVAL.
Admiraal Darlan is gisteravond uit Pa
rijs, waar hij een onderhoud met Laval
heeft gehad, te Vichy teruggekeerd. Ter
stond na zijn aankomst had hfj een onder
houd met maarschalk Pétain.
In politieke kringen te Vichy acht men
het volkomen waarschijnlijk, dat admiraal
Darlan, na verslag te hebben uitgebracht,
binnenkort weer naar Parijs terugkeert om
het standpunt van den maarschalk over te
brengen.
Naar uit gewoonlijk goed ingelichte Pa-
rijsche bron vernomen wordt, is de bespre
king tusschen Darlan en Pierre Laval be
vredigend verloopen. Aan de bespreking
heeft ook de algemeen gevolmachtigde van
de Fransche regeering voor het bezette ge
bied, De Brinon, deelgenomen. Naar ver
der te Parijs beweerd wordt, zou men be
sloten hebben, de consequenties uit de bin-
nenlandsch-politieke situatie te trekken.
Laval zou, voor het geval men hem weer
in de regeering zou opnemen, zeer vér
gaande volmachten noodzakelijk geacht
hebben. Men rekent er te Parijs op zoo
wordt verder opgemerkt dat de beslis
sing te Vichy reeds in de eerstkomende
dagen zal vallen.
De binnenlandsche politieke ontwikke
ling in Frankrijk, die naar men te Pa
rijs verklaart met het onderhoud tus
schen admiraal Darlan en den vroegeren
plaatsvervangenden minister-president La-
val in een nieuwe phase gekomen is, staat
in het middelpunt van de openbare belang
stelling. „Goedschiks of kwaadschiks"
schrijft het blad „Les nouveaüx temps"
„hebben de intriganten te Vichy, die den
maarschalk de waarheid onthielden, moe
ten toegeven. Het staatshoofd heeft daar
om besloten, een bijzonderen gevolmachtig
de naar Parijs te sturen, om met Lava! te
onderhandelen. Voor deze taak heeft hij
geen betere persoon dap Darlan kunnen
kiezen, die thans den maarschalk verslag
zal uitbrengen over den werkelijken toe
stand. Tusschen een politiek van samen
werking, zoo vervolgt het blad, die Frank
rijk een waardige plaats in het gereorga
niseerde Europa verzekert, en een poli
tiek van voortdurend terugwijken, is een
onverwijlde keus noodzakelijk. Deze keus
veronders£elt de vorming van een homoge
ne en blijvende regeering."
Volgens een bericht van het officieuze
Fransche persagentschap uit Vichy, wor
den in goed-ingelirhte kringen de in het
buitenland verspreide geruchten, volgens
welke Duitsche troepen het onbezette ge
bied zouden zijn binnengerukt, beslist gede
menteerd.
Op het oogenblik worden voor de bij
eenkomst van den Nationalen Raad te
Lyon voorbereidingen getroffen, o.a. voor
het huisvesten van den Nationalen Raad
zelf, alsmede voor zijn leden.
De openingszitting van den Nationalen
Raad zal óf in de prefectuur óf in de
groote aula van de universiteit worden ge
houden. De commissies van den Nationa
len Raad, op welker schouders in de eer
ste plaats het meerendeel van de werk
zaamheden zal Komen te rusten, zullen
waarschijnlijk in het Conservatorium bij
eenkomen.
De oude Noorsche kustbatterijen bij Drontheim staan thans verlaten in het wintersch
landschap <Foio w.iibüd)
AANVULLING OP HET DUITSCHE
WEERMACHTBERICHT
Over het weermachtbericht van gisteren
verneemt het D.N.B. nog de volgende bij
zonderheden:
Het Duitsche weermachtbericht van 4
Februari geeft een klassiek voorbeeld van
het feit, dat ondanks de schijnbare rust in
de oorlogsgebeurtenissen den strijd tegen
Engeland taai en volgens een bepaald plan
wordt uitgevoerd.
Het optreden van alle wapens, die in den
blokkadeoorlog tegen Groot-Érittannië tot
dusver werden gebruikt, zooals kaper
schepen, torpedo booten, vliegtuigbommen
en mijnen, wordt in het weermachtbericnt
van gisteren weerspiegeld. Vanaf een ver
verwijderde wereldzee meldt een radio
bericht, dat een Duitsch oorlogsschip met
het tot zinken brengen van 29.000 b.r.t. een
prachtige prestatie volbracht heeft. Het
zeemanschap van den commandant, de op
offeringsgezindheid en het volharden van
de bemanningen, die zich veel moeten ont
zeggen, van het op eenzame posten strij
dende kaperschip, die achter deze nuchtere
cijfers schuilgaan, zal eerst later verteld
kunnen worden.
Ook het Duitsche luchtwapen liet den
vijand op 3 Februari en in den nacht van
3 op 4 Februari niet tot rust komen. Op
nieuw was het luchtgebied boven Londen,
alsmede boven Zuidoost- en Oost-Engelan-i,
waartegen de aanvallen van Duitsche ge
vechtsvliegtuigen waren gericht. Zoowel
bij aanvallen overdag als des nachts wer
den verscheidene vliegvelden, waaronder
ook weer het vliegveld Mildenhall met
bommen bestookt. Ineengestorte hangars,
brandende onderkomens en een aantal op
den grond vernielde vijandelijke vliegtui
gen gaven een beeld van de uitwerking
der aanvallen. Bij Maidstone werd een
voltreffer van het zwaarste kaliber ge
plaatst midden in een groote industrieele
installatie, in Oost-Engeland werd aan een
spcorweg groote schade toegebracht. Ver
der was de gewapende verkenning van
het Duitsche luchtwapen vooral gericht
tegen scheepsdoelen in de monding van de
Theems.
DE ONDERGANG VAN DEN
TORPEDOJAGER „ACHERON"
Naar in Londen officieel gemeld wordt,
zijn bij den ondergang van den torpedo
jager „Acheron" 154 van in totaal 169 leden
der bemanning omgekomen. De destijds
gedane mededeeling over het verlies van
den torpedojager bevatte geen bijzonder
heden.
DE ONLUSTEN IN JOHANNESBURG
United Press meldt uit Johannesburg,
dat tijdens de eenige dagen geleden uit
gebroken onlusten reeds 230 burgers en
militairen deels ernstig gewond zijn. Van
de naar ziekenhuizen vervoerde personen
zijn acht burgers en 75 soldaten gearres
teerd. Aan de troepen is medegedeeld, dat
zy thans niet met verlof mogen gaan.
ONDERHANDELINGEN OVER
JAMAICA?
Volgens een persbureaubericht uit Lon
den kan uit een debat in het Lagerhuis af
geleid worden, dat onderhandelingen ge
voerd worden over Jamaica. Mogelijker
wijze hebben deze betrekking op verkoop
of verpachting van dit Britsch-West-
Indisch^ eiland aan de Ver. Staten. Ver
scheiden Lagerhuisleden verlangden de
toezegging, dat het parlement gelegenheid
zaL krijgen zich hierover uit te spreken,
alvorens in de status van Jamaica wijzi-
zing gebracht wordt. Andere eischten de
bindende verklaring, dat noch Jamaica,
noch een andere Engelsche bezitting ver
kocht of verpacht zou worden.
De onderstaatssecretaris van het mini
sterie van Koloniën, Hall, verklaarde, dat
geen verklaring afgelegd zou worden tij
dens de thans door Londen gevoerde
onderhandelingen.
OPVOLGER VAN CSAKY BENOEMD
Laszlo von Bardossy, tot dusver gezant
van Hongarije te Boekarest, is tot Hon-
gaarsch minister van buitenlandsche zaken
benoemd.
„JAPAN EN V. S. BEGREPEN ELKAAR
NOG NOOIT ZOO SLECHT".
De Japansche minister van buitenland
sche zaken, Matsoeoka, heeft in de begroo-
tingscommissie van het Japansche huis
van afgevaardigden verklaard, dat Japan
en de Vereenigde Staten elkaar nooit
slechter hebben begrepen dan op het
oogenblik.
De Amerikaansche natie, aldus de mi
nister, begrijpt de werkelijke bedoelingne
van Japar> niet. Het driemogendhedenpact
is een vredespact, dat de uitbreiding van
den oorlog wil voorkomen. Matsoeoka be
toogde voorts, dat de buitenlandsche poli
tiek van Japan op dit verdrag berust.
OORLOGSRECHTEN VOOR JAPAN IN
HET CONFLICT MET CHINA?
Minister Matsoeoka heeft gisteren, naar
het D.N.B. voorts meldt, in de hoofdcom
missie van het huis verklaard, dat de re
geering overweegt, zich in het conflict
met China de rechten te verschaffen van
een oorlogvoerenden staat. Hij voegde er
echter aan toe, dat deze kwestie nog niet
is beslist.
De weermacht heeft reeds herhaaldelijk
in dringende gevallen de oorlogsrechten
uitgeoefend. Daarentegen is het vraagstuk
van een uitbreiding van de oorlogsrechten
op vreemde concessies in China uiterst ge
compliceerd. Matsoeoka verwachtte ech
ter, dat ook dit vraagstuk spoedig zal zijn
opgelost.
JAPANSCHE LANDING IN
KWANTOENG.
Met ondersteuning van de in Zuid-China
opereerende vloot hebben onderdeelen
van het in Zuid-China gelegerde Japansche
leger gistermorgen vroeg ten Zuidoosten
van Hoetsjau, aan de kust van de provin
cie Kwantoeng, met succes een landings
operatie uitgevoerd.
Door de Japansche legerautoriteiten te
Nanking is aan Domei medegedeeld, dat
de Japansche troepen, die een offensief
voerden tegen de ander commando van
generaal Tangen Po staande Tsjoenking-
strijdkrachten langs den spoorweg van
Peking naar Hankau, de operaties met
succes hebben uitgevoerd en ernstige sla
gen hebben toegebracht aan het 13de en
18de leger van Tsjoengking. Tot 3 Februa
ri hadden de Chineezen 6295 dooden op
het slagveld achtergelaten, terwijl er 485
gevangenen werden gemaakt. De oorlogs
buit bestond uit vyf loopgraafmortieren,
zeven stuks antitankgeschut, veertien
zware machinegeweren, 59 lichte machine
geweren, 2141 geweren en een nog niet ge
telde hoeveelheid munitie. Klaarblijkelijk
als gevolg van de wrijving tusschen
Tsjoengking en de Chineesche communis
ten valt bij de strijdkrachten in Zuid-
China een slechter wordend moreel op te
merken. In de eerste dagen van deze
maand hebben de Japansche strijdkrach
ten, die in de omgeving van Swatau en
Canton opereeren, gevechten geleverd met
3400 Chineezen, waarvan er 863 op het
slagveld achterbleven, terwijl 41 krijgs
gevangenen werden gemaakt.
De Japansche luchtmacht heeft aanval
len ondernomen op de Chineesche verbin
dingslijnen en daarbij verschillende in 't
binnenland der provincie Kwantoeng be
stookt. Andere Japansche legervliegtuigen
hebben Koenming gebombardeerd en an
dere Chineesche versterkingen langs de
grens van Fransch-Indo-China, waarbij zij
ernstige schade hebben veroorzaakt.
HET DUITSCH-TURKSCHE
HANDELSVERDRAG.
Uit Berlyn wordt gemeld, dat Duitsch-
land het in den zomer van 1940 gesloten
Duitsch-Turksche handelsverdrag strikt is
nagekomen en in alle omstandigheden be
reid is dii verdrag uit te voeren, aldus
wordt in politieke en economische kirngen
van de rijkshoofdstad verklaard. In Duit
sche handelskringen verneemt men ten
aanzien van deze kwestie nog de opvat
ting, dat de Duitsche industrie, wanneer
het Turksche bedrijfsleven bereid en in
staat zou zijn, om in nog grooteren om
vang dan het bestaande verdrag toelaat
zaken met het Duitsche bedrijfsleven te
doen, van haar kant bereid en in staat zou
zijn een dergelijken compensatiehandel te
verrichten.
8utten*aiidscVie Berichten
ONTPLOFFING IN ENGELSCH
CONSULAAT-GENERAAL TE AGRAM.
In het gebouw van het Engelsche consu
laat-generaal te Agram (Zagreb) is gister
avond een ontploffing geschied. Aanzien
lijke materieele schade werd aangericht.
Een vrouw werd vrij ernstig gewond.
Naar vernomen wordt, was op de eer
ste verdieping van het gebouw, waar de lo
kalen van de Engelsche club ondergebracht
zijn, een helsche machine verborgen. De
consulaire vertrekken bevinden zich op de
daarboven gelegen verdiepingen. De ach
tergrond van den aanslag is nog onbekend.
Nit New-York wordt gemeld: Bij het ran
geeren in de ketel van een groote D-trein-
locomotief van den Denver en Rio Gran
de spoorweg op een spoorwegovergang uit
elkaar gesprongen. Hierbij werden 22 per
sonen zwaar gewond. Het betreft hier, be
halve het personeel van de locomotief,
automobilisten en voorbijgangers, die voor
den spoorwegovergang stonden te wachten.
Uit Belgrado wordt gemeld: In de buurt
van Windischgraetz moesten alle honden
en katten gedood worden, daar vele vrij
rondzwervende honden dol geworden wa-
ïen en Zondag kerkgangers hadden aange
vallen.
TOLUNIE VAN LA PLATA-LANDEN
De economische commissie van de La
Plata-conferentie heeft het voorstel aan
genomen, dat door Uruguay gedaan was en
dat inhield, dat een tolunie der vijf
mogendheden zou worden gesticht.
Het voorstel toont in zijn voornaamste
punten overeenkomst met het voorstel dat
Argentinië heeft gedaan, doch het heeft
bo\endien de toevoeging, dat de vijf aan
dc La Plata grenzende landen voor het
wederzijdsch welzijn werkzaam zullen zijn,
door over en weer de exportoverschotten
aar- binnenlandsche grondstoffen, land
bouwproducten, brandstoffen en fabri
katen te koopen. Dit kan geschieden door
tweezijdige overeenkomsten.
DE REIS VAN WILLKIE.
Volgens een bericht van Associated
Press is Wendell Willkie na zijn bezoek
aan de Valera m Dublin gistermiddag naar
Londen teruggekeerd. Over het onderwerp
van zijn bespreking heeft hij niets mede
gedeeld.
Volgens een Reuterbericht is Wendell
Willkie na zijn terugkeer uit Ierland te
Londen gisteravond door den koning ont
vangen.
HET ROMMELT WEER OP CUBA.
De chef van den Cubaanschen generalen
staf, kolonel Pedraza, de chef van den ma
rinestaf, luitenant-kolonel Gonzalez en de
chef der Cubaansche politie, kolonel Gar
cia,, zijn op grond van een beweerde revo-
lutionnaire activiteit in arrest gesteld en
na hun arrestatie afgetreden. De president
van Cuba, Batista, heeft zelf het bevel der
Cubaansche strijdkrachten op zich geno
men. Hij heeft verder medegedeld, dat het
Congres *de oproerige actie van de chefs
der generale staven binnen de eerstvolgen
de 48 uur in een speciale ziting zal behan
delen.
Te Havana hebben deze gebeurtenissen
geleid tot een verscheping der politiemaat
regelen. Er zijn barricades van zankzakken
aangelegd en machinegeweren opgesteld,
de wacht voor het paleis van den presi
dent is versterkt en zwaar gewapende af-
deelingen politie trekken door de straten
der stad. Alle met verlof zijnde soldaten
zijn teruggeroepen. Volgens de „New York
Times" luidt de beschuldiging tegen de af
getreden officieren: aanzetting tot oproer
Het schijnt, dat president Batista de weer
macht stevig in de hand heeft.