ÖJtipe. RaadieCw-edi.t'iljd De volgende week komen de prijsraad sels. Zeg het je vrienden en klasgenooten. Schitterende prijzen in zicht. Doet allen mee! Oom WIM. Correspondentie Marie v. Tol, Langeraar. Zeer gaarne heb ik aan je vriendelijk verzoek voldaan. Op die datums zul je een paar na men zien staan, die je heelemaal niet vreemd voorkomen, en de anderen heb ik zooals je me vroeg van de lijst afge voerd. Dag Marie! Groet Pa en Moe van me en'al de broertjes en zusjes! B e p v. R ij t, Z' w o u d e. Wel Bep, dat heb je d'r goed afgebracht. En ai heeft vader ook een handje geholpen, toch liet ik je bijdrage direct plaatsen. Laat nog eens wat hooren. Maak eens een mooi versje voor ons Kerstnummer. Jij kunt dus doe! Dat Zuster Dionysia, de heele krant leest, weet ik. Mijn nichtjes uit Zoe- terwoude zou ik niet graag willen missen. Ik hoop dan ook nog vaak, ook van je klas genooten, een briefje met bijdrage te ont vangen. Groet je ouders van me en Zus ter Dionysia! De hand voor jou! Gerda Veeren en Mien H o o- g e v e e n. Ik vind het altijd aange naam iets van menn twee nichtjes de ge zworen kameraden te ontvangen. Ja, versjes-maken is niet ieders werk. Daar is aanleg voor noodig en.... dikwijls doen. En nu zouden jullie het verhaaltje eens graag willen gedrukt zien, is niet? Weet je wat, om je dit pieizier te gunnen, laat ik het hieronder plaatsen. En nu beste kinde ren tot later maar weer. Daar komen Gerda en Mien en vertellen jullie wat van: Het nichtje uit.Indië. Bea, een meisje van 11 jaar, zat vol on geduld voor 't raam. Haar broer plaagde haar en zei: „je hebt nog wel een half uur de tijd, eer ze komen." Bea zei niets: ze wist wel beter. Moe der kon elk oogenblik met het Nichtje binnenstappen. Van de week was bericht gekomen of Mama, het kind van de boot wou halen, daar zij al op weg was, met een aardige en vriendelijke familie, die net naar Holland ging. Bea zuchtte, wat bleven ze lang weg. Eindelijk ha! Daar kwam moeder met een meisje aan haar hand. Ik vloog naar de deur, die ik wijd open gooide. „Dag Mams"! Moeder kuste haar en zei: „Kom maar vlug mee naar binnen, want Liesje wil graag kenis ma ken met haar nichtje nietwaar? En ze streelde de donkere krullebol van Liesje. Liesje glimlachte en keek naar Bea. Deze lachte en ging de kamer binnen. Ben, Bea's broer zei z'n nichtje hartelijk wel kom toe. Nu Bea begroet jij je nichtje dan niet? Bea stak haar hand uit en zei ver legen haar nichtje goedendag. Liesje knik te haar toe en zei: „Dag Bea, ikke ook Hol lands ken, van pap leert". „Vertel jij nu eens waarom je hierheen bent gekomen, want ik heb er geen tijd voor, ik zal zor gen, voor een lekker hapje voor ons In disch logeétje. Samen gingen ze op de di van zitten en Liesje vertelde, dat ze naar Holland moest omdat er in Indië heelemaal geen katholieke school in de buurt was. Liesje vertelde ook dat ze tien jaren was. En toen ze 'savonds naar bed gingen, zei Bea, dat ze heel blij was, dat Liesje geko- komen was. „Anonym e", Leiden. Dank voor vriendelijk schrijven. Ook dank aan uw kleinen schrijver. Zijn briefje laat ik af drukken. Hier komt Herman met zijn eer ste briefje. Ik druk u beiden de hand ten' afscheid. Dit is het briefje van een zevenjarig jon getje, als slot dezer „Correspondentie" die we de volgende week voortzetten. Beste Oom Wim, Ik heb nog nooit een brief geschreven. Maar nu wil ik dat eens doen. Ik ben overgegaan naar de 2e klasse met Septem ber, en ik ben 7 jaar. En ik wil graag vliegtuigbestuurder wor den. Mijn moeder zegt, dat ik dan heel goed mijn best moet doen met leeren. Ik ben een heele tijd ziek geweest, maar mag nu deze week weer naar school. Moeder heeft mij toen les gegeven. De verhaaltjes en versjes vind ik mooi in de krant. Ik lees nu zelf in de boeken van de Dieren-Jamboree en Myra het Elfje, wat toch nog moeilijk is voor my. Dag Oom Wim, veel groeten van Moeder en Herman. Wie zï\ n jarig? Van 5 tot en met 11 Januari. Op 5 Januari: Corrie Zoet, Oude Wetering. Gerrit v. d. Akker, Miening Z'woude. Rika Pekeihof, Voorstr. 231, Nieuwveen. Jan Heetvelt, Anna v. Saksenstraat 8. Ria Deckers, Dorpsstraat 84 Zoeterwoude. Op 6 Januari: Tinie van Dam, Oosthavenstraat 7. Alfons van Abswoude, Ruiterstraat no. 75, Noordwijk aan Zee. Gretha v. d. Voorn, Morschstraat 83. Gerardientje van Schooten, IJmuiderstr. 21, Noordwijk Binnen. Arie van Mil, Garenmarkt 16. Lien van Vooren, Jan v. Houtk. E 46. Gerard de Rijk, Ter Aar C 165. Joke Walenkamp, Rijnsb. weg 43. Op 7 Januari: Hein Straver, E 46, Oud-Ade. Hans en Benny, Diergaarde, Bakhuis Ro- zeboomstraat 32. Hendr. Postma, Pioenstraat 22. Petronella de Roo, Schoolstraat 6. Thea Wagenaar, Joh. de Witstraat 18, te Wassenaar. Willie van Bezie, Tulpenstraat 21 Lisse. Martin de Haas, Hugo de Vriesstraat 30. Tini de Haas, Offenw. 69, Noordwijk. Kees Groenenweg Dr. v. Noortw. no. 140, Stompwyk. Elly Wijnen, Nieuwe Mare 5. Op 8 Januari: Wim v. d. Meel, Kap.straat 21. Piet v. d. Klauw, Mauritsstraat 95. •Jopie van Leeuwen, N.B. E. 110,. Z'woude. Fried Rijsbergen, Rijn- en Schiekade 86. Op 9 Januari: Riet van Steyn, Hoofdstr., Voorhout. Jacobus v. d. Ven, Groenenw. A 80, te Hazerswoude. Rika Straver, E 46 Oud-Ade. Corrie Kortekaas, 's Grav.weg 40, N'hout. Bep de Rijk, C 165 Ter Aar. Jopie Heemskerk, Haven 14, N'hout. Lenie Keizer, waar? Jetje Bokern, Pieterskerkgracht 1 (abusie velijk opgegeven ook 1 Jan). Op 10 Januari: Nellie Burgmeijer, Bijd.str., Warmond. Piet Mulder, Timorstraat 4, Kooi. Henk Lek, Ter Aar. Walter v. d. Oord, Geversstr., Oegstgeest. Op 11 Januari: Henk Mentink, Zoeterw.weg 2. Lina Straathof, D 10 Rijp wetering. Ineke Bielefeld, Roelofarendsveen. Mientje Paridon, Achterw. 16, Katwijk aan den Rijn. Jan v. d. Drift, Schenkel weg C 960, te Zoeterwoude. Tootje Jeleerse, Bergansl. 15, N'hout. Riensje Vrouwenvelder, Haarl.weg 69. Eddie Brunt, O. Rijn 11a. Joop de Boer, Vrouwenw. E 95, Z'woude. Henk v. d. Boog, Fr. v. Mierisstraat 4. Tonia de Rijk, Ter Aar C 165. Corrie v. d. Santen, Ofwegen 4, Woubrugge B 190. Corrie Kniest Abspoelw. 5, Oegstgeest. Ik feliciteer de jarigen. Wie zijn of haar naam in deze lijst voor schoolgaande kinderen wil opgenomen zien, schrijve me minstens 14 dagen vóór den verjaardag. Zoo ook wie bij het verlaten der school van de lijst wen.cht afgevoerd te worden of wie verandert van woon plaats, straat of huisnummer of wie in de lijst een fout ontdekt. Oom Wim. MOEDERS HULP door Ans KeizerKlaasen. Zaterdags is moesje erg bedrijvig, Want dan is het kamerdag, En dan vraagt ons zusje telken keere, Of ze nu weer helpen mag! Moeder geeft haar dan een werkje: Een stofdoek krijgt ze in haar hand, 't Kleine ding wrijft dan heel netjes, Vergeet geen hoek, noch zelfs 'n rand. Nu moet je toch eens luisteren, Naar die kleine, leuke meid. Ze zingt net als een lijster; als 'n vinkje. Inmiddels boent ze als om strijd. „Moesje kijk eens, of het zoo goed is?" Zegt ze na een korte tijd, En moeder zegt. je raadt het zeker: „Je bent mijn flinke, ferme meid!" PRIJSVRAAG Die deden mee? Inzendingen voor Kerstmis en Sinterklaas. I. Truus de Haas, Lage Rijdijk 10a. 2. Anonyme. 3. Greet Krol, Haarl.str. 46. 4. Albert v. d. Horst, Leiden. 5. Rietje Juffermans, Wald. Pyrmont- straat 29. 6. Rietje Klein, Heerensingel 8. 7. Alie Touw, Langeraar, Geerweg 442. 8. Adriaan van Spronssen, Wassenaar Kerkstr. 108. 9. Adrie Schrama, Rijndijk 60, Voorscho ten. 10. Herman Wijsman, Leiden. 11. Annie Wijfje, Nieuwkoop. 12. Nellie Wijfje, idem. 13. To Wyfje, idem. 14. Cor van Diest, Zandslootk. 54, Sassen- heim. 15. Anny van Diest, Sassenheim. 16 Rietje Klaver, Bankastr. 1. 17. Annie Homan, Bijdorpsstr. 15, Sassen heim. 18. Sisca Homan, idem. 19. Piet Homan, idem. 20. Riekie Homan, idem. 56. Plonia v. Steenbergen, Munniken- straat 56. 22. Gerard Schrama, Voorschoten. 23. ,,Anon" Leiden. 24. Grada Visser, Alphen, Heerenweg 27. Het boek is ten deel gevallen aan No. 9 van de lijst. Deze week wordt het boek verzonden. Proficiat Adrie! Oom WIM. KLEIN JANTJE. Rijmpje van Gonnie. IV. Jantje zat stil bij de tafel, en dronk 'n kopje thee; Kreeg lekkere koekjes van tante, wel twee. Maar p7ots zei Jantje, „tante Tonia Gisteren had kiespijn Mama. Ik vroeg: laat mij eens kijken in uw mond En jawel hoor, tante Tonia, ik vond, Dat die kies er erg raar uitzag." En toen schoot tante in een lach! Vroeg: „Jantje wat zeg je daar... Is er heusch wel, iets van waar?" Jawel, zei Jantje, en ik heb gezegd: Mammie, die kies van u is ziek en slecht, En uw wang is dik, ik kan er niets aan doen, Maar hier hebt u van mij een flinke zoen. Misschien is het dan wel gauw over, zeg. Maar ach.... Moesjes kiespijn ging niet weg. Nu heeft ze 'm laten trekken, door de tandarts, hoe fijn, Gelukkig is de kies weg, en ook de pijn. Toen nam Jantje weer beet onze Moor, Zij doet mijn neefje geen kwaad, en krabbelt niet hoor! Maar laat met zich spelen, dat vindt Moortje fijn, Want zy is zoo doddig, en schattig klein. Jantje vleide: hoor eens poesje. Zeg, ik vind jou toch zoo'n snoesje! Maar dat was toch zeker geen grap. Op 'n morgen viel Jantje van de trap! Moes zei nog: voorzichtig, hoor! Doch Jantje riep ondeugend: waarvoor? En wou haastig de trap afloopen, Maar ach.... Jan moest het duur bekoopen. Want opeens verloar hy zijn evenwicht, och Heer, Boem!plofplofplofte Jantje neer als 'n beer. Het gebeurde in een oogenblik.... Hemeltjelief, wat was dat 'n schrik! (Wordt vervolgd). GRAPJES. Verstrooid. Op zekeren dag was de vrouw van een professor een boodschap doen, terwijl de professor een oogje op de kinderen hield. Toen ze terugkwam was alles merkwaar dig rustig. En man, zyn de kleintjes niet erg on deugend geweest? Wel neen, behalve één die ik in het hok gesloten heb. Hij wou met geen geweld uitgekleed en naar bed gestuurd worden. Mevrouw ging kijken en riep met schrik uit: Maar man! dat is de kleine jongen van hiernaast. Professor: Ik heb vanmorgen mijn para plu vergeten, vrouwtje! Mevrouw: Hoe kwam je tot die ontdek king, man? Professor: O, ik zou het in het geheel niet bemerkt hebben, als de regen r.iet had opgehouden. Maar toen wou ik het ding sluiten, en bemerkte, dat ik hem niet had. vraagt 1. Vader vraagt wat „lapsus" betee- kent? 2. Wat is lava? 3. Ik hoor zoo dikwijls het woord „par venu" gebruiken. Wat is dat eigenlijk? 4. Zus las in de krant, het woord „re présailles". Wat zijn dat? 5. Tot welke familie behoort de varens? 6. In de krant las ik van cellulaire- gevangenis. Wat is dat? WIJ antwoorden 1. Dat is latijn, bet. van of 'out, b.v. lapsus ca'.ami schrijffout. 2. Deze vraag heb ik vroeger reeds be antwoord. Ik wil het nog eens zeggen: Lava is opgeloste dikvloeibare steenmassa, die bij de uitbarsting van een vuurspu wende berg uit dem krater stroomt. (Kra ter is een vu'.kaantrechter). 3. Dat is een" Fransch woord., wordt gebruikt voor een „opkomeling"; iemand, die van arm tot ryk opgeklommen is; zoo iemand die van niet, tot iet is gekomen. (Wordt meestal in ongunstigen zin ge bruikt). 4. Dat zijn maatregelen van weder wraak of vergelding of eigen recht- verschaffing. 5. De varens behoort to de cryptogamen bekende sierplant in onze tuinen; zij wor den in onze bosschen op vochtige, scha duwrijke plaatsen in het wild gevonden. 6. Cellulair bet. in cellen; eenzame op sluiting van gevangenen. LEEREN IS PLICHT. door Tante Marie. „Leeren is plicht", zoo klinkt 't als om stryd Voor heel de jeugd, wier toekomst ligt in 't donker, Zooals bij avondstond soms aan den trans Onzichtbaar blijft 't vriendelijk stergeflonker. „Leeren is plicht", zoo klinkt dit waar bevel, Voor allen, die den weg nog moeten vinden; En zoeken nog een plaats in deze maatschappij Zooals ge zelf dit later zult ook ondervinden. „Leeren is plicht", zoo klinkt dit echt g^o^d, Gegrond op voorzorg en op wijsheid beide. Wie leeren niet een plicht beschouwt, maar vaak 'n straf, Moet later hiervoor boeten en veel lijden. „Leeren is plicht" en leeren is ook zoet Voor hen, die eenmaal vruchten willen plukken, Van wat de school, het huis de kerk ter leering geeft, Om zoo des levens doel te doen gelukken. OPLOSSING RAADSELS De oplossing der raadsels waren: A. 1. 't Loo 2. Weert 3. Deventer 4. Doorn-Holwerd 5. Herten B. 1. Zeis 2. Oss 3. Engelo 4. Heerlen 5. Zwolle NIEUWE RAADSELS A. Ingestuurd door Rietje van Mil Verborgen jongensnamen 1. Een hen kan niet ver vliegen. 2. Ik raap iets op, wie weet wat? 3. Dat hoef je niet te zeggen, dat weet die vrouw immers weL 4. Zus eet alle oesters op. 5. Wil je even een half ons drop halen, voor de verkoudheid? B. Ingestuurd door Tiny Lagerberg Verborgen meisjesnamen 1. Ma riep ons om te eten. 2. Tante kocht een el stof. 3. Zeg, stoot je de tafel niet om 4. Hoeveel is tien en tien. 5. Met Pa liep ik te wandelen. II. Verborgen jongensnamen 1. Moe kan To ons even helpen 2. De klok liep iets te vlug. 3. Wie weet waar Barendrecht ligt. 4. Wat dor is die boom! 5. Ja, nu kan je niet meer mee. De oplossingen niet opsturen. Deze geven Rietje en Tiny de volgende week zelf. £en fLiettiye u-acantieuieek door Annie van Zijp. I De Brief. De familie Verheul zat nog aan het ont bijt. Ze waren pas uit de kerk gekomen. „De post", riep opeens de vijfjarige Bobby, „mag ik de brief halen, Moes?" „Ja Bob, als we klaar zijn met eten, hoor", zei moe der. Vlug stopte Bob de laatste stukjes brood in zijn mono; nu nog bidden. De kin deren vonden 't fijn waneer zij de brief voor pa of moe mochten halen, 't Was dus niet te verwonderen, dat Bobby vlug na 't eten naar de brievenbus holde. Even later was hij alweer terug met een dikke brief in zijn handen. „Van wie ies ie, pa?" vroeg Rosa, die elf jaar was. „Ja ja, van wie?", vroegen nu ook de zevenjarige Trudi en de negenjarige Jan. ,,'s Kijke" zei vader, „van tanten Em ma! Je weet toch nog wel, dat moeder een brief aan tante geschreven heeft, met de vraag, of Reneetje 'n week bij ons mag ko men logeeren", „Reneetje, hoeveel jaar is die?,,, vroeg Trudi. „Tien jaar", zei pa. „En komt ze nu?" „Ik denk 't niet", ant woordde vader, terwijl hij ondeugend glim lachte. „Neen? waarom niet", zei Trudi. „Kind, pa houdt je maar voor de mal", schaterde Rosa. „En wanneer komt ze?", vroeg nu ook moeder. „Over vier dagen. En dan mogen Rosa en Jos haar afhalen van den trein en.„Trudi gaat ook mee" vu!de ze zelf aan. „Trudi blijft lekkertjes thuis en dan mag ze voor 't raam kijken of wij al aankomen". „Hè nee", sputterde ze nog tegen. Maar ja. Pa had 't nu eenmaal gezegd en dan was er niets aan te doen. „Vader, u moet naar uw werk", riep moeder. „O, ik zou 't haast vergeten", zei vader. Hij deed vlug zijn jas aan en ev^n later begaf, hij zich op pad. De kinderen waren vol van dat heerlijke nieuws. Ze mag in mijn bedje slapen", zei Bobby. „En jijzelf dan? Nee hoor, Renée is een meis je, dus komt ze bij ons op de kamer sla pen", zei Rosa. „Fijn hè? en wat zullen we een lol hebben", riep Trudi. „En wat kun nen we ze lekker plagen", lachte Jos. „Nee hoor, naar jong", viel Rosa uit. „Ja", plaagde Jos. „en dan gaan ze roepen Moe der Jos ise net zoo vervelend.". „Nniet- waar joh", zei nu ook Trudi. „Jullie zijn ook net zulke kinderachtige meisjes, voor zoo'n klein muisje zijn ze al bang". „Niet waar". „En hou nou je leelijke mond maar bij je"! En 't zou waarachtig nog op vech ten uitgeloopen zijn, als moeder ons luid- ruchting troepje niet uit elkaar gejaagd had, met de woorden, dat 't tijd voor school was. Opgeruimd babbelend gingen ze op weg: „Hoe zou ze er uit zien?., vroeg Trudi. „Weet ik niet", antwoordde Rosa, „dat zou je aan pa moeten vragen." De kinderen hadden 't nichtje nog nooit gezien, daar deze sinds een paar maanden in Nederland woonde. Vroeger had zij in Duitschland gewoond. Haar vader, Oom Karei, had een mooie betrekking in Am sterdam gekregen, waar ze dan ook ver toefden. „Nou", zei Jos, „als zij uit de trein stapt, val ik op mijn knieën, en omhels haar". „Mal jong, je lijkt fel een halve ga re", lachte Rosa. Opeens liep Jos hard weg. Hij zag aan den overkant zijn vriend Paul loopen en deze mocht volstrekt niet weten, dat hij met meisjes omging. Dus zouden deze maar alleen naar school gaan. Aan al haar vriendinnetjes vertelden ze van 't lo geetje. Onder de les dachten ze maar steeds aan Renée. 't Was maar gelukkig, dat ze morgen vacantie hadden. Hè, ze zouden zoo wel willen, dat zij vandaag al kwam. (Wordt vervolgd). ATTENTIE. Naar aanleiding van een vraag, hoe oud de mensch wordt en een olifant, wil ik voor vandaag in plaats van de gewone zes vragen te beantwoorden, de leeftyden ook van sommige dieren en planten opgeven, zooals ik die vond in de boeken van ge leerde menschen. Van dieren: Een kat of een hond wordt ^ongeveer 12 jaar. De olifant wordt over de 100 jaar. e De schildpad ruim 110 jaar. De krokodil 40 jaar ongeveer. De kameel, beer, neushoorn tusschen 40 en 50 jaar. Het rund, de bok, de wolf, de vos van 10 tot 20 jaar. De leeuw, de tyger en de haas eveneens van 10 jaar. De snoek en de karper meer dan 80 jaar. De slang 10 jaar. De gans, zoo oud als de mensch, om en om de 80 jaar. Dr adelaar ook 80 jaar. De ooievaar en de uil ruim 70 jaar. De duif 50 jaar. Van boomen en struiken: De drakenboom wordt ruim 5000 jaren. De plataan 4000 jaar. De eik 2000 jaar. De linde 1200 jaar. De rhododendron 90 jaar. Oom WTM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 12