Correspondentie Truus de Haas, Leiden. Je hebt je verjaardag-zeker op den 31en October zien vermeld. De raadsels laat ik zoo gauw mogelijk plaatsen. Nog even geduld. Met groet en hand ook voor Pa en Moe en Broertjes. B e p v. d. M e e r, R'V e e n. Je schrijft ..Oom Wim, Bep v. d. Meer B. 310 R'Veen wenscht opgenomen te worden in de ver- jaringslijst. Ze is jarig 17 Nov." Kan het nog korter? Aan je wensch is voldaan. Het drietal v. d. Klugt, NHout. Ik heb jullie drietjes ingeboekt. Het volgend jaar behoeven de namen niet op gegeven te worden. Op die dagen ben ik in den geest bij u en dan zal zeker de vlag wel wapperen op No. 19. Dag jongens! Veel groeten aan Vader en Moeder! Hennie Janssen, Bodegraven. Zoo Hennie, wordt jij nu 11 jaar? Dan ben je zeker a in de 5e klas en ben je ze ker al een flinke vent, die vader af en toe al een beetje helpen kan. Dag Hennie! Groet je ouders van me! Maria Baart, Leiden. Jammer Marietje, dat ik je brief te laat ontving. Nu is je verjaardag ingeboekt voor de volgen de jaren. Kijk dan maar eens den 7en No vember. Dag Maria! Ook meedoen met onze wedstrijden. Veel groeten aan Vader en Moeder! A. Ver del, R'Veen. Ik heb Wout van de lijst afgevoerd. De oplossingen der raadsels heb ik ontvangen, maar dat was niet de bedoeling. Als we weer een wed strijd geven, hoop ik jullie weer te zien. Met hand en groet voor u allen. Koos Hoogervorst, Lisse. Jammer, dat ik je briefje met den verja ringsdatum te laat ontving, anders had 4 Nov. met groote letters de naam van Koos in de krant gestaan, zooals dat nu het vol gend jaar gebeuren zal. Dart Koos! Groet vader en moeder, Bertha. Mientje, Ria en Jopie van me. Voor u allen de hand! Zoo dra Koos een briefje zelf kan schrijven, houd ik me aanbevolen zijn eerste briefje te ontvangen. Greet Krol, Leiden. Dank je wel Greet voor de mij toegezonden bij dra gen. Ik zie minder naar het papier, dan naar den inhoud. Het plaatsje blijft voor jou gereserveerd. Hoe gaat het in den nieu wen werkkring? Ik hoop van best. Het beste voor u allen! A n n i e v a n Z ij p, L e i d e n. Ik heb me niet in jou vergist. Jouw mooi verhaal tje wordt geplaatst. Dank voor je mede werking. Groeten thuis! De hand voor jou, met groet. Rietje Klaver, Leiden. Het deed me goed te hooren, dat je ons „Jeugd- krantje'l zoo trouw leest en het zoo mooi vindt. Dat het bij Oma en Opa gezellig is, begrijp ik, vooral als je met Heeroom het zoo goed vinden kunt. En wie zou dat niet? Zoo'n „filmpje" is toch wel interessant, hé! En het versje? Wel, ik laat het hier volgen. Hoort, hoe Rietje van Pietje schrijft, toen hij voor 't eerst school moest. NAAR SCHOOL. Pietje moest voor 't eerst naar school, Oh! wat was hij bang! Wat 'n tranen loopen daar In stroomen langs zijn wang. Pietje wil niet verder gaan. Moeder zegt: „Niet blijven staan Meester wacht al veel te lang". Wat zeggen jullie van dat versje? Ik zeg, dat het mooi is. Wanneer ben je jarig? Schrijf mij dat even. Dag Rietje! Groet Vader en Moeder en de drie broertjes en de zusjes. Zijn er nog kinderen op school, geef dan ook de verjaardagen van deze op! Colckie Verhagen, Leidschen- d a m. Dank voor je mooie kaartje. Je naam is verbeterd. Ik schreef bij vergis sing Corrie. Ook voor de volgende jaren staat je naam geboekt. Dag Cokkie! Hoor ik nog eens wat? Ook veel groeten aan alle huisgenooten. Marietje Vlasveld, Z'_w oude. Of dat 'n leuke vergissing was! Als het cadeautjes regende op beide dagen, zou iedereen wenschen twee keer in 't jaar „jarig" te zijn. Is niet? Enfin, vergissen is men schel ijk! Dag Marietje! Groet alle huis genooten van me! Voor jou speciaal de hand en groet! Ook meedoen aan den wedstrijd, die komen gaat. Martha v. d. Lans, Lisse. Heer lijk, dat je ons krantje zoo leuk vindt en het niet graag zou willen missen. De ingezon den raadsels laat ik de volgende week plaatsen. Zie dan eens! Dag Martha! Als nu den volgenden wedstrijd geven, hoop ik jou ook te zien, al ben je van school. Groe ten thuis. Hierbij zetten we een punt. De volgende week gaan we door! Wie een brief schrijft, krijgt een ant woord terug. Oom WIM. Wie zijn |arig? Van 24 tot en met 30 NovemDer. Op 24 November: Dor Lagerberg, Wasstraat 13. Matthieu Bergers, P. de la Courtstr. 24. Cor Deckers, Dorpsstraat 84 Z'woude. Jopie den Hollander, Oostvl.weg 46, te Leidschendam. Tonny Juffermans, Haagweg 114. Trees v. d. Meer, C 75 Z.-B. Z'woudee. Op 25 Novesmber: Annie Colijn, B 33 Hoogmade. Saartje Groenendijk, P. Huibertshof 13. Marietje Sassen, Kerkpl. A 194 Langeraar. George Koot, D 119 Rijpwetering. Nellie v. d. Kerkhof, Spoorw. 46, W'mond. Annie de Boer, Oranjegracht 29. Bertha Stijnman, Langeraar 98 Ter Aar. Op 26 November: Martien Griffioen, Mauritsstraat 24. Alie v. Bemmelen, Schenkelw. C 75a te Zoeterwoude. Bertha van 't Hart, Rijpwetering. Herman Rozier, Kapt. straat 47. Jantje Hartvelt, Langeraar A 33. Eddi Cival, P. de la Courtstraat 15. Marietje v. Veen, Plaspoelk. 10 Veur. Corrie v. Hamersveld, Papen gr. 30. Lenie v. d. Zwet, Noorden B 62. Jan van Gijlswijk, Havenstr. 25 N'hout. Wim v. d. Salm, Koudekerk a. d. Rijn. Op 27 November: Hans van Ruiten, Vrouwensteeg 12. Riet v. d. Meer, B 77 R'veen. Albert van Schie, Zijleinde D 17, W'mond. Willy Blok, Hoogeweg 84a. Annie den Helder, Langeraar. Jan Onderwater, N. B. E 171, Z'woude. Op 28 November: Tonnie Hilders, 's Grav.weg 64, N'hout. Marietje v. Zijp, Javastr. 40a. Coba v. d. Krogt, Verl. Dorpsstr. 195, te W armond. Catrientje Vaneman, R'wetering 6 64. Mientje Schouten, Tollensstraat 15. Jacoba Bellekom, Wass.weg Katwijk R. Alie Borst, Javastraat 22 Oegstgeest. Hendrik de Wilde, Da Costastraat 48. Kees Alkemade, Pickéstraat 56, N'wijk. Op 29 November: Jan van Oyen, Anna Uaulownastr. 1. Truusje Mulder, Korev.straat 11a. Rietjes van Leeuwen Noord-A 28 Z'woude. Wilhelmina Lips. Maredijk 87a. Rietje Venne, Pr. Hendrikstr. 47, Alphen. Marietje Brasker. H. Morschweg 146. Arie Ooyendijk, Anna v. Saksenstr. 9. Tinie Bos, Zonneveldstr. 15, H'woude. Corrie Groenendijk, Billitonstr. 2. Bennie v. d. Steen. Diefsteeg 6. Mia Hölscher, B 193 R'veen. Fientje le Fèbre. Bronkh.straat 30a. Willy Frissen, Melchior Treubl. 1. Albert en Jan de Does, Geeregr. 38. Marietje v. Theilingen, 01tm.str. 12. Op 30 November: Frans van Kesteren, Kam. Onnesl. 6. Goof v. d. Poel, Rijpwetering D 95. Cor v. d. Voort, Groend. A 10b, H'woude. Marietje v. d. Klugt, 's Grav.weg 19, te Noordwijkerhout. Jeanne Kortekaas, Jac. v. Beierenweg 65 Voorhout. Dirk Hederik. Ketelb. steeg 10a. Truusje Sandbergen, Haarlweg no. 12, te Oegstgeest. Ik feliciteei de jarigen. Wie zijn of haar naam in dezen lijst wil opgenomen zien, schrijve me minstens 14 dagen voor den verjaardag. Zoo ook, wie verandert van woonplaats, straat of huis nummer of wie in de lijst een fout ontdekt. Deze lijst is alleen en uitsluitend voor schoolgaande kinderen. De reeds ingeschrevenen maken de vriendjes en vriendinnetjes der klasgenoo- ten attent op deze lijst. Oom Wim. Sonja's geschiedenis Door Fientje Neervoort. Sonja was een aardig kind. Maar ze was erg arm. Ze woonde in een hutje. Dat hutje zag er zóó uit. Ze had één kamer, dat was slaapkamer, keuken en huiskamer tegelijk. Dat Lutje stond aan het eind van het dorp aan de rand van het bosch. Daar woonde Sonja. Hoe ze daar kwam, vra gen jullie? Welnu dan! Ze was geboren in een ryk mooi huis. Maar haar moeder was ongezond en haar vader moest we gens zaken naar Indië. Daarom was Sonja bij een kinderjuffrouw opgenomen. Die juffrouw was een aardig mensch met nog een allerliefst kindje. Op een morgen deed Sonja de deur open en een vrouwtje vroeg of zij nog iets noodig hadden. Son ja riep: „kom eens binnen, tante is zoo raar." 't Vrouwtje ging naar binnen en zag tante dood was. Toen nam ze Sonja mee naar haar hutje. En dat werd toen haar moeder. Zoo zal ik vertellen hoe het verder met Sonja in het hutje ging. Het was een mooie herfstdag, toen moeder met Sonja achter het wagentje liep. Sonja probeerde een mand bramen kwijt te ra ken. Ze kwamen bij een villa „Boschzicht" genaamd. Ze belde bij de keuken en de meid deed open. „Wil mevrouw nog bra men?" „Ik zal het vragen," klonk het ant woord. Even later kwam de meid terug en bestelde 254 pond bramen. Fijn dacht Sonja. Op een keer kwam Sonja uit school en zag moeder met haar handen voor haar oogen in een stoel zitten. Het waschgoed hing buiten en half gewasschen. „Wat is er moeke," vroeg Sonja. „Och kind zei moeder, net is de burgemeester hier ge weest en hij heeft verteld, dat je vader en moeder naar je zoeken. Ik moet je afstaan. Je gaat naar de deftige villa aan de Lin delaan." „Maar moeder ik ga er niet naar to*, ik ga niet weg." Maar je moet" zei moeke. „Morgen komt vader je halen. Dan doe je je Zon- dagsche jurk aan." Het was Woensdag. Tuut en de auto van Sonja's vader kwam aan. Bons, bons op de deur en mijnheer stapte binnen. He! meisje kroop weg. Hij ging op een stoel zitten, maar sloeg met zijn zakdoel eerst over de zitting heen. Hij is vies van ons dacht Sonja. Toen kwam het: „Zeg Sonja zijn dat je kleeren, heb je geen betere?" Nee, schudde ze. „Zeg dan je moeder maar gedag en kom mee." Maar Sonja stond niet op. „Nee schudde ze. „Nee ik ga niet mee. ik wil niet weg, nee." „Toe geen praatjes, je moet mee." Sonja liet zich van de stoel afglijdén, kuste moeke en zei: „over een j tijdje kom ik weer terug hoor. Daag." Oi j ze weer teruggekomen is, vertel ik niet; maar je kunt het wel raden. Zij was en bleef weg, want Sonja werd in haar stand opgevoed en werd den heel voorname da me. Maar ze deed veel goed aan de vrouw, die eens een moeder voor haar geweest was en. ging haar vaak bezoeken. Het A B C op rijm door TANTE MARIE III Let op! De K krijgt nu een beurt. Mijn broertje Karei kleurt een kaartje Wat Koos en Kees en Kee verstomd doet staan: „Zoo mooi zag ik het nooit", zegt Klaartje Let op! Wij gaan nu door met L. Die L is vast niet mooi te maken, Zoo spreekt, daar Lou en Leendert en ook Lijs. Wie zóó al denkt, is wel te laken. Let op! De M. gaat nu voorop. Ik denk aan mooie Meiedagen; Aan zee en strand en bosch en hei en nu? „Voorbij!" zegt broer, om mij te plagen. Let op! Ik zie de N. al staan, Van al mijn nichten en mijn neven; Van Nel en Noor en Nico en nog meer, Die men ontmoet, zoo in het leven. Let op! De O. vraagt nu een plaats. „De letters dansen voor mijn oogen". Zegt Otto en Oscar, die zegt 't na; Wie gaarne leest, vindt dit een „logen". Slot volgt. A NIEUWE RAADSELS. Ingestuurd door Corry Lek. VERBORGEN NAMEN VAN MEISJES. Je tiende som is alweer fout. Je moet altijd netjes schrijven. Er zijn veel scherpe rietsoorten. Ja, anders komt het morgen wel. Eerst bidden, dan naar de school. VERBORGEN NAMEN VAN JONGENS. Ja, apen zijn mooie beesten. Zie daar iets heel bijzonders voor me uit. Dora damt tegen de beste van haar klas. Je moet niet zoo'n hooge toon aanslaan. Een kanarie kan mooi zingen. B. Ingestuurd door Mientje Hölscher. RAADSEL I. 18, 15, 16, 17, 7 is een eigenschap. 11, 10, 9, 7 is een kleur. 12, 11, 12, 13, 11 iemand die op de scha pen let. 14, 13 3 meisjesnaam. 8, 6, 5, muizenvanger. 4, 6 5 waar je mee speelt. Mij geheel bestaat uit 18 letters en is iets waar we iederen week verlangend naar uitzien. RAADSEL n. Mijn le deel is een griezelig beest. Mijn 2e deel is een boom. Mijn 3e deel is een meubelstuk. Mijn geheel vindt men meestal in de bosschen. DORA's SCHUILPLAATS Door Antje Keizer. Slot III. „Nou zeg, die is ook goed in een regen ton. Zeg ga jij nu graag in een regenton zitten? Zeker met je badpak an. Goeien morgen Nel, hoe kom je erbij, heeft het in October niet genoeg geregend en nu Dins dag dan? Nou 't leek wel een wolk breuk, nee hoor dat is buitengesloten in een regenton zit ze niet!?" Verstandig Lies, maar daar hebben we Door niet mee gevonden, 't is onderhanden al aardig don ker, en al over 6 uur, weet je wat, laten we maar eens heel hard roepen. „Doooora! Oé, hoé, kom maar voor de dag we moeten naar huis, 't is over zes uur. „Hoort ze immers niet?" „Gezamelijk heel hard schreeuwe!" Daar schreeuwde en brulde het heele clubje heen. Geen Dora, ze was weg, en bleef weg. Ze keken elkaar beteuterd aan! „Ik ga naar Door haar huis toe," sprak Lies, het haantje de voorste. „Ja we gaan mee! Kom vooruit laten we dan maar dadelijk gaan!" Zoo liepen de meisjes de straat in waar de familie Voortman woonden! Ring, ging het schelletje. Dora's moeder kwam zelf aan de deur, ze schrok ervan zoo'n hoop meisjes te zien, de vriendinnen van haar dochtertje, en ze zelf er niet bij. In een oogenblik had. haar moederoog het al geraden! „Wat is er gebeurd meisjes", vroeg ze, daar geen der meisjes nog een woord had gezegd? „Och mevrouw Voortman," kwam Lies, uit het groepje, „we waren aan het ver stoppertje doen en iedereen was erbij en nu kunnen we Dora niet vinden. We heb ben overal gezocht en heel hard geroepen, maar ze komt niet uit der schuilhoek te voorschijn!" Inmiddels waren Voortman en zijn zoon ook in de gang gekomen; ze hadden het verdacht gevonden zoo'n hoop meisjesstem men door elkaar te hooren. Dora's broer had z'n regenjas al aan ge trokken en ging met een „ik ga zelf eens kijken," de deur uit. Na een half uurtje tevergeefs zoeken kwam hij terug, keek eerst de kamer in en zaggeen Dora. Vader en moeder keken hem ontdaan aan, riepen ze tegelijk „heb je zus niet meegebracht?" ,,'k Heb haar niet kunnen vinden, 'k heb overal zoo'n beetje rondgekeken, maar geen Dora!" „Dan naar het politiebureau", sprak vader, „moeder blijft jij thuis en wees niet ongerust hoor?" „Zeg jongen," dit tot z'n zoon, „blijf jij ook maar bij moeder, dat is geruststellender. Nou dag hoor!" En weg is hü. RAADSEL III. familielid. lichaamsdeel. groeit op 't dak. jongensnaam. meisjesnaam. scherp voorwerp. De zes eerste letters vormen een naam van een goede bekende. Oplossingen der raadsel van verleden week waren: A: 1. Waar niets is. 2. Honderd. 3. Aal-bes. 4. Rookvlees. 5. Apothekers. 6. ÏJsel. 7. Diefstallen. 8. Luiheid is des duivels oorkussen. 1. Met de letter d. 2. Boterhammen. 3. Een dozijn. 4. Aan de binnenkant. 5. In slakkenhuizen. 6. Hoe. 7. In een ledig huis vindt men plaats. 8. De sleutel. 9. De doodwist. 10. Pe letter M. 11. Wanneer zij Hollands kennen. Dat geeft te denken. Piet: „Hebt u levertraan?" Drogist: „Zeker jongen! Hoeveel moet je hebben?! Piet: „Dat is het hem juist! Ik lust geen levertraan. Weet u soms een, die geen le vertraan verkoopt?" Niet dom! Zoontje: „Vader, worden de onderwijzers betaald om naar school te gaan?" Vader: „Natuui'lijk vent! Zoontje: „Nou, dat vind ik heel onrecht vaardig, waar wij het werk moeten doen. Goede God als haar maar niets is over komen, dacht moeder. „Zeg jongen, waar zou ze toch wezen, ik ben werkelijk onge rust!" „Moedertje ze komt zoo gezond en wel in huis. Ik heb een voorgevoel, ach moe huil nou niet!" En Dora's broer keerde zich zelf gauw om, om zijn zakdoek te krijgen! „En jij zelf jongen? Huil jij niet?" „Ik," schrok hij? „Nee moes, ik moest de neus even suniten." Hij dacht dat leu gentje mag wel, anders wordt moeder nog akeliger als ze als is. Vader Voortman was op het bureau aan gekomen. Hij liep maar dadelijk door naar binnen, in zijn narigheidvergat hij te klop pen en daar, wat zag hij daar Daar zat z'n dochtertje Dora met be huild gezicht en ze werd vuurrood, toen ze haar papa zag. „Och vader," snikte ze, neem me mee, vadertje, anders houden ze me de heelen nacht hier!" „Nou meisje, kalm maar hè," sprak een politiebeambte! „Als jij mij nu beloofd, dat je in het vervolg niet meer over de schuttingen heen klimt, dan mag je voor deze keer nog met vader mee." Dora beloofde beterschap. Daar kwam het verhaal met horten en stooten er uit! Ze hadden verstoppertje gedaan en nu was Dora maar over een hooge schutting ge klommen om gauwer op de plaats te zijn waar de meisjes waren, maar haar gau wigheid werd beloond door een politie, die daar juist passeerde en Dora mee nam. „Ja mijnheer Voortman, 't spijt mij, maar het was juist bij Houting en die heb ben al zoo vaak geklaagd, dat er altijd vreemde menschen in de tuin liepen. En wij moeten onze plicht doen nietwaar?" „Nu meisje, ga maar gauw mee, ze 'heeft al genoeg gehuild en ze is bang genoeg geweest, dat ze hier moest blijven!" En daar ging Dora heen, ze liep zoo schuldig naast vader en ze durfde bijna niets te zeggen. „Nu meid, krijg ik geen arm, zooals an ders?" Hé Doortje schrok op, gelukkig, vader was niet boos, anders vroeg hij het niet! „Moeder ik hoor wat," de deur ging open en daar kwam vader en Dora de kamer in. Hé, wat schrok Dora. Moeder had ge huild en broer keek ook al zoo raar, en alles om haar! Moeder keek echt bedroefd, toen ze hoor de wat haar dochter had gedaan, foei, je bent toch geen straatjongen? En broer zei: „ze moest een flink pak slaag hebben om ons zoo in angst te laten." Maar ze waren allemaal blij, dat Door er weer was. 's Avonds kwamen de meis jes nog eens informeeren en waren ook al blij. Dora beloofde dan ook, dat ze niet meer zoo kwajongensachtig zou zijn, en ze be loofde de meisjes als ze weer verstoppertje zouden doen, ze haar schuilplaats niet meer op het bureau zou zijn. En allen stemden hier lachend mee in. Klein Jantje door Gonnie. Hij zegt: „van draaien word ik duizelig man". Wat zeg je nu wel van zoo'n bange Jan? Op een keer kwam Jantje naast mij staan En zag mij even ondeugend aan.... Toen babbelde hij de honderd uit: Plotseling riep die leuke guit „Gisteravond heb ik wat gezien, Een reuze groote vliegmachien, Die had 'n lichtje aan zijn staart En vloog met vreeselijk snelle vaart Verbazend hoog in de lucht. En maakte ook heel wat gerucht!! Ik zag ook duidelijk de vliegenier En schrijf het hier nu op papier Jantje vertelde weer aan een stuk door Als een meesterzanger op het koor. Jantje zei: mijn Pa speelt ook zoo mooi viool, En ik leer dit ook op de groote school, Dan leer ik rekenen ook, en lezen, schrijven, Want Jantje mag niet dom ook blyven. Maar eerst moet ik naar de kapper gaan, Die mijn krullen knipt en mij goed zal staan. Anders vraagt de juffrouw: ben jij 'n meisje zeg, Was dat zoo, dan liep ik weg. Ik geloof, dat jij het nog niet weet, Dikwijls pakt m'n broertje mijn krullen beet, Als wij aan 't ravotten zijn, En dat doet toch al zoo'n pijn!! Ik roep dan: laat los mijn krullen, nare jongen au! Mama! Mama! kom eens even hier, maar gauw, Dickie is mij weer aan 't plagen. Ik kan dat niet langer meer verdragen... Eens was Jantje 'n dagje bij tante op bezoek, Aandachtig keek hij plaatjes uit een prenteboek. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 12