DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Momentje
MAANDAG 13 JANUARI 1941
32ste Jaargang No. 9845
S)e£eid6<^0oi4/tatit
Giro 103003. Postbus 11.
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
DE KATHOLIEKEN BEZITTEN HET!
In het „Weekpraatje" vestigt de Maas
bode de aandacht op een artikel in de
„Haagsche Post" over „Geestelijke Hygië
ne" In dat artikel wordt aangeraden, :n
gevallen van geestelijke „onzindelijkheid"
de hulp van derden in te roepen. En dit
geeft de schryver van het „Weekpraatje"
aanleiding, om de volgende opmerkingen
te maken:
„Is dit wat anders dan een natuurlijk
pleidooi voor de biecht, waarvan de Ka
tholieke Kerk aldoor de geestelijke hygië
ne heeft begrepen.
Maar de schrijver in de „Haagsche Post"
is hiermede nog niet tevreden, hij wil nog
verder gaan.
Wat kunnen wij zelf nog aan -onze gees
telijke hygiëne doen? vraagt hij.
En dan antwoordt hij: Eerstens moeten
wij het tot een gewoonte maken, dat wij
aan het einde van iederen dag onszelf re
kenschap geven van hetgeen wij gedaan
resp. niet gedaan of kennelijk verkeerd ge
daan hebben".
Maar, lieve man, dat is je reinste gewe
tensonderzoek, waartoe elke katholiek
eigenlijk dagelijks verplicht is. In elk een
voudig kerkboek onder de „Avondgebe
den" kunt ge 't vinden: „Onderzoeken wij
ons over het kwaad, dat wij bedreven heb
ben jegens God, onzen naaste en ons zèl-
ven".
Wij, katholieken, die zoo dikwijls ge
smaad worden achterlijk te zijn, zijn dus
onder dit opzicht volkomen „en règle" en
den anderen op dit gebied verre vooruit.
Maar nog is de schrijver in de „Haag
sche Post" niet tevreden, hij wil ons zwak
ke menschen nog verder op het pad der
volmaaktheid brengen.
„Wij moeten", zegt hij ook, „enkele ma
len per jaar een groote geestelijke „schoon
maak" houden, d.W.z. ons innerlijk leven
aan een zoo grondig mogelijk onderzoek
onderwerpen".
Wat doen wij, katholieken, anders in on
ze jaarlijksche retraites, volksmissies en
recollecties?
Heeft de schrijver in ons land nooit die
groote huizen gezien, die wij, katholieken,
in eere houden als onze retraitehuizen?
Echte sanatoria voor de ziel en voor ons
innerlijk geestelijk leven, waar zoovelen
telkens weer zuivere longen gaan halen.
Ja, erkent de schrijver in de „Haagsche
Post, en de man heeft bepaald aanleg om
een goéd retraiteleider te worden, „wat wij
willen, denken, begeeren. moeten wij toet
sen aafe de hoogste zedelijke normen, die
wij kennen en aan de hand van dit onder
zoek ons willen, denken en begeeren op
nieuw of krachtiger richten naar die nor
men. Onze geestelijke gezondheid hangt
namelijk, voor een goed deel af van het
feit, dat wij voor ons leven een gebonden
heid erkennen aan zedelijke normen, en
dus trachten onze wils- en gedachten- en
driftleven daarmee zooveel mogelijk in
overeenstemming te brengen".
„De hoogste zedelijke normen" de
schrijver noemt ze niet met name maar
wat zijn deze anders dan de aloude tien
geboden, ons eens door God zelf opge-
leed.
Had de menschheid daar naar geleefd, de
geestelijke hygiëne was het hoogste goed
der wereld geworden.
„Doch de meeste menschen", vervolgt de
schrijver in de „Haagsche Post", „komen
aan geestelijke hygiëne in hun leven niet
toe, omdat zij er geen „tijd" voor hebben,
Zij leven in een roes en zoolang zij dat
doen, kunnen zij niet tot zelf-bezinning
komen. Zonder zelf-bezinning actief be
oefende zelfbezinning is echter geen
geestelijke hygiëne mogelijk".
Zelf-bezinning!- Wie denkt hier niet aan
het mooie boek van den Franschen Domi
nicaan Jovet, dat ten onzent vertaald werd
onder den titel „Bezinning".
De menschen hebben geen tijd om tot be
zinning te komen.
Daarom stichtte de Katholieke Kerk, die
zulk een goede menschenkenster is, haar
retraitehuizen, pleisterplaatsen voor de
ziel, waar, evenals op de oude herbergen
aan de groote verkeerswegen de uitnoodi-
gende woorden kunnen geschreven wor
den: „Rust een weinig!"
Wat de schrijver in de „Haagsche Post"
zijn lezers deze week voorhield, wij ka
tholieken kunnen zonder overmoedig te
zijn daarvan getuigen: wij bezitten het,
niet in het minder, maar in het meer!"
DREIGEMENT EN UITDAGING.
Helaas is er ook in dezen tijd nog.heel
veel ruzie onder het volk. Of liever ge
zegd: tusschen de leiders van enkele groe
pen Het volk staat er buiten, zooals te
recht wordt opgemerkt door de Volks
krant, die wij hier citeeren:
„In „De zwarte soldaat" van de W. A.
heeft een dreigement gestaan tegen Natio
naal Front en zijn leider. Zijn de heeren
van Nationaal Front zoo heette het
op alle mogelijke behoorlijke manieren
niet tot rede te brengen, dan zal „leider"
Meijer en dan zullen andere verantwoorde
lijke elementen ondervinden, dat men na-
tionaal-socialisten en den Leider in Neder
land niet maar straffeloos beleedigt. „Want
de W. A. kent haar plicht, en Meijer kan
kermen of lachen, de W. A. zal haar plicht
doen".
Een Nationaal Fronter. H. Pétillon, ant
woordt hierop in dezelfde trant in „De
Weg". Bijvoorbeeld: „Dat we de bedreiging
jegens den Leider niet ernstig kunnen ne
men. spreekt vanzelf. Hem zal geen haar
worden gekrenkt, daarvoor staan wij met
duizenden kameraden borg. Wij zullen deze
bedreiging nooit en te nimmer vergeten.
Wij ziin present, W. A., hier en alom in den
lande!"
Nog een voorbeeld: „Op vuilspuiterij zul
len wij weten te ar+woorden, kort, zake
lijk, maar dadelijk, óp bedreigingen *n
handtastelijkheden eveneens. Wij weten
onze plaats en wijken niet, nu niet en
nooit".
Dit is, van weerszijden, een stemming
om een burgeroorlog te voeren. En dat nu
ons land aan eensgezindheid zoo groote be
hoefte heeft. Men wil toch de bezettende
overheid eeen motief aan de hand doen om
veel straffer op te treden en het volk
dat buiten de ruzie staat te laten boe
ten voor daden of woorden van heethoof
den".
plaatsen, die tot 1 Augustus 1942 zijn uit
gevoerd, d^ch ook orders waarvan de uit
voering na dit tijdstip plaats heeft. Het
nieuwe accoord, zoo wordt te Berlijn ver
klaard, is geheel op het verrekeningsprin
cipe gebaseerd. Duitschland en Rusland
verrekenen dus goederen tegen goederen
en prestatie tegen prestatie.
DE NEDERLANDSCHE UNIE.
VERKLARING VAN HET DRIEMAN
SCHAP.
De leiding van de Nederlandsche Unie
heeft ervaren, dat in den laatsten tijd de
meening heerscht, dat vele leden van de
Unie lid zouden zijn van illegale organisa
ties.
De leiding van de Nederlandsche Unie
heeft meermalen èn langs de eigen organi
satorische wegen èn in het openbaar haar
leden het feit, dat aan het hoofd van haar
program een loyale verhouding tot de be
zettende overheid staat, vooropgesteld en
dat de leden daaraan gevolg dienen te ge
ven.
Verschillende leden, die hieraan geen
gevolg geven, zijn reeds geroyeerd. Ook
thans zal de leiding van de Nederlandsche
Unie niet aarzelen, op te treden tegen hen,
die het lidmaatschap der Unie, tegen de
duidelijke uitspraak van het program en
van de leiding in, misbruiken voor illegale
doelstellingen, waarmede het volksbelang
niet is gebaat.
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935.
V Arbeidsdienst
en twee wenscïien.
Na de bezetting van ons land is de Op-
bouwdient in het leven geroepen. Thans is
een Algemeene Opbouwdienst in voorbe
reiding.
In „De Unie" worden betreffende den Al-
gemeenen Opbouwdienst enkele opmerkin
gen gemaakt, die wij ook hier onder de aan
dacht willen brengen:
„Wij willen er met nadruk op wijzen,
dat men deze twee (Opbouwdienst en Al
gemeene Opbouwdienst) eigenlijk niet met
elkaar mag vergelijken. De eerste was een
noodverband, ja een noodzakelijk kwaad;
de Arbeidsdienst zal, als de voorteekenen
niet bedriegen, goed worden en, op Neder
landsche wijze toegepast, tot heil zijn van
het Nederlandsche volk. De opleiding van
de toekomstige leiders wekt de beste ver
wachtingen.
Nog twee punten willen wij vermelden,
waarover wij wel eens ongerust zijn ge
weest, doch welke, naar wij vernemen, goed
zullen worden opgelost.
A. Geenpolitiek. Allereerst wordt
alle politiek buiten de kampen gehouden.
Politieke actie of propaganda wordt ver
boden. Dit is het eenige juiste. Wie straks
als leider van dit Nederlandsche sociale
werk zijn heele persoon zal moeten geven
aan zijn medemenschen, wie straks moet
medewerken aan de opvoeding van echte
Nederlanders, hij moet buiten de botsingen
van de politiek zijn werk verrichten.
B. Godsdienstigeverzorging.
Ook aan de godsdienstige verzorging zal
men, naar wij verwachten, de noodige aan
dacht besteden. Als de godsvrucht niet blijft
of weerkeert, zal er geen ware rust en vrede
onder de menschen komen. Zoo .zal men
van onze jongelingschap ook geen goede
staatsburgers kunnen maken, als hun op
voeding ook niet doortrokken is van den
waren christelijken geest.
Wij vertrouwen dan ook, dat onze jonge
landgenooten, die misschien door onbe
kendheid hier en daar nog wat onwennig
tegenover dezen dienst staan, zich zullen
blijven aanmelden, indien deze dienst zich
gunstig blijft ontwikkelen"
Tot zoover „De Unie" met welker be
schouwing wij het eens kunnen zijn. Spe
ciaal met die twee wenschen:
Eerstens: geen politiek in den Alge-
meenen Opbouwdienst. Er is een gróót ge
vaar, dat bij en in alles de politiek wordt
gehaald. De politiek moet zéker blijven
buiten een instellihg als de Algemeene Ar
beidsdienst!
Vervolgens: Wie de jeugd wil vor
men móet dat doen op den grondslag van
den godsdienst. Daarom moet ook bij den
Algemeenen Opbouwdienst wofden gezorgd
allereerst! voor godsdienstige ver
zorging.
„Als de godsvrucht niet blijft of weer
keert, zal er geen ware rust en vrede on
der de menschen komen". Dat is zoo in dé
groote menschen-maatschappij, g e 1 ij k dat
is in iedere kleine menschelijke samenle
ving, zooals gezin, familie, onderneming,
vereeniging e.d. Men kan dat constateeren
in eigen omgeving, in eigen kring, in als
men zich zelfkennis heeft weten te verwer
ven eigen leven, in éigen handel en
wandel!
NIEUW HANDELSACCOORD
BERLIJiV-MOSKOU.
TOENEMENDE INTENSITEIT VAN
HET RUILVERKEER.
Te Moskou is verleden week Vrijdag een
n:euw handelsverdrag tusschen Duitschland
en de Sovjetunie geteekend. Het verdrag is
n:et principieel afwijkend van het vorige,
alleen za± de intensiteit van het ruilver
keer nog toenemen: Rusland ontvangt in-
oustrieele producten en hulp van Duitsche
technische en organisatorische deskundigen
Duitschlmd grondstoffen en veel graan. De
uitbreiding van het bestaande verdrag kan
riei anders aantoonen dan dal beide part
ners er voordeel van hebben. Duitsche en
Russiscnr commentaren laten aan ook ten
cuide4j*ste den goeden gees* in de weder-
zydsche betrekkingen uitkomen.
Het nieuwe Duitsch-Russiscne verdrag
loopt tot 1 Augustus 1942. Een dergelijke
lange pemce is opzettelijk gekozen om zich
op een zoo lang mogelijken termyn voor
samenwerking te kunnen instellen. Beide
regeeringer zijn het bij de orderhandelin
gen er ever eens geworden, dat om een zoo
hoog mogelijk opgevoerde economische uit
wisseling te bereiken, een aroeid op langen
termijn noodzakelijk is.
Voorts verdient het de aandacht, dat bij
het nieuwe accoord de Sovjet-Unie in
Duitschland niet alleen bestellingen kan
Duitschland verkrijgt een aantal Sovjet
producten, welke van belang zijn voor de
Duitsche voedselvoorziening en de Duit
sche oorlogsproducties. Een groot aantal
producten, welke Duitschland reeds krach
tens het in Februari gesloten accoord be
trok, zullen nog in hoeveelheid toenemen,
zooals bijv. tarwe. Duitschland anderzijds
heeft de Sovjet-Unie uitnemende industrie
producten geleverd, welke tot topprestaties,
der Duitsche industrie gerekend worden en
\oor de industrieele uitbreiding der Sov
jet-Unie noodig zijn.
JAPANSCHE PERSSTEM.
De nieuwe verdragen tusschen Berlijn
en Moskou beteekenen een harde slag voor
die landen, die tot dusvérre met een z. g.
vervreemding tusscehn Duitschland en
Sovjet-Rusland te koop liepen, zoo ver
klaart de „Tokio Nitsji Nitsji" over de
nieuwe Duisch-Sovjet-Russische overeen
komsten. De terugslag van deze verdragen,
zoo schrijft het Japansche blad, zal voor de
vijandelijke landen groot en langdurig
Izijn, daar zij de facto een nauwe samen
werking tusschen Duitschland en Sovjet-
Rusland beteekenen.
PASPOORTEN EN ANDERE REIS-
PAPIEREN.
Bij vermissing doe men hiervan aangifte.
De secretarissen-generaal van de de
partementen van Buitenlandsche Zaken
en van Justitie maken bekend, dat een
ieder, die zijn paspoort of ander reispa-
pier verliest of op andere wijze niet meer
in het bezit er van is, onverwijld mede-
deeling daarvan moet doen aan de politie.
Het publiek wordt er op gewezen, dat
men, bij verzuim van aangifte, gevaar
loopt ernstige moeilijkheden te zullen on
dervinden bij het aanvragen van een
nieuw paspoort of ander reispapier.
Men doe dus terstond aangifte bij de po
litie, wanneer men zijn paspoort of ander
reispapier verliest of op andere wijze niet
meer in het bezit daarvan is, ook al heeft
men op het oogenblik nog geen nieuw
paspoort of ander reispapier noodig.
De Rijkscommissaris
bezoekt Rotterdam
DE RIJKSCOMMISSARIS BEZOEKT
ROTTERDAM.
De rijkscommissaris, dr. Seyss Inquart,
heeft gistermiddag ter gelegenheid van den
één-spansmaaltijd voor leden van de Duit
sche kolonie een bezoek aan Rotterdam
gebracht. Hij heeft een gedeelte van dien
maaltijd bijgewoond en is vervolgens aan-
weizg geweest bij het verstrekken van
warm eten aan arme Rotterdamsche kin
deren. De rest van den middag heeft de
rijkscommissaris gebruikt om een rit door
de stad te maken, ten einde een indruk te
krijgen van den stand van dm nood win
kelbouw, en tenslotte heeft hij zich in het
dienstgebouw van dr. Völckens laten voor
lichten over het opbouwplan van Rotter
dam in zijn huidigen vorm.
Naar aanleiding van hst bezoek aan het
schoolgebouw waar een kleine 500 kinderen
een warme maaltijd kregen opgediend
meldt ons het A.N.P. nog:
Het woord „politie" heeft voor het men
schel ijk wezen in den regel een onaange-
namen klank, voor bepaalde individuën
wel heel in het bijzonder. Maar wanneer
men een dier vele honderden arme kinde
ren, die Zondag gedurende eenige uren in
verschillende Nederlandsche steden de
gasten der „Grüne Polizei" waren, zou
vragen hoe zij op dezen winterschen Zon
dag over de Duitsche polltie-agenten dach
ten, hun antwoord zou zeker eensluidend
zijn. Het zou getuigen van dankbaarheid
en blijdschap voor en over het mooie, on
vergetelijke feest, dat zij in de gebouwen
van deze politie hadden meegemaakt en
allen zouden in een stortvloed van woor-
dei verhalen van den maaltijd, waaraan
zy hadden deelgenomen en welke te hun
ner eere was aangelegd. Tot deze talloos
vele kleintjes behoorden ook een kleins
500 arme Rotterdammertjes, die in een
schoolgebouw aan de Mathenesserdijk wa
re. bijeengekomen om te ervaren, dat ds
woorden „politie" en „feest" geen tegen
stelling behoeven te vormen en dat de
Duitsche orde-politie n'et hun vijand, maar
hun vriend is. In een feestelijk met vlag
gen versierde gymnastieklokaal zaten zij
op stoelen langs lange rijen tafels, waarop
smetteloos witte lakens, groote, diepe bor
den en glanzende lepels. Duitsche politie
agenten liepen haastig in het rond, schep-
ter uit groote terrines de borden vol met
hete, dampende vermicellisoep en hadden
voor elk kind een vriendelijk woord over.
Andere leden van de Duitsche ordepolitie
zongen vroolijke liederen. Hun1 gezar.'
werd afgeweisseld door gramofoonmuizk
en het behoeft dus niet gezegd te worden,
dat de stemming onder de kleinen buiten
gewoon goed was en dat zij zich al heel
gauw op hun gemak gevoelden. Het hoog
tepunt van den middag voor deze Rotter-
damsohe kinderen was ongetwijfeld het be
zoek, dat de Rijkscommissaris en mevrouw
Seys-Inquart, alsmede de commissaris-
generaal voor bijzondere aangelegenheden,
Oberdienstleiter Schm:dt, gegevolmachtig-
d van den rijkscommissaris te Rotterdam,
dr. Völckers en later ook nog de comman
dant van de Sicherheitspolizei in Neder
land, generaal Schumann, aan de feesten-
dé kinderen brachten. Zij onthaalden hen
op groote reepen chocolade en dat dit ex-
trr.-geschenk op prijs werd gesteld, be
hoeft nauwelijks te worden opgemerkt.
Toen de Rijkscommissaris de feestelijk
ingerichte „eetzaal" binnentrad, werd hem
door een der jongens namens al de andere
dischgenootjes* een tuil rozen overhandigd.
Hartelijke woorden van dank voor dezen
maaltijd voegde hij er aan toe.
Ook in Den Haag heeft de Duitsche or
depolitie, naar het A. N. P. meldt, in de
groote zaal van den Dierentuin en in de
rotonde talrijke arme Nederlandsche kin
deren gespijzigd. Ruim 1200 kinderen wa
ren aan lange, met groen en bloemen ge
tooide tafels gezeten en werden bediend
door leden der Duitsche politie en van de
N. S. Frauenschaft. Het menu bestond uit
een bord macaronisoep met varkens-
vleesch, die vervaardigd was in de veld
keukens. die in den tuin waren opgesteld.
Na afloop van den maaltijd der kinde
ren omvingen de ouders, ongeveer 170, in
de rotonde hetzelfde menu. De Duitsche po
litie kan er zeker van zijn, dat zij zich deze
gespijzigde behoeftigen tot vrienden heeft
gemaakt.
Overal waar zich Duitschers bevinden,
was het gisteren de dag van het Eintopfes-
sen,.het eenvoudige middageten, dat op de
zen dag door alle Duitschers genuttigd
wordt in plaats van een overvloediger
Zondagsmaaltijd.
De kosten, welke men hierdoor uit
spaart, komen ten goede aan het Duitsche
Winterhilfswerk en bovendien geeft men
daardoor uitdrukking aan de gemeenschap
pelijke opofferingsgezindheid ten bate van
de minder bedeelden.
Op initiatief van den rijkscommissaris
voor het bezette Nederlandsche gebied,
rijksminister dr. Seys-Inquart, waren giste
ren, ter gelegenheid van den Eintopf-dag,
BIER OF BROOD.
In België wordt het bier nog slechts
op den broodbon verstrekt en zoo zal
het dus kunnen gebeuren, dat een al
te dartel heer door de rechtbank zal
worden veroordeeld, niet wegens open
bare dronkenschap, maar omdat hij op
één avond zestien broodjes heeft ge
consumeerd.
Ik sprak hierover met mijn vriend,
den koekoloog uit de Boterstraat.
Wat denk jij ervan vroeg ik
hem als dat systeem ook in ons land
zou worden ingevoerd?
Echtscheiding! zei hij.
Stel je voor, als ik nu 's avonds thuis
kom, netjes en recht, omdat ik niet
meer dan twee borreltjes heb kunnen
krijgen, zeg ik tegen mijn vrouw:
Kind, kijk niet zoo leelijk, ik spaar op
je broodbonnen! Ik heb vanavond al
weer een dubbel wittebrood binnen.
Maar als ze dat sytseem hier ook gaan
invoeren, moet ik achter de broodbon
nen aan. En tvat mpet dat met mijn
zeven bloedjes van kinderen? Dan snap
je toch zoo, dat vader in de klem
komt. Die schapen van kinderen kun
je geen ouwe klare offreeren. Dat is
hetzelfde als mij een wittebroodje ser
veeren. Zie ik eruit dat ik gezond blijf
by wittebrood?
Je eigen portie brood zei ik.
Je kunt dan toch je eigen bonnen ver
drinken.
Hij keek mij minachtend aan.
Een druppel zei hij een
druppel in den oceaan. Eén glas bier op
zeven sneedjes brood. Het is me nogal
wat.
Bedroefd bleef hy voor een bakkers
winkel staan. Aandachtig keek hy
naar de smoezelige broodjes.
Heb je daar zoo'n belangstelling
voor? vroeg ik.
Hij keek my eens aan.
Wat een zonde van al dat brood
zei hy. Bedenk eens hoeveel ouwe klare
daarvan gemaakt had kunnen worden.
v
WINTERHULPS#NEDERIAND
Gironummer van de W. H N.
Stort op 5553 of 877.
Postgironummer 877.
De Bank van de W. H. N. is
Kasvereeniging N.V., A'dam.
5553
Mr. P. A. V. Baron van Harinxma thoe
Slooten:
„Weldadigheid brengt dubbelen ze
gen: zij zegent hem, die geeft, en die
ontvangt".
„Bouwt aan onze saamhoorigheiA
door de Winterhulp".
ENGELSCHE BOMMEN OP NEDERLAND
Zware schade aan woningen door
luchtdruk.
In den nacht van Vrijdag op Zaterdag
zijn de Engelsche vliegers boven Neder-
landsch gebied minder actief geweest dan
in den vorigen nacht, bericht het A. N. P.
Woonhuizen zyn niet direct getroffen. Wel
liep in een plaats in het Zuiden des lands
ongeveer een dozijn woningen door lucht
druk tamelijk zware schade op. Een man
is gewond, een paard is gedood.
een groot aantal arme kinderen te Arn
hem de gast van de Duitsche politie ge
weest.
Het eten werd georganiseerd door het
42, Polizei-bataillon der Deutschen Ord-
nungspo'izei en het vond plaats in de
Saxen-Weimar-kazerne te Arnhem.
Vijf en twintig honderd Amsterdamsche
kinderen jongens en meisjes tusschen 6
en 9 jaar, uit alle deele,n van de stad
zijn gisteren in oodracht van den rijkscom
missaris in het Koloniaal Instituut en in
de Burgerschool de gasten geweest van de
grüne Polizei.
Hec waren kinderen, die op weekdagen
van Kindervoeding dagelijks op school een
warmen maaltijd krijgen. De rijkscommis
saris bood hun dit nu ook op Zondag aan.
Hij had den mannen van de grüne Polizei
bevel gegeven, deze maaltijden te verzor
gen.
Cndanks het feit, dat er bijna driemaal
zooveel gegadigden verschenen, als zich
hadden aangemeld men. had op 1000
jeugdige gasten gerekend, doch het bleek,
dat vry'wel allen een zusje, een broertje,
een buurmeisje of -jongetje of een vriend
je hadden meegenomen was er volop te
eten voor de kinderen, al moesten de sol
daten daarvoor een offer brengen, het of
fer van hun warmen maaltijd, want dien
peuzelden de kleine bengels mee op.