Voor het tabernakel in den dood... Sxtfiaduwen aan (iet ae'deden DINSDAG 14 JANUARI 1941 DE LEÏDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 7 Qemeng.de ffi&ticfiden ERNSTIGE BOTSING. Voerman en arbeiders gewond. Op dan Rijksweg onder de gemeente Reuver (L.) kwam een autobus uit Sittard in botsing met een kar waarop melkbus sen werden vervoerd. De melkkar werd van achter aangereden. De botsing was zoo hevig dat de voerman van de kar werd ge slingerd en op den weg terecht kwam. Door den sohok raakt de bestuurder van den bus zaten, werden door glasscherven botste tegen een boom. Arbeiders, die in den bus zaten, werden door glacschreven min of meer ernstig gewond. Een van hen moest naar het ziekenhuis te Venlo worden overgebracht. De voerman, die een gecom pliceerde beenbreuk had opgeloopen, werd naar het ziekenhuis te Tegelen getrans porteerd. De geheele lading melk ging ver loren. Het paard moest worden afgemaakt. TUSSCHEN BUFFERS DOODELIJK GEWOND. Te Venlo is de 45-jarige machinist P. Janssen op het emplacement der Ned. Spoorwegen, aldaar, tussohen de buffers van een trein bekneld geraakt en zoo ge wond, dat hij in het ziekenhuis is overle den. ROEKELOOZE JONGEN EN FERME REDDER. Gistermiddag was een twaalfjarige jon gen, ondanks den sterken doói, toch nog op het ijs, dat in de Houthaven te Amsterdam ligt, gegaan. De gevolgen van dit gevaarlijke, spel bleven niet uit, vooral omdat hij zoo on voorzichtig was, onder de brug in de Hem- brugstraat, door te loopen. Hij zakte prompt door het ijs en verkeerde weldra in een gevaarlijke positie. Gelukkig voor hem had de 21-jarige G. F. Timmermans, die op den den Spaarndammerlijk woont, het ongeluk zien gebeuren en deze jongeman snelde onmiddellijk te hulp. Hij slaagde er in ten koste van een nat pak en een wond aan zijn hand den knaap uit het water te halen. Beiden hadden geen nadeelige ge volgen van dit koude bad en konden op eigen gelegenheid naar huis gaan." HOTEL DE „POSTHOORN" TE EDE DOOR BRAND VERWOST. Gisteravond omstreeks half 9 werd het historische hotel „De Posthoorn" te Ede, dateerend uit 1740, door een uitslaanden brand grootendeels verwoest. Een schoor steenbrand was de oorzaak dat het vuur de betimmering van de kap aantastte, waardoor het woonhuis spoedig in lichter laaie stond. Aangezien het gemeentehuis onmiddellijk tegenover De Posthoorn staat, bestond door overwaaiende vonken ge- voor voor uitbreiding. Doch door het in grijpen van de brandweer en mede door het feit dat er weinig wind was, gelukte het den brand te beperken. De burgemees ter van Ede, de heer L. K. Middelberg, de commissaris van politie en andere auto riteiten, sloegen van het bordes van het raadhuis den brand gade. Het gebouw en de inventaris waarvan een groot gedeelte kon worden gered, waren verzekerd. FABRIEKSBRAND TE BOXMEER. Een felle brand heeft een der fabriekaf- deelingen van de bedvearen- en kapokfa- briek der firma van Aarsen en Zoon te Boxmeer in de asch gelegd. In den voor raad materialen kapok, matrassen e.d. vond het vuur gretig voedsel De brandweer bestreed met vele stralen het vuur. Aan haar krachtdadig optredeni is het te dan ken, dat de brand tot slechts een afdee- ling bepnekt bleef, waarvan men nog de machinekamer wist te behouden. Toch is de schade zeer aanzienlijk. ANGSTIG AVONTUUR OP HET IJSSELMEER. Drie Huizer jongelui keerden terug. De drie jongemannen, die Zondag uit Huizen per schaats het IJsselmeer opgingen en van wie men niets meer vernam, zijn gisteravond doodmoe in de ouderlijke woning teruggekeerd. Het drietal heeft een avontuur beleefd, dat hun levenslang bij zal blijven. De 19-jarige A. Bos en de 21-jarige G. Hagedoorn hadden Zondag, zooals gemeld, in de haven van Huizen de schaatsen on dergebonden, om een tochtje op het IJssel meer te maken en, nauwelijks waren zij een eind op de ijsvlakte gevorderd, of zij ontmoetten den 21-jarigen G. Klein, die zich bij het tweetaai aansloot. Het ijs was in goede conditie en de drie jongemannen reden dat het een aard had, doch zij ver wijderden zich steeds meer uit de kust. Tegen den middag werd de nevel, welke reeds in den morgen over het IJsselmeer hing, steeds dichter en toen de jongelieden aanstalten maakten om naar huis terug te keeren, bemerkten zij tot r in grooten schrik dat zij niet verder dan enkele tien tallen meters konden zien. Op goed geluk af werd de richting bepaald, maar, zooals het allen vergaat, die zich zonder kompas in den mist' op zee bevinden, werd het dwalen en dwalen, uren achtereen. De jongens reden, wat zij konden en telkens hoopten zij, dat achter den grijzen nevel de vaste wal zou opdoemen. Totdat, ten einde raad, zij tegen het vallen der du sier - nir besloten, de schaatsen af te binden on te trachten looparui den wal te bereiken, iets dat het tempo tevens vertraagde. Inmiddels was het volkomen donker en nog bevonden zij zich op de kille vlakte, omgeven door een mistbank, die voor elk sein van den wal af ondoordringbaar was. Behalve de duisternis en de mist kwam nog een derde vijand opdagen, de honger. Want geen van het drietal, dat immers in den middag weer thuis wilde zijn, had brood meegenomen, zoodat zij tenslotte doodelijk vermoeid en verkleumd besloten maar tegen een paar ijsschollen te gaan liggen om beschutting te zoeken tegen een wind. De maan die 's avonds achter den mist opkwam, zorgde, dat men elkaar ten minste kon zien. Zoo goed én zoo kwaad het ging, kropen de jongens tegen elkaar om wat warmte te vinden maar tot over maat van ramp begon het te dooien en gutste de regen op het ijs. Den geheelen nacht brachten zy zoo op het ijs door, half wakend, half dommelend, totdat de morgen eindelijk aanbrak en ze besloten op te breken. De schaatsen bon dien ze niet meer onder, daarvoor waren ze te vermoeid. Hoewel het zicht ook nu nog niet best was, konden ze toch verder zien dan den dag tevoren, daar de mist was verdwenen. Ten langen lest, in den middag, na uren en uren te hebben geloopen, over ijsschol- lei en door plassen dooiwater, zagen de jongelieden eenige mannen, die over het ijs op hen toekwamen. Het bleken Spaken burgers te zijn, die, nadat het drietal zijn avontuur had verteld, spontaan hun brood gaven en een eind den weg wezen naar de Huizer haven. Door het dwalen was het drietal nl. heelemaal onder de kust van Spakenburg terecht gekomen. Vervolgens om half drie ongevéer, zijn- de jongeman nen onder de kust op Huizen afgegaan, dat zij des avonds doodmoe en doorweekt be reikten. INVAL IN EEN SPEELHOL. In den nacht van Zaterdag op Zondag heeft de politie van het bureau Stadhou derskade te Amsterdam een inval gedaan in een woning in de le Jan Steenstraat, waarover bij de politie herhaal-Lelijk klach- ter waren binnengekomen, omdat er gele genheid tot hazard-spel werd geboden. Hét afgesproken middel voor de vaste klan- ten om binnen te komen was een keer bel len en vijf klopjes op de deur. Zaterdagnacht paste de politie hetzelfde middeltoe. En met succes! Na de vijf klop je- werd de deur direct opengetrokken. De politiemannen troffen op de eerste étage negen personen aajn, <Lie aan het gokken Drie siachloKers van een bomaanval op Vlissin- gen te „Alverna" opgebaard „Alverna" rouwt! Het was in den nacht van Donderdag op Vrijdag 1.1. te ongeveer twaalf uur, dat Engelsche vliegers bommen op Vlis- singen wierpen, met het noodlottig gevolg, dat het St. Jozef ziekenhuis en vooral de kapel ruïneus getroffen werden. Op het oogenblik van het bombarde ment bevonden zich in de kapel van het ziekenhuis een viertal religieuze zusters, n.l. Zuster Maria Laeta, oud 55 jaar, in de wereld Mej. B. Albracht; Zuster Apolo- naria, oud 52 jaar, in de wereld Mej. J. Orth; Zuster Maria Warina, oud jaar, in de wereld Mej. A. Preuss en Zuster Wil- hada, in de wereld Mej. A. Wijte. De drie eerstgenoemde Zusters, met resp. 30, 27 en 21 kloosterjaren, werden op slag jammerlijk gedood. Zuster Wilhada be kwam lichte verwondingen tengevolge van bomsplinters en kon door Duitscne militairen, die terstond aanwezig waren, in veiligheid gebracht worden. Drie zusters, een administratrice, een ziekenverzorgster en een keuken- zuster vonden den dood, geknield voor het Tabernakel, terwijl zij in gebed innig met God vereenigd waren. En waren niet de overige kloosterzusters met haar verheven menschlievende taak, den lijdenden evenmensch te verzorgen, bezig geweest, dan zou de ramp nog ontzettend veel grooter ge weest zijn. De kapel was een en al ruiïpe: ge lukkig kon het Tabernakel later onge schonden teruggevonden worden. Daar de slachtoffers behooren tot de Zusters Franciscanessen van Salzkotten Aerdenhout, Dochters der H.H. Harten van Jezus en Maria, zullen zij op het kloosterkerkhof van „Alverna" te Aerden hout haar laatste rustplaats vinden. Aan den Vlissingschen trein, welke gistermiddag te Haarlem arriveerde, was een wagen gehaakt, waarin zich de kisten met de stoffelijke overschotten der zoo jammerlijk om het leven gekomen religi euzen bevonden; nadat deze wagen naar het station aan de Baljuwslaan gexangeerd was, werden de kisten per rouwauto naar „Alverna" vervoerd, alwaar de kapelaan der Mariastichting, de Weleerw. heer J. Sijm, de eerste liturgische ontvangstplech tigheden verrichtte. Heel de kloostergemeenschap was bij deze aandoenlijke plechtigheid aanwezig. De lijken werden daarna in de stem mige kapel van het klooster opgebaard en de zusters betrokken de doodenwacht. Gisteren te 9 uur had de plechtige Uit vaartdienst plaats. Ook de pastoor van Vlissingen, de Zeereerw. heer J. P. M. Timp, voorheen rector van het Ziekenhuis St. Joannes de Deo te Haarlem was hierbij aanwezig. „De Tijd" waren en zioh allesbehalve verheugd toonden over de komst der nieuwe bezoe kers. Zij hadden geen tijd om de speelkaarten en het geld te verstoppen. De eigenaar en zyn klanten ttjn met een arrest an ten auto naar het politiebureau gebracht en verhoord. De in het perceel aangetroffen voorraad drank is in beslag genomen. In den vroegen morgen zijn ie arrestan ten op vrije voeten gesteld; tegen dien ex ploitant van het speelhol is proces-verbaal opgemaakt. FRAUDULEUS GESLACHT Gistermiddag heeft een crisisambtenaar te Oostzaan in samenwerking met een ge meenteveldwachter huiszoeking gedaan bij zekeren G., waar zij frauduleus geslacht vee aantroffen. Een varken, dat juist gedood was en een geslacht schaap werden in beslag genomen en naar het abattoir te Zaandam overge bracht. Proces-verbaal is opgemaakt. VREEMDE CAPRIOLEN VAN EEN LOCOMOTIEF. Omstreeks acht ur gisteravond heeft een locomotief, die enkele vrachtwagons op den Westerdoksdijk te Amsterdam moest rangeeren, een ernstigen misstap begaan. De rails houdt bij de Van Diemenstraat op en er bevindt zich geen stootblok aan het eind. De machinist, die, naar hij verklaar de, ter plaatse niet bekend is, werd door de duisternis misleid en heeft de locomo tief te ver doorgereden, zoodat deze de Van Diemenstraat inreed. Hier moest, al vorens de locomotief tot stilstand kwam, een lantaarnpaal het ontgelden. Geluk kig werd er niemand gedeerd. Het bleek in het donker niet meer mogelijk de loco motief weer op de rails te brengen en de vrachtwagons zijn derhalve afgehaakt en naar de plaats van bestemming gebracht, terwijl de locomotief in de Van Diemen straat is blijven staan tot Dinsdagmorgen. WAT IN DEN TREIN WERD ACHTERGELATEN. Verbazingwekkende collectie van vergeten voorwerpen. Degene, die op den kijkdag, voorafgaan de aan de openbare verkooping te Utrecht, van gevenden voorwerpen door de Nedier- lairxlsche Spoorwegen in het gebouw ach ter Sint Pieter eens rondneust, ondergaat telkens weer een wonderlijke sensatie. In deze groote zaal liggen en hangen alle voorwerpen, welke in den tijd van een half jaar in den trein zyn achtergelaten en waarnaar nimmer meer navraag werd ge daan. Dat men nu nog eens een wandel stok of een parapliuie vergeet en het dan achteraf niet de moeite waard vindt, bij de spoorwegen te informeeren of het ding wellicht gevonden is, laat zich nog wel begrijpen, maar wat te zeggen van twee vergeten fietsen of, nog merkwaardiger, eeropklapbed, om maar niet eens te spreken van een invalidekruk. Deze verkooping herinnert aan de oor logsdagen en aan de dagen van de evacua tie. Er is op geen verkooping ooit zulk een groote berg dekens ter beschikking ge weest en er zyn nimmer zooveel militaire uniformen op een rijtje gehangen als nu. Aan regen- en winterjassen is ook dtlt keer geen gebrek. In de verzameling boeken en tijdschriften is een treffende verschuiving gekomen. Waren er op de vorige verkoo ping meer tijdschriften dan boeken, thans hebben de romans het van de magazins gewonnen. De goudsmid kan zijn oogen den kost geven, want de catalogus ver meldt niet minder dan 92 stuks goud en zilver en onder de armbanden en kettink je zijn er zelfs zeer kostbare. De afdeeling wandelstokken en para- pluies levert een schril beeld van de ver geetachtigheid der menschen. Ruim 200 wandelstokken en parapluies liggen op een kooper te wachten, daarnaast staan op lar.ge tafels ongeveer 150 koffers, rieten mandjes en actetasschen. De dassen en shawls zyn, zooals altyd, in groote keuze voorradig en wie den berg handschoenen aanschouwt, zou wel kunnen denken, dat iedere treinreiziger er een eer instelt ten minste één keer per half jaar zijn hand schoenen of wanten aan de spoorwegen cadeau te doen. In vulpenhouder- is men dit keer schaars gesorteerd. De zeven stuks liggen broederlijk naast twee gevonden en nimmer teruggevraagde brillen en vijf hen gels. Voorts kan men zmh he£ hoofd pijni- Radio-progranima WOENSDAG 15 JANUARI HILVERSUM I, 415 M. Nederlandsch pro gramma. VARA. 8.00 Gramofoonmuziek (om 8.30 Nieuwsberichten ANP) 10.00 VPRO.: Morgenwijding 10.20 Orgelspel en zang 10.50 Declamatie 11.10 Esme ralda en soliste 12.00 VARA-orkest (in dc pauze VARA-almanak). 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP 1.Ö0 Uit zending, uitgaande van den Nationalen Bond „Landbouw en Maatschappij". 1.15 VARA-orkest 2.00 Cyclus „De wereld van het kind" 2.20 Gramofoonmuziek 3.00 Declamatie 3.20 Verkorte opera „La Bohème" (gr. pl.) 4.20 Viool en piam. 4.50 Gramofoonmuziek 5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten ANP 5.30 Onderwijsfonds voor dc Scheepvaart: Technische causerie 6.00 Esmeralda en soliste 6.45 Actueele reportage of gramo foonmuziek 7.00 Economische vragen van den dag ANP 7.15 Volkszang 7.30 Berichten (Engelsch) 7.45 Gramofoonmu ziek 7.55 VARA-almanak 8.00 Nieuws berichten ANP. 8.15 Radiotooneel 8.30 Berichten (Engelsch) 8.45 VARA-orkest en solisten 9.30 Radiotooneel 9.45 Gramofoonmuziek 10.0010.15 Nieuws berichten ANP en sluiting. HILVERSUM H, 301,5 M. NCRV. 8.00 Schriftlezing en meditatie 8.15 Gewijde muziek (gr. pl.) 8.30 Nieuwsberichten ANP 8.45 Gramofoonmuziek 10.30 Morgendienst 11.00 Gramofoonmuziek 11.20 Zang met pianobegeleiding en gramo foonmuziek 12.00 Berichten 12.15 Re portage of muziek 12.45 Nieuw-s en eco nomische berichten ANP 1.00 Gramo foonmuziek 1.20 Orgelconcert 2.00 Gramofoonmuziek 2.40 Pianokwartet „Die Haghe" en gramofoonmuziek 3.45 Bijbellezing 4.15 Gramofoonmuziek 4.30 Voor de jeugd 5.00 VPRO: Cyclus „Het geestelijk karakter Van ons volk" 5.15 Nieuws-, economische- en beursberich ten ANP 5.30 Berichten 5.35 Christe lijk dameskoor Rijswijk met pianobegelei ding en gramofoonmuziek 6.15 „Opvoe ding in dezen tijd", lezing 6.35 Gramo foonmuziek 6.45 Actueele reportage of gramofoonmuziek 7.007.15 Brabantsch praatje ANP en sluiting. GEM. RADIO-DISTRIBUTIEBEDRIJF le programma: 8.0010.00 VARA 10.00 —10.20 VPRO 10.20—17.30 VARA 17.3018.00 Onderw. v. d. Scheepvaart 18.00—22.15 VARA 22.15—24.00 Duitsch programma. 2e programma. 8.0017.00 NCRV 17.00 —17.15 VPRO 17.15—19.15 NCRV 19.1523.00 NCRV (programma uitsluitend voor Radio-Centrales) 23.0024.00 Duitsch programma. 3de programma. 7.0024.00 Duitsch pro gramma. 4e programma. 7.0024.00 Duitsch pro gramma. 4e programma: 7.0024.00 Duitsch pro gramma. gen over de vraag dat er 88 coibertcos- tuums werden achtergelaten. In de rubriek „diversen" bevinden zich nog 350 stel klee- ren en 23 stuks blik-, hout- en plaatwerk. Van het aantal gevonden hoeden valt in de verste verte geen aantal op te geven. Tientallen doozen liggen vol met hoofd deksels vam allerlei soort en kwaliteit. Degenen, die zich op deze verkooping iets van hun gading willen aanschaffen, stonden gisteren voor de moeilijkheid, dat zij niets mochten aanraken. Voor passen bestond geen gelegenheid. Blijft dus het risico, welke maat van hoed of jas men bij aankoop in handen krijgt. Maar het geluk kan een prima Stetson-hoed ople veren voor een paar kwartjes. FEUILLETON Naar het Engelsch. 3) HOOFDSTUK II. Vooruitzicht van gevaar. Op je gezondheid, Dessie, en dat de weg spoedig geëffend wordt naar een be hoorlijk inkomen, zoodat we kunnen trou wen. De spreker, een innemende jongeman van een jaar of dertig, met een open ge zicht, glimlachte tegen zijn gastvrouw, hief zijn zijn kopje thee op en dronk het in één teug leeg. Dessie Merrion lachte als antwoord; een glans van geluk lag in haar oogen en een zachte blos kleurde haar bleeke wangen. Als je eens wist, hoe dat leven op kan toor me begint te vervelen, vervolgde Tom Cheriton, en dan, hoe eer der jij je journa listiek werk eraan kunt geven, hoe liever het mij is; het is te vermoeiend voor je, Dessie. Sedert zij die typhus hebt gehad, kan ik het idee haast niet meer verdragen, dat jij zoo hard moet werken. Je ziet er nog bleek en zwak uit. Ja, die koorts heeft me geweldig aan gepakt, was het antwoord, en als Dora me niet zoo goed had verzorgd, zou ik er nu niet meer zijn. Wie zou ooit gedacht heb ben, dat een oppervlakkig en frivool Sve- zen als zij zoo'n hart van goud /had? Ik hoop, dat ik haar nog eens kan toonen, hoe dankbaar ik haar ben. Ik zou met liefde mijn leven op het spel zetten, als ik er haar mee helpen kon. Een knappe, jonge weduwe, met een inkomen van vijf a zesduizend pond per jaar heeft als regel niet veel hulp noodig, klonk het ironisch, en zeker niet, nu zy een nieuwen man krijgt. Het is toch erger lijk, te bedenken, dat w;j misschien nog een jaar moeten wachten, terwijl wij elkaar al zoo lang kennen, en zij pas veertien da gen verloofd is nu al over trouwen praat. Zij schijnt wel hevig verliefd te zyn. In haar laatsten brief raakte ze niet uitge praat over haar graaf. Ik ben benieuwd, hoe hy er uit ziet. Heb je hem al gezien, Tom? Ik? Wel neen, dat kan immers niet. Ze hebben elkaar pas kort geleden op reis ontmoet en zijn nog niet terug. Ik heb ove rigens nog nooit eerder van den man ge hoord. Maar ik heb George Vezey gezjen. Arme George. Ik geloof, dat hij op zijn manier veel van haar houdt. Geloof Jij dat werkelijk van dien kwast? Ja, hij houdt van haar, Tom, even goed als jij van mij houdt en ik ben over tuigd, dat die verloving hem veel verdriet zal doen. Ik weet, waneer het een man ernst is en ondanks zijn aanstellerij en zijn fatterigheid zou" George Vezey een beste man voor Dora zijn geweest, want hij is een dood-goeie .vent. Als die Franschman hoe heet hij ook weer die De Montalt maar de helft van George's eigenschappen bezit, mag Dora tevreden zijn. Wat zegt George Vezey er eigenlijk van? Och, je kent hem, Dess; als je het ef fect weet van een lepel sterken azijn in een kannetje room, dan heb je precies zijn geestesgesteldheid. Hij is een dood-goeie kerel, zooals je zegt, maar hy haat dien De Montalt uit den grond van zijn hart. En wat hem zoo wild maakt is het feit, dat hij dien vent zelf aan haar heeft voor gesteld. Je moet hem hooren: als er maar een kwart waar is, van wat hij beweert, is er niet veel goeds aan Dora's aanstaanden man. Ik hoop, ter wille van Dora, dat Geor ge te jaloersch is om een zuiver oordeel te hebben. Ik ben benieuwd die meneer De Montalt te ontmoeten, maar ik wil je wel vertellen, dat de manier, waarop die verloving tot stand is gekomen, mij niet aanstaat. Het zou mij niet verbazen als haar hoofd op hol is gegaan door het knap pe gezicht van dien man en door al de lie- vigheidjes, die hij haar wel zal vertellen en hij zal haar wel nemen om haar geld. O, Dessie, Dessie, lachte Tom, wat ben jij een detective. Zonder een schijn of schaduw van bijwijs iemand verdenken. Nu, we zullen zien wie gelijk heeft, antwoordde ze eveneens lachend. Tom stond op. Ik moet weg; maar luister eens, Des sie. Als jy jouw lyieve vingers - hy hiefhaar hand op en kuste de vingers langzaam in een andermans brij roert, dan moet je je niet verbazen, als je ze brandt. Dag liefste. Hij lachte weer, kuste haar innig en ging heen. Dessie, alleen gebleven, schonk nog een kopje thee in, ging met een gelukkige uit drukking op haar gezicht weer zitten en nam een boek op, dat op het tafeltje voor haar lag. Maar in plaats van het te openen liet zy het op haar schoot liggen en leunde peinzend achterover. Het leven van het laatste jaar was wel niet zonder schokken voorbijgegaan, maar ze was er toch in geslaagd zich na hard werken een onafhankelijke positie te ver overen. Twee jaar bij mrs. Barker als hulp in de huishouding bleken een waardevolle leerschool te zijn geweest: het lastige hu meur van de vrouw des huizes had haar zelfbeheersching en eindeloos geduld ge leerd. Toen was er een ommekeer gekomen door het gedrag van een jongeman, dien zy had leeren kennen en zij had haar betrek king vaarwel gezegd. Maar deze stap bleek nuttig te zijn ge weest. Zij was er reeds eerder in geslaagd een paar korte novellen in een tijdschrift geplaatst te krijgen en nadat een uitgever een serie verhalen van haar had geaccep teerd, besloot zij met schrijven en journa listiek werk in haar onderhoud te voor zien. Het was een taaie strijd geweest, maar zij had dien gewonnen. Beschikkend over een natuurlijke gave om haar gedachten vlot en boeiend uit te drukken, vond zij langzamerhand het publiek, dat haar pen- nevruchten gaarne las. De strijd was ech ter nog niet volstreden toen zy en Tom Cheriton elkaar ontmoetten. De kennisma king was 'n gevolg van een door haar ge schreven artikel en de twee voelden zich dadelijk tot elkaar aangetrokken. Toen kwam de ziekte, waarvan ze gesproken hadden, een hevige typhusaanval, waarin mrs. Dora Markham door haar toegewijde zorgen en verpleging Dessie's leven had ge red. Het meisje voelde zich met een band van groote dankbaarheid aan haar verbon den en het was door deze diepe genegen heid, dat haar gedachten zich zoo ernstig bezig hielden met een man. van wien nie-" mand eigenlijk iets wist, behalve dat hij van adellijke afkomst en half van Fran- sche en half van Engelschen bloede was en dat zy elkaar in Ostende hadden leeren kennen. Dessie was zóó gelukkig met de liefde van iemand als Tom Cheriton, dat zij Dora niets liever toewenschte dan een huwelijk met een even degelijk en toegewijd man. Maar zy koesterde een vagen twijfel en een vooroordeel, waarvan zij zelf niet wist, waarop het gebaseerd was, jegens mon sieur De Montalt. Nadat Tom was weggegaan, bleef zy nog een poos zoo zitten, totdat zij uit haar overdenkingen werd opgeschrikt door de telefoonbel. Een enthousiaste stem klonk aan haar oor: het was Dora, van haar reis terug, die haar uitnoodigde dien avond te komen eten, omdat zij haar verloofde aan Dessie wilde voorstellen. Het was al laat maar Dessie was spoe dig gekleed. Een taxi bracht haar naar South Kensington, waar de jonge weduwe een groot huis in Edgecumbe-square be woonde. Het was een hartelijke begroeting en mrs. Markham, vol van haar verloving, praatte aan één stuk door. De beschrijving van haar aanstaanden echtgenoot was reeds voldoende om Des sie een onbehaaglijk gevoel te geven. HJ w«s een „lange, ongelooflijk knappe man met donkere oogen, een aristocratisch, bui- tenlandsch type, vol diep gevoel en teeder- heid". (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 7