STADS
NIEUWS
Weerbericht
BINNENLAND
Academienieuws
DINSDAG 5 NOVEMBER 1940
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BUD - PAG. 2
Abonnementsprijs: voor Lelden 19
cent per week; 1 2.5per kwartaal
Bij onze agenten A) cent per week;
f 2.60 per kwartaal Franco per post
2.95 per kwartaaL Geïllustreerd
Zondagsblad 0.50 per kwartaal.
Losse nummers 5 cent, met geïU.
Zondagsblad 9 cent
Advertentiën: 80 cent per regeL
Ingezonden mededeelingen dubbel
tarief. Telefoontjes hoogstena 80
woorden, 50 cent per plaatsing, al-
léén Woensdag en Zaterdag.
ZONS OP- EN ONDERGANG
Zon onder 18.04 uur.
Zon op 8.44 uur.
MAANSTANDEN.
5 November 14.01 op, 23.31 onder
6 November 0.36 onder, 14.35 op
(Eerste kwartier)
7 November 0.35 onder, 15.04 op
8 November 1.40 onder, 15.29 op
9 November 2.45 onder, 15.53 op
10 November 2.48 onder, 16.05 op
11 November 4.51 onder, 16.36 op
12 November 5.54 onder, 17.op
HOOG WATER.
Te Katwijk aan Zee op Woensdag 6 No
vember voorm. 8.40 uur, nam. 21.05 uur.
.OIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIICL
n
n Verduisteringstijden
0
Q Er is bepaald, dat er verduisterd
r moet worden tusschen zonsonder- 0
0 (tang en zonsopkomst.
0 Deze tijden zijn voor hedenavond
en morgenochtend: 0
0 ZONSONDERGANG
18.04 uur U
5 ZONSOPKOMST Q
y 8.44 uur Q
0 Tusschen deze beide tijden dient Q
n er dus verduisterd te worden.
0
OIICZÏIIOIIOIICDIIOIIOIIOIIOIICD
GIFT VAN DEN RIJKSCOMMISSARIS
VOOR DE KANTKLOSSTERS VAN
WESTKAPELLE.
Gistermiddag heeft 'de gevolmachtigde
van den Rijkscommissaris voor Zeeland,
dr. W. Münzer, namens den Rijkscommis
saris den burgemeester van Westkapelle
1000 gulden overhandigd met het doel de
kantklossters uit Westkapelle, wier mate
rialen en kantklossen bij het bombardement
van Rotterdam waar zij exposeerden, voor
het grootste deel verloren zijn gegaan,
schadeloos te stellen. De burgemeester
heeft zijn waardeering voor deze gave uit
gesproken en dr. Münzer verzocht den
Rijkscommissaris den dank der gemeente
over te brengen.
TOEGANGSBEWIJZEN
VOOR SCHOUWBURGEN E.D.
VOOR DE SICHERHEITSPOLIZEI.
De secretaris-generaal van he departe
ment van binnenlandsche zaken heeft aan
de burgemeesters bericht, dat vanwege de
Sicherheitspolizei is medegedeeld, dat het
voor enkele ambtenaren van dien dienst
noodzakelijk is door persoonlijk bezoek
aan musea, theaters, concerten, bioscopen
e.d. zich geregeld op de hoogte te houden
van het cultui'eele leven in ons land.
Het wordt daartoe gewenscht geacht
over een drietal niet op naam gestelde be
wijzen van toegang tot bovenbedoelde in
richtingen te beschikken. In verband hier
mede heeft de secretaris-generaal een
drietal van deze bewijzen verstrekt.
Hij verzoekt den burgemeesters het
daarheen te willen leiden, dat aan de hou
ders van deze bewijzen in zijn gemeente
tot de voor het publiek openstaande ge
bouwen en samenkomsten, alsmede tot de
openbare vermakelijkheden te allen tijde
kosteloos toegang wordt verleend.
LUCHTBESCHERMINGSBRANDWEER IN
DE GEWONE BRANDWEERCORPSEN
OPGENOMEN.
De secretaris-generaal van het departe
ment van binnenlandsche zaken heeft aan
de burgemeesters o.m. geschreven:
Naar aanleiding van een brief van den
Befehlshaber der Ordnungspolizei deel ik
u het volgende mede:
In verschillende gemeenten bestaan
naast de vrijwillige of beroepsbrandweer
luchtbeschermingsbrandweren onder eigen
commandanten. Met het oog op den inzet
van de totale brandweerkrachten, de aan
schaffing van materieel en de eenheid in
de leiding van de brandbestrijding is deze
toestand met houdbaar meer. Daarom
wordt het volgende bepaald:
Met ingang van heden moet de ge-
heele brandweer onder leiding worden
gesteld van den commandant der (vrij
willige of beroeps-) brandweer.
Deze maatregel beteekent, dat het
personeel der luchtbeschermingsbrand
weer in de plaatselijke brandweer
wordt ingeschakeld.
HET WERK VAN WINTERHULP
NEDERLAND.
De persdienst van de Winterhulp Neder
land meldt:
Nogmaals vestigen wij er de aandacht op,
dat het hoofdbureau van de Winterhulp
Nederland is gevestigd: Hofweg 7, in den
Haag, telefoon 182940 en 182941, terwijl het
gironummer is: 5553, ten name van de Win
terhulp Nederland.
Zij' die zich willen opgeven voor vrijwil
lige medewerking, gelieven zich in het ver
volg uitsluitend te wenden tot den plaat
selijken directeur van Winterhulp Neder
land, welke functie wordt vervuld door de
burgemeesters der verschillende gemeen
ten.
De toevloed van sollicitanten bij het
hoofdbureau van Winterhulp is zoo groot,
dat naar men ons mededeelt, het inzenden
van verdere sollicitaties geen doel meer
kan hebben.
BROOD VAN ROGGE-OOGST 1939,
DOOR BAKKERS VOOR BOEREN
GEBAKKEN VAN INGELEVERDE
ROGGE, VALT ONDER DE DISTRIBUTIE
Het rijksbureau voor de voedselvoorzie
ning in oorlogstijd vestigt er de aandacht
op, dat het aan bakkers, die volgens een in
sommige streken op het platteland be
staande gewoonte, rogge van den oogst
1939 van de boeren in ontvangst hebben
genomen, tegen de verplichting om daar
voor gedurende een jaar op geregelde lij
den een overeenkomstige hoeveelheid rog
gebrood te leveren, verboden is, thans nog
op grond van een dergelijke overeenkomst
brood te leveren zonder daarvoor brood-
distributiebonnen in ontvangst te nemen.
Deze bakkers kunnen, ten einde hun ver
plichtingen na te komen, de van de boeren
ontvangen rogge, voorzoover daarvoor nog
geen brood werd geleverd of geen brood
geleverd zal worden, dus de hoeveelheid,
welke de boer meer geleverd heeft dan hij
tegeninlevering van broodbonnen gema
len terug kan krijgen, tegen den markt
prijs vergoeden.
ZUID-HOLLAND DEKT ZIJN TEKORT
AD ƒ1.587.000 UIT RESERVE EN SALDO.
Geen belastingverhooging.
In hun toelichting tot de begrooting van
Zuid-Holland voor 1941 zeggen Gedep.
Staten: Voor de secundaire wegen wordt
gerekend op een uitkeering van ƒ546.000,
en daar voor rente en aflossing der lee
ningen voor het prov. wegenplan 1.546.700
noodig is, blijft de uitkeering, waaruit de
bedoelde uitgaven tot dusver konden wor
den bestreden ruim een millioen gulden
beneden het vereischte bedrag. Hiervoor
moest dus op andere wijze dekking wor
den gezocht.
Eveneens baarde de raming van de op
brengst der provinciale opcenten op de
inkomstenbelasting en de vermogensbe
lasting bijzondere moeilijkheden. Als vast
staande mag wel worden aangenomen, dat
de inkomens en de vermogens over 1940,
welke tot grondslag dienen voor het boe
kingstijdvak 1941/1942, een sterke daling
zullen vertoonen ten opzichte van die over
het voorafgaande jaar. Omtrent de mate
van den teruggang verkeert men echter
in het onzekere. De bij de raming van één
opcent toegepaste aftrek van 10 pCt. van
de vermoedelijke opbrengst over het boe
kingstijdvak 1940/1941, volgens de in Sep
tember j.l. dienaangaande van de Rijks
belastingadministratie ontvangen gege
vens, berust dan ook op een zeer globale
schatting. Ten opzichte van de vrijwel
vaststaande opbrengst van het boekings
tijdvak 1939/1940 beteekent deze raming
een teruggang van ongeveer 20 pCt. voor
de inkomstenbelasting en de vermogens
belasting gezamenlijk.
Een raming op den vorengemelden
grondslag tot het gebruikelijke aantal van
13 opcenten op de genoemde belastingen
beteekent een teruggang van ƒ356.000 ten
opzichte van de raming in de begroo
ting 1940.
Het aanzienlijke tekort, dat de aan
vankelijke opgezette begrooting voor 1941,
in hoofdzaak als gevolg van vorenver-
melde oorzaken, vertoonde, kan niet dan
door bijzondere maatregelen worden ge
dekt. De provincie Zuid-Holland ver
keert in de gelukkige omstandigheid, dat
zij nog beschikt over een reserve van
3.393.000, gevormd door de saldi van de
gewone diensten 1931 t.m. 1937. De bij
zondere omstandigheden wettigen het ge
bruik van deze reserve voor de dekking
van een deel van 't begrootingstekort.
Voor de naar verwachting tijdelijke in
komstendaling moet niet dan bij gebrek
aan andere mogelijkheden gegrepen wor
den naar het middel van belastingsverhoo-
ging. In verband daarmede is een post uit
getrokken wegens beschikking over de sal-
direserve tot ƒ1.000.000, d.i. het verschil
tusschen de geraamde uitgaven voor rente
en aflossing der ten behoeve van dc uit
voering van het prov. wegenplan opge
nomen leeningen en de geraamde uitkee
ring uit het Verkeersfonds voor de se
cundaire wegen.
Nu de begrooting ook uit andere
hoofde nog een belangrijk tekort aan
wijst, lijkt het voorts aangewezen dit
maal in tegenstelling tot hetgeen in
gunstiger omstandigheden gebruikelijk
was ten behoeve van die begrooting
te beschikken over het saldo van den ge
wonen dienst der laatstafgesloten rek-
ning, ten bedrage van ƒ537.904.98. Op
deze wijze wordt het geheele nog restee-
rende deel van het tekort gedekt, zoodat
belastingverhooging kan worden ont
gaan.
RIJKSVERZEKERINGSBANK.
Bij beschikking van den wnd. secretaris
generaal, wnd._ hoofd van het departement
van sociale zaken, is, met ingang van 1 De-
sember 1940, aan mr. H. L. van Duyl, op
zijn verzoek eervol ontslag verleend als
lid en voorzitter van het bestuur der Rijks
verzekeringsbank, is tot voorzitter van dat
bestuur benoemd 't besturuslid mr. H. Bij-
leveld en tot bestuurslid mr. G. Jansen, te
Heemstede.
Mr. Dr. H. L. VAN DUYL
Zooals hierboven is vermeld, in aan
mr. dr. H. van Duyl, voorzitter van
het bestuur der Rijksverzekeringsbank,
op zijn verzoek als zoodanig eervol ont
slag verleend.
De heer Hennri Leonard van Duyl, die
9 October 1875 te Kampen is geboren, liep
het gymnasium te Groningen af en stu
deerde aan de Rijksuniversiteit aldaar in
de rechtswetenschappen. In 1899 promo
veerde hij en later aan de universiteit te
Leiden nog in ée staatswetenschappen.
Op ongeveer 25-jarigen leeftijd werd hij
adjunct-commies bij de afdeeling Arbei
dersverzekering van het departement van
waterstaat, waar hij opklom tot referen
daris. In 1912 werd hij benoemd tot be
stuurslid van de Rijksverzekeringsbank en
in 1929 werd hij voorzitter van het bestuur
dezer instelling.
De heer van Duyl heeft tijdens zijn lange
carrière op het gebied van de sociale ver
zekering veel belangrijk werk verricht.
Mede onder zijn leiding kwam in de jaren
1913'14 een ingrijpende inwendige reor
ganisatie van de Rijksverzekeringbank tot
stand. Ook na de wijziging van de Onge
vallenwet 1901 heeft hy een werkzaam
aandeel gehad in de veranderingen, welke
deze voor de Bank ten gevolge hebben ge
had.
Mr. H. BULEVELD.
Mr. H. Byleveld, de nieuwe voorzitter
van het bestuur van de Rijksverzekerings
bank, is 31 Juli 1885 te Amsterdam gébo
ren, waar hij aan de Vrije Universiteit in
de rechten studeerde. Hij promoveerde in
1908 op een proefschrift, getiteld: Coöpe
ratie en socialisme, waarna hij zich als
advocaat vestigde als associé van mr. S.
de Vries Czn.
In 1919 werd hij benoemd tot minister
van marine in de plaats van admiraal Nau-
din ten Cate. Een jaar later legde hij deze
functie neer toen zijn begrooting in de
Tweede Kamer werd verworpen.
In 1922 werd hy benoemd tot voorzitter
van den Octrooiraad en directeur van den
Industrieelen eigendom; drie jaar later
werd hij lid van de Tweede Kamer en in
.1929 lid van het bestuur van de Rijksver
zekeringsbank.
BEZOEK VAN DR. IR. RINGERS AAN
DEN HELDER.
De algemeen gemachtigde voor den we
deropbouw, dr. ir. J. A. Ringers, heeft Za
terdag een bezoek gebracht aan Den Hel
der, teneinde met het gemeentebestuur be
sprekingen te voeren over het herstel van
beschadigde woonhuizen.
In Den Helder is de toestand zoo, dat ve
le bewoners van beschadigde huizen niet
over de middelen beschikken om deze pan
den wind- en waterdicht te laten maken.
Deze huizen zouden derhalve in de ko
mende maanden sterk in waarde dalen en,
om dit te voorkomen, heeft de algemeen
gemachtigde aan het gemeentebestur van
Den Helder mededeeld, dat van rijkswege
een voorschot zal worden verstrekt voor
bedoelde werkzaamheden.
Eenige weken geleden is een gelijke re
geling voor Vlissingen getroffen.
MIJ. DER NEDERLANDSCHE
LETTERKUNDE
Clara Eggink ontvangt den
C. W. van der Hoogt-prijs
In de Zaterdagmiddag te Gouda gehou
den vergadering van de Maatschappij der
Ned. Letterkunde werden na de openings
rede van den voorzitter, mr. H. Nijhoff, de
verschillende verslagen voorgelezen en er
bleek o.a. uit, dat Herman Robbers tal van
werken, van zichzelf en Jacobus van Looy,
op bijzonder papier aan de Maatschappij
had geschonken.
Clara Egging, heeft den Lucie B. en C.
W. v. d. Hoogtprijs zonder stemming ont
vangen en namens de Commissie voor
schoone letteren heeft mevr. Jo van Dulle-
mande Wit het volgende advies voorge
lezen:
De bundel „Het Schiereiland" is de twee
de van Clara Eggink. Zij debuteerde met
een Schrift van de Vrije Bladen „Schaduw
en Water". In kleinen kring van poëzie
liefhebbers trok haai- geluid toen dadelijk
de aandacht. Wellicht om de volstrekte op
rechtheid waarmee zij haar gevoelens uitte.
Haar werk, hoewel naar den inhoud en
den vorm vrouwelijk en vooral typisch
lyrisch, is toch gespeend van dat element
van al te groote zelfbespiegeling en zelf-
verteedering. Integendeel: het confronteert
zich moedig en soms ietwat koel met het
eigen leed en de eigen problemen. Haar
sentimenten zijn weemoedig, maar worden
niet vergezeld van zelfbeklag; zij droomt
zich een leven van grootheid, van grooten
stijl, maar weet die, gevangen als zij is m
het gewone sleurleven, niet te vinden. Op
klare wijze en naar aanleiding van zeer
eenvoudige gegevens belijdt Clara Eggink
in haar poëzie al de gespletenheid van een
modernen mensch. Argeloos en oprecht be
lijdt zij het ontgoochelend resultaat en juist
die oprechtheid gepaard met het fijn
lyrische geeft er de bekoring aan. Het is of
zij in haar ziel gespannen luistert naar de
eerste openbaring van een dieper levens
geheim, dat haar vooralsnog ontgaan
mocht. Vele dichters hebben deze opdracht:
het luisteren, het opvangen en het open
baren door middel van de dichtkunst. Wat
Clara Eggink doet is slechts een heel lichte,
teedere suggestie scheppen van een blin
kende wereld achter den schijn. Daarom
heeft haar werk iets van „schaduw en
water".
Haar poëzie blijft uiterst simpel van uit
drukkingsmiddel. Zij ontwijkt alle gekun
steldheid. Voor haar is de poëzie bet
„schiereiland", waarheen zij vlucht, hoe
wel zij, diep in haar hart, liever niet vluch
ten wilde en op dit, ons vastland zelve, ge
lukkig zyn.
Applaus beloonde de bekroning.
Bij het voorstel om de Maatschappij te
doen toetreden tot de Werkgemeenschap
der wetenschap in Nederland deed Cornells
Veth de aardige vraag of er dan vroeger
niét gewerkt werd.
Besloten werd voortaan de jaarvergade
ring in Juni te houden en de contributie
wederom vast te stellen op 10.
De verschillende verkiezingen hadden
tot uitslag, dat gekozen werden in het be
stuur de heeren dr. J. J. de Gelder, mr. J.
Slagter, mr. M. Nyhoff en mr. P. J. Iden-
burg; in de Commissie voor Taal- en Let
terkunde de heeren dr. A. Zijderveld en
mej. dr. J. H. van Lessen; in de Commissie
voor Geschied- en Oudheidkunde de hee
ren J. de Groot en J. C. M. Warnsinck; in
de Commissie voor de Bibliotheek dr. G.
Sevenster; in de Commissie voor Schoone
Letteren dr. A. Asselbergs en in de Com
missie voor de Uitgaaf van Geschriften dr.
C. B. van Haeringen.
Nyhoff als kapitein.
Een aardig moment was, aldus lezen we
in het „Vad.",toen de dichter Jan Prins op
stond en een deel van een brief voorlas,
waarin een reserve officier hulde bracht
aan het optreden van mr. M. Nyhoff ais
reserve kapitein van de wielrijders bij
Oosterbeek. Daaruit vernamen wij, dat de
ze dichter als een leeuw gevochten had.
Hij was een inspireerend voorbeeld voor
zijn manschappen geweest en toen een
voetverwonding, waarvan hij nog niet ge
heel genezen is, hem dwong zich terug te
trekken, heeft hij in een auto gezeten, nog
zijn taak vervuld.
Een daverend applaus was het bewijs
hoe de vergadering het dapper optreden
van Nyhoff waardeerde. En hy dankte er
hartelijk voor.
De Coornhertherdenking in de
Groote Kerk.
De leden namen des middags deel aan
de Coornhert-herdenking in de Sint Jans-
kerk te Gouda. Het was een bedevaart
naar het graf van Coornhert, den grooten
16en eeuwschen denker, aan welke bede
vaart deelnamen de leden van het Coorn-
hert-comité, de genoodigde hoogleeraren
en de gemeentelijke autoriteiten.
Zij namen plaats in het koor der kerk
voor de eenvoudige zerk, waarin het De-
kende grafschrift van Coornherts vriend
Spieghel is gebeiteld.
Het graf was sober versierd.
Op deze plaats droeg mej. Waldie van
Eek eenige verzen van Coornhert voor.
Met groote aandacht werd het voorgedra-
gene aangehoord.
Vervolgens sprak prof. dr. C. G. N. de
Vooys een herdenaingsrede uit, waarna
allen zich naar de Oosthaven 51 begaven,
waar in het huis, thans eigendom en be
woond door den waarnemend burge
meester, mr. H. P. C. M. de Witt Wijnen,
de door den beeldhouwer Theo van Rhey-
nen te Haarlem naar de gravure van Golt-
zius, den vriend van Coornhert, ontworpen
en in zandsteen uitgevoerde gedenksteen
ter blijvende herinnering aan Coornherts
leven en werken, is geplaatst.
Na een kort woord van den voorzitter
van het comité, mr. A. S. J. Rijksepen,
verrichtte mevrouw M. James-van der
Hoop, Goudas eerste burgeres, de onthul
lingsplechtigheid. Tenslotte droeg mr. de
Witt Wijnen de zorg van den gedenk
steen over aan het gemeentebestuur van
Gouda, welke zorg door den waarnemend
burgemeester met een woord van dank en
waardeering werd aanvaard.
LEIDSCHE REDDINGSBRIGADE.
Reddingsmateriaal in het duister.
Het Bestuur van de Leidsche Reddings
brigade maakt hierbij gaarne gebruik van
he'. beschikbaar zijn dezer ruimte om het
publiek attent te maken op het reddings
materiaal dat op de gevaarlijkste punten
aanwezig is. Vooral in dezen tijd van ver
duistering en de schrikbarend sterk toene
mende verdrinkingsgevallen, is het drin
gend noodzakelijk, dat iedereen, die zich tij
dens de duisternis op straat bevindt, zich
zooveel mogelijk (bij daglicht) op de hoog
te rA:lt van de plaatsen waar de bekende
rced-witte stokken en de kastjes met werp-
lijnen zich bevinden. Dit kan wellicht ver
drinkingen voorkomen en "het zal hem of
hrar een groote voldoening schenken, tij
dig de reddingsstok met haak of de lijn bij
de hand te hebben gehad. In Leiden bevin
den zich op circa 60 van de gevaarlijkste
plaatsen de reddingshaken en op circa 20
Gemeentel. Aankondiging
ONTWERP-LEGGER VAN WEGEN.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
brengen ter kennis, datrfen exemplaar van
het door hen ingevolgéTaet bepaalde bij de
Wegenwet opgemaalfite ^ntwerp van den
legger v#n de weden qp 7 November a.s.
ter seci£ï?fc[ie de^ff g||ieente, afdeeling
Algrn^enfi^ake^ zal vfgrden nedergelegd.
aldaarl^oor een ieder ter
died| dag tot den 14en
te|èn het ontwerp
Burgermeester en Wethouders
irp voor een ieder
bfl
ingediend jh bij het £nt£
ter ir.zageÉgelegd. f
De bezwaarschriften kunnen worden toe
gelicht Si bezwaren kunnen worden inge
bracht iji eej^atftting van Burgemeester en
WethoudteRf of van een door hen uit hun
midden benoemde commissie. Deze zitting
zal worden gehouden op 14 December 1940
ten Stadhuize, ingang Stadhuisplein, des
voirmiddags 11 uur.
Burgemeester en Wethouders
voornoemd,
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN,
Burgemeester.
VAN STRUEN, Secretaris.
Leiden, 5 November 1940. 2694
Agenda
LEIDEN.
Woensdag, Kookdmonstratie Hulshoudely-
kel Voorlichting, Leidsche Volks
huis, 2.305 uur.
Zondag, Ver. „Katholiek Leiden", open
bare Christus' Koning-herdenking,
spreker Pater Henricus O.Cap.,
Stadsgehoorzaal, 2.30 uur.
De avond-, nacht en Zondagdienst der
apotheken te Leiden wordt van Zater
dag 2 Nov. 20 uur tot en met Zater
dag 9 Nov. 8 uur, waargenomen door
de apotheken: „Tot Hulp der Menschheid','
Hooigracht 48, tel. 21060 en A. J. Donk,
Doezastraat 31, tel. 21313.
Te Oegstgeest: Oegstgeestsche Apotheek,
Wilhelminapark 8, tel. 26274.
LEIDEN, Geslaagd:
Voor het doctoraal examen Indisch recht
de heer J. Meyer, Den Haag.
Correspondentie: v. O. te
L e i d e n: In het door u aangehaalde be
richt bestond tusschen den eersten en
tweeden zin géén oorzakelijk verband. Het
„raadsel" zal voor u nu wel zijn opgelost!
plaatsen de kastjes met lijnen. Bovendien
is het goed, te letten op de bordjes aan par
ticuliere pereeelen langs het water, ge
merkt L.R.B., waar tijdens ongevallen ma
teriaal beschikbaar wordt gesteld. Gezien
het feit dat het den laatsten tijd wederom
enkele malen is voorgekomen dat materiaal
wordt zoekgemaakt is het niet overbodig
tevens een en ander in de bescherming van
het publiek aan te bevelen. Laat degene
die zich aan dit materiaal vergrijpt er aan
denken dat zulks menschenlevens kan kos
ten, want wellicht kan een slachtoffer niet
worden gered als men tevergeefs naar het
materiaal grijpt op de plaats waar het aan
wezig behoort te zijn. Het is ook niet zoo
heel erg als een stok eens wordt gebruikt
voor het redden van een hoed of bal, doch
laat men het dan als een dure plicht ge
ve (-''en het materiaal wederom te deponee-
ren op de plaats waar het is weggehaald.
Inderdaad gebeurt'het dat men een stok als
dank voor het gebruik neergooit op de
plaats waar men het noodig had, zonder er
an te denken dat het gelijk is met mis
daad, de stok niet op de plaats van weg
halen terug te brengen. Vooral indien kin-
d<'T— v;?raan bezondigen is het de
plicht van alle ouderen, hen op het ver
keerd^ van Vm handelwijze attent te ma-
k-— Zijn echter deze kinderen voor een
aanmaning niet vatbaar, hetgeen echter
doorgaans, als het gemoedelijk wordt ge
zegd, wel het geval is, dan is het de plicht
van de ouderen, zelf te zorgen dat de stok
ter plaatse komt.
CHEMISCHE STOFFEN ONTPLOFT.
Bij het nemen van chemische proeven
door eenige studenten in het pand Klok-
steeg 1 heeft zich Zondagavond een ont
ploffing voorgedaan, waarbij de student H.
B. ernstig verwond werd aan een der han
den, tengevolge waarvan hij waarschijn
lijk eenige vingers zal moeten missen. In
het Diaconessenhuis werd hij verbonden.
In de kamer vooroorzaakte de ontplof
fing veel schade, terwijl van het pand en
on liggende pereeelen enkele ruiten wer
den vernield.
Handelsregister K. v. iv.
W ij z i g i n g: 1717. A. W. Sijthoffs
Uitgeversmaatschappij N.V. Leiden, Doe
zastraat 1. N. Comm.: A. Ssret, Leiden.
Nieuwe inschrijving: 7546.
Adviesbureau voor de Ceramiek „Ceraten-
ca." Leiden, Wassenaarscheweg 2. Advies
bureau en laboratorium voor de klei- en
aardewerk-industrie. E.: D. ten Cate Brou-
werk, Leiden.